mal
TSCHEU
LA
LING
■P
„Ik ben wèl ambitieus en serieus
f
ZATERDAG 20 juf"
zijn. Geen steek veranderd. Bezit
ter van eigenschappen die zich
moeilijk laten omschrijven. Maling
aan alles en iedereen? In wezen is
dat toch niet helemaal zo. Of eigen
lijk helemaal niet zo. Daags tevoren
bijvoorbeeld wist hij niet hoe het
programma voor die woensdag er
uitzag, of er überhaupt wel een
wedstrijd zou worden gespeeld.
„Joh, ik heb mij pas zaterdag bij
Feyenoord gemeld. Ik hoor wel
wanneer ik moet trainen, eten en
spelen. Ik draai het programma ge
woon mee. Maar uitdokteren wat
wij maandag, dinsdag, woensdag en
al die andere dagen doen, nee". De
gemaakte afspraak is dan tamelijk
vrijblijvend van aard, we zullen el
kaar ontmoeten in Meijel, waar,
hoe laat en hoe lang, dat zouden
wij morgen dan wel zien.
Vakantie
De beloning laat overigens niet
lang op zich wachten. Nog geen
drie minuten na Monkou's medede-
xhMEI JEL Het Peeldorpje
Meijel lijkt er aan gewend te
zijn geraakt. Elk jaar strijkt
Feyenoord er neer in de aan
loop naar een nieuwe competi
tie. Pure Rotterdammer Mario
Been gedraagt zich zelfs als een
plaatsgenoot door buiten de
verplichtingen jegens zijn
werkgever uren aaneen aan de
stamtafel van Hotel Ketels met
autochtonen gemoedelijk te
kaarten. De hoteleigenaar
meldt, dat het al voor de zesde
keer is, dat hij de Rotterdamse
eredivisieclub in huis heeft. Hij
wijst naar de teamfoto's van al
die j&ren naast de bar. Voordat
het eventueel wordt opge
merkt, zegt hij bijna veront
schuldigend: „Eén keer zijn ze
ntet geweest, uitgerekend toen
Johan Cruijff er zat". Een blik
op die galerij met de roodwitte
staatsiefoto's leert, dat er jaar
lijks nogal wat verandert. De
gezichten van Jan Peters, K-a-
rel Bouwens, Richard Bud
ding, Roger Albertsen, Vaclav
Jezek, Hans Kraay zijn er te
ontwaren. En ook op de even
tuele nieuwe foto zullen weer
nieuwe gezichten staan. Die
van Jan Sörensen, John Erik-
sen, Keje Molenaar, Tscheu la
Ling, Kenneth Monkou.
In de ruime eetzaal gaat Sörensen,
de van FC Twente aangetrokken
Deen, met zijn landgenoot Ivan
Nielsen tafeltennissend praktisch
kansloos ten onder tegen het fana
tieke duo Stanley Brard-André
„Koko" Hoekstra. Informatie leert,
dat het doel van onze komst, Tshen
la Ling (zo heet de nieuwe Feye-
noorder officieel), op de plaatselijke
tennisbaan moet zijn. Daar meldt
de beheerder dat die Ling al drie
kwartier geleden is vertrokken.
Terug in het hotel aan het bijkans
uitgestorven Raadhuisplein levert
verder informeren voorlopig niets
op. Tot Kenneth Monkou ten tone
le verschijnt. Een bijzonder aardi
ge, opgeruimde donkere atleet,
voor wie momenteel alles als in een
droom verloopt. Zo maar van de
Haagse amateur-vierdeklasser VVP
bij Feyenoord gedropped. Spelen
tegen het Nederlands Elftal, dat
zich voorbereidde op de interland
tegen Oostenrijk, mee naar Cura
cao, Honduras en nu dan op trai
ningskamp temidden van vedetten
bij wie hij twee jaar geleden nog
om een handtekening zou vragen.
Hij onderneemt een speurtocht
naar Ling. Na zo'n tien minuten'
komt hij terug met de mededeling
dat „Tscheu" op zijn kamer ligt te
slapen en geen zin heeft naar bene
den te komen.
Laat hij het bezoek van verre zo
maar zitten? De herinnering ge
biedt een beetje geduld uit te oefe
nen. Zoals hij was bij ADO, FC
Den Haag en Ajax, na twee jaar
Panathinaikos en één seizoen
Olympique Marseille moet hij nog
„Men zegt dat ik het niet zo ver heb geschopt. Zeven jaar Ajax, in één lands- en bekerkampioen met Pana
thinaikos en veertien interlands is toch allemaal niet niks".
ling verschijnt Ling hevig wagge
lend ten tonele. „Geblesseerd,
Tscheu?". Dan beginnen zijn ogen
te twinkelen. „Nee, nee, je weet
toch, het zit 'm in deze tijd. De eer
ste traininge'n, spierpijn. Je weet
toch hoe ik ben. Heb ik vakantie,
dan heb ik dat ook. Doe ik prak
tisch niets. Ja, dan kom je bij de
eerste trainingen de man met dat
hamertje tegen. Geef niet hoor, je
moet er even doorheen. Dat is elk
jaar zo. Straks bij het toernooi in de
Kuip, dan moet ik er zijn".
Buiten, op het terras, gaat hij ver-
def. „Waarom Feyenoord? Ach, ik
ben uit Frankrijk gekomen met de
gedachte in het achterhoofd, dat ik
zou gaan voetballen bij FC Öen
Haag, als het naar de eredivisie zou
promoveren, of bij Ajax, of bij Feye
noord of bij PSV. Gewoon, op ni
veau blijven voetballen dus. Den
Haag is en blijft toch de stad waar
ik ben geboren. Nee, familieziek
ben ik niet. Toen ik in Grieken
land of Frankrijk zat, hoorde de fa
milie soms maanden niets van me.
Ik dacht er gewoon niet aan. Zo
ben ik, hoewel ik wel degelijk om
mijn familie geef. Een sportfamilie
trouwens. Mijn vader is.gewicht
hefkampioen geweest, mijn broer
John bokst en mijn broertje Robert
speelt ijshockey. In het eerste van
HYS, in de eerste divisie, zeg je? De
hoogste klasse in Nederland? Nou,
dat wist ik niet. Leuk dat te horen.
Dat ijshockeysfeertje bevalt mij
trouwens toch wel. Dat knokken af
en toe? Daar komen de mensen
toch voor".
„Maar terug naar FC Den Haag.
Als die ploeg in de eredivisie had
gezeten en Martin Jol en Huub
Smeets zouden gebleven zijn, had
het allemaal heel aardig kunnen
worden. Toen ik nog bij Olympique
Marseille zat, is er trouwens ie
mand bij mij geweest, die mij naar
FC Den Haag wilde halen. Willem
Coenen heette hij, leek een serieu
ze man. Ik heb later niets meer
nomen. Ach, het bedrag zal wel
te hoog zijn geweest. Ajax met
Cruijff kon ik wel vergeten.
Cruijff, natuurlijk een geweldige
voetballer, en ik lagen elkaar des
tijds niet zo. Ik geloof, dat hij daar
om ook niet op mij zat te wachten.
Wat er was met Johan en mij?
Meer op het menselijke vlak. Johan
is ontzettend eigenwijs, denkt dat
hij overal verstand van heeft. Hij
zit je gewoon te vertellen hoe je
een Spaatje Rood moet drinken of
een sinaasappel moet eten. Als ik
een appel zo eet, zegt hij dat je die
zus moet eten. Moet-ie net bij mij
komen. Zulke dingen bepaal ik zelf
wel en ergert hij zich daaraan: jam
mer voor hem, ik heb er maling
aan. Wat PSV betreft kan ik zeg
gen, dat Hans Kraay altijd gechar
meerd is geweest van mijn voetbal.
Kraay haalde mij in 1975 ook van
FC Den Haag naar Ajax. Feye
noord was echter zo snel, dat ik
daar de zaken maar mee rond heb
gemaakt. De eerste dag, dat ik in
Nederland terug was, meldde Feye
noord zich al: Wij kwamen zo snel
tot zaken, dat ik niet meer aan an
dere mogelijkheden wilde denken".
Stempel
„Feyenoord lijkt inderdaad een
aardig technisch elftal te krijgen.
Sörensen, Tahamata, Been. Je moet
natuurlijk ook niet doen alsof Feye-
stnoord altijd een werkelftal js ge
weest. Ajax speelde' mooier, maar je
kan toch moeilijk beweren dat Van
Hanegem, Hasil en Wim Jansen
geen techniek hadden. Het opval
lende in het voetbal hier is, dat als
je eenmaal een stempel opgedrukt
hebt gekregen dat nooit meer
kwijtraakt".
Terugkijkend op zijn voetballoop
baan kan Tscheu la Ling er maar
niet over uit, dat de pers hem in
feite nog steeds ziet als het grote ta
lent dat het niet helemaal haalde.
„Zeven jaar Ajax, met Panathinai
kos in één seizoen kampioen wor
den en de beker pakken, veertien
interlands in zo'n drie jaar. Noem
dat maar niks. Ik geef toe, dat er
meer in had gezeten. Dat dit er niet
is uitgekomen, komt omdat ik geen
streber ben. Bovendien, ik ben wat
interlands misgelopen toen Zwart
kruis bondscoach was. Een aardige
man, maar een met soms rare op
vattingen. Ik weet nog goed, dat ik
in een of ander soort Jong Oranje
speelde in Saarbrücken. Steeds pin
gelde ik iedereen voorbij maar
moest ik bij de achterlijn uren
wachten tot ik een voorzet aan me
despelers kon geven. Wat deed
Zwartkruis? Hij verving mij, omdat
die andere gasten mij niet konden
bijbenen. Ja, ja, dat hoor je goed:
vervangen worden omdat ik te snel
was voor de anderen. Met Rijvers
kon ik aardig opschieten, al vond
ik dat hij in die kwalificatie-wed
strijd voor het WK 1982 tegen
Frankrijk in Parijs te angstig heeft
gespeeld. Had hij meer op de aan
val laten spelen, Simon Tahamata
en ik op de vleugels, dan hadden
wij, dacht ik, toch meer kunnen be
reiken. Rijvers koos echter voor
Van Kooten, minder spitsen, ik was
er daardoor niet bij".
Toerist
„In Griekenland heb ik qua leven
mijn mooiste tijd gehad. Buiten het
voetbal ben ik er twee jaar toerist
geweest. Het weer en de stranden
waren prachtig. Met het voetbal
was het minder, maar is dat
vreemd na zeven jaar Ajax? Ik
kwam in Amsterdam vlak na het
Gouden Tijdperk. Toch is Ajax vol
gens mij het beste voetbal van Eu
ropa blijven spelen. Het is er alleen
qua resultaat niet uitgekomen. In
Griekenland zijn de voetballers te
eigenwijs. Ze pingelen maar en on
derkennen in te geringe mate de
waarde van bijvoorbeeld de diepte
pass, een van mijn sterke punten.
Bij FC Den Haag werd Henk van
Leeuwen topscorer toen ik de voor
zetten gaf; bij Ajax Ruud Geels en
later Willem Kieft. Bij Panathinai-
cos ging het beter toen de spitsen
mijn bedoelingen door hadden. Bij
Olympique Marseille, een middel
matige ploeg in Frankrijk, stond ik
zelf in de spits. En bij Feyenoord?
Peter Houtman laten scoren? Ik
heb hem hier in Meijel al een paar
dagen niet gezien. (Houtman ver
bleef in het noorden van het land
om onderhandelingen te voeren
met FC Groningen). In zijn plaats
komt dan John Eriksen".
Mexico
Tscheu la Ling geeft toe om meer
redenen naar Nederland te zijn ge
komen. „Ik wil in Oranje, ik wil
eventueel naar Mexicp om toch nog
een WK mee te maken. Ik ben nu
29, het kan dus nog. Ik heb goede
hoop, omdat ik meestal wel erg ge
lukkig in het bereiken van dat
soort dingen ben geweest. Ook al
verknalde ik zaken, alles kwam
weer op zijn pootjes terecht".
Zijn ogen twinkelen weer, begint
ongevraagd over zijn karakter. „Ik
handel altijd naar de gedachten dje
in mijn hoofd opkomen, van jongs
af aan. Ik ben begonnen bij ADO.
Ik zag die ploeg op televisie, dat
stadion was in de buurt waar ik
woonde. Op een gegeven moment
nam ik mij voor daar ook ooit te
spelen. Ik meldde mij aan als lid,
speelde mijn wedstrijdjes tot het
koud en lelijk weer werd. Ik ging
niet meer, ondanks het feit dat die
leiders en trainers mij trachtten
over te halen. Ben toen geroyeerd,
geloof ik. Door vrienden ben ik la
ter bij Texas terecht gekomen. Er
waren daar op een gegeven mo
ment te weinig jeugdleden om een
ploeg op de been te brengen, waar
door ik als vijftienjarige bij de se
nioren terecht kwam. Eerst in het
derde, vervolgens in het tweede en
tenslotte in het eerste elftal. Daar
na vroeg FC Den Haag mij om te
rug te keren naar ADO. Het is bij
voorbeeld echt waar, dat ik in de
jeugd bij ADO tijdens een wedstrijd
een keer het veld ben uitgelopen
om naar het toilet te gaan. Iedereen
heeft toch van die dagen dat hij
spontaan nodig moet. Ik vond het
in het belang van de ploeg even
naar het toilet te gaan en vervol
gens bevrijd van lichamelijke be
lemmeringen verder te voetballen.
Rob Baan, mijn trainer toen, heb ik
het ook zo uitgelegd. Hij accepteer
de het
„Later is het meestal zo geweest,
dat trainers de enige mensen wa
ren. met wie ik problemen had.
Sommigen althans. Niet bijvoor
beeld met Ivic. Die man mag dan
door Jan en alleman zijn bekri-
teerd vanwege de zogenaamd af
schuwelijke systemen waarmee hij
Ajax liet spelen, ik heb het fijnst
gespeeld onder hem. Hij gaf mij
vertrouwen. Als iemand dat doet,
train ik als een waanzinnige. Bij
Olympique Marseille kwam er een
Joegoslaaf, die mij gewoon niet
moest. Wegwezen, dacht ik direct.
Kocht me vrij en ging hiT
Nederland. Het is mij opge*0^
dat de pers de afgelopen jar^el
over mij schreef als ik zog»vol
problemen had en niet al^i p;
een trein draaide. Misschieyez
dat door het feit, dat ik noo.__i
en zeggen weer de sterren rva.
hemel te hebben gespeeld, in
andere kant kan ik na eeUy
jaar buitenland heel goed cqr
ren, dat er in Nederland altL.
alles zo nodig negatief mor
den gepraat en geschrevU
denk dat de mensen hier, £n
ingegeven door de pers, hun&nt
ties kwijt moeten. We zitte
bovenop elkaar, Nederland ijn n
een klein land, het regent ebev
altijd. De mentaliteit is er keie
een beetje op gaan lijken. Coj di
taar leveren is een algemei# oi
dens geworden. Ach, ik mc(e v
niet meer zo druk om wat «erij
mij wordt gezegd en gescfcuit]
Het wordt maar gedaan doe/3/1/
sen die de zaken van de zijk)
kijken. Vanaf die plaats hel1 1
taal geen idee van wat er £3re
het veld afspeelt, hoe groot sf^1?
moeilijkheidsgraad is. Voe,ir
lijkt een simpele sport, maarp®.
veld speelt de factor geluknJ
zo'n enorm grote rol. Tenn
een heel gemakkelijke sport"'0
als je op de baan staat en f?ac
een beetje fanatiek, dan koroe
wel achter dat alles niet zo es
dig is. Over mijn karakter, rtien.
stelling is ook al zoveel geztnJ
geschreven. Ik zou een flierr
zijn, helemaal niet serieus. Gi3
maak mij niet druk om fen
waar anderen in mijn ogener^
drijven. Dat wil helemaal nii
gen, dat ik niet serieus ben'*j^
ilik
kaa
ild a
Toekomst
Denkend aan de toekomst Kar
voetbal komt hij tot de onfn
ming, bezig te zijn met zijn
een handel in kleding van kj®rc
te zetten. „Bijna niemand ff
het, kleding van kurk bestaal"31
gr
Uiteraard hoor je dan van dch
merkingen: „Goh, met die Kidt
blijf je lekker drijven". Ma', z
rieus, het is echt prachtifn,
Franse mode-ontwerper ha v
grote belangstelling vooBar
Frankrijk is die kleding trd ze
als een bom ingeslagen. Duufarl
wel, maar je hebt wel ietslnd
kwaliteit", prijst hij als eelan
leerd verkoper het goed aani r
voor hij het exclusieve rechHe
verworven. „Dan is het ot p
makkelijk dat je Engels, ites
Frans en Grieks spreekt. Jaron
in Griekenland noch in Frü hi
had ik moeite om mij verstane
te maken. Grammaticaal zal
lemaal niet helemaal kloppft—
grijpen deed iedereen mij dc^p(
goed. Het lijkt mij leuk werlu—
als ik ben gestopt met voeti
Wanneer? Over een jaar of f*ri
dar
FRANS LEERMAl*
lat
I. I