weekpuzzel door dr. Pluizer HT1!M!U!I WETENSCHAPPEN POSTZEGELS Oplossing vorige puzzel NR. 41 - CRYPTOGRAM Ti 'ii. T( w 0 'iïh 'CcidócSouwnt' ZATERDAG 19 OKTOBER 1985. PAGINA 1 G m t r> r> E L Li 2 O N ro E T E L U k 3 E y C L u S 1 E F 4 D O 1 K E L A A R 5 E E N \l O l) D i G 6 R E 6 E N B O O G 7 A B N O R M A A L 8 A L U Cf\ 1 N i tfl 9 D 1 s c u S S l E 10 i N s G F L 'J K S 11 S K 1 L e R A A R 12 G L u 1 p E R l G 13 R, 1 G i N E E L 14 u I T S T A P J E 15 D E S P F R A r> O 16 VJ O L K 6 (L E u K 17 A N E R. H A L F 18 A P A T H 1 S C H 19 R E N O V A T I E 20 D l L 1 G E NJ c E Het spreekwoord van de begin letters luidt: GOEDE RAAD IS GOUD WAARD HORIZONTAAL: 1. Komt men hierdoor in het landgoed? 5. Vangwerktuig waarop men nadruk legt? 9. Die kan ons bloed wel drinken! 10. Smoes als ontsnappingsmogelijkheid? 11. Hij is in touw om de pijp te reinigen. 12. Dat dier veroorzaakt een gevoel van onbe hagen. 14. Voorschrift dat door nood wordt gebro ken. 15. Die vis vangt men met altijd even graag. 16. Een dierenvriend zal deze vogels zo niet behandelen! 18. Grap waarom uitbundig wordt gelachen? Daaraan zit beslist een luchtje! 20. Vindt u het erg dat men eraan zit? 21. Kom, 't is dicht! 22. Zelfs met koek blijft het onzin! 24. „Opvangcentrum" in Tongeren. 27. Wielerwedstrijd die als maatstaf geldt? 28. Niet te scheiden cijfer? 29. Ik vind 't flauw zulk een cijfer voor dat opstel te geven. 30. Wezenlijk, er is een steel gebroken! VERTICAAL: 1. Bestaat zijn maaltijd uit kost die hij kent? 2. Maar dat is nog deftiger! 3. Hebt u van het verguld metaal 't dubbele exemplaar kunnen ruilen? 4. Een beschadigde stuiter in de hoogste mate. 6. Daaruit worden verzinsels gegrepen! 7. Schat van een deelneemster aan TT-races? 8. Duidelijk teken aan een goudstaaf? 9. Er is geen gevaar wanneer die niet aan 6 zit! 13. Voorbode van groot nieuws met embargo? 15. Inschrijven in de letterkundige werken van een imker? 17. Vader op zijn zetel is de baas! 19. Ondanks zijn twee grote oren kan hij niets horen! 20. Strafbaar feit dat niet alleen door een var ken met een Franse vriendin wordt ge pleegd! 23. Bouwval die zo groot is dat u erin kunt verdwalen. 25. Kwast waarom men niet lacht. 26. Voorspoedig groeiend plantengeslacht. De prijswinnaars van puzzel nr. 40 zijn: De prijzen worden binnen drie weken per cheque toege- Naain. adres en postcode s.v.p. in blokletters vermelden. Naam Adres Postcode... door drs.W.v, an der Kooi] Vorige week wees ik u op een overeenkomst tussen de match Gantwarg-Clerc en de match Gantwarg-Wiersma 1979: in beide gevallen stonden de uit dagers na vijf ronden achter met 4-6. Intussen zijn er nu' twaalf partijen gespeeld en is de stand 13-11 in het voordeel van Gantwarg. Aanvankelijk bleef de overeenkomst tussen de matches gehandhaafd: Clerc won. evenals Wiersma. de ze vende partij, en dat bracht de stand op 7-7. Maar de tiende partij maakte een einde aan de gelijkenis: waar Wiersma deze partij in 1979 won, sloeg nu Gantwarg toe. Hieronder beide partijen, voorzien van enig 28x19 14x23 3. 37-32 10-14 4. 41-37 5-10 5. 35-30. Wit is. ui teraard. weer op het volle pond uit. 5... 20-25 6. 40-35 16-21 7. 45- 40 11-16 8. 31-26 6-11 9. 46-41 21-27 10. 32x21 16x27 11. 33- 29 1-6 12. 37-31 14-19. Gant warg streeft overzichtelijk spel na. Er gebeurt voorlopig dan ook weinig. Het enige opmerke lijke is misschien dat het ko mende verloop veel weg heeft van Clerc-Gantweg Volmac Zeskamp 1985, met dit verschil dat toen Clerc de iets agressie vere stand had. Deze partij werd overigens door Clerc ge- CLERC-GANTWARG 7e partij. 1. 32-28. Voor het eerst speelt wit deze openingszet. In de eer ste en derde partij deed hij het agressieve 1. 35-30, en in de vijfde 1. 33-29. 1... 19-23 2. 13. 31x22 18x27 14. 29x18 12x23 15. 41-37 8-12 16. 30-24 19x30 17. 35x24 3-8 18. 50-45 13-19 19. 24x13 9x18 20. 37-31 17-22 21. 42-37 10-14 22. 48-42 14-19 23. 38-32 27x38 24. 42x33. Ook Gantwarg ruilde in de Zeskamp de voorpost er op deze wijze af. Wit staat nu iets evenwichtiger. Niets wijst er Clerc-Gantwarg echter op dat de partij in een beslissing zou eindigen, of het moest zijn dat Gantwarg voor het eerst in deze match meer tijd heeft verbruikt dan Clerc. 24... 8-13 25. 34-29 23x34 26. 40x29 19-24 27. 29x20 25x14 28. 45-40 22-27 29. 31x22 18x27 30. 40-34 11-17 31. 34- 29 6-11 32. 44-40 13-18 33. 37- 32 27x38 34. 43x32 18-23 35. 29x18 12x23. De partij komt nu in klassieke vaarwateren. Wit staat iets gemakkelijker omdat hij meer opbouwmoge- lijkheden heeft. 36. 36-31 7-12 37. 31-27 15-20 38. 49-44 20-24 39. 40-34 4-10 40. 44-40 11-16 41. 40-35 2-8 42. 47-42 14-19 43. 42-38 17-21 44. 26x17 12x21 45. 33-28 10- 14 46. 34-30. Zie het diagram. 46... 8-12. Zwart is in tijdnood geraakt en zal de problemen die wit hem in dit klassieke standje voorschotelt niet goed weten op te lossen. Na de tekstzet gaat wit kansrijk naar 22. Beter was geweest 46... 8-13 met op 47. Zie diagram. 28-22 24-29. 47. 28-22! 14-20 48. 38-33 21- 26? Nu is het al uit. Remise geeft 48... 23-29 met na 49. 30- 25 29x38 50. 25x23 12-17! (38- 42?) remise, en na 49. 22-17 29x38 50. 32x43 21x32 51. 17x8 20-25 hetzelfde resultaat. 49. 39-34 12-17. Wit wint nu een schijf; maar wat moest zwart anders? 50. 22x11 16x7 51. 30-25 7-12 52. 25x14 19x10 53. 34-30 24- 29 54. 33x24. De schijfwinst is binnen en er is geen redding meer voor zwart. Het partij slot luidde: 54... 12-17 55. 24-20 23- 29 56. 20-15 29-33 57. 15x4 33- 39 58. 27-21 17-22 59. 4x36 26x17 60. 32-28 39-43 61. 36- 22 17-21 62. 28-23 43-48 63. 30-25 48-37 64. 23-18 37-19 65. 18-12 19-10 66. 22-4 10-41 67. 4-36 en zwart gaf op. GANTWAR-CLERC 10e partij. I. 32-28 17-22 2. 28x17 11x22 3. 37-32 6-11 4. 41-37 12-17 5. 46-51 8-12 6. 35-30 20-25 7. 32-28 18-23 8. 40-35 23x32 9. 38x18 13x22 10. 45-40 14-20 II. 43-38 20-24 12. 33-29 24x33 13. 38x29 16-21 14. 31- 26 21-27. Tot zover identiek aan Wirni-Wiersma 14e matc hpartij 1984. Gantwarg wijkt nu af. 15. 37-32 27x38 16. 42x33 10- 14 17. 41-37 14-20. Zwart kiest de omsingeling, in de veronder stelling van het overvolle tra ject 28-50 te kunnen profiteren. Achteraf blijkt dit een misvat ting te zijn geweest. 18. 30-24 19x30 19. 35x24 22- 27 20. 47-41 3-8 21. 33-28 9-13 22. 37-31 12-18 23. 31x22 18x27 24. 39-33 7-12 25. 44-39 1-6 26. 50-44. Wit heeft de lijn 28-50 mooi ontwikkeld. Van belang is hierbij dat op het mo ment dat zwart de omsingeling koos 50-45 (nog) niet was ge speeld. Onder zeer dubieuze omstandigheden moet zwart nu zijn omsingeling voortzetten, want een weg terug is er eigen lijk niet. 26... 17-21 27. 26x17 12x21 28. 48-42 11-16 29. 42-37 21-26 30. 49-43 6-11 31. 43-38 11-17 32. 37-32 17-21 33. 41-37 8-12 34. 28-23. Wit is nu heer en mees ter in het centrum. Bovendien is van zwarte acties tegen wits lange vleugel niets gekomen. 34... 12-17 35. 33-28 5-10 36. 23-19 4-9 37. 19x8 2x13 38. 28- 23 10-14 39. 39-33 13-18 40. 23x12 17x8 41. 44-39 9-13 42. 33-28 8-12 43. 28-23 14-19. Zwart is tegen de sterke witte aanval zonder verweer. 44. 23x14 20x9 45. 29-23 9-14 46. 39-33 13-18. Op 46... 12-17 wint het offer 47. 23-18 en 48. 34-29. 47. 34-29 15-20. Een laatste ontsnappingspoging. Na 47... 14-20 48. 40-34 wint wit vanzelf. 48. 24x15 25-30 49. 40-35 30-34 50. 29x40 18x29 51. 33x24 12-18 52. 40-34. En zwart gaf op. Na 52... 22-27 53. 24-19 14x23 54. 15-10 staan de zwarte schijven elkaar in de weg; en na 52... 18-23 wint 53. 24-19. Na vijftien partijen zag het er niet naar uit dat Kasparov door de Karpov-muur heen zal breken. In zijn wit-partij- en bereikte de uitdager, on danks inventief spel. geen be slissend voordeel; waarbij vermeld moet worden dat de wereldkampioen zich uitste kend verdedigde. In de veer tiende partij moest Kasparov opboksen tegen een nieuwtje. Ook hij toonde aan in goede vorm te steken, want hij wist zelfs een voordeeltje te berei ken. Een klein onnauwkeurig- heidje deed daarna de partij in remise verzanden. Al met al zijn we getuige van een match op het allerhoogste niveau, die ook nog attractief G. Kasparov-A. Karpov. 13e partij. Nimzo-Indisch. I.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pc3 Lb4 4.Pf3 c5. Na de slecht verlopen eerste partij had Karpov deze zetvol- gorde vermeden. De variant is nu dan gerepareerd. 5.g3 Pc6. In de eerste partij kwam Kar pov na 5...Pe4 6.Dd3 Da5 7.Dxe4 Lxc3+ 8.Ld2 in de pro blemen (zie de rubriek van vijf weken geleden). 6.Lg2 Pe4 7.Ld2. 7.Dd3 is nu niet goed omdat Pion d4 blijft hangen. 7...Lxc3 8.bxc3 0-0 9.0-0 f5. Dit is de nieuwe methode; zwart handhaaft het paard op e4 en staat klaar om, middels b6 La6 en Pa5, c4 onder vuur te nemen. Kasparov vindt een fraaie weg om enig voordeel te; behouden. 10.Le3! Pxc3 ll.Dd3 cxd4 HPxd4 Pe4 13.c5! Zie diagram. Na 13.Lxe4 fxe4 14.Dxe4 d5 heeft zwart geen problemen en zou de partij vermoedelijk snel remise zijn gegeven. Het zijn dit soort zetten die deze match zo aantrekkelijk ma ken. Uiteraard mag zwart nu niet op c5 nemen vanwege 14.Pxc6 met stukverlies. 13...Pxd4 14.Lxd4 b6! Ook Karpov laat zich van zijn beste kant zien. Overi gens moest hij de pion wel te ruggeven, want na 14...Pf6 15.Le5 leggen pion c5 en de lopers de zwarte stelling lam en dat is geen pion waard. Bij de tekstzet moest Karpov de nu volgende afwikkeling bere kend hebben, want wit zou anders, door de ongelijke lo pers, aanvalskansen hebben gehad. 15.Lxe4 fxe4 16.Dxe4 La6 17.cxb6 axb6 18.De5. Nu kan de aalgladde Karpov ontsnappen. Na direct 18.Tel had wit de iets betere stelling gehad. 18...Df6 19.De3 Dh6! Dwingt dameruil af, waarna de ongelijkvloerse lopers de verminkte koningsvleugel snel doen vergeten. 20.Dxh6 gxhó 21.Tfel Lc4 22.a3 b5 23.Tadl Tf5 24.Lb2 Td5. Hier werd remise overeenge komen. A. Karpov-G. Kasparov. 14e partij. Siciliaans. I.e4 c5 2.Pf3 e6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 Pc6 5.Pc3. Hieruit blijkt dat Karpov nog niets gevonden heeft tegen het spectaculaire nieuwtje uit de, vorige week besproken, twaalfde partij. 5...d6 6.g4!? Deze zet was alleen bekend als zwart Pf6 gespeeld had. Nu heeft wit niet de tempowinst g5 bij de hand; vermoedelijk is dat de reden dat Kasparov zonder schade uit de opening komt. 6...h6 7.h4 a6 8.Lg2 Le7 9.Le3. Hierop is het witte spel geba seerd; nemen op h4 is nu ui terst riskant: 9...Lxh4 lO.Pxcó Kasparov komt niet verder bxc6 H.Txh4! Dxh4 12.Dxd6 en zwart heeft grote problemen. Kasparov die liever met initia tief speelt gaat hier niet op in; hij ontwikkelt liever snel. 9...Pxd4 lO.Dxd4 e5 ll.Ddl Le6 12.Pd5 Tc8 13.c3 Pf6. Nu zou wit na 13...Lxh4 14.Lb6 Pc7+ groot voordeel krijgen voor de pion. 14.Pxe7 Dxe7 15.g5. Nu is dit minder gevaarlijk, omdat zwart al helemaal klaar is voor tegenacties 15...hxg5 I6.hxg5 Txhl+ 17.Lxhl Pg4! In combinatie met de volgen de zetten een fraaie manier om in het voordeel te komen. De zet moest goed getaxeerd worden, want voor het paard is er geen terugweg meer. 18.Ld2 Df8! 19.Df3. Niet 19.Lf3 Dh8 20.Lxg4? Dhl+ gevolgd door 21...Lxg4+ 19...Dh8 20.Lg2 Dh4 21.b3 d5! 22.Dg3! Een minder eindspel is de enige uitweg voor Karpov, want 22.exd5 Lxd5! 23.Dxd5 Dxf2+ verliest op slag. 22...Dxg3 23.fxg3 Td8 24.Ke2 Ke7?! Na direct 24...d4 behoudt zwart iets beter spel; nu maakt wit gemakkelijk remi- 25.Lcl! d4 26.La3+ Ke8 27.cxd4 exd4 28.Thl Pe5- 29.Th8+ Kd7 30.Txd8+ Kxd8 31.Lb2 Lg4+ 32.Kd2 Pf3+. Wederom waren de ongelijke lopers de reden dat hier remi se werd gegeven. Correspondentie-adres: Leo Hofland, C. Fockstraat 113, 2613 DE Delft. De Britse regering en de Ameri kaanse biotechnologische on derneming Damon Biotech Group hebben een akkoord ge sloten over de bouw van een fa briek in het Schotse Livingsto ne een voor de produktie op grote schaal van monoklonale antilichamen. De vestiging wordt de grootste ter wereld. Monoklonale antilichamen, die voor het eerst in 1975 in Groot-Brittanniê werden ont wikkeld, zijn cellen die in staat zijn vreemde of gevaarlijke stoffen, zoals bacteriën, virus sen en andere infecties die het lichaam zijn binnengedrongen, te herkennen en deze onschade lijk te maken met zijn speciaal op de desbetreffende indringer gerichte antistoffen. Zij kunnen ook gebruikt wor den om bij mens of dier diag noses te stellen. Monoklonale anticellen worden ook toege past bij orgaantransplantaties en als therapie voor verschil lende vormen van kanker. De cellen worden monoklonaal ge noemd, omdat zij ongeacht hun aantal allemaal dezelfde erfelij ke eigenschappen dragen van de oudercel, waaronder de ei genschap van de oudercel om antistoffen tegen bepaalde ziek ten te maken. Doordat het sinds kort moge lijk is monoklonale antilicha men in ongekend grote hoe veelheden te produceren, heeft deze nieuwe tak van de bio techniek, die ook van groot be lang is voor landbouw en vee teelt, een grote vlucht genomen. Snellius-expeditie De ontdekking van de Neder lands-Indonesische Snellius-ex peditie dat het oostelijk deel van de Bandazee grote voorra den vis herbergt, komt Indone sië goed van pas. Het land maakt zich al enige tijd zorg om de eenzijdige exportstruc tuur (70% olie). Door intensie vere visserij in het oostelijk deel van de archipel kan men nu vis gaan1 exporteren. Dit stelt dr. J. Zijlstra, coördi nator van dit onderdeel van het zeeonderzoek en medewerker van het Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) op Texel. Voor het echter zover is, zal volgens Zijlstra het onderzoek moeten worden voortgezet. In donesische deskundigen komen binnenkort naar Nederland om de gegevens van de Snellius II- expeditie, die een jaar lang in de Indonesische wateren was, met collega's nader uit te wer ken. Metingen wijzen erop, dat de oostelijke Bandazee tijdens de zuid-oost moesson, van mei tot september, naar schatting 850.000 ton vis bevat. Dit is volgens Zijlstra vermoedelijk nog een onderschatting. „Het zou me niet verbazen als het uiteindelijk uitkomt op bijna het dubbele. Dat zou dan de tp- tale jaarvangst in Indonesië evenaren. Deze bedroeg in 1983 1,6 miljoen ton, waaiwan minder dan 100.000 ton uit de oostelijke Bandazee". Voordat het Nederlandse on- derzoekschip Tyro in juli 1984 van wal stak, was het zeegebied van Oost-Indonesië slechts spo radisch onderzocht. In het afge- Monoklonale antilichamen op grote schaal lopen jaar hebben de Neder landse en Indonesische deelne mers aan de expeditie vele ge gevens verzameld, die het ver moeden hebben bevestigd dat de halfjaarlijkse omkering van de moessonwind sterke invloed heeft op de circulatie van het water in dit gebied en daarmee op de aanwezige levensgemeen schappen en hun produktivi- teit. De al uitgewerkte Nederlandse gegevens tónen aan, dat tijdens de noord-west moesson, van november tot maart, de warme bovenlaag van het oceaanwater veel dikker en wat zoeter is dan tijdens de zuid-oost moesson. Dit water mengt slecht met de diepere waterlagen. In het op pervlaktewater troffen de on derzoekers weinig voedingsstof fen aan en betrekkelijk weinig Tijdens de zuid-oost moesson is de vermenging van de water- lagen veel beter. Het gehalte aan fostaat, nitraat en silicaat was aanzienlijk hoger. De algen waren talrijker en gemiddeld aanzienlijk groter dan tijdens de „arme" tijd. Zij zijn dan be ter voedsel voor de hogere dier soorten. Waarnemingen wijzen erop dat dank zij de grote voedselvoor raden tijdens de zuid-oost moesson veel meer vis voor komt dan in de „arme" tijd. De voorlopige schatting is dat in de „rijke" periode minstens 850.000 ton vis de oostelijke 'Bandazee bevolkt en tijdens de noord-west moesson maar 37.000 ton. Het ontwikkelen van slagen Ter ere van alle AVRO-cursis- ten en anderen die nog niet tot het legioen der gevorderden be horen, zullen we de komende tijd, mede op verzoek van een aantal lezer(e)s(sen), plaats in ruimen voor niet al te ingewik kelde en geavanceerde bridgc- verhalen. De didactiek van bridge BE HOORT aldus gericht te zijn: allereerst dient men vertrouwd te worden gemaakt met het ma ken van slagen, vervolgens dient het verschil te worden ge leerd tussen spelen met en zon der troef en pas daarna kan zin vol begonnen worden met het moeilijke bieden. Uiteindelijk is bieden een vorm van onder handeling over de speelsoort (met of zonder troef) en de hoogte (het aantal te behalen slagen) en met dat bieden kan dus pas zinvol worden begon nen wanneer men weet waar over onderhandeld moet wor den. Dat moet concreet zijn. slagen dus WEST H 10 H64 0 973 87652 OOST A V 7 3 A 8 2 OHV4 H B 9 NOORD 1. A V 10 2. A V 3. A 10 4. V 10 5. A 6. V, ZUID V 10 A 10 A V A V 10 want op tafel heeft u nog i één entree en als u die i speelt teneinde de klaverklle 6° nogmaals vanuit de dumjijn ei aan te kunnen spelen, kunkp R; de klavers aldaar nooit mLhjif bereiken. U moet dus klaverr L. de hand spelen. Welke? De hPuzll< of de 9? Joor Van het theoretische lijstje «er er 8 mogelijkheden vallen er|ij n£ praktische gronden enkele aLenw wel: 3. (dan had zuid de vraj- q wel genomen), alsmede 5, 7r 8 om dezelfde reden. Restep dus: farm ZUIDf'j te NOORD A V 10 A V V 10 }oewt 10 fert r A ten v A 10 jjn Oost moet spelen, zonder tfoef, en zuid start met hartenvrouw. Hoe pakt u het slagen maken aan? (Maak eerst een uitgebreid plan voor uzelf alvorens verder te lezen). Regel is dat u éérst uw vaste slagen telt: 3 in schoppen en 2 in harten. Verder als ruitenaas eruit is één of mogelijk zelfs twee slagen in ruiten (namelijk wanneer ruitenaas bij noord zit en u tweemaal ruilen vanuit west - de dummy of blinde - zou kunnen spelen). En tenslot te klaver. Hoeveel slagen zou den daaruit kunnen komen? Een belangrijk en moeilijk punt is in welke volgorde u de kleu ren aanpakt. Eerst al het lek kers incasseren is natuurlijk uit den boze, want dan kan de te genpartij, wanneer één van bei den vervolgens met klaver- of ruitenaas aan slag komt, ook een aantal slagen meenemen. Zaak is dus dat u bekijkt in welke kleur(en) u slagen kunt ONTWIKKELEN en in dit ge val is dit natuurlijk klaver en in mindere mate ruiten. Aan rui ten kleeft nl. een belangrijk na deel. Daar kunnen maximaal twee slagen in ontwikkeld wor den maar op dat moment kan de tegenpartij ook twee slagen in die kleur incasseren, mini maal. Het lijkt dus logisch om met klaver te beginnen, de voornaamste slagenbron. De lengte van die slagenbron ligt op tafel en om die lengte produktief te maken, moet er op die tafel ook zogenaamde ENTREES aanwezig zijn, kaar ten waarmee de dumy bereikt kan worden. Dat ligt in dit ge val niet zo moeilijk, want dat zijn er twee, schoppenheer en hartenheer. Eén van beide moet dus aanwezig blijven totdat de klavers aldaar vrijgespeeld zijn. Daar lijkt een mooie taak weg gelegd voor schoppenheer. U neemt de start van harten vrouw met de heer op tafel en speelt een kleine klaver na. Bij noord verschijnt de 4 en u moet kiezen. Een lastige keuze, maar laten we zeggen dat u kla verboer legt, waarop bij zuid de 3 volgt. Opmerkelijk. Dit houdt in dal noord de aas en de vrouw nog heeft of... dat zuid een keer GEDOKEN (niet ge.- nomen) heeft, bang als hij is voor de klaveroverdaad op ta fel; uiteindelijk is de dummy zichtbaar voor allen. Er zijn nu twee slagen voorbij en in bent in de hand (oost) aan de beurt. Wat speelt u na? Daartoe zoudt u eigenlijk di verse mogelijkheden van de nu nog resterende klavers moeten bezien. NZ hebben nog de aas, de vrouw en de tien en die kun nen op 8 manieren verdeeld zitten: En nu kunt u statistich vas len met welke kaart u kans van slagen heeft. Dat 9. Met de heer kunt u n succes boeken. Kijkt u n eens na en met de 9 is da een van de gevallen wel zo, daar waar zuid alleen nog m| over klaveraas beschikt. i U speelt na ampele overweg - als u verder gevorderd bi gaat dat automatisch! - dus k ver 9 en daarop verschijnt I zuid het aas en bij noord n onverwacht de 10. Zuid \i volgt met hartenboer. Wal Nemen met het aas in de har Dat kan, maar één keer duil is geen slechte actie. Tel m eens na: als zuid vier har heeft en noord heeft er drie daarbij ruitenaas - de belaj rijkste kaart die nog in vijan ge handen zit -, dan is dat d ken zelfs zeer goed, want noord dan later met ruitenj aan slag komt. kan hij geen h ten meer naspelen en scheelt toch een slag! Er resteert inmiddels, nat zuid nogmaals harten heeft i gespeeld (noord bekend) v< licht lallin ,nd, oor lat di Hoe verder? U kunt gen oprapen: klaverheer schoppen 3 naar de heer, twee klaverslagen schoppen terug naar de hart De laatste twee slagen kond| dan wel eens voor de tegenp tij zijn. U kunt ook eerst r tenheer spelen, in de hoop c k ruitenaas niet bij de dertieif harten zit, maar dat kunt i net zo goed doen: klaverh^ I schoppen 3 naar de heer, t maal klaver waarop uzelf oost een schopje en laat gaan en dan een ruiten tafel. Met een beetje gel j maakt u in deze cindfiguur c 7 van de 8 slagen. Zo lag het hele spel, zodat u KMS diverse mogelijkheden zelf rfoalve eens met de kaarten op taina's kunt naspelen: npM*- he V* H 10 H 6 4 o 973 8765! -dit w B 9 5 4 gebra 9 7 5 eilani o A 10 8 aanta V 104 Het i N *AV7&h gesto copte V B 10 3 bleek o B 6 5 2 hang A 3 mens delde HB9 Op deze manier zou u tien sdiern gen hebben gemaakt en dat schei een respectabel aantal. tijd Zoals iedere beginner in een Uje v; paalde fase leert, is dat een jeen 1 genaamde MANCHE en als ivind nu verdergaan met het bicdiparai van deze OW-handen, d, houdt dat in, dat die manc v met dit spel ook geboden hoe oc te worden. Voor de manche ^Z01 sans-atout (zonder troef) zijrjy^ slagen voldoende en dat mc. mogelijk zijn. Hoe de biedi hoort te verlopen, hangt "zuid* "heeft Het kan gaan: oost 1 schopp^1 - west 1 SA - oost 3 SA ofJJ wanneer 1 schoppen alleen i een vijfkaart mag worden gewaai pend: oost 1 klaver - west 2 kl ver - oost 3 SA, want oost he('k zc in beide gevallen natuurlik!1 maar een klein zetje van wewlJs nodig 'om de manche te biedi1?61 met zijn 19 punten. slect Correspondentie p/a LehaPr0C straat 10, 2162 AC Lisse Duitse welzijnszorg De jaarlijkse Duitse welzijns zorgzegels hebben dit jaar als motief bloemen, bessen, vogels en insekten. De gebruikte af beeldingen zijn als versieringen gebruikt in een Middeleeuws gebedenboek. De zegels hebben de volgende waarden: 50 20 pf; 60 30 pf; 80 40 pf; en 120 60 pf. Ook de zegels voor West-Berlijn hebben deze waar den, slechts de motieven ver schillen. Het ontwerp voor deze zegels werd vervaardigd door Holger Bömsen uit Hamburg. Op 7 november 1810 werd de Duitse dichter en schrijver Fritz Reuter te Stavenhagen ge boren. Met zijn gedichten in di alect behoort hij tot de meest op de voorgrond tredende kri- tisch-realistische schrijvers van de 19e eeuw. Zijn portret als mede enige regels van een van zijn manuscripten sieren de aan hem gewijde zegel van 80 pf., ontworpen door Peter Steiner uit Stuttgart. Driehonderd jaar geleden werd het Edict van Potsdam be krachtigd dat de naar Duitsland uitgeweken Hugenoten de onge hinderde uitoefening van hun godsdienst en beroep garan deert. Sedert de reformatie had den zich ook in Frankrijk on der invloed van Calvijn groe pen van protestanten gevormd. De katholieke koningen van Frankrijk in de 16e eeuw poog den de uitbreiding van de her vorming te verhinderen. De Hugenoten, zoals de Franse hervormden destijds heetten, sloten zich aaneen doch konden zich niet staande houden tegen de overmacht. Hun aanvoer der, admiraal Coligny, werd in de beruchte Bartholomeusnacht van 24 augustus 1572 met ve len van zijn aanhangers omge bracht. Het Franse protestantis me kreeg eerst op 25 april 1598 erkenning door het Edict van Nantes, dat overigens in 1685 weer werd herroepen. Heden ten dage zijn er nog vele nakomelingen van de Hugeno ten te vinden in Duitsland. Een Westberlijnse zegel van 50 pf toont het titelblad van' het Edict met het zegel van de keurvorst van Brandenburg. Deze zegel werd ontworpen door Antonia Graschberger uit München. Inheemse roofvogels sieren een serie van zes zegels van Papoea Nieuw Guinea. De nominale waarden en de namen van de vogels zijn: 12 t. sperwer, 30 t. havik, 60 t. langstaardbuizerd. Er zijn nog drie zegels in dezelf de waarden. Deze tonen de ge noemde vogels in de vlucht en werden se-tenant gedrukt. Ter gelegenheid van de postze geltentoonstelling in verband met het 50-jarig bestaan van de postzegelclub Wassenaar wordt van 1 tot 3 november in het -raadhuis te Wassenaar tijdelijk een brievenbus geplaatst. De daarin geposte correspondentie wordt voorzien van een bijzon der poststempel. Belangstellen den kunnen poststukken ter stempeling toezenden aan de directeur van het postkantoor Wassenaar, postbus 99100 2240 NA Wassenaar. In 1893 verrees de eerste vuur toren op de Faroer Eilanden. In 1909 kwamen er nog twee bij, waarvan de toren van Nólsoy de grootste is. Deze toren straalt ook het verst van alle vuurtorens in het noordelijk deel van de Atlantische Oceaan. Een serie van vier ze gels brengt deze vuurtorens on der de aandacht. De zegels heb ben een waarde van 270 ore, 320 ore, 350 ore en 470 ore.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 10