Inspiratiebron voor ondernemende vrouwen E5E KEER Ooitgedicht" biedt uitstekende poëzie voor jongere lezers Meesterwerk van Isaac Bashevis Singet r Johan de Witt: een staatsman doorgelicht Record voor nieuw Guinness Record Boek BOEKEN Ccklaeöomewt VRIJDAG 8 NOVEMBER 1985 PAGINA 99 Na „Nooitgedacht" van twee jaar geleden, waarin zo'n leuke keuze aan verhalen bijeenge bracht was, kwam „Ooitgedacht", ook een na- jaarsboek voor jongere lezers, dat doorging op deze gedachte. Goedkope, eenmalige, goed doordachte bundels, waar het Ministerie van W.V.C. zijn medewerking aan verleende en die werd uitgegeven door de Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek. De se rie wordt nu voortgezet met „Ooitgedicht", dat deze week uitkwam, en dat je een prima poë- zie-boek voor jongere lezers kunt noemen. „Een groot aantal gedichten verzameld in een boek" zo kondigt Willem van Toorn de door hem samengestelde reeks van tegen de 150 ge dichten aan. Uitleg of verantwoording over de uitgangspunten van de keuze van juist deze teksten geeft hij niet; in elf zeer korte, maar heldere inleidinkjes, waarin telkens een be paald thema wordt aangekondigd, treedt de sa mensteller als een mijmerend commentator op. die wat gedachten over menselijke gevoelens, gedragingen en ervaringen noteert. Zo leidt hij de afdeling met gedichten over de creativiteit van de dichter in met de volgende zinnen: „Woorden zijn vreemde dingen. Je kunt ervan maken wat je wilt. En soms doen dichters dat: werelden maken die eerder niet bestonden, om dat de woorden daar zin in hebben". Zo komen er thema's als oorlog, dood, reizen, dieren, angst en verdriet aan de orde, natuur lijk ook familie, liefde en de school (of het werk). De eerste reeks van gedichten is gewijd aan de vraag wat poëzie nu eigenlijk is, waarin een gedicht van Remco Campert is geplaatst, dat je ook op de omslag van „Ooitgedichtterug vindt en dat voor samensteller en uitgever dus kennelijk wat te zeggen heeft: Hoe duidelijker ik 't wil zeggen hoe slechter ik uit mijn woorden kom dit lijkt me een typisch verschijnsel van het een of ander". In „Ooitgedicht" staan vooral gedichten van hedendaagse dichters. Opvallend is de duidelij ke voorkeur voor een wat licht soort poëzie, waarmee ik niet alleen het oog heb op de op vallende manier waarop de nonsenspoëzie van iemand als Daan Zonderland vertegenwoordigd is. Ook lees je Buddingh's en Bernlefs verras sende gedichten over sandwich-spread deksel tjes, voetballende Eskimo's, de Blauwbilgorgel of het ongelooflijke déjé-vu, dat voor Bernlef geen toeval meer zijn kan. Uiteraard ontbreekt K. Schippers niet, verder vind je opmerkelijk veel van Pierre Kemp, wat mij nogal plezier doet. Rutgèr Kopland met zijn aansprekende poëzie, en zowaar een en ander en dan niet het voor de hand liggende van Gerrit Ach terberg. Teveel om hier op te noemen: achter in de bundel vindt de lezer een uitvoerige „biobi- bliografie" over alle in deze bundel opgenomen auteurs. Daaronder ook niet-Nederlandse schrijvers (in vertaling), zoals Kurt Schwitters en Dylan Thomas, maar ook auteurs die wer ken aan de „rand" van de literatuur of De Poë zie, zoals Bruce Springsteen en Paul Simon. Het is een uitstekende keuze, waaruit vooral blijkt, dat poëzie voor schrijvers en dus ook voor lezers een heel natuurlijk, heel eigen, spontaan en wezenlijk levensgebied is. Daarom is dit boek een werkelijk uitstekende introduc tie voor jonge en oudere lezers tot de wereld van gedichten. Om er voor zichzelf in bezig te zijn en ontdekkingen in te doen, maar je kunt je voorstellen dat veel leraren op allerlei scho len heel blij zullen zijn met dit boek. En dan ziet het er ook nog zo feestelijk uit! JAN VERSTAPPEN „Ooitgedicht" een groot aantal gedichten verzameld in een boek, samengesteld door Willem van Toorn. Een uitgave van de Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek. Prijs ƒ7,90. Blaman Anna Blaman leek langzaam in de vergetelheid te geraken, nadat zij toch wel indrukwek kend haar plek in de litera tuur scheen te hebben be reikt. Zij doorbrak 'na de oor log menig taboe en wist met grote somberte in haar verha len en romans het thema „eenzaamheid" te exploreren, hetgeen niet zonder navolging zou blijven. Merkwaardig ge noeg is zij daarna nauwelijks ingelijfd tot de rangorden der feministische schrijfsters, uit die hoek kwam niet veel steun of wezenlijke belang stelling voor haar werk. Haar boeken zijn de laatste tijd niet herdrukt. Meulenhoff vestigt nu op nieuw de aandacht op Anna Blaman, door in de reeks „Li terair Möment" haar beroem de roman „Op leven en dood" uit 1954 opnieuw uit te bren gen, in een verzorgde maar heel goedkope editie, begeleid door een klein informatie boekje, zoals in deze reeks ge bruikelijk. Dat kleine boekje, dat maar een rijksdaalder kost, bevat herinneringen aan Anna Blaman, die eigenlijk Anna Vrugt heette. Koss- mann, Adriaan van der Veen, Dolf Verroen, Josepha Men- dels en Martin Mooij dragen hier aan bij, terwijl het boekje opent met een paar kantteke ningen bij „Op leven en dood" en Blamans existentia lisme. Bovendien verschijnt bij Meu lenhoff een boek met zeven verhalen van Anna Blaman, waarvan er vijf nog nooit ge publiceerd zijn, terwijl de twee andere bijna onvindbaar waren. Dit boekje, „Droom in oorlogstijd", is samengesteld door Aad Meinderts en het opent met een fragment, dat hier is opgenomen onder de titel „Een autobiografie" en dat iets beschrijft van de er varingen van een meisje, dat ontdekt lesbisch te zijn. Ooit is het verschenen in een boek, „De Homosexuelen", uit 1939, dat door Benno Stokvis was samengesteld om iets te berei ken op het gebied van maat schappelijk begrip en accepta tie. De 35 bijdragen bleven anoniem, pas later heeft, men vastgesteld dat ook Anna Bla man haar deel geleverd had, waarin ze overigens meer van zichzelf prijsgaf, dan later vaak mogelijk was. Koeck Paul Koeck beschrijft in zijn nieuwe roman, „De gigolo", een man van rond de vijftig op een heel moeilijk moment in zijn bestaan. Hij ligt in het ziekenhuis om zich te laten ontdoen van zijn mannelijk heid, omdat een kwaadaardi ge ziekte hem heeft getroffen. Dat geeft deze heer, die de voornaam Do draagt, natuur lijk nogal stof tot nadenken, vooral ook, omdat het be dreigde orgaan zo'n grote rol in zijn leven heeft gespeeld. In de nacht voor de operatie en tijdens de ingreep, wan neer hij volgestopt is met ver dovende, slaapverwekkende middelen, komen de herinne ringen aan allerlei erotische Anna Blaman belevenissen of sexuele avon turen soms meer, dan weer minder gedetailleerd naar bo ven. De lezer is getuige van die constante verslaggeving van het levensbelang dat het „mannetje staan" kennelijk voor Do had. De dames met wie de rondedans wordt uit gevoerd, blijken bijna zonder uitzondering Do's belangstel ling slechts te wekken om een louter lichamelijk deel van hun bestaan, zoals Do's eigen identiteit op den duur met een luttel anatomisch deel blijkt samen te vallen. Verder niets aan de hand. Schabracq Vorig jaar verscheen „Een man van de wereld", waarin een jongeman op zoek was naar het leven en de beteke nis daarvan en zijn sentimen tele opvoeding kreeg van een lerares, Julia. Daarbij speelde zijn vriendinnetje Claudia ook nog een rol. Dat nog wat on uitgewerkte en vage gebeuren heeft kennelijk veel voor de auteur, Mare Schabracq, bete kend, want dat debuut-ver haal wordt nu vervolgd in zijn tweede roman, „Het ver beelde leed", waarin het re laas over Stefan, Claudia en Julia wordt voortgezet. Dat gebeurt op nogal zwaarwichti ge wijze - het volwassen wor den van een puber is natuur lijk niet zo'n simpele zaak, maar vraagt toch ook weer niet om zoveel grote woorden en beschouwingen. Die wor den overigens wel afgewisseld met beschrijvingen van avon tuurtjes die Stefan met andere vrouwen en meisjes beleeft, waarbij hij zich dan afvraagt of ze het van elkaar weten. Er valt te vrezen dat er nog een derde deel komt. Een jaar boek „Een jaar boek" wordt aange kondigd als een jaarlijks uit te brengen boekwerk, waarvan het eerste verschenen is: on der redaktie van Aad Nuis en Robert-Hertk Zuidinga wordt in dit eerste deel van de nieu we serie het Nederlandse lite raire leven tussen juli 1984 en juli 1985 beschreven. De in deze periode verschenen lite raire werken worden daarin vermeld, van veel boeken is bovendien een uitvoerige be spreking opgenomen. Debu tanten en prijswinnaars vind je er in, en als slot is een com plete bibliografie van alle nieuwe Nederlandstalige lite raire werken uit deze periode opgenomen. Zo is een letter kundig jaar in kaart gebracht, van „Cirkel in het gras" tot „Somberman's aktie", „Hedo- nia" tot „Havinck", „Winter licht" tot „In Nederland". Een nuttig en bruikbaar uitgaafje, zeker ook voor scholieren. Boeventucht „Galeien roeien", of „duinen in meren werpen", raadt Dolf de Vries Coornhert (de zestiende- eeuwse humanist) aan als al ternatieve bestraffing van misdadigers. In zijn boekje „Boeventucht", uitgegeven door Coutinho, staat het: „Het tweede middel is dat men dit slechte volk goed land laat maken van de schadelijke duinen en meren. Dit lijkt niet bezwaarlijk, als men de misdadigers, met kettingen of ijzeren bouten paarsgewijs aan elkander gekoppeld, het zand in en weer uit de schui ten laat scheppen onder het toeziend oog van de opzich ters van de werkende misda digers, die zowel bij de meren en venen als de duinen moe ten worden aangesteld om on der de schurken orde te hou den en de werkzaamheden van afgraving en landwin ning te regelen." Dergelijke nuttige arbeid is veel geschik ter om de „ledige brassers" weer op het rechte pad te brengen, dan de methoden die zo rond 1550 kennelijk wer den aangewend. Coornhert schreef zijn betoog over het bestraffen van boe ven, nadat hij aan den lijve kennis gemaakt had met de gevangenis, omdat hij in 1567 als slachtoffer van Alva's schrikbewind in de Haagse Gevangenpoort verbleef. Al lijkt het uit bovenstaande maatregel niet zo voor de ANNA BLAMAN OP LEVEN EN DOOD Renate Rubinstein hand te liggen: Coornhert heeft met dit boekje toch mede de stoot gegeven tot verbeteringen van het straf stelsel. In deze nieuwe uitgave veel toelichting, commentaar en een volledige „hertaling" van de oude tekst, zodat je naast het origineel een eigenlijke versie kunt lezen. Wagenpraatjes In de achttiende eeuw leefde een merkwaardig schrijver in de Nederlanden, de beruchte en geliefde Jan Campo Wey- erman, een broodschrijver, die het publiek vermaakte met allerlei spotternij, waar door hij uiteindelijk in de ge vangenis belandde, waar hij ook zou sterven. Een van zijn beroemdste teksten was „Het vermakelijk wagenpraatje", waarin het geklets was geno teerd dat een dame en twee heren voerden in de postkoets tussen Breda en Vianen. Al lerlei aspecten van de maat schappij in die dagen worden daarbij van commentaar voor zien: De artsenij of kwakzal verij natuurlijk, maar ook de „Heeren Boekhandelaren". De dame in de koets weet haar opmerkingen erg vaak een nogal dubbelzinnig ka rakter te geven. Haar aandeel is overigens, hoe kan je in die Mare Seliabr;nx| Het, verbeelde leed Roman Renate Rubinstein Nee heb je VRIJHEID IN DE STEIGERS GR AA BOOMS MA tijd anders verwachten, van zeer ondergeschikt belang. Ook een interessante uitgave van Coutinho. Vaderland De aardige, kleine boekjes in de Vaderland-reeks blijven verschijnen. Men vindt er teksten in uit oude jaargangen van het dagblad Het Vader land, teksten die op een of an dere manier literair van be lang zijn. „Letterkundig inter mezzo" is alweer het tiende deeltje. Een keuze van be schouwingen van diverse au teurs (waaronder Kloos en Emants) óver diverse onder werpen: kunstkritiek, het subjectieve en objectieve in kunst, boeken van en over vrouwen, pathologie in de li teratuur, dit alles uit 1916 en 1917. Curieus is ook deel 9 van deze reeks met als hoofdpersoon de I9e-eeuwse Russische auteur Leo Tolstoi. Het begint met een interview van de Engelse correspondent van de krant met Tolstoi en het tweede deel bevat de Vaderlandse be richtgeving over Tolstoi's laatste levensdagen, zijn over lijden en de nasleep daarvan. Ziek zijn Renate Rubinstein vecht al ja ren met e,en ernstige ziekte en het was dan ook niet onver wacht, dat ze die strijd tot on derwerp van een reeks per soonlijke beschouwingen maakte, zoals ze eerder deed met haar echtscheiding in „Niets te verliezen en toch bang". Wat betekent de wor steling met een ernstige ziekte voor een moedig, intelligent mens, dat zich niet tot slacht offer wil laten maken, zonder eerst eens goed te hebben na gedacht? Eigen emoties, maar ook de reacties uit haar omge ving, het medelijden, de goede raad, zijn voor haar aanlei ding de gang van zaken kriT tisch te blijven observeren. In dit boekje, „Nee heb je", geeft zij ook haar oordeel en opvat tingen over (alternatieve) me dische deskundigen, over an dere aspecten van gezond heidszorg, artsen, medisch personeel. Daarbij bouwt ze inzicht in haar situatie op: „Tijd is mijn kapitaal gewor den, ik ben me ervan bewust dat het opraakt, met elke mi nuut minder wordt en nooit meer terugkomt. Vroom be denk ik dat dit altijd al zo was en voor alle mensen geldt. Dominees zeggen het, de mid deleeuwen wisten het, maar ik vind alleen daarom al zo'n digitaal horloge dat je het ver lopen van de minuten zo ze nuwachtig, dwangneurotisch inpepert, onverdragelijk". Reizen en ander ongemak Dolf de Vries is met de Trans- Siberië-spoorweg dwars door Rusland en Azië getrokken. Graa Boomsma permitteerde zich een literaire zwerftocht door Amerika en Ronald Hoe ben bleef gewoon thuis, waar hij het ook niet gemakkelijk had. Alle drie leggen ze van die avonturen verslag af in een nieuw boekje. Dolf de Vries, de acteur-schrijver, heeft al over andere reizen verslagen gepubliceerd, zoals „Het mes van de Andes", over een jaar verblijf in Zuid-Ame- rika. Informatie uit de reis gids, observaties van de reizi ger, alles wat er zo komt kij ken bij zo'n lange reis is in „Trans-Siberië" op aardige manier genoteerd, zonder veel diepgang. Graa Boomsma had zich een heel wat duidelijker doel op gelegd, toen hij enige maan den door de Verenigde Staten ging reizen. Hij trok daar naar de adressen van allerlei auteurs, die „door het grote publiek (nog) onderschat wor den, maar die in de geschiede nis van invloedrijke betekenis zullen blijken te zijn." In „Vrijheid in de steigers" tref je o.a. James Purdy aan, Ri chard Brautigan, Alice Wal ker, William Gaddis, Indiaan se auteurs. Ronald Hoeben, die ooit heel leuke stukjes over afschuwe lijk voedsel in wegrestaurants en meer van dat soort be schouwingen over modernere manieren van leven schreef, heeft het weer eens gepro beerd in een boekje dat de ti tel „Kleine ongemakken" draagt. Kennelijk moet het de in het hedendaagse bestaan verstrikte en zo wanhopig ge- voorden lezer even aan het la chen maken over allerlei pro blemen, die een van zijn tijd genoten ervoer. Hoeben wor stelt met zaken als kamperen, de verbouwing, de wasemkap, het vegetarisch eethuis, het woonerf en afvallen. Dat is allemaal natuurlijk best leuk te vinden, maar telkens wordt een probleem louter en alleen om er leuk over te doen opge klopt tot onzinnige proporties. Dat is op den duur niet leuk meer. Anna Blaman: „Op leven en dood", uitgave Meulenhoff, ƒ16.90 begeleid door infor matie-boekje, 2.50 in reeks Literair Moment. Anna Blaman: „Droom in oorlogstijd", uitgave Meu lenhoff. Prijs ƒ19.50. Paul Koeck: „De gigolo", uitgave Manteau. Prijs ƒ19.90. Mare Schabracq: „Het ver beelde leed", uitgave Man teau. Prijs 24.90. „Een jaar boek" - 1984-1985, onder redaktie van Aad Nuis en Robert-Henk Zuid- inga. Uitgave Araminth. Prijs ƒ15.-. D. V. Coornhert: „Boeven tucht", uitgave Coutinho, ƒ22.50. J. C. Weyerman: „Het ver makelijk Wagenpraatje", uitgave Coutinho. Prijs f27.50. „Een bezoek bij graaf Leo Tolstoi" - en andere teksten, deel 9 van de Vaderland- reeks; Marcellus Emants e.a.: „Letterkundig inter mezzo", deel 10 van de Va derland-reeks, uitgaven van uitgeverij „Vriendenlust" te Nijmegen. Prijs per deel ƒ9.50. Renate Rubinstein: „Nee heb je", uitgave Meulen hoff. Prijs ƒ22,50. Dolf de Vries: „Trans-Sibe rië", uitgave Nijgh Van Ditmar. Prijs 22,50. Graa Boomsma: „Vrijheid in de steigers", een literaire zwerftocht door Amerika. Uitgave In de Knipscheer. Prijs ƒ29,50. Ronald Hoeben: „Kleine on gemakken". Uitgeverij Con tact. Prijs 18.90. Steeds,meer vrouwen be ginnen een eigen bedrijf, ook al moeten ze daarvoor meer barrières doorbre ken dan mannen. Met dat idee in het achterhoofd hebben Maijolein Houwe- ling en Bernadette de Wit elf vrouwen geïnter viewd, die allen een zelf standig bedrijf hebben op gezet. In navolging van „Originele ideeën voor het starten van een be drijf", heeft uitgeverij Aramith deze interviews onlangs gebundeld uitge bracht in „Ondernemende Vrouwen Het gaat in het boek niet zo zeer om de vraag hoe een on derneming van de grond is te krijgen, maar het dient meer als inspiratiebron voor vrou wen die met soortgelijke plan nen rondlopen. Dat neemt niet weg dat in de interviews uit gebreid wordt ingegaan op de opzet van het bedrijf, de finan ciering en winstverwachting, de ondernemersfilosofie en - toekomst. Aan het woord ko men onder anderen een zog- genboerin, mode-ontwerpster, uitgeefster, marktvrouw en di rectrice van een opleidings centrum voor soft-ware. Eén van de geïnterviewden is Dorine de Vos. Zij opende 30 september 1984 „Schlemmer" een cultureel café annex res taurant in Den Haag, dat eer der had gediend als officiers mess. Na een afweging van za ken als huur, geschiktheid van de plaats voor een café en de huidige outillage, nam ze de uitdaging aan. Horecapapieren gehaald, be- drijfsadvies gevraagd aan Job Creation, geld van eigen ver mogen en de bank. Het groot ste probleem waarmee Dorine na de opening te maken kreeg was niet het lokken van klan ten, maar hoe ze de enorme klandizie het hoofd kon bie den. Andere moeilijkheden in het eerste jaar dat Schlemmer (Duits voor Smulpaap) draai de, waren het aantrekken van het juiste personeel, het hand haven van het specifieke (cul turele) karakter, de boekhou ding en de inrichting van het gebouw. Of het eindelijk toch een succes-story wordt, moet over twee a drie jaar nog blij ken, maar het begint erop te lijken. Dat geldt overigens ook voor de andere bedrijven die in het boek „Ondernemende Vrou wen" worden vermeld. Onder nemingen die nog lang niet „binnen" zijn, maar die door een behoorlijk portie wils kracht van de vrouwelijke ini tiatiefnemers, bepaald niet ge doemd zijn te mislukken. Een hart onder de riem dus, dit boekje, voor alle vrouwen die iets zouden willen onderne men, maar nog niet alle moed bij elkaar hebben geraapt. JOOS PERSOON Marjolein Houweling en Bernadette de Wit: „Onder nemende Vrouwen". Ara mith Uitgevers Amsterdam. 128 pag. Prijs ƒ19,50. 3D De Pools-joodse schrijver Isaac Bashevis Singer (acht iaar ge leden kreeg hij de Nobelprijs) schrijft consequent in het Jid disch en daarmee voor een be trekkelijk klein lezerspubliek. Zijn romans worden daarom (door hemzelf met hulp van een vertaler) in het Engels overgezet. Het nu bij De Ar beiderspers verschenen boek „De slaaf" is dan ook niet uit het jiddisch vertaald maar uit het Engels - op een overigens uitstekende manier (door Ber- tho Kriek). Het verhaal speelt in het ze ventiende eeuwse Polen, een vrijwel continu door oorlogen geteisterd land waar de joden nu weer door de ene invaller, dan weer door de andere wor den vervolgd en er tussendoor door de Polen zelf worden verdrukt. In dat doorlopende gevecht te overleven verkeert de uit zijn stad verdreven Ja kob, een ontwikkeld man, als boerenknecht tussen de „hei denen". Hardnekkig houdt hij vast aan zijn geloof en de jood se voorschriften waarmee hij tot een zonderling in de primi tieve gemeenschap wordt. Langzaam groeit er een liefde tussen hem en Wanda, een niet-joods meisje, onontwik keld maar intelligent en het is die liefde welke Jakob voort durend in twijfel doet verke- op 1 elde •fcalbe in ei ren in hoeverre en hoezeer ^a| de joodse wetten overschrijf .e Als hij later wordt vrijgekoi en terug kan keren naar 2 stad, neemt hij Wanda mee zijn vrouw: een zogenaan doofstomme, opdat ze niet p kan geven dat zij niet-joods Het wordt een leven dat 1 e meer lijden teweeg brengt d jb{ nodig zou zijn, maar Jal f blijft de berustende. „De slaaf" is niet alleen evjsc| indrukwekkend boek door tv prachtige milieuschilderi van het zeventiende eeuv Polen en dan vooral van Joodse nederzettingen dar— maar vooral is het ontroerei door de diepmenselijke kar* ters. Singer schrijft over lief* en haat, de klassieke gegevé voor het drama, met zovk nuanceringen en hij weet Li magnifiek de sfeer te schepri dat zijn werk zonder twijfel L de wereldliteratuur gerekejf moet worden. De meeslepen stijl, heel zorgvuldig geconl pieerd, de aandacht voor ÜK< kleine dat in feite de waai iken van het leven bepaalt en venal zijn toch altijd nuchk» blijvend mededogen, ook rtarov de onderdrukkers, tilt deze joli 1 man torenhoog uit boven Igd middelmaat. 12-11 JAN LOUWJarov De Slaaf, door I.B. Sing) laai Uitgever De Arbeiderspepkke Amsterdam. Prijs 39,50. |en s Helemaal in New Jersey schreef de Amerikaan Herbert H.Rowen een zojuist vertaalde, zeer heldere studie over Johan de Witt, de staatsman die op 20 augustus 1672, samen met zijn broer, schandelijk vermoord werd nabij de Haagse Gevan genpoort. Rowen beschrijft hem als de staatsman van de „ware vrijheid". Dat wilde voor hem en zijn aanhangers zeggen: de vrijheid van de verenigde provinciën, Holland voorop, om zich bestuurders te kiezen die men zelf wenste. Waarbij er dan geen sprake van kon zijn, dat prinsen van Oranje een vanzelfsprekend recht zouden hebben om tot stadhouder te worden be noemd. De Witt heeft na de dood van Willem II in november 1650 krachtens diens visie als machtig raadspensionaris stand weten te houden tot het debacle van 1672, toen de roep om Oranje bij de inval van vooral de Fransen hem te sterk werd en Willem III (21) de macht in zijn jonge handen kreeg geworpen. Een onver mijdelijk gebeuren, want de Oranje-partij was altijd sterk gebleven en zag haar kans schoon, toen het politi«t/U kunstwerk van een Europ evenwicht, door de Wittl-pi- naarstig gewrocht, uit balfA A. raakte. Hoe de draden geweven den en wie er aan trok, door Rowen voortreffef 'en wr| k, woK 1 treffei ge geschiedschrijving, nimn dor, want verlucht met al jDEN details, die levende meniands weer doen opstaan uit het #d, n der eeuwen. prese Persoonlijke tragedie (zijn Üe u der kwam bij een machtsgrélen". van Willem II tijdelijk in |n Er gevang gerecht) bracht lamp Witt op zijn koers, persoon) var drama sloot zijn leven af. jkam tuurlijk maakte hij fouten; de was een kampioen van i tijd» vloot maar verwaarloosde als leger. Tegenwerking was 3 Ra< deel, hooghartigheid aere zwakte, populair werd fvezij nooit, maar kundig was hij rdhal venmate. Men leze Rowen: flg. aanwinst. ge^ JAN ONSTEÏ I „Johan de Witt. Staatsiri insi van de „ware vrijheid", d< onda Herbert H.Rowen, 284 lijzig< geill. ingen. Uitg. Martiiier zi Nijhoff, Leiden, 44,50. bloec begi met schaj daar: den Het meest verkochte boek al ler tijden waarop auteursrecht berust is het Guinness book of records. De totale verkoop in 24 talen bedroeg tot medio 1985, 30 jaar na de eerste uit gave, ruim 51 miljoen. Overi gens is dit aantal niets vergele ken met de verkoopcijfers van de bijbel. Daarvan werden er al 2,5 miljard afgezet in 286 ta len. Deze en duizenden andere zin nige en onzinnige cijfers zijn nu bijgewerkt tot medio 1985 en gebundeld tot de Neder landse editie van het van oor sprong Engelse werk: Het Groot Guinness Record Boek. Met daarin opgenomen de Ne derlandse records die onder invloed van het tv-programma „De eerste, de beste", nogal veranderd zijn. Hoewel het boek in grote lij nen niet verschilt van vorige uitgaven, blijft de uitgever toch op zoek naar tenminste één grote verrassing. Die vond hij door de prijs van het boek in vergelijking tot de vorige editie met een tientje te ve: gen. Dit gegeven zal dan in het volgende Groot Guini Record Boek te vinden zijn. Het Groot Guinness Reco, Boek. Samenstelling McWhirter. Uitgever tingh, Utrecht. Prijs ƒ24, jjlSSl Nor el (ADVERTENTIE) BOEKHANDEL LEIDEN - LEIDERDORP OEGSTGEEST - KATWIJK VOORSCHOTEN :rel de pur ilian jva c .9 damt ipioe ntrea. seelsi lderi •verc rspro n R< lentil de 5 Ome ie ei jaa tijn v jjia J

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 8