eferendum kan verfrissende werking hebben
Is er nog
toekomst voor atv?
}pen borreltje verlaagt
l:de angstdrempelmaar
ddronken op ski 's is funest
Binnenland
CckLc Commit
IKOUDWATERVREES" IN POLITIEK DEN HAAG
MANNEN
BEURS
SCHOLING KAN OPLOSSING ZIJN
ZATERDAG 7 DECEMBER 1985 PAGINA 5
HAAG „Ze doen maar, daar in
i Haag"; „Geef mijn portie maar aan
ïkie"; „Naar mij wordt toch niet geluis-
Td". Stuk voor stuk uitdrukkingen die
pvuldig worden gebezigd als mensen
li politieke desinteresse belijden of blijk
ren van gebrek aan vertrouwen in de
Elementaire democratie. Deze uitingen
frmden ruim drie jaar geleden de ïei-
nde gedachte achter het voorstel van de
Tialige minister van binnenlandse za-
Ed van Thijn, om een staatscommis-
in te stellen die het functioneren van
j democratie onder de loep moest ne-
gezelschap, onder leiding van oud-
pmier Barend Biesheuvel, moest zich
faden over de vraag op welke manieren
burgers méér betrokken zouden kun-
worden bij het beleid. De opdracht
j zeer ruim gesteld: het ging niet alleen
j verbetering van de relatie tussen de
fzers en het landsbestuur maar ook om
•groting van de invloed van burgers op
ivinciale en lokale besluiten,
rig jaar bracht de staatscommissie-Bies-
een eerste rapport uit. Eén van de
geplante bomen, namelijk een
brzichtige aanzet tot het kiezen van een
kiister-president, werd dit jaar door het
[binet-Lubbers èn de meerderheid der
'feede Kamer resoluut omgezaagd. De
'(gelijkheid tot rechtstreekse verkiezing
n burgemeesters en commissarissen der
(ningin was door de commissie zélf al als
wenselijk bestempeld. Er zou echter
nog een tweede rapport komen, dat geheel
gewijd zou zijn aan de volgende vragen:
moet in Nederland een referendum moge
lijk worden gemaakt en dienen de burgers
het recht te krijgen zelf een voorstel bij de
Tweede Kamer, provinciale staten of ge
meenteraad in behandeling te geven, iets
dat kortweg wordt aangeduid als het recht
van „volksinitiatief".
Correctief
In haar eerste rapport had de commissie
al laten blijken, niet afkerig te zijn van de
invoering van deze nieuwe politieke wa
pens voor de burger. Daarmee zouden de
mogelijkheden om rechtstreekse invloed
op net beleid uit te oefenen aanzienlijk
worden uitgebreid. Tot nu toe immers is
van regelrechte invloed eigenlijk alleen
maar sprake op de verkiezingsdagen. In
spraak, actie voeren en het indienen van
petities zijn aanmerkelijk zwakkere vor
men van beïnvloeding, omdat dergelijke
uitingen gemakkelijk door bestuurders
kunnen worden genegeerd.
Deze week presenteerde Barend Biesheu
vel het resultaat van de denkarbeid die hij
en zijn commissie hebben gestoken in de
verschijnselen referendum en volksinitia
tief. En ziedaar: unaniem blijkt de staats
commissie van mening dat het gewenst is
de kiezers op alle niveau's van overheids
bestuur (rijk, provincie en gemeente) het
recht op een referendum toe te kennen.
De voorkeur gaat daarbij eensgezind uit
naar een zogeheten „correctief referen
dum": een volksstemming over een reeds
genomen besluit, met als inzet de vraag of
dat besluit weer moet worden ingetrok
ken of niet. Een dergelijke methode mist
in elk geval het nadeel dat kleeft aan een
zogenaamd „raadplegend referendum"
waarbij de burgers zich moeten uitspre
ken over een nog te nemen besluit. In dat
geval is het immers moeilijk een even
wichtige vraag te formuleren, waarop ie
dereen gemakkelijk met „voor" of „tegen"
kan antwoorden.
Naast het unanieme advies voor een be
slissend referendum-achteraf heeft een
krappe meerderheid van de commissie
(zeven van de twaalf leden) zich ook uit
gesproken voor invoering van een „volk
sinitiatief". De aandacht ging echter deze
week vooral uit naar het referendum op
nationaal niveau, iets dat de afgelopen ja
ren in de discussies over eventuele staat
kundige hervormingen altijd zeer tot de
verbeelding heeft gesproken.
Koudwatervrees
De reacties uit de politiek waren opval
lend lauw. Niet alleen minister Rietkerk,
die het rapport van Biesheuvel c.s. na
mens het kabinet in ontvangst nam, maar
ook de grote partijen in het parlement
stelden zich zeer gereserveerd op. Men
kwam niet verder dan dooddoeners als
„nader onderzoek is noodzakelijk" (alsof
al niet alle facetten van de
zaak uitvoerig had belicht) en het bena
drukken van een uitgekauwd argument
tegen het referendum, namelijk dat zoiets
een uitholling zou betekenen van de par
lementaire democratie. Toegegeven, het is
voor kamerleden erg moeilijk, een stukje
eigen verantwoordelijkheid weer af te
staan aan degenen die hen als hun verte
genwoordigers hebben aangewezen: de
kiezers. Men is echter (nog) te weinig
doordrongen van de positieve kanten van
deze zaak, namelijk dat de wisselwerking
tussen kiezers en gekozenen zal worden
verbeterd en dat referendum en volksini
tiatief een pep-injectie zullen betekenen
voor het vertrouwen in de democratie als
geheel.
Terecht nam Barend Biesheuvel bij de
presentatie van het rapport bij voorbaat al
stelling tegen de te verwachten reacties.
Hij betichtte de critici van koudwater
vrees, conservatisme en lauwheid. Men
moet de zaken nuchter durven bekijken,
was een van zijn stellingen. De vrees dat
een referendum en ook een volksinitiatief
een nekslag voor ons vertegenwoordigen
de stelsel zal zijn is ongegrond. Referen
dum en volksinitiatief moeten, zo beklem
toonde Biesheuvel, slechts beschouwd
worden als nuttige aanvullingen op ons
huidige systeem.
Opiniepeilingen
Wie, zoals Biesheuvel, nuchter nadenkt,
kan tot geen andere conclusie komen dan
dat een „correctief referendum" het de
mocratisch gehalte van onze samenleving
alleen maar kan verstevigen. Er worden
immers van tijd tot tijd beslissingen geno
men met een zo minieme meerderheid
van stemmen (denk bijvoorbeeld aan de
abortuswet of de beslissing om kruisraket
ten naar ons land te halen) dat de vraag
gerechtvaardigd is of zo'n besluit ook door
de meerderheid van de bevolking wordt
gedragen.
Politieke opvattingen zijn voortdurend in
beweging. Opiniepeilingen wijzen dit al
jarenlang uit. Zeker in het derde of vierde
jaar na kamerverkiezingen blijkt vaak dat
de politieke voorkeur van de bevolking er
heel anders uitziet dan op de dag dat men
naar de stembus ging. ^Zonder afbreuk te
doen aan het grote goed van de parlemen
taire democratie kan een referendum,
waarbij een sterk omstreden besluit nog
eens opnieuw wordt gewogen, een verfris
sende werking hebben, niet alleen voor de
burgers maar ook voor degenen die ge
acht worden als vertegenwoordigers daar
van op te treden.
Drempels
Niet alleen de vrees voor aantasting van
de parlementaire democratie maar ook die
voor een lichtvaardig gebruik van het re
ferendum is ongegrond. Herhaaldelijk
wees Biesheuvel erop, dat er heel wat
voor nodig is om een volksstemming te
organiseren. Is een groep kiezers het niet
eens met een bepaald besluit van het par
lement, dan moeten zij eerst minstens
10.000 medestanders zien te vinden. Zijn
er 10.000 handtekeningen bij het ministe
rie van Binnenlandse Zaken ingeleverd,
dan legt de overheid de bevolking de
vraag voor of men het er mee eens is dat
over het aangenomen wetsontwerp X een
volksstemming wordt gehouden. Op ge
meentesecretarieën en postkantoren wor
den dan handtekeningenlijsten neergelegd
om steun te betuigen aan het houden van
een referendum. Pas als 300.000 kiezers
van 18 jaar en ouder een volksuitspraak
gewenst vinden, wordt het referendum
daadwerkelijk gehouden.
Tenslotte is er nog een derde drempel: het
wetsontwerp dat inzet is van de stemming
wordt alleen ingetrokken als de meerder
heid van de deelnemers aan het referen
dum ertegen is èn als die meerderheid mi
nimaal 30 procent omvat van het totale
aantal kiesgerechtigde Nederlanders. Dat
zijn ongeveer drie miljoen mensen van 18
jaar en ouder. Als men nu nagaat dat het
volkspetitionnement tegen de kruisraket
ten 3,7 miljoen handtekeningen heeft op
geleverd waarvan een flink aantal gezet is
door minderjarigen (die dus bij een refe
rendum niet mee mogen doen) dan wordt
duidelijk hoeveel inspanning er nodig is
een volksstemming tot een succes te ma
ken. Of, om met Biesheuvel te spreken:
men zal zich dan ook wel twee keer be
denken voor men eraan begint.
DICK VAN RIETSCHOTEN
dieL kost de doorgewinterde skiërs veel zweet
om, tranen om in de winterdag in optimale
friditie de skipistes op te kunnen. Rechtge-
de sportmensen trainen tevoren flink,
in tijdens hun wintersportvakantie op tijd
ir bed en matigen het gebruik van alcohol
„Drank maakt lichtzinnig en kwets-
zo luidt de kop boven een artikel van
Van Roselaar in het laatste nummer van
Magazine, het blad van de Nederlandse
Vereniging.
illusie dat je beter af bent door weinig of
teen alcohol té gebruiken is wreed verstoord
oor een onderzoek aan de Rijksuniversiteit
Limburg. Dat onderzoek wees uit dat alcohol
en slecht slapen de kans op skiletsel verla
gen. Dus bedrink je aan de Glühwein en
stort je vervolgens op de lange latten in de
richting van het dal. De kans dat het goed
afloopt is groot.
De leden van de skiverenigingen trekken de
schouders op. Zij scharen zich liever achter
het artikel in het bondsblad.
gen
lartj
twijil
igrijki
len. E
zou iï -m -m
)EN HAAG Uit de
teekproef van de onder-
Dekers drs. Lex Bouter
n prof.dr. Paul Knip-
ïhild blijkt dat niet-drin-
ers twee keer zoveel
aaians op skiletsel hebben
en eJs de regelmatige inne-
eeft uiers. „Laat de mensen de
chrijiak alsjeblieft niet om-
braaien. Het is echt niet
dat je je vol moet gieten
Idschifo geen skiletsel op te lo-
ar Skileraar Luc Jon-
iilTte!er Zutphen rekent
nale jezelf onder de catego-
en n]e rustige skiërs. Dat wil
n bijjggen redelijk, getraind
iljoerïi alcohol met mate. Hij
titel it vraagtekens bij de uit-
m tepmst van het onderzoek.
iani?!k ga ervan uit dat je
sbeelt)or alc°h°teebruik veel
valt. Als je goed
geslapen en weinig
■etikj geen alcohol hebt ge-
heb je een veel
hetrotere kans dat je op de
bliift".
bnker kan zich helemaal
oplborstellen dat de meeste on-
blukken gebeuren op de vier-
op ffi of vijfde dag tussen twee en
>11;
vier uur. „Dat is logisch. Het
duidt op vermoeidheid. Bijna
negentig procent van de skiërs
verricht de rest van het jaar
geen zware lichamelijke ar
beid. De eerste dag maken ze
gebruik van hun reserve. De
tweede dag zitten ze al met
flinke spierpijn. De spieren
herstellen zich echter gedu
rende de tijd dat je niet skiet.
Als je veel aan sport doet, is
dat herstel sneller dan wan
neer je niet getraind bent. Is
dat gek? Je haalt het toch ook
niet in je hoofd om ineens een
hele dag te gaan voetballen?
Daar moet je het wel mee ver
gelijken".
De skileraar zal weinig moeite
doen om z'n leerlingen weg te
houden bij de alcohol. „Inte
gendeel, de meesten laten hun
leerlingen een borreltje drin
ken. Dat verlaagt lekker de
angstdrempel en brengt de le
raar op goede voet met de hut-
tenwaard. Commercieel gezien
is dat wel begrijpelijk. Maar na
nóg een paar borreltjes neig je
er al gauw toe om met grote
snelheid naar beneden te sui
zen. Je wilt in snelheid niet
voor de anderen onderdoen.
En zelfs een matige snelheid is
al hard. Rij maar eens met
veertig kilometer per uur te-
een een boom. Dan heb ie de
auto goed in elkaar zitten".
Toch doet het pijn als je leest
dat sporters niet een verlaagd
risico hebben. De skileraar:
„Dat is natuurlijk ook erg sub
jectief. Een goed getrainde
skiër gaat harder en komt op
een gegeven moment op het
zelfde risico-niveau als de
minder getrainde skiërs, die
minder hard gaan maar een
borreltje op hebben".
„Als je dat onderzoek letterlijk
zou nemen, dan zou je kunnen
zeggen dat je in het verkeer
ook zou moeten drinken. Dan
heb je meer kans een ongeluk
te overleven, want dan ben je
lekker ontspannen als je er
gens tegenaan rijdt. Maar zo is
het natuurlijk niet. Skiën is
een snelheidssport. Een sport
waarbij je je moet leren be
heersen en waarbij je je con
centratie niet mag inruilen
voor overmoed".
Kegel
Dr. van Roselaar geeft
Magazine een paar opzienba-
Omdat alcoholgebruik ook lichtzinnig maakt, neemt r
skiën grotere risico's dan verantwoord Is.
Ski
rende voorbeelden van lavelo
ze skiërs, die het er goed heb
ben afgebracht. Neem nu de
vermiste skër, die na urenlang
speurwerk door reddingsploe
gen gevonden werd, bedolven
onder de sneeuw. De man lag
te snurken. Een kegel
c) Standaard Uitgeverij, Antwerpen-Weesp.
cohol kwam de redders tege
moet. Bij het opstaan kon hij
amper op de been blijven. En
neem de uitspraak van dokter
Gallob uit Karinthië, die schat
dat dronkenschap in dertig
procent van de zware ski-on
gevallen de oorzaak is. De chi
rurgen Beek en Frick uit Feld-
kirch hebben vastgesteld dat
rond 15 procent van alle na
een ski-ongeluk opgenomen
patiënten een alcoholpromilla
ge hadden van 0,8. Bij 0,5 krijg
je in Nederland al een rijver
bod van acht uur. De toename
van het aantal verongelukte
skiërs, die te diep in het glaas
je hebben gekeken, is volgens
de Schweizerische Fachstelle
für Alkoholfragen in Lausan
ne onrustbarend. Noodzakelij
ke chirurgische ingrepen moe
ten regelmatig worden uitge
steld omdat de skiërs beschon
ken worden binnengebracht.
Spieren
Voor de verwerking van twee
borrels heeft de lever onge
veer twee uur nodig. Tijdens
het skiën moeten de spieren
arbeid verrichten, waarvoor
suikers nodig zijn. De lever
heeft ondermeer de functie
suikerreservoir en kan als
het nodig is suikers naar de
spieren sturen. Maar als de le
ver na een nacht doorzakken
met de afbraak van alcohol
bezig is, kan er onvoldoende
suiker naar de spieren worden
gestuurd. De skiër merkt dan
dat hij sneller moe is dan hij
gewend is.
Dr. Van Roselaar waarschuwt
ook voor het probleem van
zuurstofgebrek. Iemand, die op
grote hoogte prestaties levert
en daarbij alconol gebruikt, zal
later gewaarschuwd worden
als hij zuurstofgebrek heeft.
Roselaar: „Met andere woor
den, de kans op een black-out
wordt vergroot. Omdat alco
holgebruik ook lichtzinnig
maakt, neemt men bij het
skiën grotere risico's dan ver
antwoord is. Bij een promilla
ge van 0,5 is dat risico twee
keer zo groot; bij 0,8 promille
drie keer zo groot en bij een
promillage van van 1 is dat ri
sico zeven keer het normale".
Het is volgens Van Roselaar
een misverstand dat sporters,
die alcohol hebben gebruikt,
meer ontspannen in de
sneeuw smakken en daardoor
minder snel iets breken. Van
Roselaar: „Een skiër die alco
hol heeft gebruikt, ontbreekt
het tijdens een val aan de no
dige reflexen, zoals snelle
draaibewegingen of het afrol
len van de schouder. Het komt
dan vaak tot een zogenoemde
passieve val, die in de sportge
neeskunde zo gevreesd wordt,
omdat de kans op extra zwaar
letsel groter is".
(ADVERTENTIE)
Eerste Nederlandse
MANNENBEURS
in Haagse Houtrusthallen
vrijdag 13 l/m zondag
22 december
Video-presentatie
Camel-trophy
Grote modelspoorbaan,
Kit Bolide, win een
zeereis met zeilschip
„De Eendracht".
Maandblad Playboy
is aanwezig met een
aantal Bunnies.
Verder sport, herenmode,
hengelsport, postzegels,
munten, bonsai ete.
Zandvoort circuit
Openingstijden van
12.00 tot 22.00 uur.
Entree ƒ6.-; kinderen t/m
12 jaar en 65+ers ƒ3.-.
voor het hele gezin
DEN HAAG De studies
die de afgelopen maanden
zijn verricht naar arbeids
tijdverkorting (atv) heb
ben uitgewezen wat ei
genlijk al vóór de aanvang
werd voorspeld: werkge
vers en bonden komen er
geen stap verder mee. De
conclusies zijn zo vaag of
lopen zozeer uiteen, dat
zowel voor- als tegenstan
ders van korter werken er
nu hun voordeel mee pro
beren te doen. Intussen
raakt atv onmiskenbaar
verder op een dood spoor.
In 1982 werd het inmiddels
beroemde en beruchte ak
koord in de Stichting van de
Arbeid afgesloten, met als doel
versterking van de redement-
spositie van het bedrijfsleven
en bestrijding van de werk
loosheid, alsmede herverdeling
van arbeid via korter werken.
In de daarop volgende cao
onderhandelingen werden ta
melijk snel akkoorden geslo
ten waarbij de prijscompensa
tie van de werknemers voor
dit doel werd ingezet. Dit leid
de tot de invoering van de 38-
urige werkweek, maar de
loonmatiging bleek toch de be
langrijkste bijdrage te leveren
aan de gezondmaking van de
Nederlandse bedrijven.
De tweede stap op weg naar
herverdeling van arbeid werd
voor de vakbeweging een ver
dere werktijdverkorting tot 36
uur. Daarnaast vroegen de
bonden, verwijzend naar de
produktiviteitsgroei van de be
drijven, om loonsverhogingen.
Zij vonden echter de werkge
vers op hun weg. Die verzet
ten zich steeds harder tegen
arbeidstijdverkorting en de re
alisatie van de 36-urige werk
week.
Om het cao-overleg niet volle
dig te laten klappen, werden
her en der afspraken gemaakt
om eerst maar eens te bestude
ren hoe de eerste deel van ar
beidstijdverkorting in de prak
tijk heeft uitgewerkt. Dergelij
ke overeenkomsten, die tot op
luchting van een ieder werden
afgesloten, bleken echter niet
veel meer te zijn dan uitstel
van executie van de arbeids
tijdverkorting. Overigens kon
men het in de sector kleinme-
taal na een principe-akkoord
over het onderzoek niet eens
worden over de aanpak van de
studie. Bij het concern Akzo
liepen de bonden weg tijdens
de voorbesprekingen van de
studie. Voor zover wel werd
gestudeerd, druppelen nu we
kelijks de onderzoeksresulta
ten binnen.
Open deuren
De studie bij Philips wees deze
week uit dat een 36-urige
werkweek zelfmoord zou zijn.
Een ander onderzoek naar de
mogelijkheden in de metaal-
en electrotechnische industrie
dat begin deze week werd ge
publiceerd, bevatte zoveel
open deuren dat het spontaan
werd omarmd door zowel bon
den als werkgevers. Allen zei
den zich te kunnen plaatsen
achter de inhoud van het rap
port, maar de conclusies die
een ieder er aan verbond lo
pen zo uiteen dat de partijen
verder dan ooit uit elkaar zijn
komen te liggen.
Voorman Ter Hart van de me
taalwerkgevers concludeerde
dat verdere arbeidstijdverkor
ting meer uitzondering dan re
gel moet zijn, terwijl onder
handelaar Rijkse van de In
dustriebond FNV aan de hand
van hetzelfde onderzoek juist
het tegenovergestelde vaststel
de: voor iedereen atv, zij het
op verschillende momenten en
in verschillende vormen.
De onderzoekers van Beren
schot, van de katholieke Hoge
school Tilburg en van de In
dustriebond FNV die zich be
zig hebben gehouden met de
evaluatie van de eerste atv-
golf, stellen los van elkaar
dat hun onderzoeken repre
sentatief noch wetenschappe
lijk onderbouwd zijn. Daar
door is een algemeen oordeel
over korter werken als middel
ter bestrijding van de werk
loosheid nog moeilijker te ge
ven.
Langere termijn
Uit de onderzoeken blijkt wel
onmiskenbaar dat atv tot nu
toe vooralsnog nauwelijks uit- Scholing
breiding van de werkgelegen-
heid heeft opgeleverd. Dat kan
wel het geval zijn op de wat
langere termijn, als de econo
mie verder aantrekt. Voorspel
lingen van het Centraal Plan
bureau wijzen ook in die rich
ting. De werkgevers ontkomen
er dan immers niet aan meer
mensen aan te nemen, omdat
het huidige veelal krappe per
soneelsbestand de werkzaam
heden niet meer aan zal kun-
werkroosters, coördinatie,
overleg en het „gelijkzetten
van de klokken". In de meeste
gevallen is men na uren en da
gen van puzzelen tot de con
clusie gekomen dat de klok
het beste maar helemaal stil
kan worden gezet. Iedereen
een dagje vrij en op de overige
dagen maar wat harder wer
ken want, dezelfde hoeveel
heid werk moet nu in kortere
tijd klaar.
Vooral uit kostenoverwegin
gen (de aanhoudende dreiging
van looneisen), maar ook uit
twijfel over de duur van het
economisch herstel en het ge
brek aan geschoold personeel
om opengevallen plaatsen op
te vullen, vindt er nauwelijks
of geen herbezetting plaats. De
extra vrije tijd die men heeft
gekregen betekent dus met
name een verhoging van de
werkdruk, vooral bij het ka
der. Geen wonder dat het mid
delbaar en hoger personeel
weinig trek meer heeft in een
nog kortere werkweek. Met
name deze groep moet gewoon
in minder tijd harder werken.
Het pre duktiepersoneel heeft
over het algemeen minder
problemen, maar dat is op een
punt aangeland dat men liever
weer eens een salarisverho
ging heeft dan meer vrije tijd.
Maar, zo verweren de werkge
vers zich, als de bonden weige
ren te betalen voor korter
werk en die kans zit er dik
in .dan zullen de bedrijven
met hogere kosten worden op
gezadeld. En dat heeft weer
alle mogelijke negatieve gevol
gen voor werkgelegenheid en
concurrentiepositie. Dat is het
paard achter de wagen span-
De rapporten verwijten de
werkgevers dat zij niet erg
creatief met de arbeidstijdver
korting zijn omgesprongen. In
de meeste bedrijven is gekozen
voor collectieve roostervrije
dagen rond Kerst en met car
naval. Dit heeft tot gevolg dan
in veel bedrijven de bedrijfs
tijd verkort is. In de praktijk
blijken de aanbevelingen van
werkgevers en bonden, te we
ten differentiatie in arbeids
tijdverkorting en verlenging
van de bedrijfstijd, met voeten
getreden.
Minste weerstand
weerstand, r
verwonderlijk
niet. Loop een
drijf binnen e
soneelchef na,
van atv en er
vloed va
laar helemaal
is deze keuze
willekeurig be-
i vraag de per-
ïaar de invoering
er volgt een stort-
moeilijkheden bij
Alles wijst er dan ook op dat
een akkoord over verdere ver
korting van de werkweek er
voorlopig niet in zeil zitten. De
toename van de werkgelegen
heid zal dan voort moeten ko
men uit verder economisch
herstel en het aantrekken van
de markt. De afname van de
werkloosheid van de afgelo
pen tijd met zo'n vierduizend
mensen per maand, is ook vrij
wel geheel aan dat herstel te
wijten. Niet aan de arbeidstijd
verkorting, niet aan vut-rege-
lingen en ook niet aan de sti
mulering van deeltijdwerk.
De sociale partners zien in dat
het wapen van de arbeidstijd
verkorting zijn kracht aan het
verliezen is. Het algemeen
herstel zorgt voor meer banen,
maar die leiden alleen tot een
daling van de werkloosheid als
er voldoende geschoold perso
neel tegenover staat. Met deze
constatering in het achter
hoofd werd vorige week vrij
dag dan ook in de Stichting
van de Arbeid afgesproken dat
daadwerkelijk een begin zal
worden gemaakt met de om-,
her- en bijscholing van wer
kenden en werklozen. Met
name de grote groep van
260.000 langdurige werklozen,
die nog niet profiteren van het
aantrekken van de economie,
kan alleen via scholing nog
aan werk geholpen worden.
De overheid heeft toegezegd
hiervoor geld uit te trekken.
Pas als dit ambitieuze plan is
gerealiseerd kan verdere ar
beidstijdverkorting met volle
dige herbezetting een grotere
kans van slagen krijgen. De
werkgevers kunnen zich dan
in ieder geval niet meer ver
schuilen achter de knelpunten
op de arbeidsmarkt, als gevolg
van het ontbreken van vol
doende geschoold personeel.
MARGA RIJERSE