Weekpuzzel door dr. Pluizer
3
BRIDGEN
DAMMEN
WWi
POSTZEGELS o** F L
SCHAKEN
WETENSCHAPPEN
R—
i
ZATERDAG 7 DECEMBER 1985
rina
Ie i_
Oplossing vorige puzzel
9QQQ EnnsHaaaiSE
n Ti - a n
asgraiasiEfi ranansn
a a a a a a
aaaaansaais aaaa
"i
anaaas anaaasaa
a a
□aautaaips aaneja
3 SB 9 5 9
ciaon aaciaaaanisa
a a b a a a a
ascaan a-pncnaan
a a si a a
aBHEauEHiin ansa
De prijswinnaars van puzzel nr. 47 zijn:
Ron Favier. van 's-Gravesandestraat 83,
2321 ER Leiden.
H.J.Q. van Stein, Parnassialaan 24,
2211 NW Noord wij kerhout.
De prijzen worden binnen drie weken
per cheque toegestuurd.
Oplossingen onder vermelding van
puzzel nr. 48 moeten uiterlijk
woensdagmiddag in bezit zijn van:
Nr.48
Lettergroepenpuzzel
Van navolgende zestig lettergroepen:
AAT - ANT - BAD - CUS - EDE - EEN -
EL A - ELS - ELS - EME - ENK - ERD -
ERM - EST - EXE - EXT - GEP - GER -
HEL - HET - IC A - IGA - IKE - INV -
ITA - ITI - KLE - LEV - LST - LTE -
LIJN - MIN - MUS - NAV - NEU - NIJL
- OND - ORG - PEL - PEL - RAA - RCI
- REI - RIT - RMA - SCH - SCH - SEC -
SHO - STI - TIE - TIE - TIE - TJE - TOE
- TON - UMD - VAL - VER - WIL
kunnen twintig woorden van negen letters'
van navolgende betekenis worden gevormd.
Bij juiste oplossing vormen de gezamenlijke
beginletters een spreekwoord.
1. Tak van sport.
2. Militaire oefening.
3. Bijbelboek dat de verordeningen voor de
Levieten bevat.
4. Bepaald soort van muziek.
5. Parachute.
6. Veerkrachtig.
7. Stuurmanskunst.
8. Soort van tenniswedstrijd.
9. De inwendige ruimte van het reukorgaan.
10. Ontstemd.
11. Meevallertje.
12. Door en door koud.
13. Ambtsrust v.e. predikant.
14. Heilige vogel.
15. Uitnodiging.
16. Getuige bij een tweegevecht.
17. Rozerood of bruinachtig rood edelgesteen
te.
18. Europees volkslied.
19. Schoonheidsleer.
20. Kostbaar voorwerp.
Hoe luidt het spreekwoord van de gezamen
lijke beginletters?
7
b 4
V
V
k 4
'4'
b 4
V
k 4
V
k 4
V
b 4
V
b 4
V
k 4
>10<
b 4
M
>14<
>15i
>16I
17
W
k 4
19
b 4
20
De ongevaarlijke
tegenstander
Vorige week heb ik u een zestal speel- en
biedproblemen voorgeschoteld met op
lopende moeilijkheidsgraad.
1. WEST
V 7 3
v H 7 4
O H B 10 4
H B 6
OOST
A 8
B 9 8
o A 9 6
A V 8 3 2
Als oost heeft u de opdracht 3 SA te ma
ken (9 slagen zonder troef) en de vijan
delijkheden worden door zuid geopend
met schoppen 5 (vierde van boven).
„Neem nu de tijd voor de eerste slag" is
een motto dat goed ter harte moet wor
den genomen. Eerst moet een compleet
plan worden opgezet en afhankelijk
daarvan (in dienst daarvan) moet er in
de eerste slag worden bijgespeeld. Acht
vaste slagen telt u en de negende zou uit
schoppen kunnen komen, nl. wanneer
zuid onder schoppenheer is uitgekomen.
Het is echter ook mogelijk dat noord
schoppenheer heeft en dat is meer dan
voldoende argument om in de eerste slag
niet schoppenvrouw te leggen. Als
schoppenheer bij zuid zit, zit-ie daar
straks ook nog. De eerste slag is dus
voor schoppenaas in de hand.
Aansluitend de klavers afraffelen is niet
goed, omdat er dan afgooiproblemen in
de dummy komen. Het beste - en bijna
waterdichte - plan is om de negende slag
in ruiten te zoeken en wel door ruiten
vrouw over zuid te snijden. De kans dat
ruiten vrouw daar zit is 50% procent en
mocht ze bij noord zitten, dan komt
daarmee de minst gevaarlijke tegenstan
der aan slag. Het moet wel heel slecht
zitten, wil 3 SA dan nog down gaan.
Dan moeten ruitenvrouw en schoppen
heer bij noord zitten en hartenaas bij
zuid en dan moet noord ook nog maar
weten dat hij harten na moet spelen en
bijvoorbeeld niet klaver (zoals u ziet.
door drs.W.vao der Kooij
Ingezonden partij
Enkele weken geleden deed ik u het ver
zoek mij partijen of fragmenten toe te
zenden. Hierop is door verschillende le
zers gereageerd. Zo stuurde Jaap Akse
uit Hoogeveen mij zijn partij tegen Hans
Jansen, uit het kampioenschap van
Drente 1984. In deze interessante partij,
die ik hieronder laat volgen, verzuimt
hij in tijdnood de gelegenheid zijn grote
tegenstander, kampioen van Nederland
1979, een nederlaag te bezorgen. Overi
gens: Jansen won-dit toernooi met 19 uit
11en Akse eindigde met 8 punten op de
achtste plaats.
H. JANSEN-J. AKSE
Kampioenschap van Drente 1984.
I.34-30 17-21 2. 30-25 21-26 3.40-34 11-
17 4.45-40 17-22 5.31-27 22\31 6.36x27
6-11 7.33-28 11-17 8.39-33 17-21 9.34-
30 19-23 10.28x19 14x23 11.25x14
ÏWT2
8 H SI
i s m s o
*jb n m Q
IJB Q 8
Qjm jet a
i
DIAGRAM 2.
10x19 12.33-28 15-20 13.38-33 12-17
14.40-34 17-22 15.28x17 21x12 16.43-38
7-11 17.33-29. Na een klassiek-achtige
laveeropening komt er nu tekening in de
strijd. Met de tekstzet start wit een half
open klassieke omsingeling. Echt ideaal
zijn de omstandigheden daarvoor niet,
zwart heeft een mooie evenwichtige po
sitie, maar het zal Jansen in de eerste
plaats om strijd te doen zijn geweest.
17...11-17 18.44-39 20-25 19.38-33 5-10
20.49-44 10-14 21.50-45 4-10 22.33-28.
Wit kan 30-24 niet doorzetten: 22.30-24?
19x30 23.35x24 14-19 24.45-40 19x30
25.40-35 10-14 26.35x24 14-19 27.44-40
19x30 28.40-35 9-14 29.35x24 14-19 en
zwart wint, daar 30.24-20 25x14 31.27-
22 18x38 32.29x20 32x34 verliest.
22...17-22 23.28x17 12x21. Zie het eerste
diagram.
24.44-40 Ook nu kon wit niet 30-24
doen: 24.30-24 19x30 25.35x24 14-19
26.45-40 19x30 27.40-35 10-14 28.35x24
14-19 29.44-40 19x30 30.40-35 want
zwart wint dan
door 26-31!
31.37x17 18-22
32.17x19 en
13x44. Daar
naast mocht in
de diagramstand
evenmin 24.39-
33? vanwege de
dam 26-31 25.
37x17 23-28
26.32x12 13-18
27.12x23 19x50:
en ook 24.42-
38? was verbo
den i.v.m. 19-24
25.30x28 18-23
en 13x22.
n
i H ■ari
I I I
H li
9' s m m m
Florazegels van de
Antillen
Met als thema flora 1985 is op de Ne
derlandse Antillen een serie van zes ze
gels in omloop. De zegels hebben een
waarde van 5, 10, 20. 45, 55 en 150 ct.
Op de zegels ziet men bloemen en plan
ten die voorkomen op de Nederlandse
Antillen. Het ontwerp is van Humphrey
C. Elisabeth.
De Deichmann Bibliotheek, onderdeel
van de Noorse openbare bibliotheken,
bestaat dit jaar 200 jaar. Ter gelegenheid
van dit jubileum zijn twee zegels ver
schenen. Op een zegel van 2.50 kr. ziet
men een oud boekwerk met in een me
daillon het portret van Carl Deichmann
(1705-1780). Een zegel van 10 kr. toont
het inteneur van een moderne biblio
theek. Voor het ontwerp tekende Knut
Lokke-Sorensen.
Het arbeidsleven in Noorwegen vormt
het thema voor een miniatuurvelletje
dat in Noorwegen is verschenen. Het
velletje omvat vierzegels, elk in de
waarde van 2 kr. met toeslag. Aandacht
wordt besteed aan de offshore-industrie.
Twee Maltezers die in de geschiedenis
van het eiland een belangrijke rol heb
ben gespeeld staan afgebeeld op evenzo-
vele zegels. Op een zegel van 8 c. ziet
men het portret van Giorgio Mitrovich
(1794-1885), een der eerste voorvechters
voor nationale rechten. Een zegel van 12
c. toont het portret van Pietru Caxaru
(1438-1485), die als notaris een vooraan
staande plaats innam in het politieke le
ven op het eiland.
De nieuwe VN-serie heeft als thema:
Alle kinderen moeten leven. Het gaat
hierbij om twee zegels voor elke vesti
ging, dus zes in totaal, in de waarde van
0.50 en 1.20 Zw. fr„ 0.22 en 0.33 dollar,
4 en 6 schilling. Vorig jaar december
bracht Unicef-directeur James P. Grant
de situatie van de kinderen in de wereld
onder de aandacht. Vervolgens is geble
ken dat vier, betrekkelijk eenvoudige en
weinig kosten eisende maatregelen het
mogelijk maken kindersterfte en misvor
mingen onder kinderen in de Derde We
reld met de helft te verminderen en da
gelijks het leven van ongeveer 20.000
kinderen te redden.
Op de eerste plaats gaat het hierbij om
gewichtscontrole. Teneinde de moeders
bij de vaststelling van ondervoeding te
helpen, kan men voor een gering bedrag
groeitabellen ter beschikking stellen. Te
vens krijgt men dan enige fundamentele
nuttige wenken, waardoor de meeste
moeders in staat zijn het groeiniveau op
peil te houden, dit ondanks voedsel- en
geldgebrek. Vervolgens is er de vloeistof-
toevoer door de mond. Om het leven
van meer dan vier miljoen kinderen te
redden, die jaarlijks aan uitdroging door
diarrhee omkomen, kunnen eenvoudige
maatregelen genomen worden.
Borstvoeding is de derde oplossing, om
dat zuigelingen hierdoor voeding van de
beste kwaliteit krijgen die hen tegelijker
tijd beschermt tegen de meest gangbare
ziekten in de eerste zes levensmaanden.
Aan de toepassing van flessevoeding is
in veel arme landen veel risico verbon
den. Als vierde maatregel kent men het
inentingsprogramma.
Het ontwerp van de zegels is van Mei
Harris uit Engeland, Dipok Dey uit In
dia, Vreni Wyss-Fischer liit Zwitserland
en Adth van Ooijen uit Nederland.
Op 31 januari 1986 brengen de VN drie
postzegels in omloop met als thema
„Afrika in nood".
Met de gespeelde zet besluit wit min of
meer definitief zijn korte vleugel te laten
staan, en neemt hij daarmee bewust veel
risico. Immers, na 24.44-40 komt 30-
24x24 niet meer in aanmerking wegens
het open veld 44. Een alternatief was
24.48-43.
24...10-15 25.39-33 2-7 (1-7? 26.30-24
enz.) 26.48-43. De omklemming met
26...14-20 27.42-38 7-11 28.41-36 1-6
29.46-41 11-17 30.47-42 17-22! Dwingt
een beslissing af. 31.29-24. Zo goed als
gedwongen, want na 31.43-39 22x31
32.36x27 6-11 zou 33.30-24 19x30
34.35x24 falen op 25-30 35.34x14 23x43
36.38x49 en 20x36.
31.„22x31 32.36x27 20x29 33.33x24 6-
11. Om de aanval op 27 voort te zetten.
Niet goed was het voor de hand liggende
33...8-12 wegens 34.27-22 18x27 35.37-
31! 26x39 36.34x43 25x34 37.40x7
19x30 38.35x24 en wit heeft goede
winstkansen.
34.38-33 11-17 35.33-28 17-22 36.28x17
21x12 37.43-38 12-17. Na 37...9-14 be
vrijdt wit zich door 38.27-22 18x27
39.32x21 16x27 40.24-20 15x24 41.34-29
24x33 42.38x20 25x14.
38.38-33. Zie het tweede diagram.
38... 17-22? De in tijdnood geraakte
zwartspeler zet de aanval op 27 voort.
Deze zet lijkt daarom logisch, maar ster
ker was, zoals de zwartspeler ook aangaf,
37...9-14! Hij had dan de riskante opzet
van zijn tegenstander kunnen afstraffen,
zoals de volgende variantjes laten zien:
- 38.42-38? 17-22+.
- 38.33-29 8-12 39.41-36 17-22 en wint.
- 38.33-28; nu niet direct 14-20? wegens
39.42-38 20x29 40.30-24 19x39
41.28x19 13x24 42.27-21 16x27
43.32x43 met schijfwinst, maar eerst
17-21 en daarna wint zwart door 14-
20.
- 38.41-36 8-12 39.33-28 3-8 en wint na
14-20.
39.41-36 22x31 40.36x27 8-12 41.42-38
12-17. Op 41...9-14 wint 42.33-29 23-28
43.32x23 19x28 44.38-32.
42.27-21. Wit gaat er met voordeel uit.
Dit was overigens ook wel gedwongen,
want op 42.33-28 volgt 16-2143.27x16
18-22 44.38-33 23-29 45.34x14 9x27.
42...16x27 43.32x12 18x7 44.34-29. Niet
44.33-29 23-28 45.29-23 28-33 46.38x29
19x28 en zwart wint.
44...25x34 45.29x18 19x30 46.35x24
13x22 47.40x29 9-14. Sterker is 7-12 om
meer formatiemogelijkheden in het cen
trum te behouden.
48.38-32 22-27 49.32x21 26x17 50.33-28
7-11? Deze zet is verliezend omdat wit
nu de zwarte positie in tweëen splitst.
Beter is 7-12, en het is de vraag of wit
nog wint, bijvoorbeeld 51. 37-32 12-18
52.32-27 3-9 53.45-40 9-13 54.28-23 17-
22 met remise. Na de gespeelde zet volg
de: 51.29-23! 3-8 52.23-18 17-21 53.28-
22 11-16 54.45-40 21-26 55.40-34 16-21
56.34-29 14-20 57.29-23 20x29 58.23x34
en zwart gaf het op: hij verliest precies
op tempo. Ik eindig met Jaap te bedan
ken voor zijn inzending. Wat de anderen
betreft, die hoop ik een volgende keer
aan bod te laten komen.
Voorwedstrijden
Nederlands
kampioenschap
In Eindhoven werd in drie weekeinden
van november de voorronde voor het
Nederlands kampioënschap 1986 ge
speeld. De formule was als vanouds;
twee groepen van achttien spelers speel
den zeven ronden Zwitsers om vier
plaatsen in het kampioenschap. Een veel
bekritiseerde vorm, want de geluksfactor
is bij zeven ronden erg groot. Bovendien
weigert de KNSB verdere consequenties
te verbinden aan dit toernooi; vermoe
delijk omdat ook op hoog niveau wordt
ingezien dat in een dergelijke loterij niet
te veel plaatsen in het NK mogen wor
den weggegeven. Dit houdt in dat buiten
de acht gerechtigde spelers (de vier beste
van het NK 1985 en de vier geplaatsten)
nog vier spelers aan de hand van de
ranglijst worden aangewezen. De num
mers drie van de voorwedstrijden heb
ben daarom geen enkel recht.
Een vreemde situatie waarop een bevre
digend alternatief toch niet moeilijk te
vinden is. Dat de KNSB enkele vrije
plaatsen openhoudt vpor het geval Tim
man of Van der Wiel plotseling mee wil
len doen is terecht. Maar als er zich bui
ten de genoemde acht spelers geen uitge
sproken titelkandidaten aanmelden, dan
lijkt het zinnig te kiezen uit de toppers
van de voorwedstrijden. Daartoe dient
dit toernooi wel een wat serieuzer karak
ter te krijgen. Een idee is misschien een
open toernooi te organiseren met spe
lers, die een behoorlijke ELO-rating (bv.
2250) hebben, met daaraan toegevoegd
de onderbondskampioenen. Het aantal
ronden moet dan minstens 11 zijn. Een
zeer interessant toernooi zal het gevolg
zijn, waar m.i zeker een sponsor voor te
vinden is, zodat de KNSB niet hoeft te
klagen over het geld.
Slachtoffers van de huidige toernooi-
vorm werden dit jaar Langeweg en Je
roen Piket. Vooral voor laatstgenoemde
is het jammer dat hij door een ongeluk
kige partij in de zesde ronde werd uitge
schakeld. In een meer volwassen toer
nooi had hij zich zeker geplaatst, nu was
een misstap voldoende om ons grootste
talent een jaar te moeten laten wachten.
In zijn groep werden nu zeer verrassend
Piet Peelen en Philip Goldstern ge
plaatst.
In de andere groep kwamen wel twee fa
vorieten bovenaan: Rudy Douven en
Gert-Jan de Boer (kortgeleden Interna
tionaal Meester geworden). Hun onder
linge partij is typerend voor het schaak
in dit type wedstrijden; een vechtpartij
waaraan duidelijk te zien is dat beide
spelers onder druk staan.
G.J. DE BOER-R. DOUVEN
Oud-Indisch.
I.d4 Pf6 2.c4 d6 3.Pf3 Pd7 4.Pc3 c6 5.e4
e5 6.Le2 Le7. 7.0-0 0-0 8.Tel a6 9.Lfl
b5 10.a3.
Wit's beste mogelijkheid. Na 10.b3 Lb7
1 l.Lb2 Te8 12.d5 b4! 13.dxc6 Lxc6
14.Pd5 Pc5 zijn de kansen gelijk.
10...Te8 ll.h3 Lb7 12.Lg5 h6.
Niet helemaal nauwkeurig; de loper kan
geen kwaad op g5, beter is daarom direct
12....Db8.
13.Le3 Lf8 14.d5 Db8.
De opening is voorbij. Zoals gebruikelijk
in deze opening heen wit een overwicht
in het centrum, hetgeen zwart met tegen
spel langs de c- en b-lijn moet compen-
15.Pd2 bxc4 16.Lxc4 cxd5 17.exd5 Le7
l8.La2 Tc8 19.Pc4 a5.
Wit lijkt zeer goed te staan, maar bij na
dere beschouwing is het moeilijk een
goed plan te vinden. Wat wit nu doet
ziet er enigszins geforceerd uit; zwart
krijgt gevaarlijke tegenkansen. De stel
ling rustig versterken was hier aangewe
zen.
20.f4?! exf4 2I.Lxf4 Lf8 22.Dd2 La6
23.Pe3 Pc5.
Alle zwarte stukken staan plotseling
goed, terwijl de opstelling van de witte
paarden zeer vreemd is.
24.Lh2 Db6 25.Khl?
Overziet een kleine taktische wending.
Vermoedelijk staat wit hierna verloren.
Nodig was hier 25.Dd4 om veld e4 in
handen te houden.
25....Pfe4 26.Dc2.
Nu kan wit na 26.Dd4 Dxb2 niet de
dame vangen met Tfbl.
26...Ld3 27.Dc! Tab8 28.Pedl Te8
29.Lf4 Le7 30.De3?
In tijdnood nog een blundertje, maar de
druk was al bijna ondraaglijk.
30....Lh4!
Dit kost materiaal; door tijdnood en te
leurstelling vergeet wit het hier op te ge
ven.
31.g3 Pxg3+ 32.Lxg3 Txe3 33.Txe3 Lg5
34.Tel Ld2 35.Tgl Pe4 36.Pxe4 Lxe4+
37.Kh2 Da6 38.PT2 De2 39.Lbl LxdS
40.Ld3 Df3.
Wit geeft het op.
OHRA-PROBLEEM
Opgave: Wit geeft mat in twee zetten.
De oplossing van het Ohra-probleem
(componist Jac. Haring) was l.Lc6xd5.
Correspondentie-adres: Leo Hofland, C.
Fockstraat 113, 2613 DE Delft.
een reden te meer om niet met dc kla
vers te beginnen). Bij alle andere zitsels
zijn er altijd negen slagen (of meer).
Het kleine extra-kansje dat noord schop
penheer-derde heeft, laten we buiten be
schouwing.
2. WEST
H 10 4 2
7 8 6 3
O H B 10
A 7 5
OOST
A V B 8 6
H92
O A 7 3 2
6
In dit spel zit oost in 4 schoppen, waar
tegen zuid uitkomt met klaverheer. Bij
analyse van de kansen is het u wellicht
opgevallen dat dit spel een zeer naast fa
milielid is van het vorige. Ook hier zit
een tegenstander aan tafel die gezien zijn
positie ongevaarlijk is, namelijk zuid.
U neemt klaverheer op tafel en trekt de
troeven in twee of drie keer. Wanneer er
geen redenen zijn om de troef niet direkt
te halen, dan is dat in een troefspel de
eerste zorg. Vervolgens neemt u de rui
tensnit over noord (de boer voorzetten).
Hoe de ruitens en de hartens nu ook zit
ten, u maakt altijd 10 slagen. Alleen als
de schoppen 4-0 zouden zitten - en dat
weet u in de tweede slag al - dient u een
alternatief plan op te zetten.
Als zuid met ruitenvrouw aan slag komt,
zal die waarschijnlijk met kTaver vervol
gen, in de hand getroefd, tweemaal rui
ten op tafel en weer met een klaverin-
troever naar de hand, waarna op ruiten
aas in de dummy een harten weggaat.
Als de troeven 2-2 hebben gezeten, kunt
u nog net een troef naar tafel om harten
voor te spelen, want het aas kan natuur
lijk ook gevaarloos de hele tijd bij noord
hebben gezeten. Bij een 2-1 zilsel van
troef bestaat deze kans niet meer, aange
zien de laatste troef op tafel de tiende
slag is in de vorm van een hartenintroe-
ver.
Bij het volgende zitsel zoü u in dit geval
het spel netjes hebben thuisgebracht:
9 5 3
7 B74
o 8 6 5
B 9 3 2
H 10 4 2 N AVB86
8 6 3 w o H 9 2
O H B 10 7 o A 7 3 2
A 7 5 6
O A V10 5
O V 9 4
4. H V 10 8 4
Zeker in een viertallenwedstrijd is dit de
enig juiste speelwijze, aangezien daar ten
koste van alles aan het contract moet
worden voldaan. In parenwedstrijden
(top of flop) gelden heel andere wetten.
Daar mag gerust wel eens anders-Avorden
gespeeld in een poging om-een slagje
meer te maken dan „het veld",-
3. Als noord (Z/-) heeft u in een paren-
wedstrijd:
10 8 6 3
*92
o 10 8 4
A H 7 2
en de bieding gaat:
ZUID WEST NOORD OOST
1 Sch pas 2 Sch pas
3 Ru pas V.
De betekenis van 3 ruiten is: manchepo
ging met naast de vijfkaart schoppen mi
nimaal een vierkaart ruiten. Aan noord
wordt gevraagd om op grond van deze
gegevens zijn hand te herwaarderen.
Wat had u geboden in een parenwed
strijd?
De mogelijkheden zijn 3 schoppen (ne
gatief), 4 schoppen (zeer positief) en bij
twijfel? Bij twijfel is er nog net een gaat
je voor een bod, nl. 3 H. en dat lijkt met
deze hand het beste. Bot afwijzen of
plomp 4 schoppen bieden is niet opge
legd met deze hand. Een vierkaart troef,
introefwaarde in harten en fraaie klavers
is niet niks. De ruiten zijn niet mooi, dat
is de negatieve zijde van deze hand te
genover een partner met ruitenlengte.
Maar die partner moet een goed spel
hebben en op grond van noords twijfel
moet zuid dan maar de eindbeslissing
nemen.
Zuid had
A V B 7 4
7 A 8 5
o H B 7 5 3
en die zou zeker 4 S hebben geboden.
Op 3 S past zuid, dat is consequent na
een poging. In een viertallenwedstrijd
lijkt dit een hand om direkt 4 S te bie
den. In paren is zulke haast niet nodig.
Met een hartenstart zou 4 S in de prak
tijk down zijn gegaan (dan heb je name
lijk niets aan klaveraas en -heer). Bij ie
dere andere start is 4 S gemaakt.
Correspondentie: p/a Leharstraat 10,
2162 AC Lisse.
Meten iq kan al in de wieg
Psychologen zijn onafhankelijk van el
kaar tot de conclusie gekomen dat het
mogelijk is het intelligentieniveau (iq)
van zuigelingen van zes maanden te be
palen door hun belangstelling te testen.
De resultaten blijken aardig te kloppen
met die van gestandaardiseerde iq-tests
wanneer deze kinderen zo'n vijf jaar zijn
geworden.
Deze nieuwe theorie voert verse munitie
aan voor de strijdvraag die psychologen
al vele jaren bezighoudt: is intelligentie
erfelijk of berust zij op ervaring. Met an
dere woorden: wordt de mens geboren
met een bepaalde intelligentiegraad of
kan deze al vroeg worden opgevijzeld
door speelgoedjes boven de wieg te laten
bengelen. Het antwoord zou „beide"
kunnen zijn. „Wat wij met enige zeker
heid hebbén kunnen vaststellen is, dat
baby's met een iq-mogelijkheid worden
geboren", aldus een voorzichtige reactie
van Mare Bornstein. een prominent on
derzoeker. „Wij hebben echter ook ge
vonden dat iq onderhevig is aan veran
dering - onderdrukking of bevordering -
door ervaringen in de eerste levensja
ren". Hij wijst op een door hemzelf uit
gevoerd onderzoek dat laat zien dat ba
by's die door hun ouders gestimuleerd
worden hoger scoren dan zuigelingen die
minder stimulansen krijgen. „Er schijnt
een variatie van vijftig procent te zijn.
De helft van de intelligentie is al vroeg
aanwezig en de andere helft komt van
invloeden van buitenaf'.
Deze mening geeft zowel de theorie dat
kinderen zonder iq worden geboren als
een andere, die er vanuit gaat dat de in
telligentiegraad erfelijk door de genen
wordt bepaald en dus niet veranderd
kan worden voor een deel gelijk.
De moeilijkheid om de juistheid of on
juistheid van'deze theorieën te bewijzen
was volgens Bornstein altijd het pro
bleem om een betrouwbare test te ma
ken waarmee intelligentie bij zuigelingen
kon worden gemeten.
Pas in de jaren 60 begon men gebruik te
maken van proeven die eerder al waren
ontworpen om dieren iets aan te leren.
Voorbeeld: je hangt een groene mobile
boven de wieg en verbindt dit speelgoed
met een koordje aan de linkervoet van
de baby. Als de baby trapt beweegt de
mobile. Na enige ervaring zal het kind
met zijn linkervoet trappen als het de
groene mobile ziet. Hangt men er een
exemplaar van een andere kleur voor in
de plaats dan zal het zijn voet niet bewe
gen. „De baby herinnert omdat hij heeft
geleerd". Bij een proef van Bornstein
zelf wordt de baby op een scherm bij
herhaling hetzelfde plaatje getoond.
Eerst kijkt het kind met belangstelling,
maar na een tijdje raakt het verveeld en
kijkt het er niet meer naar. „Verveling is
leren. De baby heeft het plaatje gezien,
het in zich opgenomen en wil nu iets an
ders: Sommige baby's raken sneller ver
veeld dan andere". Bornstein testte zijn
proefbaby's opnieuw toen zij vier jaar
waren, een leeftijd die voldoende is voor
intelligentieproeven. Er bleek toen een
verbazingwekkend verband te bestaan
tussen de resultaten van de eerste en van
de tweede serie proeven.
„Wat wij al wisten was dat de omgeving
belangrijk is, want eerdere onderzoekin
gen hadden bewezen dat kinderen die in
instituten opgroeien bij later in hun le
ven uitgevoerde iq-test? lager scoorden
dan kinderen die door hun ouders waren
verzorgd". Volgens de hoogleraar komen
„moeilijke" baby's, die voortdurend de
aandacht opeisen, beter uit intelligentie-
onderzoeken dan baby's die passief zijn.
„Dit roept een interessant vraagstuk op:
zorgen moeilijke en intelligente baby's
voor aandachtige ouders, of zijn aan
dachtige ouders verantwoordelijk voor
intelligente baby's?"
Ceidóe Sou/tont'