n
enri van Vredenburch: een zondagskind in de diplomatie
ier gidsen
het spoor
an Dominicus
Een dubbelganger voor Bertrande
(Elke anderhalve seconde
Peest iemand een Penguin
DE
KEER
BOEKEN
fieidaeSoiwant
VRIJDAG 6 SEPTEMBER 1985 PAGINA 11
teleurgesteld was jonk-
mr. Hendrik Frederik
iewijk Karei van Vreden-
h toen hij besloot om, als
;r ooit toe zou komen de
nneringen aan zijn ambte-
loopbaan te boek te stel-
daaraan als titel te geven:
n Haag antwoordt niet",
geschiedde in de lente van
Hij was toen 42 jaar en in
ivia gedelegeerde van het
rbestuur in Nederlands
met de waardigheid en
r van minister,
rst moeizaam en frustre-
verliepen tussen de
:e en tweede politionele
de onderhandelingen
de op Java uitgeroepen
ubliek Indonesië. Vreden-
ter rfh zette al zijn diplomatie-
d cPn juridische bekwaamhe-
appliin, maar zag het spel toch
t hof°ren gaan. Want de poli-
9rin<P troefkaarten zaten bij de
inpartij. Niet alleen bij de
ubliek zelve, maar ook bij
(vals spelende) allerminst
iraal te achten commissie
goede diensten, die door
ferenigde Naties derwaarts
gezonden. En aan het te-
pel van Den Haag bleven
i|| elijkheid, vaste lijn en
Éll tuigde inzet ontbreken.
IIP 6a* Batavia wel ant-
m "d. maar meestal te laat en
ïn volledig van instructie,
was allemaal wel te begrij-
De regering zat moeilijk
J verkiezingen op komst,
I forse oppositie tegen elk
leven aan Indonesische ei-
Jhr. Van Vredenburch staat de pers te woord aan boord van het transportschip Renville, dat de
Amerikaanse regering ter beschikking had gesteld voor besprekingen tussen Nederland en Indone
sië over een bestand.
sen en zóveel andere proble
men, dat Indië zo'n beetje „er
bij" werd gedaan Wankelmoe
digheid, traagheid, draaihar-
tigheid, het gemis aan priori- op 1 juli '48 opgelucht naar een
teit: Vredenburch en hij nieuwe post in zijn boeiende
niet alleen vond ze onver- loopbaan, die sterk afwisse-
dragelijk en vertrok dan ook lend bleef tot het einde toe.
Een internationale betrekking
in Tanger ditmaal: administra
teur van Spaanse, Franse, Ma
rokkaanse en nog vele andere
belangen.
Hij bleef er drie jaar, een voor
treffelijk beschreven hoofd
stuk in zijn onlangs versche
nen memoires, die de ooit door
hem voorgenomen titel zijn
blijven dragen. Misschien niet
helemaal terecht. Want van de
einde 1981 in Zwitserland over
leden auteur mag men eerder
zeggen, dat hij een zeer succes
vol zondagskind in de diplo
matie is geweest, die met en in
Den Haag meer aangename
dan onplezierige contacten
heeft onderhouden, ook al
vond hij het er wat „provinci
aal".
Acht voornamen
Hij begon er in 1932 zijn loop
baan aan de kabinetsafdeling
op het departement van Bui
tenlandse Zaken, zou daar nog
enkele malen in steeds belang
rijker functies terugkeren,
maar zwierf meestentijds de
wereld rond: Hamburg, Bue
nos Aires, Londen (1940-1942,
met een aanvankelijk inter
mezzo als regeringscommissa
ris voor de Nederlandse oor
logsvluchtelingen in Frankrijk
en Spanje), Washington, Cara
cas, San Francisco, Batavia,
Tanger, Parijs (ook als plaats
vervangend secretaris-gene
raal van de NAVO), opnieuw
Londen namens de Europese
Gemeenschap voor Kolen en
Staal en tenslotte ambassa-
deursposten in Bonn (1959-
1962) en Rome (benevens Mal
ta) tot 31 oktober 1970, toen hij
65 werd.
Hij was geboren in Wenen en
daar oorspronkelijk met acht
voornamen opgetuigd, vier in
het Duits en vier bijzonder:
Rosarius, Caspar, Melchior en
Baltasar. Heinrich etc. werd
Hendrik in 1928, en het kwar
tet van Rosarius en de Drieko
ningen liet hij toén schrappen.
Zijn moeder was een Italiaanse
Duchi di San Valentino e Mar-
chesi di Bugano.
Zijn vader werd, na in 1927 als
gezant in Brussel te zijn over
leden, betrokken bij de ge
ruchtmakende affaire, waarin
de Haagse hoofdcommissaris
Van 't Sant, de mysterieuze
Elisabeth le Roi en koningin
Wilhelmina hoofdrollen speel
den. kortom de kwestie rond
de fabuleuze „zoon van prins
Hendrik". Geen wonder dat
Vredenburch in 1940 in Lon
den op Van 't Sants verzoek
om medewerking heeft geant
woord, dat, als 's lands belang
dat eiste „hij zelfs wel met de
duivel wilde samenwerken".
Vredenburchs memoires, door
Chris A.J.van Koppen pers
klaar gemaakt en uitstekend
van toelichtende noten voor
zien, tellen talrijke boeiende
beschrijvingen van mensen, si
tuaties, sferen en landen. In
zijn voorwoord schetst André
Spoor hem als een uitzonder
lijk man, een kosmopolitische
grand seigneur, met een zeer
snel en voortreffelijk functio
nerend brein, tot scherpe ana
lyse en creatieve synthese in
staat, bovendien tot „briljant
radicalisme" geneigd.
punt
„Ik Èen niet stoïcijns van aard
en mijn kookpunt was in die
dagen laag", zegt Vredenburch
van zichzelf in zijn Londense
tijd, ongeduldig van nature.
Zijn carrière weerspiegelt dat
ongeduld: hij zat nooit lang op
eenzelfde stoel. Zijn boek ge
tuigt nog van een andere ka
raktertrek: gevoel voor ironie
en humor, een eigenschap die
hij ook in anderen het meest
waardeerde en door een reeks
anecdotes onderstreept.
Het uitvoerigst is zijn geschrift
(ruim 200 van de 570 pagina's)
over de krap vijftien maanden
waarin hij als direct betrokke
ne op het Indonesische theater
mede het spel bepaalde. Zeker
was hij over deze periode zelf
het minst gelukkig, maar er
blijkbaar het best over gedocu
menteerd gebleven, en aldus
draagt dit deel van zijn werk
het meest tot de algemene ge
schiedschrijving bij. Daaraan
gaan ook bladzijden vooraf die
de sfeer van een familie-al
bum ademen, ervaringen die
allereerst voor vrouw en kin
deren lijken te zijn vastgelegd.
Op zijn best als verteller is
Vredenburch over zijn entree
op het Plein in 1932, over Tan
ger en Adenauers Bonn, over
Sardinië en de rest van histo
risch Italië. En telkens op
nieuw over de vele mensen,
vaak interessante, die hij in
zijn leven en werk heeft ont
moet en gewaardeerd.
Natuurlijk hielp hem het sa-
voir vivre van huis uit, telg
van welgestelde adel als zove-
len in de toenmalige diploma
tieke dienst, waar het vanzelf
sprekend werd geacht dat men
uit eigen middelen fors bij
droeg in de kosten, die door de
officiële bezoldiging slechts
ten dele werden gedekt. Wei
nigen konden het Henri van
Vredenburch nazeggen, dat hij
het over „oom Herman" had
als het om de geduchte oud
minister Van Karnebeek ging.
Voor dit zondagskind beteken
de „van huis uit" dan ook een
familie, die al sinds vele gene
raties in Rijswijk de buitens
Steenvoorde, Overvoorde en
De Voorde bezat. Het siert
hem dat hij in vaderlandse
dienst ruimschoots het formaat
heeft getoond waartoe adel
verplicht.
JAN ONSTENK
„Den Haag antwoordt niet".
Herinneringen van jhr.mr.
H.F.L.K. van Vredenburch.
Uitg. Martinus Nijhoff, Lei
den. Prijs ƒ59,50.
Ier de naam van wijlen de
|Sju£maarse leraar Jo Domini-
ïtent geeft Gottmer in Haarlem
tiefi reeks reisgidsen uit, waar-
icatl een nieuwe generatie
>en irijvende en fotograferende
JStabetrotters haar krachten
jn ing beproeven. Dat blijft een
srg fhelijk karwei. De opdracht
Dm objectieve informatie te
ren met een persoonlijk tin-
fet i De beoogde doelgroep be-
amtat daarbij uit toeristen,
itroiar dat zijn nu eenmaal ui-
s. Ikt subjectieve mensen, met
o| uiteenlopende interesse-
aatireri en reiservaring.
n het voorlichten van zo n
mengd gezelschap blijkt
___8n op twee klippen te kun-
asn stranden. Enerzijds een
euterige verteltrant, waarbij
lezer als een soort onmon-
wordt toegesproken. An-
rzijds de veronderstelde
bdzaak van volledigheid, die
li resulteren in een overstel
pende opsomming van al dan
niet belangrijke feitjes en
weetjes.
Het gulden midden zou met
name kunnen worden bereikt
door te informeren aan de
hand van in flink formaat dui
delijk afgedrukte plattegron
den, waarop eventueel ook een
aanbevolen route bijvoorbeeld
in rood is aangegeven. Dat
voorkomt eindeloze beschrij
vingen van linksaf, rechtsaf,
rechtdoor en weer even terug.
Maar in dat opzicht zijn de
vier onlangs verschenen delen
in de reeks (nog) niet hand
zaam, al is er verder veel
goeds van te zeggen.
Het gaat allereerst om Zuid
Spanje (256 blz), met name
Andalusië. Daar vinden we
Granada, Cordoba en Sevilla,
waarover Ben van Wakeren
boeiend weet uit te pakken,
terwijl ook de Costa del Sol, de
Costa del Almeria en de Costa
Blanca een beurt krijgen.
Goed is hier eveneens het stuk
meer algemene, ook histori
sche informatie.
Herman Beliën is rondgetrok
ken door en langs Eifel/Moe
zel (251 blz) en betrekt daar
gelukkig ook uitgebreid de
drie bezienswaardige steden
bij die de grenzen van de
streek markeren: Aken. Keu
len en Trier, compleet met het
rijke erfdeel van de Romei
nen.
Ad van Bentum schreef een
aardige gids over het boeiende
Champagne (188 blz), met top
pers als Reims, Troyes en Ver
dun. al zouden we bij de slag
velden liever niet de opmer
king „toeristische rondreizen"
hebben gelezen. Moet men
hier niet eerder in verbijsterde
stilte pelgrimeren?
Tenslotte slaan helaas kneute
righeid en volledigheidsneuro
se het hardst toe in de gids die
Karin Schaedtler aan Het Hart
van Engeland (276 blz) heeft
gewijd. Een interessant gebied,
met Oxford en Cambridge,
Stratford, Coventry, de Cots-
wolds. maar daarover hier te
vens veel overtollig gebabbel.
Overigens is ook deze gids. zo
als de drie andere, rijk met
zwart-wit foto's geïllustreerd.
JAN ONSTENK
Dominicus Reeks: Zuid
Spanje, Eifel/Moezel, Cham
pagne, Het hart van Enge
land. Uitg.Gottmer, 23,95
per deel.
- H(Van onze correspondent
Roger Simons)
)NDEN In Groot-
tittannië is tegenwoor-
e geen enkele politieke
r beurtenis meer hele-
aal rond zonder dat ze
)rdt geanalyseerd in een
'enguin Special". Deze
eciale uitgaven van
inguin Books verschij-
in al sinds augustus
37. Het is gebruikelijk
rgelijke actuele Specials
tend snel te laten schrij
ft en op de markt te
(engen. Michael Crick,
ft verslaggever van het
mmerciële tv-kanaal
tannel Four, is momenr
el recordhouder. Van
n hand zijn verschenen
t Special: „Militant" en
icargill and the Miners"
'anirthur Scargill en de
:ra<jjnwerkers). Toen deze
boAtste titel uitkwam, was
laai langdurige Britse mijn-
i rfking nauwelijks een
idefcand voorbij,
tmc
resjick werkt momenteel aan
kWh nieuwe Penguin Special,
ie lfcnaal gewijd aan Eddie
vanah, een in Engeland zeer
is kende uitgever van huis-
niftn-huisbladen. Shah die het
it I 1983 hevig aan de stok
verheg met de grafische bon-
caft, is van plan komende len-
een modern nationaal dag-
id te lanceren. De antieke
gbnten van Londens Fleet
betreet zien de gok van Shah
mnft grote angst tegemoet. Een
lanek over die durver van Per-
zdche afkomst zal zonder twij-
isl goed verkopen. Penguin
natoks brengt het op de markt
:ld nd de tijd dat het eerste
duimmer van Shahs nieuwe
uingblad verschijnt.
et J
;t jeruiteave
datndat ae Penguin Pockets dit
roelr hun gouden bestaansfeest
t vferen de herdenking is
indaag begonnen en duurt
Georges Simenon,
Luikse vader van de we
reldwijd bekende detecti
ve Maigret, is de vrucht
baarste Penguin-auteur
nog in leven. Tot op he
den zijn 97 van zijn boe
ken als Penguin-pockets
verschenen.
Het papier van de Pen
guin-pockets wordt ex
clusief vervaardigd voor
de uitgever. Het heet
Penguin Book Wove.
Jaarlijks wordt voldoen
de papier verbruikt om
900 Londense dubbeldek
kers te vullen.
9 De Penguin-pocket die
nog steeds het beste ver
koopt is „The F-Plan
Diet" door Audrey Ey-
ton. Nadat dit boek in
mei 1982 verschenen
was, werd er in vier
maanden een miljoen
exemplaren van ver
kocht. Geen enkel ander
dieetboek in de Engelse
taal geniet zoveel bijval.
0 Bij gelegenheid van
zijn 90e verjaardag publi
ceerde Penguin op 26 juli
1946 tien werken van
George Bernard Shaw.
Van elk boek werden
honderdduizend exem
plaren gedrukt. Het hele
miljoen, verkocht voor
een shilling per stuk,
ging in minder dan 6 we
ken van de hand.
voort tot 5 november ver
schijnt momenteel ondermeer
een fraaie facsimile-heruitga
ve van de eerste tien Pen
guins. Ze zitten in een keurige
doos en zijn vergezeld van een
bloemlezing van persreacties,
daterend uit de jaren 1935-36.
Deze tien pockets werden op
30 juli 1935 voor het spotkoop
je van sixpence of een halve
shilling per exemplaar op de
markt gebracht door de jonge
uitgever Allen Lane. Sixpence
(ongeveer 35 cent) kostte in
die tijd ook een doosje met tien
sigaretten. Voor een gebonden
boek werd gemiddeld zeven
en een halve shilling ge
vraagd.
Op 16 september 1560 werd te
Artigat in de Franse Pyrene
eën Arnaud du Tilh, alias Pan-
sette (het buikje) opgehangen.
Het schavot stond tegenover
het huis waar hij zich vier jaar
eerder bij de mooie, dertigjari
ge Bertrande de Rols had aan
gemeld als zijnde haar verlo
ren gewaande echtgenoot Mar
tin Guerre, die acht jaar tevo
ren met de noorderzon was
vertrokken. Een wonderlijke
historie. Geloofde Bertrande
echt dat de dubbelganger haar
eigen Martin was? Zij leefde in
elk geval jarenlang met hem
samen en schonk hem twee
dochters. Het dorp twijfelde,
half om half, heilig ervan
overtuigd dat Arnaud de echte
Martin of een overigens ui
terst welbespraakte en uitge
slapen bedrieger was. De
familie Guerre spande tenslot
te een proces tegen hem aan.
En tijdens de rechtshandelin
gen keerde ineens ook de ech
te Martin weer terqg, met één
houten been, erfenis uit de
slag bij Saint-Quentin, waar
aan hij op 10 augustus 1557 aan
Spaanse kant had deelgeno
men.
Du Tilh's huwelijksbedrog le
verde stof voor een van de be
roemdste Franse verhalen.
Een Amerikaanse, Natalie Ze-
mon Davis, heeft van en rond
om de gebeurtenissen een
voortreffelijke historische re
constructie geschreven: „De
terugkeer van Martin Guer
re", boeiend, rijk gedocumen
teerd, een aanwinst voor het
genre, dat met onder meer Le
Roy Ladurie's „Montaillou"
een actuele bloei beleeft.
JAN ONSTENK
Natalie Zemon Davis: „De
terugkeer van Martin Guer
re". Uitgeverij Elsevier.
Prijs ƒ29,50.
Net zoals de Eddy Shah thans
had koesterde Allen Lane ge
durfde plannen: massaproduk-
tie en -distributie van „intelli
gente boeken voor intelligente
mensen" tegen een prijs die ie
dereen zich kon veroorloven.
In de crisistijd van de jaren
dertig was dat een gewaagde
onderneming. Lane twijfelde
geen ogenblik aan het welsla
gen van zijn project; zijn con
currenten daarentegen noem
den het onpraktisch en onmo
gelijk.
In kiosken
De eerste pockets werden niet
alleen verkocht in boekwin
kels, maar ook in krantenkios
ken en door de goedkope wa
renhuizen van Woolworths.
Allen Lane kreeg praktisch
onmiddellijk gelijk. Tot grote
verbazing van journalisten,
uitgevers en boekhandelaren
verkocht hij in zes maanden
zo'n miljoen Penguins. Deson
danks viel het commercieel
gezien niet direct mee. De uit
geverij van Allen Lane wei
gerde haar jongste produkt
verder te financieren. Daarom
werd op 15 januari 1936 door
Allen Lane en zijn broers de
onafhankelijke maatschappij
Penguin Books Ltd. gesticht.
De crypte van de Holy Trini-
ty-kerk deed dienst als maga
zijn, en ook de boekhouding
was daar ondergebracht. Het
personeel ondervond er veel
last van doodkisten en grote
horden muizen. De eerste Pen
guins genoten een zekere be
kendheid wegens hun vreem
de geur en vaak voorkomende
sporen van knaagtanden.
Op 4 augustus 1937 werd te
Harmondsworth, in Middlesex,
de eerste steen gelegd van het
gebouw dat nog steeds het ma
gazijn van de uitgeverij is. Af
gelopen jaar werden van daar
uit niet minder dan 41 miljoe
nen boeken verzonden.
Ook tijdens de oorlogsjaren
was de vraag niet te stuiten.
Het geesteskind van Allen
Lane had toen al navolgers.
De eerste echte imitator was
de Amerikaanse, in 1939 ge
stichte uitgeverij Pocket Books
Inc.
Achterberg
De vernieuwde reeks Syn
these (de vernieuwing begon
met een indringende analyse
van „De Aanslag" van Harry
Mulisch) wordt voortgezet
met gen beschouwing over de
dichter Gerrit Achterberg
(„De wereld van Gerrit Ach
terberg").
Aan het eind van zijn boek
komt de auteur. A. Middel
dorp, met een korte beschou
wing over biografische gege
vens, waar hij niets mee te
maken wil hebben. Het be
kende noodlottige drama in
Achterbergs leven vindt
Middeldorp niet van belang
voor zijn studie van diens
poezie: „Waarom wil ik van
die particuliere biografie van
een dichter afblijven?"
vraagt hij zich af. „Om het
maatschappelijk verschijnsel
van de steeds groeiende be
lustheid op het schandeel
voor de betrokkene veelal de
ramp waarbij een onfrisse
nieuwsgierigheid zich dan
ook nog gaat aandienen als
literaire belangstelling".
Er is voor Middeldorp echter
nog een belangrijker reden:
„De biografisten menen het
gedicht uit het leven van de
dichter te kunnen verklaren;
zij streven naar levensbe
schrijvingen waarin de ver
zen passen als psalmen in een
preek. Maar zo simpel is het
niet".
Dat is natuurlijk voor een
groot deel wel een gezonde
opvatting, maar de Achter
berg-literatuur van de laatste
jaren heeft zoveel laten zien
over details in de poezie van
de man, die zo nauw verbon
den zijn met het leven van
de dichter (afgezien nog van
de meest dramatische ge
beurtenissen daarin), dat een
dergelijke opstelling voor een
beschouwer van Achterbergs
werk wat twijfelachtig lijkt.
Een lesje van Eco
Umberto Eco, de auteur van
het befaamde „De Naam van
de Roos", heeft in 1977 een
heel ander soort boek ge
schreven: „Hoe schrijf ik een
scriptie". Dat is dan de Ne
derlandse titel van „Coiïie si
fa una testa di laurea", dat in
Italië naar verluidt be
schouwd wordt als de ideale
scriptie-hulp. Uitgeverij Bert
Bakker heeft het laten verta
len: meer dan 250 pagina's
lang geeft Eco in dit boek les
in het maken van een scrip
tie, speciaal voor wat meer
gevorderden: „Het hoe en
waarom van de doctoraals
criptie" of „Hoe stel ik een
werkschema op" of „Hoe
maak ik een kaartsysteem".
Je kunt er je voordeel mee
doen. volgens de uitgever
vooral als je student bent in
de Letteren, Sociale Weten
schappen, Rechten of Filoso
fie.
Vertalers Yound Boeke en
Patty Krone hebben de Itali
aanse situaties uit de origine
le studie een beetje naar onze
wereld omgewerkt.
Afscheid
„Een afscheid" heet een
nieuwe verhalenbundel,
waarin veertien, tot dusver
nog niet gepubliceerde ver
halen van evenveel Neder
landse auteurs bijeen zijn ge
bracht door Albert Donk. Het
komt erop neer, dat deze sa
mensteller een aantal auteurs
om een verhaal verzocht dat
als thema zou hebben: „af
scheid nemen..." Door de me
dewerkers is dat heel recht
lijnig uitgevoerd. allerlei
soorten van afscheid komen
aan de orde op allerlei ma
nieren: droevig en leuk, ab
surd of realistisch. Onder de
deelnemende auteurs: Han
nes Meinkema, Herman Pie-
ter de Boer, Ben Borgart, Jan
Willem Holsbergen. Verras
send is het niet!
Herinneringen
Rico Bulthuis, die vele jaren
deel uitmaakte van het Haag
se kunstleven, waar hij in
een van de Haagse dagbladen
dan ook verslag van aflegde,
heeft een autobiografisch
verslag te boek gesteld. Het
gaat om de periode na de be
vrijding, die de auteur „gril
lig" noemt. Het boek heet
„De koorddansers en andere
herinneringen" en het wordt
verder getypeerd als een ver
slag van „De wereld van de
Haagse kunstenaars kort na
de bevrijding. Ontmoetingen
met Jan Arends, Bordewijk,
Bloem, Marja, Vestdijk en
anderen de mensen die de
legendarische uitgever Stols
om zich heen verzamelde".
Veel anecdotes, waarbij met
M.van Amerongen
Het matrassengraf
Heine's sterfbed
1848-1856
N
ij
Open Domein/1
een groot genoegen (dat de
schrijver nogal nadrukkelijk
ten toon spreidt) vele kroeg
en sociëteitsgebeurtenissen
breed worden uitgemeten,
wat niet altijd zo noodzake
lijk lijkt. Bulthuis spreekt
tussen neus en lippen heel
wat waarde-oordelen over
collega-auteurs uit.
Heiiie
Onder de merkwaardige titel
„Het matrassengraf" is er een
bijzonder prettige biografie
verschenen door M. van
Amerongen, waarin hij zich
bepaalt tot de laatste acht
jaar van Heines leven. „Hei
ne's sterfbed" luidt de tweede
titel van het boek dan ook.
De grote Duitse dichter Hei
ne verbleef zijn laatste jaren
in Parijs, waar hij in 1848 aan
een geheimzinnige ziekte be
gon te lijden, die hem tot aan
zijn dood in 1856 het leven
onmogelijk zou maken. Die
acht jaar zijn „legendarisch"
geworden: „De gehele Franse
en Duitse intelligentsia van
die tijd maakte een pelgrima
ge naar de duistere bovenka
mer in de Rue d'Amsterdam.
Daar trof zij de beroemde
dichter, uiterlijk een uitge
teerd toonbeeld van ellende,
geestelijk echter even fris als
in zijn beste jaren". In deze
tijd schreef Heine „zijn meest
mannelijke proza en zijn
flonkerendste gedichten".
Van Amerongen heeft heel
wat materiaal over Heine
verwerkt in zijn boekje,
waarin hij heel veel onthul
lende, treffende en ook bitte
re anecdotes vermeldt. Aan
het slot brengt hij verslag uit
van zijn bezoek aan Heines
graf op het Parijse kerkhof
van Montmartre, waar hij
zich laat fotograferen naast
de sokkel met de buste van
de dichter, die het graf siert.
Hij is er getuige van hoe een
jongeman het in steen gegra
veerde gedicht nauwkeurig
overschrijft en hij noteert
dan de ondertekening van
dat beroemde vers („Wo?"):
„Enri Einé, romantique de-
froqué". Van Amerongen be
sluit dan met: „Als u in Parijs
bent en u hebt toevallig een
begonia bij u, vergeet dan
niet hem een bezoek te bren
gen."
je Melgers heet „Spaanse fu
rie" en het bevat twintig kor
te verhalen, die vrijwel
steeds eenzelfde wat gefor
ceerde sfeer hebben. Het gaat
Aafje Melgers kennelijk om
de vele bizarre verschijnings
vormen waarin affectie of
liefde zich kan verstoppen,
en dat levert soms een kleine
aardige vondst op. Maar de
herhaling en de steeds weer
gelijke manier waarop zo'n
verhaal zich ontwikkelt,
roept bij het lezen van dit
boekje al te gauw een be
hoorlijke dosis verveling op,
terwijl dat in deze furieuze
gebeurtenissen nou net voor
komen moest worden. Veelal
is een meisje dat Aafje heet
de hoofdpersoon van het ver
haal en vaak vertelt dat
meisje dan allerlei gebeurte
nissen, die zich in haar leven
hebben afgespeeld, voorna
melijk omdat ze met sex te
maken hadden. Dus lees je
over kerels die aan de rand
van het bos hun broek lieten
zakken, toen ze langs fietste,
of jongens die al dan niet
handig of leuk versierpogin
gen ondernemen. Allerlei an
dere rare vogels moeten de
verhalen wat oppeppen, van
daar veel exhibitionisen,
prostituees, nachtclubeige
naars, porno-boeren, en nog
meer van dat soort lieden (in
dat rijtje staat bij Aafje Mel
gers ook nog schaamteloos:
„vrachtwagenchauffeurs",
waarmee ze wel om moeilijk
heden moet smeken met een
bepaalde groep van de be
roepsbevolking).
Spaanse furie
Furie
Het verhalendebuut van Aaf-
Aafje Melgc-n
Handke
De Arbeiderspers brengt een
herdruk van het bekende
verhaal „De korte brief bij
het lange afscheid" van Peter
Handke, de bekende Duitse
auteur, van wie erg veel in
Nederland werd vertaald.
Deze herdruk dient mogelijk
mede als een-soort begelei
ding van de eerste uitgave
van een tot dusver nog niet
in het Nederlands uitgegeven
verhaal van Peter Handke:
„De Chinees van de smart".
Hoofdpersoon daarin is een
leraar oude talen, die ge
scheiden van vrouw en kin
deren woont in Salzburg. Hij
werkt niet meer en Handke
volgt hem in een fase van
PETER HANDKE
De Chinees van
de smart
zijn leven, waarin hij door
een paar gebeurtenissen tot
nieuwe inzichten tracht te
komen en tot een nieuw le
vensgevoel. „Een typisch
Handkeboek", vermeldt de
uitgever, vanwege de symbo
len en rituelen, die een heel
opvallende rol spelen in dit
verhaal, dat in 1983 in Duits
land uitkwam en nu vertaald
is door Hans Hom.
In deze rubriek genoemde en
besproken boeken:
A. Middeldorp: „De wereld
van Gerrit Achterberg"; Syn
these-reeks, De Arbeiders
pers. Prijs ƒ26,50.
Umberto Eco: „Hoe schrif ik
een scriptie"; uitg. Bert Bak
ker. Prijs ƒ29,90.
„Een afscheid", nieuwe ver
halen van Hannes Meinke
ma, Maurits Mok, Herman
Pieter de Boer, e.a., samenge
steld door Albert Donk. Uitg.
Unieboek-Agathon, Weesp.
Prijs ƒ24,50.
Rico Butlhuis: „De koorddan
sers en andere herinnerin
gen"; Uitg. Nijgh-belletrie.
Prijs ƒ28,50.
Martin van Amerongen: „Het
Matrassengraf"; Uitgave in
reeks „Open Domein", De
Arbeiderspers. Prijs 42,50.
Aafje Melgers; „Spaanse fu-
rie"-verhalen. Uitgave Tho
mas Rap. Prijs 22,50.
Peter Handke: „De korte
brief bij het lange afscheid"
24,50) en „De Chinees van
de smart" 29,50). Uitgaven
van De Arbeiderspers.
(ADVERTENTIE)
BOEKHANDEL
LEIDEN - LEIDERDORP
OEGSTGEEST KATWIJK
VOORSCHOTEN
All# op deze pagina besproken
boeken zijn bij ons direkt lever
baar. óf vla onze TERMINAL t#
bestellen en dan binnen drie da
gen verkrijgbaar.