Het markt-mekka
van Beverwijk
Het klinkt,
kleurt,
ruikt,
proeft,
voelt en
vibreert
ZATERDAG 28 SEPTEMBER! 9^^*
BEVERWIJK - „Je moet er niet
over praten, je moet het onder
gaan", had Bart van Kampen (41)
door de telefoon geroepen in ant
woord op het verzoek om een
vraaggesprek. Zo gezegd zo gedaan.
Conclusie, met ogen die nog knip
peren en oren die nog tuiten: het is
waar en het is niet waar. Het is
waar dat de Oosterse Markt in Be
verwijk, zoals Bart van Kampen
door de telefoon geroepen had,
neerkomt op een onderdompeling
in een baaierd van zintuiglijke in
drukken - „het klinkt, het kleurt,
het ruikt, het proeft, het voelt, het
vibreert" - die de argeloze bezoe
ker happend naar adem achterlaat.
Met geen pen te beschrijven dus.
Vandaar dat Bram van Kampen de
noodzaak inziet om er alsnog over
te praten. Want het is niet waar dat
de verplettering der zinnen van de
Oosterse Markt zich zonder meer
laat overdragen via krantepapier,
hoe geduldig ook. Er hoort tekst en
uitleg bij.
Een bruikbaar vertrekpunt wordt ge
vormd door dat ene beeld dat uit de
trommel-, hoorn- en slijmvliesprikkelen-
de chaos is bijgebleven. Het beeld van
de drie heren. Bram van Kampen - de
grote man achter de al vijf jaar draaien
de Zwarte Markt van Beverwijk en nu
dus achter de Oosterse Markt van Be
verwijk - weet meteen wat wordt be
doeld. „Die ene is een Turkse kernfysi
cus. De andere is een Turkse registerac
countant. En de derde is de enige Turkse
tandarts in Nederland. Met zijn drieën
komen ze zich hier op zondag zitten ver
kneukelen over de manier waarop ze het
hun landgenoten naar den vleze zien
gaan. Materieel en immaterieel.
Koninklijk
De Turkse, Marokkaanse en overige
oosterse intelligentia draagt Beverwijk
warme waardering toe, weet Bram van
Kampen. „Het is ook zo ongelooflijk
mooi voor die mensen. Uit heel Neder
land komen ze hierheen om, op afstand,
toch een beetje thuis te kunnen zijn. Je
moet er ook niet aan denken, al die ge
splitste gezinnen. En dat loopt maar
rond met zijn ziel onder de arm. Zo'n
beetje door de schouders gezakt, weet u
wel. Gebreid mutsje op. Altijd een te
grote of te kleine jas. En de hoofddoek
jes van die vrouwen. Net natgeregende
honden die hun baas kwijt zijn, denk ik
dan. Maar hier, achter hun kraam, zie je
ze ineens dat aureool van het grote Otto
maanse Rijk om zich heen krijgen. Dan
kun je je ineens voorstellen hoe ze af
stammen van ruiters, krijgers, Tartaren.
Een koninklijk volk en dat willen ze we
ten. Hier in Beverwijk is dat ontheemde
weg. Er spreekt trots uit de ogen, zo van:
kijk mij eens goed boeren. Arrogantie
zelfs. Hier komen jij, dat toontje dat
Duitsers ook wel hebben. Van emigran
ten wordt door het thuisfront nu een
maal per definitie verwacht dat ze succes
zullen hebben. Dat is met Hollandse
emigranten in Canada en Australië pre
cies zo. En voor een trots volk als de
Turken of de Marokkanen geldt het dub
bel. Ze moeten het maken. Rijk worden.
Iets kunnen laten zien. Daarom komen
ze hier op de Oosterse Markt staan. Ze
praten ook over .hun winkel al is het
maar een kraampje met zes oude kran
ten erop. Heel zelfbewust opeens. Prach
tig toch?".
Meer dan vierhonderd standhouders, af
komstig uit een dik dozijn landen, telt
de Oosterse Markt al. Marokkanen, Tur
ken, Tunesiërs, Algerijnen. Egyptenaren,
Israëliërs, Palestijnen, Pakistani, Indiërs,
Vietnamezen. En vijfentwintigduizend
bezoekers trekt de markt op de twee da
gen per week dat hij open is (zaterdag
van zeven uur 's morgens tót vijf uur
's middags, zondag van negen uur tot
vijf uur). Voor zestig procent bestaan ze
uit vertegenwoordigers van etnische
minderheidsgroepen; de resterende veer
tig procent is Nederlander. „Je kunt
deze Oosterse Markt zonder overdrij
ving de enige van deze omvang buiten
de Oriënt noemen", zegt Van Kampen.
„We hebben er de beroemde souk van
Tunis, de kasba van Istanboel mee naar
Nederland gehaald. Alleen San Francis
co met zijn Chinatown heeft iets verge
lijkbaars. Het is echt heel mooi gewor
den. Volwassen. Het heeft zich zodanig
ontwikkeld dat ik er apetrots op ben".
Stuipjes
Het gebruik van het woord volwassen
duidt aan dat er een stadium van onvol
wassenheid moet zijn geweest. Zulks
klopt en akelige stuipjes heeft die perio
"v
de te zien gegeven. Van Kampen resu
meert: „Sinds 1975 kende Zaandam een
oosters marktje, opgericht door Turken.
Maar omdat er geen organisatie achter
zat, werden die jongens van het ene ter
rein naar het andere gejaagd. Begrijpelijk
ook wel. Er waren geen toiletten; alles
werd achter de bosjes gedaan. Een gewel
dige bende. De dozen en het pakpapier
woeien de hele polder door. Kijk: een
markt moet een controleerbare omvang
hebben en omheind zijn, anders wordt
het een troep. Maar omdat die Zaan-
damse markten qua belangstelling een
daverend succes waren, wilden de Tur
ken er mee doorgaan en dus kwamen ze
medio 1982 naar mij toe. Of er voor hen
geen plaats was op zijn Zwarte Markt in
Beverwijk?".
Die was er. „Ik heb ze, toen ze vervol
gens de Zwarte Markt van Nederlandse
kooplui en sappelaars dreigden te gaan
domineren, hier in het veilingcomplex
zelf een eigen hal gegeven, compleet met
een moskee en hurktoiletten. Een mos
kee, ja, en een vaste imam die bij ons op
de loonlijst staat. Kijk, iemand uit Bra
bant die hier met zijn kraam komt, is
meestal al lang van zijn geloof af. Maar
met moslims ligt dat anders. Die hebben
een aparte ruimte nodig waar ze hun
handen en voeten kunnen wassen en
hun gebeden kunnen zeggen. In het be
gin vielen ze hier zo midden tussen de
handel in met hun handen en voeten op
een tapijtje. Ik kreeg er een dQodschrik
van. Daar heeft er weer eentje een hart
infarct, dacht ik. Nu hebben we zelfs een
gebedsruimte voor vrouwen. Die hurk-
toiletten? Dat is ook zoiets wat je moet
ontdekken. Hurktoiletten, ja, net als m
Istanboel. Er zijn Turken, die krijg je
nog met geen pistool op die warme bril
van ons. Geef ze eens ongelijk".
Beste plekje
In het begin was het allemaal klein en
amateuristisch, schudt Van Kampen
achteraf zijn hoofd. „Bovendien had ik
de fout begaan dat ik een Turk als
marktleider had aangesteld. Dat had ik
nooit mogen doen, want wat wilde het
geval? Het was een Koerd. En Turken -
sorry dat ik het zeggen moet - discri
mineren onderling bij het leven. Je hebt
Turken en Koerden en Armeniërs. Dat
gaat dus al niet. Dan heb je christen-
Turken en moslim-Turken. Je hebt stad-
sturken en plattelandsturken. Er zijn
Aziatische en Europese Turken. Alle
maal verschillende rassen, culturen,
groeperingen, dialecten. En iedereen wil
zijn familieleden of kennissen op het
beste plekje van de markt hebben. Een
smeergelden dat er omgingen. Dat is bij
Hollandse marktkooplui ook al zo, maar
op de Oosterse Markt maakten ze het
helemaal bont. Van het idee dat je een
oosterse markt door de etnische mensen
zelf moet laten runnen, ben ik dus snel
genezen. Je moet een Hollandse markt
leider hebben, want die wordt niet zo ge
hinderd door familie of vrienden. Die
kan wat meer afstand nemen".
Desondanks klapte de poging tot het op
zetten van een oosterse markt korte tijd
later in elkaar en dat kwam door de
Centrumpartij. Van Kampen: „Voor
moslims is het zondag op vrijdag. Onze
zondag beschouwen ze dus als een gewo
ne werkdag waarop ze hun winkel open
mogen doen of op de markt mogen
staan. De winkelsluitingswet voorziet
daar dan ook in. Een oosterse markt van
moslims op zondag is toegestaan, net zo
goed als joodse winkels op zondag open
mogen zijn. Maar ja. als je moslims iets
toestaat wat aan Nederlanders verboden
is, dan krijg je scheve ogen. Al wordt
zo'n maatregel ook voor honderd pro
cent door religieuze overwegingen inge
geven, toch is het optisch verkeerd.
Wanneer je wilt dat een bepaalde groep
wordt gediscrimineerd, dan moet je hem
vooral voorrechten geven. Voorrechten
werken discriminatie in de hand. Nou,
toen Janmaat du* zo begon op te ko
men, hebben we besloten er op zonda
gen maar mee te stoppen".
Mekka
Net als alle andere bloed kruipt ook het
oriëntaalse bloed waar het niet gaan kan.
Nu het heethoofderige in de Nederland
se samenleving wat is opgebrand, kan de
Oosterse Markt uit zijn as herrijzen en
wel zo dat Bart van Kampen zegepra
lend van een markt-mekka gewaagt.
„Vanuit en nabij de gigantische, reeds
vijf jaar mazzelmakende Zwarte Markt
Beverwijk", adverteert hij. „groeide het
immense oosterse marktgebeuren dat
zijn weerga en gelijke buiten de Oriënt
niet kent. Mede- en Nederlanders genie
ten door, van en vooral met elkaar van
hun anders zijn en van diverse mark-
tculturen". Is Van Kampen ondertussen
van zijn vrees voor Janmaat en consor
ten bevrijd? „Ach, kinnesinne hou je al
tijd. .Maar het feit dat veertig procent
van de bezoekers Nederlander is, werkt
als een buffer. Ze waarderen de Oosterse
Markt dusdanig positief dat ze een even
tuele tegenstroom vanzelf zullen indam
men. De Oosterse Markt heeft zich ont
wikkeld tot zo'n gigantische smeltkroes
dat er eigenlijk op geen enkele politieke
doelgroep meer te mikken valt".
Plus het feit natuurlijk dat het gebeuren
helemaal in een regulier kader is gevat.
Van Kampen: „Het sfeertje van: die
Turken doen maar raak in Beverwijk,
daar hebben we mee afgerekend. Alles is
tot in de puntjes met de officier van jus
titie geregeld". Van het principe vrij
heid-blijheid echter waaruit Bart van
Kampen, ooit een succesvol makelaar
uit Schagen, zijn Zwarte Markt heeft ge
boetseerd. wordt ook bij de Oosters!
Markt niet afgeweken. Zoals iedere pan
ticulier op de Zwarte Markt van Bever!
wijk zijn spulletjes mag uitstallen (vijl
tienhonderd doen dat elk weekend met
terdaad), zo bestaat ook de meerderheid
op de Oosterse Markt niet uit professio
nele kooplieden, maar uit buitenlands*
werknemers van Hoogovens, van dt
Wcstlandse tuinders, van de Rotterdam!
se haven die er op zondag een handeltjt
bij doen. In groente en kleding handelen
ze, in reukwaren en specerijen, in
schoeisel en in tapijten, in vis en in oosj
terse kitsch. „We hebben drie koosjer*
slagers", glimt Van Kampen, „we heb
ben een Turkse bakkerij met tien man".
Fanclub
E{e massaliteit en de verscheidenheid
van het aanbod doet de Oosterse Markl
nu al bijna uit zijn hal knallen. Hier
heersen de handelswetten van het Oos
ten en dan gaat het hard. Veertig groen
teboeren vallen er te tellen. „Allemaal
met dezelfde prijzen, dus dat is hel
niet", analyseert Van Kampen. Weet je
wat het is? Ze hebben allemaal hun ei
gen fanclub. Een Turkse klant uit Heer
enveen hoort aan het dialect van zo'n
groenteboer: u komt uit Izmir; nou, daar
ben ik oorspronkelijk ook vandaan, dus
koop ik bij u. De mensen zoeken elkaar
op, precies zoals Nederlanders vroeger,
alleen maar bij de gereformeerde of dt
katholieke slager kochten. De markt is
een ontmoetingsplaats van gelijkgestem
den".
Toen Bart van Kampen vijf jaar geleden
met de Zwarte Markt van Beverwijk be^
gon - „Ik heb het idee van Amerika af
gekeken; daar barst het van de particu-i
liere vlooienmarkten; zelfs de mormo-j
nen hebben er vijftien" - stuitte hij on
veel officiële tegenstand. Sindsdien ech
ter heeft dit informele circuit zich mo
gen verheugen in de belangstelling van
wetenschappers en die zijn niet zuinig
geweest met hun lof. „Arbeid op de
Zwarte Markt Beverwijk geeft meer te
vredenheid bij de deelnemers en dienl
als veiligheidsventiel voor spanningen
die zich anders bij de betrokkenen zou
den kunnen voordoen als gevolg van on
vrede met hun situatie", staat er in e?n
onderzoeksrapport naar de betekenis
van informele arbeid. „Als ik dit niet
had, was het armoe; de markt maakt het
leven leuk", zeggen ondervraagden in;
datzelfde rapport. „Als ik hier bezig ben,
dan leef ik; ik ben geen mens om niets te
doen". Een studie over de betekenis van
de herboren Oosterse Markt zou onge
twijfeld dezelfde geluiden opleveren.
„Koopmanschap is een stuk van het le
ven", zegt Van Kampen filosofisch. „Zo
gauw kinderen kunnen praten, zie je ze
toch al winkeltje spelen? Handelen is
communicatie. Wanneer ze hier een
paar centjes gevangen hebben, gaan ze er
met z'n allen gezellig van eten. En als er
helemaal niets is verdiend, dan heeft
men in elk geval de rijkdom van het so
ciale contact genoten".
PIET SNOEREN,
'£oUIóc Souxcwit'