Nederlandse experimenten met Spacelab de ruimte in ;e Ruimteziek Wubbo Ockels verzilvert troostprijs a£eidóc Qowiant ZATERDAG 19 OKTOBER 1985 NOORDWIJK - De ruimtevlucht die op 30 oktober begint krijgt voor Nederland niet alleen een speciaal accent door de deelname van Wubbo Ockels, maar ook door de relatief grote Nederlandse inbreng in het programma. Van de bijna tachtig proeven werden er namelijk negen door Nederlandse wetenschappelijke en technologische instellingen voorgesteld. Veel van die onderzoekingen houden verband met de fenomenen van gewichtloosheid en de mogelijk daardoor veroorzaakte i ruimteziekte waarvan vijftig procent van de astronauten de eerste dagen van een vlucht last heeft. Een van die studies is het zogenaamde „kantelkamer-experiment". Het is be dacht door het in Soesterberg gevestigde Instituut voor Zintuigfysiologie/TNO. Het moet gegevens opleveren over het vermogen van de astronauten om be paalde opdrachten uit te voeren. De be wuste kamer wordt heen en weer bewo gen en de astronaut moet, zonder dat hij met zijn ogen kan zien wat horizontaal en verticaal is, proberen een wijzer in verticale positie te houden. Hij moet dus afgaan op wat zijn evenwichtsorganen hem vertellen. Overgevoeligheid voor zee- en luchtziekte wordt in Soesterberg via deze methode vroegtijdig opge spoord, waarmee kan worden voorko men dat er veel geld en tijd nutteloos worden geïnvesteerd in de opleiding van aspirant-vliegers en -zeevarenden. Een ander Nederlands onderzoek, voor gesteld door het Laboratorium voor Ani male Fysiologie van de Rijksuniversiteit in Groningen, heeft betrekking op het „positioneergedrag" van ruimtevaarders. Onder aardse omstandigheden krijgt het centrale zenuwstelsel - als er geen visue le gegevens voorhanden zijn - informa tie over de positie van ledematen uit voornamelijk huidzintuigen, spieren en gewrichten, maar in gewichtloze toe stand ligt die zaak waarschijnlijk een heel stuk moeilijker. Om dat na te gaan zal Wubbo Ockels voor, tijdens en na de vlucht geblinddoekt honderd maal een van tevoren vastgestelde afstand tussen zijn handen aangeven en met zijn rech terhand een bepaalde beweging maken, tegen de (in de ruimte niet bestaande) zwaartekracht in. Gebaren Interessant zijn ook twee programma's voorgesteld door wetenschappers van 'het Max Planck Instituut in Nijmegen. Het ene is een psychologisch onderzoek naar de relatie tussen spraak en gebaar. Die gebaren zullen namelijk duidelijk worden beïnvloed door hel ontbreken van zwaartekracht aan boord van de Spacelab. Het tweede project omvat ex perimenten op het gebied van de ruimte lijke oriëntatie. Op aarde is het geen pro bleem aan te geven of een voorwerp zich boven of onder, dan wel rechts of links van een ander voorwerp bevindt. Maar onder gewichtloze omstandigheden is dat aanzienlijk minder eenvoudig, om dat er dan in feite geen onder en boven meer is. Tijdens deze experimenten zullen de as tronauten in contact staan met de „aar de", zodat er ervaringen kunnen worden uitgewisseld met de voor vergelijkend onderzoek dienstdoende „proefper- De meeste studies en onderzoekingen hebben ten doel kennis te vergaren over het fenomeen ruimteziekte. De huidige Amerikaanse activiteiten op het gebied van de bemande ruimtevaart duren zel den langer dan tien dagen. Als dan de helft van de bemanning een paar dagen uitvalt, betekent dat nogal wat rende- mentsverlies. Bij de Russen speelt dat probleem nauwelijks een rol. Hun be langrijkste Saljoet-missies duren name lijk verscheidene maanden en in die si tuatie maakt het verlies van een paar da gen niet zoveel uit. Maar een langdurig verblijf in de ruimte heeft ook weer zijn negatieve kanten en een van de ernstig ste daarvan is de zeer aanzienlijke ont kalking van het beendergestel van de be trokken ruimtevaarders. Met dat ver schijnsel zullen in de jaren negentig, als Amerika's permanent bemande ruimte station eenmaal om de aarde draait, ook niet-Russische ruimtevaarders worden geconfronteerd. Tenzij men voor die tijd het probleem heeft opgelost. Toch is een onderzoek naar dit ver schijnsel pas zeer laat en op aandringen van de vakgroep Biochemie van de uni versiteit in Limburg in het programma opgenomen. Kikkerproef Wubbo Ockels en zijn collega's zijn ove rigens niet de enige „biologische objec ten" die tijdens de missie een belangrij ke rol spelen. Eén van de interessantste biologische onderzoekingsprojecten is voorgesteld door dr. G. A. Ubels van het Utrechtse Hubrecht Laboratorium. Zo als eerder in deze krant gemeld is het de bedoeling dat in enkele containertjes de eitjes van de klauwpad worden bevrucht en dat een embryonale ontwikkeling op gang wordt gebracht. Van die allereerste ontwikkeling van levende wezens is nog steeds maar heel weinig bekend. Met name de vraag waarom en hoe de orga nen van een levend wezen op een zeer bepaalde wijze ten opzichte van elkaar worden gerangschikt, is nog nooit beant woord. Ruim honderd jaar geleden werd al ver- Op 30 oktober aanstaande: een rookwolk en weg is Ockels, de ruimte in. ondersteld dat de zwaartekracht bij deze rangschikking een belangrijke rol zou spelen, maar die hypothese kan in feite nü pas zonder die zwaartekracht op zijn waarde worden getoetst. Van dit onder zoek hopen de wetenschappers zo veel te leren dat zij het ontstaan van Siamese tweelingen kunnen voorkomen. In Ockels' bagage gaat bovendien de zeer speciale slaapzak mee, waarover ook al eerder in deze krant werd geschre ven. Hij is in opdracht van ESA (het Eu ropese ruimtebureau) vervaardigd door experts van het Fiber Instituut van TNO in Delft. Met die opblaasbare slaapzak hoopt men eindelijk van het probleem af te zijn dat in het verleden veel astronau ten parten heeft gespeeld. Ze sliepen on rustig, slechts een paar uur achtereen en werden wakker door het gevoel dat ze - door hun gewichtloosheid - constan een „vrije val" maakten. Het opblaasba re systeem, dat nu aan boord van Space lab voor het eerst zal worden uitgepro beerd, zorgt overal op het lichaam voo een zekere druk, die de astronaut hei aardse gevoel van zwaartekracht moet geven. Tenslotte zullen er ook nog drie Neder landse experimenten worden uitgevoerd op het gebied van materiaalkunde en vloeistof-fysica. Daarbij zijn betrokken het Laboratorium voor Technische Scheikunde van de RU Groningen, het Nationaal Lucht- en Ruimtevaart Labo ratorium te Amsterdam en de afdeling Metaalkunde van de TH Delft. Naast al deze „officiële" studies en experimenten gaat Wubbo Ockels ook nog aan de slag met enkele proeven, die door de Neder landse schooljeugd werd bedacht. HOUSTON - Hij heeft er vijf jaar op moeten wachten. Maar nu is het zover. Wubbo Johannes Ockels, de kernfysicus uit Groningen, staat op het punt zijn droom te verwezenlijken als „wetenschappelijk medewerker/uitvoerder" tijdens de door West-Duitsland bekostigde trip van Spacelab D1Samen met twee Duitse collega's en vijf Amerikanen wordt hij op 30 oktober aanstaande vanaf Cape Kennedy de ruimte ingeschoten. Toen Ockels vijf jaar geleden met nog vier anderen werd gekozen uit 194 Ne derlandse kandidaten was hij nog aller minst zeker van een „space-ticket". Per slot van rekening hadden twaalf Europe se landen bij elkaar maar liefst 53 kandi daten aangemeld bij de Europese ruim tevaartorganisatie ESA en van hen zou den er slechts vier (uiteindelijk zelfs maar drie) overblijven. Ockels werd echter getipt als een van de grootste kanshebbers. Hij heeft iets in zijn houding, zijn voorkomen en zijn doen en laten van de astronauten van het eerste uur: breed geschouderd, intel ligent, zichtbaar gezond. Een soort su permens. Geen eerste vereiste om ruim tevaarder te worden, maar toch En menigeen was vijf jaar geleden dan ook van mening dat als één van de vijf Ne derlanders het zou maken, het Wubbo Ockels moest zijn. Welnu, dat hij de Ne derlander was die het zou maken, is be waarheid. Maar die eerste Westeuropese vlucht ging toch aan hem voorbij. De uiteindelijke keuze ging tussen hem en de Westduitser Ulf Merbold. Ockels was ervan overtuigd dat hij de beste kansen had om West-Europa's eerste Spacelab-astronaut te worden (de eerste „gewone" Westeuropese astronaut was overigens de Fransman Chrétien, die ruim een week om de aarde cirkelde, aan boord van een Russische Saljoet). En toch werd het uiteindelijk de Duitse kandidaat, Ulf Merbold. Volgens velen simpelweg omdat het niet anders kón: er kon, als er een Duitser voor handen was, toch geen Nederlander worden gekozen terwijl West-Duitsland de ontwikkeling van Spacelab voor meer dan de helft be kostigde? Anderen waren van oordeel dat Merbold de wedloop had gewonnen omdat hij zich zonder onderbreking met de missie van Spacelab-1 heeft beziggehouden, ter wijl Ockels tussendoor een NASA-trai ning had gevolgd. Daardoor verloor hij toch iets van het contact met de bij de selectie betrokken onderzoekers. Overi gens zou ook Merbold de bewuste trai ning hebben gevolgd, ware het ijiet dat een onnozel niersteentje hem deed zak ken voor het „medisch examen". Tot woede van alles wat Duits was. Maar die aanvankelijke tegenvaller bleek zijn ge luk te zijn. Hij werd gekozen als eerste Europese opvarende van Spacelab. Slikken Ockels had hierdoor letterlijk het nakij ken en daar had hij het goed moeilijk mee. Uit die tijd dateert ook het liedje, Wubbo Ockels kan lachen. Hij heeft er vijf jaar op moeten maar nu gaat hij toch echt de ruimte in. dat hij zong in een televisieprogramma van Mies Bouwman. Het heette „Two for One" en ging over twee mensen die trainen voor één plaats. „Ik ben mis schien wat voorbarig geweest en heb er wat te veel op gerekend dat ik met Spa celab-1 zou vliegen", zegt Ockels. „In elk geval was ik erg teleurgesteld en Ulf had daar alle begrip voor. Hij vond het jammer voor mij en dat was eerlijk ge meend. Het liefst had hij gewild dat we met z'n beiden waren gegaan. Ik heb wel even flink moeten slikken, maar daarna hebben we toch maar een fles champag ne opengetrokken. Ulf en ik zijn erg goe de vrienden Merbold ging dus als eerste vliegen en Ockels was zijn reserve. Als „troost prijs" kreeg Ockels ten slotte een deelne- mersbewijs voor de Duitse Dl-missie, waarbij de rollen zijn omgedraaid: dit maal is Merbold de reserve. Overigens speelt deze wel (zoals Ockels bij de vori ge vlucht) de zeer belangrijke rol van deskundige schakel tussen de grond en de wetenschappers in de ruimte. Voor, tijdens en na die eerste trip werd Merbold door de Duitse media bejubeld op een wijze die sindsdien alleen maar ten beurt is gevallen aan Wimbledon- winnaar Bons („Boem-Boem") Becker. Merbold, als jongeman uit de DDR naar het Westen gevlucht, bleef desondanks zichzelf; een schoolvoorbeeld van be scheidenheid en vriendelijkheid. Hoewel, kort na de missie van Space lab-1 in november/december 1983 deed hij wel degelijk een paar opvallend kriti sche uitlatingen. NASA zou de Europese ruimtevaarders meer kansen moeten ge ven én.Wubbo Ockels of wie dan ook had er nog best bij gekund tijdens de ruimtedoop van Spacelab. „Als ik over drie paar handen had beschikt, was ik tijdens ons werk in de ruimte nog han den te kort gekomen. Groter team Het lijkt erop dat de kritiek op de juiste plaats terecht is gekomen. Bij de eerste vlucht waren er zes bemanningsleden; nu worden het er acht. Gezagvoerder is Hank Hartsfield, piloot is Steven Nagel. De missie-specialisten zijn James Buch- li, Guion Bluford en (als enige vrouw) Bonnie Dunbar. En de „ladingexperts" zijn de Duitsers Reinhard Furrer, Ernst Messerschmid en „onze man", Wubbo Ockels (geboren op 28 maart 1946 in Al melo, opgegroeid in Groningen en nu sa men met zijn vrouw Joos en hun kinde ren Geanneke en Martin woonachtig in Maastricht; zij het dat Ockels meestal op pad en dus hoogstzelden thuis is Wubbo's ruimtereis komt dan wel wat later dan hij had gedacht, maar hij zegt dat hij niets te klagen heeft. In het team zitten Amerikaanse astronauten, die meer dan vijftien jaar op hun eerste missie hebben moeten wachten. Boven dien verwacht Ockels dat het voor hem niet bij deze ene vlucht zal blijven. Er komen waarschijnlijk voor het begin van de jaren negentig nog een of twee Duitse Spacelab-missies (de D van het aan staande project staat voor Deutschland en de 1 duidt op een vervolg). Verder staat er voor 1988 een vlucht van de Spaceshuttle op het programma, tijdens welke het Europese platform Enreca overboord wordt gezet. En omstreeks 1993 moet het Europese ruimtelaborato- rium Columbus aan bod komen dat in eerste instantie een deel gaat vormen van Amerika's grote, permanent beman de ruimtestation. Later, na de nodige aanpassingen, wordt Columbus ontkop peld om een zelfstandig bestaan te gaan leiden. „Het moet al gek lopen als mijn Europese collega's en ik niet aan boord van die Columbus zullen vliegen", zegt Ockels zelfverzekerd. „Als Dl eenmaal achter de rug is, wil ik me zoveel moge lijk op dat Columbus-programma con centreren. Daar ligt per slot van reke ning een belangrijk stuk van onze ruim tevaarttoekomst". Wat het hoogtepunt van de Dl-missie voor Ockels persoonlijk zal zijn? „Ik weet het nog niet", zegt hij. „Misschien de lancering, die enorme krachtsexplosie bij de start. Misschien ook wel het mo ment dat ik m'n riemen los maak en voor het eerst gewichtloos van mijn stoel zweef. Dan pas zal de ruimtevlucht écht zijn begonnen SJOERD VAN DER WERF ■COMPUTERRUBRIEKi Als het vertonen van vakantiedia's ter sprake komt, gaat veler herin nering terug naar de tijd van slaap verwekkende dia-avondjes. Uren lang werden stapels magazijnen in opbergdozen doorgeworsteld voor dat de huiskamerverlichting weer ontstoken werd, tafel en scherm de kast weer ingingen en de gasten geeuwend een steelse blik op de klok konden werpen. voorzien van verklarende teksten, inge plakt in albums; naderhand kreeg de vi site een aantal mapjes in de hand ge duwd en kon de rest van het gezelschap rustig televisie blijven kijken. Aan dit al les is nu een eind gekomen. De vinding komt deze keer niet uit Japan, maar is vervaardigd door Kindermann, de be kende Duitse fabriek van onder meer diaprojectoren. De dia-video werkt als elke gewone pro jector met dit verschil, dat er geen scherm hoeft te worden opgesteld, ver duistering niet nodig is en dat dia's, die niet helemaal perfect zijn, verbeterd kunnen worden. Nadat de „dia-video" via de bijgeleverde kabel aangesloten is op de „AV-ingang" (of eventueel de HF „antenne-ingang") van het televisietoe stel, wordt het apparaat onder handbe reik op tafel gezet. Het magazijn wordt er evenals vroeger ingeschoven en met een druk op de knop van de afstandsbe diening verschijnen de dia's perfect op de beeldbuis. Hoe werkt dit vernuftige apparaat? Wie een en ander goed bekijkt, zal zien dat er aan de voorkant geen projectielens zit. Bij gewone projectoren zijn lamp, con densor, dia en lens op één lijn in een „optische as" geplaatst. Bij de dia-video van Kindermann wordt het beeld vlak achter de dia via een zogenaamde „om- keerspiegel" over een hoek van 90 gra den afgebogen om dan via een speciale lens afgebeeld te worden op een MOS (Metal Oxid Semiconductor) „beeldsen sor". Deze MOS-chip vertaalt het diabeeld in een videosignaal, dat via de kabel naar de televisie geleid wordt. De dia-video is eigenlijk een gewone videocamera, .maar dan eentje die vast is afgesteld op één af stand en één formaat. Zoals bij elke vi deocamera moet bij de dia-video ook de witbalans afgesteld worden om natuurge trouwe beelden te krijgen. Het is moge lijk „rood" en „blauw" naar smaak toe te voegen. Ook kunnen overbelichte of te donkere dia's met een dimmer zoda nig worden aangepast dat ze perfect op het scherm komen. Natuurlijk kan de dia-video in plaats van met de afstands bediening ook wisselen door middel van stuurimpulsen van een band- of cassette recorder. Wie over een videorecorder beschikt, kan nog een stap verder gaan: dia's opnemen op tape met of zonder ge luid en-of commentaar enzovoort. Bij het vastleggen op een videocassette is het zelfs mogelijk de donkere wisselpau zes tussen twee opeenvolgende dia's te voorkomen door tijdens dit wisselen de recorder op „pauze" te zetten. Het is zelfs mogelijk, via een huiscomputer of een daarvoor geschikte videocamera tek sten in beeld op te nemen Een nieuw diatijdperk kondigt zich aan. FRITS VAN ECHTEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 13