Sammy: een aardige working sheepdog De Spoorbrug over het Rijn-Schiekanaal: drie keer door bommenwerpers bestookt hond zoekt huis Voortbestaan Alphens filmhuis weer bedreigd >agJiDEN OMGEVING £cidóC(3owuwt zaterdag5oktober i985PAG~ hond hypnotiseert de schapen als het ware. Deze honden zijn zeer schrander en sterk. Sammy heeft waarschijnlijk nog nooit een kudde schapen in bedwang hoeven houden, maar dat geeft niet. Ze is een erg gezellig dier, dat dol is op kinderen. Het is een echte knuffelhond. De collie is aan hankelijk, energiek en speels. Met honden kan zij goed overweg, maar met katten is dat bepaald niet het geval. Sammy is juist erg fel op kat ten. De hond van deze week heeft de nodige beweging nodig, maar zou op een flat kunnen wonen. Ze is ook niet te be- paar uurtjes alleen te zitten. Sammy zal dan niet de hele buurt bij elkaar blaffen of janken. Een andere positieve eigenschap van Sammy is ge hoorzaamheid. Bijkomend voordeel is dat deze collie graag een ritje in de auto maakt, zodat een tochtje naar een wandelgebied als het strand gemakkelijk kan wor den gemaakt. Mandy Voor de wat bang uitgevallen poes Many heeft niemand enige interesse getoond, zodat deze arme kat nog steeds in een hokje in het asiel zit Bruggen, we maken er allemaal gebruik van. Zeker in een waterrijke stad als Leiden zijn het onmisbare schakels in het wegennet. Veel aan dacht is er nooit aan de Leidse bruggen besteed. De stilte is echter al flink „verstoord" met in 1983 de verschijning van het gemeentelijke Brug- genboek, de onlangs ge houden tentoonstelling „De Leidse Bruggen" en de wekelijkse rubriek „OverBrtiggen", die in middels de 100 heeft overschreden. Samen steller en schrijver is heer P.J.M. de Baar van het Gemeentearchief. Hij put uit materiaal dat is verzameld door een werkgroep van histo risch geïnteresseerden. Kees van Herpen tekent voor de eindredactie. De reprodukties zijn van fo tograaf Wim van Noort. Vandaag verschijnt het 104e artikel in deze serie. irï W>dra de plannen voor een ^l^joorlijn tussen Leiden en ^■^^oerden ten zuiden van de lude Rijn vaste vormen aan- pmen, was duidelijk dat de verkidenburgerwetering (ook Tel Roomburgerwatering ge- pemd) door een spoorbrug yerspannen zou moeten wor- Sa ^Fn- Deze wetering, die al dat dCnaf het begin van de jaar- iipijng en misschien nog wel i^rjer bestond, behoorde tot ®enjjnlands boezem en mocht bet(ic njpf 7nmaar flfppdAmH niet zomaar afgedamd jrden. De scheepvaart door &e wetering bestond voor- ^°0I»melijk uit schuitjes die de toek Zwjbouwprodukten (hooi, ,oc «"«jgjk en dergelijke) van de Wrenzende landerijen haai en of er mest naar toe brach- zal duidelijk zijn: de bete- is was-vooral van plaatse- belang. De doorgaande ipvaart koos liever de door de stad Leiden. De ingste doorvaarthoogte op U traject (via Vliet, Steen- ïur, Nieuwe Rijn en even- ïl Zijlsingel-Oude Rijn) be- »g 2.48 meter. Als gevolg irvan diende de spoorbrug de Trekvliet ook 2.50 r doorvaarthoogte te krij- Maar de verderop in de lenburgerwetering gelegen imburgerbrug (een vaste ien brug met 1.73 hoogte) Rijnstroombrug (met 1.69 >gte) maakten een grotere te voor de spoorbrug de wetering niet nodig, om werd de doorvaar- jte van de spoorbrug op meter boven de gemid- ilde waterstand (53 centime- ir onder Amsterdams Peil) ,ver hefPaald' hoogte van de rails kwam og eens 52 centimeter boven dat le% onderkant van de liggers uit hetgn de brug, zodat er toch nog saarteniei een kleine verhoging van Iden p% spoorbaan ter plaatse ge- moest worden. De baan op dezfig 0p zijn hoogste punt ruim elkajln meter boven het peil in e aangrenzende polders. De ^wrvaartwijdte van de brug, ekend onder nummer 32, lerd 9 meter, waarmee hij de grotere overspan- fan het traject kreeg. >venbouw werd op 15 fe- uari 1877 aangenomen door fabriek Deutschland in )rtmund. Ingen Ie bov 'egenstanders 14 oktober 1878 kon de rlijn Leiden-Woerden of- jrieel in gebruik genomen orden. De meeste van de ten gebouwde bruggen doen og steeds dienst of zijn ooit ins een keer zonder enige ohef vernieuwd. Dit lot was spoorbrug over de Roden- jrgerwetering niet bescho- •n. Al snel begon men over (jn toekomst te twisten. De rovincie achtte een betere •rbinding (vooral voor bre- schepen) tussen Rijn en ie van zodanig belang dat grote offers waard was. ir het Leidse gemeentebe- juur en de Leidse Kamer an Koophandel waren fer- ènte tegenstanders van een anaal om de stad heen uit rees dat dit de middenstand, ooral de handelaars in [heepsbehoeften, grote scha- e zou berokkenen, (a eindeloze onderhandelin- 6n werd in 1883 overeen- iemming met de gemeente eiden bereikt. Het ideale iaject om Leiden heen had niet gehaald tegen het linder ideale traject dwars bor Leiden heen via de Oude [est. Met een zeer forse pro- nciale investering werd het Iaject Wouterenbrug iaagbrug Galgewater lude Vest Haven naar de ijl bevaarbaar gemaakt voor schepen met een breedte van maximaal 5.30 meter. Overi gens moesten wel de Turf- rriarktsbrug en Grote Haven- brug daarvoor door nieuwe bruggen vervangen worden. Omdat men opzag tegen de vervanging van de spoorbrug over de Trekvliet in de lijn Leiden-Woerden, bleef de maximale doorvaarthoogte 2.50 meter. Het succes van deze verbin ding was verbazingwekkend. In enkele jaren werden de sluizen te Leidschendam de drukste op één na van heel Nederland. Wel waren het meest kleine scheepjes in ver band rrlet de bruggen bij Lei den en een drietal in Voor burg. De bruggen in Voorburg waren echter vrij gemakke lijk beweegbaar te maken, maar de Leidse bruggen zou den heel wat extra kosten en niet echt tot grote verbetering leiden. Op 4 december 1900 besloten Provinciale Staten tot het instellen van een on derzoek hiernaar; overigens had de Leidse Kamer van Koophandel al in 1892 op het beweegbaar maken van alle bruggen aangedrongen. De onderhandelingen tussen Lei den en de provincie leverden niets op: Leiden hield vast aan de route door de stad heen, maar versoepelde wel de regeling voor de schippers die alleen maar zo snel moge lijk door de stad wilden va- De provincie bood aan de helft van de geraamde kosten voor de verbetering van de bestaande route (geraamd op f 249.500,-) te betalen, maar de onderhandelingen wilden niet vlotten. Uiteindelijk legden B W van Leiden een voorstel aan de Gemeenteraad voor om uit te spreken dat men de route door de stad beslist wil de handhaven. Na een vrij chaotische vergadering werd gestemd en wellicht tot ver rassing van vriend en vijand sprak de Raad zich met 24 te gen 6 stemmen uit vóór ont lasting van de scheepvaart route door de Oude Vest en daarmee voor het graven van het kanaal rond de stad (tus sen de Lammenbrug en de Zijl). Zodra Leiden „om" was, ging de Hoofd-Ingenieur van de Provinciale Waterstaat aan het cijferen. Hij kwam uit op een raming van één miljoen. Gezien de hoogte van dat be drag werd door de Gedepu teerde Staten op 29 mei 1906 een commissie in het leven geroepen om te beoordelen of dit plan wel haalbaar was. De commissie, onder voorzitter schap van het vroegere Leid se Gemeenteraadslid, tevens ingenieur van het Hoogheem raadschap van Rijnland, ir. E.F. van Dissel, juichte de plannen toe, al was één lid te gen gezien de grote kosten. Provinciale Staten besloten zonder veel problemen tot de aanleg van de nieuwe vaart. Het plan van Provinciale Wa terstaat hield in de bouw van zeven bruggen, zowel grote als kleine. De Lammenbrug werd gedacht als een dubbele ophaalbrug, de spoorbrug als een ongelijkarmige draaibrug en de Wilhelminabrug als een draaibrug met twee openin gen van 7.50 meter wijdte. De bouw van de bruggen zonder de spoorbrug werd op f 92.500,- geraamd en de bouw van de spoorbrug, de verho ging van de spcorbaan en de aanleg van een tijdelijke noodbrug op 155.625,-, onge rekend de vergoeding-aan de Staatsspoorwegen voor de be diening van de brug. Herzien Enkele jaren later (helaas zonder dat het betreffende stuk gedateerd is) verscheen een herziene „Omschrijving van het ontwerp tot omleg ging van het Rijn-Schiekanaal buiten Leiden". Over de bruggen was men anders gaan denken: de Lammenbrug zou indien mogelijk een en kele ophaalbrug worden, de spoorbrug werd nu als een In juli 1963 maakte W.F. Meijer een aquarel van het rustieke tafereeltje met de geopende spoorbrug over het Rijn-Schiekanaal. my heeft er zelfs zoveel van weg dat het bijna niet anders kan of ze is inderdaad een border collie. Het dier be schikt alleen niet over papie ren om dat te kunnen aanto- Een border-collie, ook wel working sheepdog genoemd, is een bijzonder schrandere hond die wordt gebruikt bij het drijven van schapen. Deze zwart-wit gekleurde, langha rige collie met een lange pluimstaart gebruikt hierbij geen „grof geweld", maar gaat delicaat te werk door de lei ders van de schapen bijzonder indringend aan te kijken. De Wekelijks verschijnt in de Leidse Courant de rubriek „Hond zoekt huis". In deze rubriek wordt een hond (of soms ook wel een kat) beschreven die in het asiel ver blijft om daar een zekere dood tegemoet te gaan... ten zij het dier een goed tehuis vindt. De in de rubriek be schreven honden zijn óf gevonden óf door hondenbezit ters naar het asiel gebracht. Ze worden om uiteenlopen de redenen afgestaan, vaak begrijpelijk, maar soms ook volslagen onzinnig. De in „Hond zoekt huis" beschreven dieren zijn alle goed gezond, hebben een wormenkuur ondergaan en zijn volledig ingeënt. Tegen betaling van s circa 80 gulden (voor katten i3 dat 45 gulden) ten bate van zwerfdieren zijn ze af te halen. Adres: Nieuw Leids li Dierenasiel, Besjeslaan 6b, Leiden. Tel.: 411670. Geo pend di. t/m vr. 10-12 en 14-16 uur. Zondag en maandag gesloten. v t IOS\ Qi 'rein>» De spoorbrug zoals die nog bestaat; de voorbereidingen voor de baar. Foto W. van Noort, 1985. vernieuwing zijn links al zicht te hond van deze week is er en zonder gebruiksaanwij- |ng. Het dier werd op 26 sep- fcmber namelijk niet naar het gebracht, omdat hij din- deed die zijn baas niet kon verdragen. Nee, is een hond zonder die het huis echter familieomstandighe- moest verlaten. Het arme kon er zelf helemaal aan doen. is, anders dan dat de doet vermoeden, een Ze is 2'/2 jaar oud en veel op een zo- border-collie. Sam- rolbasculebrug gedacht en de Wilhelminabrug zou een dub bele basculebrug met twee openingen van 10 meter wor den (het werd uiteindelijk een dubbele ophaalbrug). Bedroeg de raming in 1906 nog één miljoen, deze was nu geklom men tot 1,4 miljoen. De brug gen werden nu op 182.000,- geraamd (alleen al de Wilhel minabrug ging 110.000,- in plaats van 60.000,- kosten). De nieuwe spoorbrug met verhoging van de baan werd maar liefst 100.000,- hoger geschat. De grootste boosdoe ner daarbij was de post voor vergoeding voor bediening en onderhoud van de brug, ter grootte van 70.000,-. Wel zou de brug hoger worden: het vaste gedeelte kreeg een door vaarthoogte van 2.50 meter. Nadat op 25 mei 1908 de wet tot onteigening van de beno digde gronden in het Staats blad gepubliceerd was, kon met de aanleg begonnen wor den. Op 19 juni 1911 werd aanbesteed het graven van een stuk van het kanaal met de bouw van het vaste gedeel te van onder meer de Lam menbrug, op 15 januari 1912 gevolgd door de metalen bo venbouw van de Lammen brug en op 30 december door het graven van het kanaal van de Lammenbrug tot kort vóór de Hoge Rijndijk. In dat laatste bestek is sprake van de „in uitvoering zijnde spoor wegbrug" in dat traject, en dat klopt wel. Al op 26 no vember 1911 was door de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen voor rekening van de provincie Zuid-Holland aanbesteed be stek nr. 1254, „het verrichten van grondwerken, het maken van den onderbouw van een vaste- en een basculebrug in den spoorweg Leiden naar Woerden, het leggen van spo ren en wissels en het verrich ten van bijkomende werken ten behoeve van het Rijn- Schiekanaal", begroot op f 90.000,-. Tegelijkertijd werd aanbesteed de bouw van „eene dubbele wachterswo ning met bijkomende wer ken" bij de brug, geraamd op /"9000,-. Omdat beide bestek ken ook samen aanbesteed werden, met als laagste van de vier gegadigden C. Wegerif te Apeldoorn met ƒ91.650,-, zou deze laatste wel eens met de opdracht kunnen zijn gaan lopen, maar dat is in de Leid se archieven niet te achterha len, evenmin als de datum van aanbesteding en aanne mer van de metalen boven bouw. De spoorbrug zal wel in 1913 gereedgekomen zijn. De fre quentie van de tr.einen was in de loop der jaren, al sterk op gevoerd en bleef: zelfs in de crisisjaren hoog, al werd op 15 mei 1930 het stationnetje van Zoeterwoude gesloten en op 15 mei 1934 dat van Hazers- woude-Koudekerk. Toen op het laatst van de Tweede We reldoorlog ondanks de algehe le spoorwegstaking toch nog treinen bleven rijden met naar de geallieerden ver moedden Duitse VI en V2 raketten, werd de brug als te vernietigen object aangewe zen. Op 23 januari 1945 werd de brug gebombardeerd. Er vielen in totaal 16 bommen, die allemaal ontploften; doden of gewonden waren er niet, maar wel veel schade aan de huizen in de omgeving. Om dat het doel niet bereikt was, volgde een nieuw bombarde ment op 3 februari, maar op nieuw was het resultaat slecht. Driewerf is scheepsrecht en dus arriveerden op 6 februari opnieuw bommenwerpers bo ven de brug. Daarbij werden weer huizen aan de Melchior Treublaan beschadigd en sneuvelden veel ruiten. Vol gens de politie zou één per soon gewond geraakt zijn en de spoorbrug scheen ontzet te zijn. Drie bommen waren niet ontploft en werden op 7 fe bruari om 2 uur tot ontplof fing gebracht, waartoe ieder een in de buurt op bevel van de politie zijn huis diende te ontruimen. Al met al was het resultaat toch wel dusdanig dat pas op 6 mei 1946 de dienst op dit baanvak hervat kon worden. Ook al wordt daarbij in aanmerking geno men de materiaalschaarste van kort na de oorlog, de schade moet toch aanzienlijk geweest zijn. De moderne tijd deed ook op dit baanvak zijn intrede door de electrificatie van de lijn Leiden-Woerden op 6 oktober 1950. Ook de kruising met de Lammenschansweg (toen nog de baan van de Blauwe tram), waar op 2 juli 1924 al eens een trein op een tram ingereden was door een verkeerd sein, werd beveiligd door de bouw van een viaduct. Daartoe moest de spoorbaan over een 'grote lengte aanzienlijk ver hoogd worden. Dit viaduct werd op 18 oktober 1960 voor het eerst gebruikt. Ook de spoorwegovergang in de Ka- naalweg werd verbeterd. Lag vroeger aan de westkant van de Kanaalweg een ruiterpad en moesten wielrijders op de weg zelf rijden, in 1959 kwam het rijwielpad aan de west kant gereed. Nu thans beslo ten is om het spoor ter plaatse te verdubbelen en de spoor brug daarvoor aan te passen, zónder tot de bouw van een viaduct over de Kanaalweg over te gaan, zullen de spoor bomen nog lang hun goede diensten moeten bewijzen. Sammy Is een echte knuffelhond. ALPHEN AAN DEN RIJN Aansluiting bij de Asso ciatie van Nederlandse filmtheaters en sponsoring door middenstand en bedrijven moeten ervoor zorgen dat het Hooftstraat-filmhuis kan blijven bestaan. Vooral het afgelopen seizoen kampte het filmhuis met finan ciële problemen. Een gemiddelde van veertig bezoe kers per film was nog wel aardig maar dat aantal daal de na een opleving aan het begin van het jaar toen het filmhuis ook met sluiting bedreigd werd. Het filmhuis bestaat inmiddels vier jaar en kwam er op initiatief van vrijwilligers bij het creativiteitscentrum Expressie '70. De coördinator van Expressie '70 Chris Nobels vindt dat het film huis wel degelijk iets is waaraan behoefte is in Alphen omdat mensen voor de „betere" films anders aangewezen zijn op de grote steden. Dat het bezoekersaantal steeds meer terugliep wijt hij aan het feit dat men niet de mogelijkheid had om al te recen te films te vertonen omdat de plaatselijke bioscoop dat kon te genhouden. Door aansluiting bij de associatie is die mogelijkheid er nu wel. Sluiten van het filmhuis kan altijd nog, vindt Nobels. Hij wil eerst proberen of er toch nog mogelijkheden zijn. Dus is een aantal oplossingen gezocht en gevonden. Behalve de aansluiting bij de associatie is dat een kleine verhoging van de toegangsprij zen. Een verplichte stijging omdat de tarieven niet minder dai$ 75% mogen bedragen van wat de bioscopen rekenen. Daarnaast wordt gewerkt aan het invoeren van de commercie •door bedrijven de mogelijkheid te geven te sponsoren. Dat kan men doen door een dia te kopen die dan in de pauzes, in de bar zal worden gedraaid. Gebleken is dat vooral de winkeliers in de Hooftstraat hier belangstelling voor hebben. Bij al die maatrege len heeft men ook het draaiseizoen ingekort en wel van oktober tot de Pasen. In principe zal men elke maand vier films voor volwassenen en een kinderfilm draaien. Voor elke film zijn drie vrijwilligers no dig voor bediening van de projector, de kaartverkoop en de ver koop aan de bar. Er zijn in totaal twintig vrijwilligers actief maar men zou er graag meer bij zien.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 13