D'66 zal geen 'enadebrood 'ten om te ogen regeren ?ien jaar emancipatie: juiste weg nog niet gevonden ZATERDAG 20 JULI 1985 [ERDAM De Heeren- t, het straatnaambordje echt twee e's aan, in srdam ligt te bakken in jierzon. Achter de ietwat llen groene deur van het lenpand troont een enor- „witte kamer. Antieke ?ls met enkele moderne- ;en daartussen. Heer des huizes: Hans van Mierlo, de oprichter van D'66. Al weer ruim een maand geleden ver baasde hij vriend en vijand door zich bereid te verklaren de partij bij de Kamerverkie zingen van mei 1986 te zullen aanvoeren. Een besluit waar eigenlijk eind 1984 de basis voor werd gelegd, alhoewel Van Mierlo dat toen niet be sefte. Een gesprek met de oude en nieuwe D'66-goeroe die er duidelijk zin in heeft. Een wat verloren knipsel aan de wand „D'66 zal eens ver dwijnen" kan wat hem betreft nog wat meer stof verzame len. 1 MIERLO: „DE VOGEL KAN WEER VLIEGEN" inuari van dit jaar trad Van f voor het eerst sinds lange r eer in het openbaar op een lering van D'66 in Arnhem. iee startte als het ware de p tot het besluit lijsttrekker irden. Waarom besloot hij f? ^luis vroeg het me in novem- 84 in de Eerste Kamer. Het aar door had ik tegen alle 1 dat,gen „nee" gezegd. Ik wilde et in het partijleven storten, ïei me dat dit een initiatief nderop betrof, leden die in moid kwamen tegen de situatie, BHda impasse in de partij. Ik QS9 Jt is goed, een opstand van bp. Dat kan leiden tot iets wat aan hebt". w^b er toen geen moment aan iijsttrekker te worden. Ik 'en ik koop er iets mee af. Ik d an verbaal over hoe de positie H'66 zou kunnen zijn in de fchappij van nu. Daarmee pik mijn schuld te kunnen af- VI Achteraf gezien naïef, ja". 9 december kwam de uitnodi- secretaris-generaal van de £?.wlEuropese Unie (WEU) te wor- '^fcinister Van den Broek van n ^y/andse Zaken belde mij en n me of ik de Nederlandse ^"tiaat wilde zijn. Ik zei: luister, ferg ingrijpend. Ik zal je na 5 *i antwoorden. Dan heb ik de nes Vi erover na te denken. De ?°r ren komen met Kerstmis en vlet een rede houden voor de veri Hij zei: dat is goed", J b het l larblj publiciteit hteni ste]ede kreeg ineens veel meer I tg ^teit dan ik verwachtte. Er weer leven in de brouwerij. m begonnen het weer te zien. ^ian bij de WEU kon ik niet k -pien met zo'n verhaal. Of er Achterliggende gedachte was lief partij zou gaan leiden? Nee, dat was niet het geval. Ik vond dat je twee weken na dat ver haal over de politieke cultuur niet weg kon gaan. Ik heb er geen spijt van. De WEU was een trein die op het verkeerde moment langs kwam". Van Mierlo's oog valt op de krant naast zijn stoel op de grond. Hij pakt hem op en begint te lezen. „Een ogenblikje". Afwerend hand gebaar. „Goh, dat is een heel aardi ge ontwikkeling". Hij leest verder. Vijf minuten pauze. „Waar waren we ook weer? O, ja. Voor mijn ge voel zat ik er ook toen nog niet aan vast de partij te gaan leiden, hoe wel veel mensen vonden dat dat wel het geval was. Het zijn irratio nele processen die soms meer bepa lend zijn. Er ontstaat een algemeen beeld en je eigen werkelijkheid gaat zich daar naar vormen. Het is een fuik; je zwemt erin en kunt niet meer terug. Tot de laatste nacht voor het congres heb ik me vrij gevoeld het besluit niet te ne men". „De laatste nacht dacht ik: de partij zit in een vertrouwenscrisis. De le den geloven niet meer in zichzelf. Niemand gelooft ook in hen. Ik geef ze een geloofsartikel in de vorm van een politieke boodschap, maar geen geloof. Dat was een cir kel. Een bqpdschap zonder bood schapper. Die moest doorbroken worden. Mensen rond mij zeiden mij dat heel helder: het probleem is niet opgelost door een geloofsarti kel. En toen zei ik: ik geloof wat ik zeg, ik doe Tiet". Voorbehoud U hebt een voorbehoud gemaakt. U wilt een team hebben dat u bijstaat in de verkiezingscampagne zodat de hele zaak niet op u alleen neer komt en u ook thuis kunt zijn. Kan een partij als D'66 waar altijd de eerste man het beeld bepaald heeft, zich dat wel veroorloven „Ik heb een voorbehoud gemaakt voor wat betreft de huiselijke situa tie. Daar wordt op mij gewacht. Ik wil dat niet laten ondersneeuwen door het lijsttrekkerschap. Dat is een probleem. De campagne is het maken van mannetjes. Als dat niet op te lossen valt, stap ik er uit. Er zal een prijs moeten worden be taald. In het begin zullen mensen teleurgesteld zijn dat zij niet mij zien maar een ander". „Mijn voorbehoud geldt overigens meer voor het fractieleiderschap. Dat is in het hele politieke bedrijf de meest belastende baan. In die functie krijg je alles op je bord: het beeld van de partij, het bewaren van de eenheid, ruzies oplossen en zovoort. Dat zijn problemen die niet helder te omschrijven zijn. Het doen dalen van de werkloosheid met een procent is een concreet punt waar je een aantal maatrege len voor kunt nemen. De zorgen van een fractieleider zijn nogal plu riform. Ze zijn nooit voorbij. De si tuatie meldt zich elke dag". „Daarvoor zal een oplossing moe ten worden gezocht. Ik wil heel weinig in details treden en mij al leen bezighouden met de hoofdlij nen van het beleid voor de partij en de fractie. De dagelijkse uitwer king moeten anderen maar doen. Het is een horizontale afgrenzing". Hij staat op en loopt naar het raam. Alsof hij tegen de voorbijgangers buiten staat te praten, gaat hij ver der. „In de verkiezingscampagne moet je er tegenaan. Dat is hoog stens zes weken maar ook daarbij moeten wij eens aan de orde stellen dat er anderen optreden. Nu sjok ken alle lijsttrekkers maar in de oude begane karresporen door. Ge laten nemen zij hun lot op zich". Zijn hand gaat naar een glazen bol letje dat bij het raam op een tafeltje ligt. Hij speelt ermee. Laat het in zijn handen rollen. Hij gooit het eens op en begint door de kamer op en neer te lopen. „Of wij het ons kunnen veroorloven met een team in de campagne te opereren? We hebben een sprong omhoog ge maakt na het congres. Ik ben niet tegen het persoonlijke element in de campagne, begrijp mij goed. Maar het systeem is nu zo, dat het naar één man gaat. De rest van de lijst sjokt er maar achteraan. Het systeem zal van binnenuit moeten veranderen nadat wij in de Kamer zijn gekozen. Je moet je eerst een machtspositie veroveren met de in strumenten die je wilt bestrijden". „In de campagne is het onontkoom baar dat je op pad gaat van acht uur 's ochtends tot twaalf uur 's a- vonds. Tot dan zal het steeds druk ker worden. Maar de lijst is bekend en we kunnen best aandacht vra gen voor anderen op de lijst. Bij de PvdA zijn Kok en Van Dam ook de aandachtstrekkers naast Den Uyl. Voor ons is dat inderdaad een pro bleem omdat D'66 altijd een partij van één man is geweest. Ik wil dat zo weinig mogelijk. Het is een situ atie die uit nood geboren is. Ook als ik fractievoorzitter ben wil ik op een aantal avonden zelf thuis het eten op tafel zetten. Dan moeten anderen het werk doen. Dat kan pas echt geregeld worden als je de fractie hebt. Het hangt ook af 1 de sfeer in de fractie. Dat is bes send". Niet zonder gevaar U probeert nu door uw come back de partij van een wisse dood te red den. Uw voorganger Terlouw deed dat ook eens toen hij door de D'66- leden niet als eerste op de concept lijst voor de verkiezingen werd ge zet. Later werd hij toch overge haald lijsttrekker te worden het geen eindigde met elf Kamerzetels verlies. U ziet dat gevaar niet? „Wat we doen is inderdaad niet zonder gevaar. Qua belangstelling zaten we bijna in een dode positie. Vergelijk ons met een bokser. Die wordt eerst na een knock down acht tellen aangeteld. Na tien tellen is de man knock out. Wij zijn net op de achtste tel overeind geko men. Ik heb er nu vertrouwen in". De telefoon gaat. Zijn secretaresse, die in de kamer zit te werken, neemt op. „Nee, Hans zit in een in terview. Bel over een uurtje nog maar eens terug. Ja, goed". Als de hoorn weer op het toestel ligt, wil Van Mierlo, die het gesprek ge volgd heeft, meteen weten wie het xvas. „Het was Jacob (Kohnstamm, de partijvoorzitter). Hij belt straks nog terug". Van Mierlo is gerust gesteld. „Voor D'66 was het absoluut nodig om weg te vliegen uit de poll-stand. Dat is gelukt. De kiezers nemen geen dead body op. Hoe hoog we vliegen, hoeveel zetels we halen? Geen idee. In de zomer zullen we wel weer wat zakken. Dat is niet zo erg. We hebben bewezen dat de vo gel kan vliegen. Opvallend genoeg worden wij nog altijd gezien als in competitie met de grote partijen en niet met de kleine. We waren bij voorbeeld kleiner dan de PSP. D'66 was met twee zetels in de polls uit de pers verdwenen en niet ver schoven naar klein links. We wa ren een grote partij die niet meer bestond. Zo benaderde de pers ook alle activiteiten van de partij erg terughoudend. Met een houding van, die zijn toch weg". U wilt een succes bij de verkiezin gen vooral stoelen op een pleidooi voor politieke en staatsrechtelijke vernieuwing. Daarbij is de parle mentaire RSV-enquête een belang rijke pijler. Die enquête is echter begin dit jaar afgesloten met drie Kamerdebatten en daarna is er nooit meer iets van vernomen. Denkt u echt dat er medio 1986 nog belangstelling voor zal bestaan? „We hebben nu eindelijk een voor beeld bij de hand bij ons pleidooi voor staatsrechtelijke en politieke hervorming: RSV. De mensen her inneren zich dat erg goed. Er is een brug geslagen tussen de abstracte politieke vernieuwing en het leven van de mensen. Ze weten precies waar je het over hebt. Bij onze start in 1966 werd gezegd: dat is een heel aardig verhaal en verder niets. De eerste zeven jaar van ons bestaan hebben we over vernieuwing ge praat. De staatsrechtelijke vernieu wing werd door rechts en het mid den tegengehouden, de politieke vernieuwing werd door links ver raden. Jan Terlouw was daarna praktisch bezig in de politiek. De vernieuwing werd overboord ge zet". „Nu hebben we een brug. Of het kan? We zullen zien. In de politiek kan alleen iets worden aangetoond door het te proberen. We hebben allemaal gezien dat er niets ge beurd is met de RSV-enquête. Er is niet eens de consequentie uit ge trokken dat een minister (Van Aar- denne) weg moest. Dat is heel won derlijk". „Wij geven een signaal, wij willen daar iets aan gaan doen, mét ande ren. Voorlopig kunnen we dat ech ter wel vergeten. Tegelijk komen we met een programma links van het midden. Op de verkiezingsdag moet dat tweespan voordraven: een signaal, je bent het zat, en een sig naal, doorwerken via het program ma en de punten daarin". Coalitie Met wie denkt u na de verkiezin gen uw denkbeelden te kunnen uitvoeren. Aan welke coalitie denkt u? „Coalitievorming? Eerst zal er een brug moeten worden geslagen naar de kiezers. Wé willen duidelijkheid ten aanzien van politieke vernieu wing. Van de andere kant zijn we niet gek. De andere drie grote par tijen alle vrijheid en wij ons vast leggen? Zij zitten alle drie in het machtscircuit. Zij willen hun posi tie behouden. Ik wil vóór de ver kiezingen geen strategie-resolu ties". „De PvdA moet bij winst regeren. Wij zullen geen beleid aan een ben niet de pest. Ik doe niet aan politiek- racisme. Elke partij die ons politieke vernieuwing aanbiedt, daarmee gaan wij in zee. Maar nie mand biedt dat aan. CDA en VVD breken niet met het kabinetsbe leid". Een ding staat voor Van Mierlo vast: „D'66 zal geen genadebrood eten om te mogen regeren. Dat kan niet". CAREL GOSELING ;ze maand wordt Nairobi (Kenia) derde \-wereld- ■ouwen- .nferentie houden. Daarmee irdt het in 1975 r de VN «roepen cennium van de iouw (1975-1985) esloten. Wat is er de afgelopen tien ,r voor de vrouw anderd?In ederland is iddels de derde tssecretaris ancipatiezaken de slag. De iporten, nota's en eidsplannen ipelen zich op. De lijkt er wel te alleen kan de ;te weg maar niet e garden gevonden. overzicht van i wortn jaar nancipatiebeleid :n nï ons land. uitg< iet na lijke dl tig is ïggen DEN HAAG Na tien jaar extra aandacht voor de positie van de vrouw ligt er nu een Beleidsplan Emancipatie op tafel. Die tien jaar, een decen nium, werden in 1975 ingezet met het Jaar van de Vrouw en met de eerste VN-wereld vrou wenconferentie in Mexico. Deze maand wordt het decen nium afgesloten met de derde wereldvrouwenconferentie van de Verenigde Naties in Nairobi (Kenia). Vele generaties vóór 1975 hebben zich ingespannen voor de rechten van de vrouw, maar in het Jaar van de Vrouw werd het emancipa tiebeleid als overheidstaak erkend. Na de eerste wereldvrouwenconfe rentie in Mexico kondigde de Ne derlandse regering dan ook een vijfjarenplan voor de Emancipatie aan. Aan de al in 1974 geïnstalleerde Emancipatiecommissie (later de Emancipatieraad) werd advies ge vraagd. In 1977 verscheen de eerste regeringsnota over het emancipa tiebeleid. De centrale gedachte lag in de sfeer van mentaliteitverande ring, inhalen van achterstanden, roldoorbreking en het zogenaamde opwaarderen van vrouwelijke waarden en activiteiten. In datzelf de jaar werd bij de kabinetsforma tie besloten een van de twee staats secretarissen van CRM te belasten met de coördinatie van het emanci patiebeleid. Jeltien Kraaijeveld-Wouters (CDA) werd de eerste staatssecretaris voor emancipatiezaken. Zij heeft in haar beleid de nadruk gelegd op het tot stand brengen van wetgeving met betrekking tot de gelijke behande ling van mannen en vrouwen in het arbeidsproces, op het vastleg gen in de Grondwet van het non discriminatiebeginsel. op de voor bereiding van de algemene wet ge lijke behandeling, op het subsidië ren van activiteiten van vrouwen organisaties en op het treffen van stimulerende maatregelen op het vlak van vorming, onderwijs, oplei Jeltien Kraayeveld-Wouters (CDA). ding en onderzoek. Veel kritiek kreeg mevrouw Kraaijeveld vooral van de links-radicale vrouwenbe weging, omdat ze zich te veel zou1 conformeren aan haar partij. Ze had, zei men, niet het vermogen de beeldvorming „het gezin is de hoeksteen van de maatschappij" te doorbreken. Anders geregeld Onder haar bewind kwam er wel een nieuwe ambtelijke afdeling be last met het ontwikkelen en coördi neren van het emancipatiebeleid. De taken waren omvangrijk. Zowel op landelijk als op provinciaal en stedelijk niveau ontstonden projec ten, plannen en werkgroepen. On der haar verantwoordelijkheid kwamen onder meer de plannen voor provinciale vrouwenbureaus tot stand. Ook verscheen er een dik boekwerk „Anders geregeld", een uitvoerige opsomming van alle be palingen in wetten, algemene maatregelen van bestuur en minis teriële besluiten waarin een onder scheid wordt gemaakt tussen man nen en vrouwen en tussen gehuw den en ongehuwden. Een inventa risatie. In 1980 werd de tweede VN-we reldvrouwenconferentie gehouden. Dit keer in Kopenhagen. In aan sluiting op het daar verschenen wereldactieprogramma gaf staatsse cretaris Kraaijeveld-Wouters hier de toezegging een Nederlands ac tieprogram te zullen maken. Veel tijd kreeg ze er niet voor, want in 1981 werd een nieuw kabinet ge-- formeerd waarin Hedy d'Ancona (PvdA) haar opvolgde. In de korte tijd dat zij aan het roer zat, heeft ze toch enkele belangrijke beleidsom buigingen gerealiseerd. Het ging bij het emancipatiebeleid niet langer om een mentaliteitsverandering, maar om een concrete verbetering van de positie van de vrouw op de arbeidsmarkt en inde sociale ze kerheid. Er zou een nieuw interde partementaal beleidsplan komen. D'Ancona zette ook een aantal an dere ontwikkelingen in gang, zoals projecten voor de vrouwenhulpver Hedy d'Ancona (PvdA). lening, voor vrouwen in minder heidsgroepen en voor vrouwen die op latere leeftijd weer betaald werk zoeken. Veel publiciteit kreeg haar initiatief een congres te houden over het sexueel geweld tegen vrouwen en meisjes. Er verschenen nota's en er kwam geld om projec ten voor hulp aan slachtoffers van sexueel geweld op te zetten. Haar opvolgster, Annelies Kappey- ne van de Copello (VVD) zat met al deze voorbereidingen direct goed in het zadel om het emancipatiebe leid gestalte te geven toen ze in 1982 het roer overnam. Er kwam een nota over een beleid ter bestrij ding van het sexueel geweld tegen vrouwen en meisjes. Verder ver scheen het concept-beleidsplan Emancipatie. Zwart op wit Na een inspraakronde is dit be leidsplan vlak voor de derde en af sluitende wereldvrouwenconferen tie door het kabinet vastgesteld. Er staat nu aan het einde van het VN-decennium van de vrouw zwart op wit dat „het kabinet het emancipatieproces dat leidt tot ge lijke maatschappelijke posities van de vrouwen en mannen, als een on omkeerbare en uit rechtvaardig heidsoverwegingen ook beleidsma tig gewenste ontwikkeling" ziet. Het kabinet zegt daarin: „Het be vorderen van de ontwikkeling van de huidige maatschappij, waarin het sexeverschil nog in zo grote mate is verankerd, naar een pluri forme maatschappij, waarin ieder ongeacht sexe of burgelijke staat de mogelijkheid heeft een zelfstandig bestaan te verwerven en waarin vrouwen en mannen gelijke rech ten, kansen, vrijheden en verant woordelijkheden kunnen realise ren". Op de nota is niets aan te merken. Het is alleen jammer dat de wensen en het denken nog zover van de werkelijkheid afstaan. Alles is in veel opzichten nog steeds anders geregeld.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 15