worst £eidóe(3ouAa/rit [T ieuwe vinding èn nzinegeur slepen er kei uit moeras ZATERDAG 6 JULI 1985 nand weet hoe Willem van Berkel op het kwam. Misschien door ergernis omdat hij ;nechtje in de Rotterdamse spekslagerij de janse dag plakjes worst moest snijden. Maar het ook zij, dat omslachtige werk riep in elk il zoveel weerstand op, dat hij eind vorige ïv zijn geniale vinding kon doen: de eerste nachine. Met deze combinatie van een hol epen, roterend cirkelmes met schuivende 1, bewees Van Berkel ook zijn briljant ininstinct. Want de gepatenteerde elsnijder veroverde in de nog wijde wereld die tijd, razendsnel alle verre markten, itschappij Van Berkel's Patent NV, zoals het :ieel was, ging naderhand tevens gschalen en koelapparatuur produceren en ïide uit tot een wereldvermaarde tinationale onderneming met hoofdkantoor eidschendam. In de jaren zeventig werd de gereikt met vele buitenlandse vestigingen, i werknemers, een omzet van meer dan een miljard en winsten van tien miljoen en •r. De kentering kwam snel en bijna adeloos. Japanse concurrentie, economische iggang, zware verliezen, fabriekssluitingen londerden ontslagen luidden ook bij Berkel handelsnaam) de jaren tachtig in. dieptepunt is inmiddels voorbij met een :heiden winstje over 1984. En nu, negentig nadat 't eerste machinaal gesneden plakje st neerviel met een plofje, hoorbaar tot in de ;te uithoek van het heelal, is er een nieuw Het Berkel Modulair Retail (BMR). Een Dlutionair systeem dat weegschalen, kassa's, ïputers en printers met elkaar verbindt, de keiier kosten en moeite en de klant lang :hten bespaart. Het is met name bedoeld voor rersafdelingen (vlees- en vleeswaren, kaas groenten) van' de zelfbedieningswinkel, mand weet precies wie op het idee gekomen Uit de markt geboren", zegt financieel acteur H. Kolk. „Berkel zit weer in de rhoede", voegt topman A. Glimmerveen an toe. is financieel directeur H. Kolk, naast hem A. Glimmerveen, interim manager en enig bestuurslid. (DSCHENDAM „Achter- Id ja, dat kun je wel zeggen. De fiier waarop verkoopsters achter (toonbank moeten staan is ar- Jsintensief, kost tijd en dus geld jrergroot de kans op fouten. Ze- op drukke dagen". Een ver- ipster herhaalt handelingen, legt mmerveen uit. Ze moet de prijs i een artikel maar liefst drie- il registreren, namelijk als ze de prijs op de weegschaal intoetst, ze de prijs op haar blocnootje ert en als ze aan het eind van >estelling, de prijzen op de kassa slaat. Als het aan Berkel ligt »t daar zeer binnenkort veran- ng. in. hebben nu een systeem waar- cassa's, weegschalen en printers erling zijn verbonden door een ;rale computer. Deze heeft de ?s van alle artikelen in het ge- gen, evenals de identificatie timers van de verkoopsters. Ga ir na wat er gebeurt. Eerst st de verkolfcter op de kassa of gschaal de code in van bijvoor- Id achterham en daarna haar ei- code. De computer stelt dan de van dat stuk vlees vast en re- eert deze verkoop als het ware at alle bestellingen zijn doorge en. Als dat gebeurd is, drukt de koopster nogmaals haar eigen e in en dan verschijnt de kassa met het gewicht, de kiloprijs de verkoopprijs per artikel. Ga ir na, wat een tijdbesparing, wat efficiency, niet meer dan één sregistratie". r voordelen van het BMR-sys- n opsommend, raken de heren mmerveen en Kolk duidelijk in juichstemming, klant krijgt meer informatie het systeem vermindert de jhttijd met vijfentwintig pro winkelier is verlost van de Jdurige inventarisatie na slui- itijd om uit te zoeken welke en veel artikelen die dag zijn ver kocht. Want hij krijgt via de prin ter zijn complete voorraadadmini stratie, de omzet per pïodukt, per koper, per afdeling, per weeg schaal, per verkoopster, het aantal klanten per artikel, de bruto-winst op de artikelen, zijn btw en zijn winstmarges". „Bovendien maken de verkoopsters minder fouten. Want hoe snel de prijzen ook veranderen, de code van het artikel blijft eender". „Met het systeem kun je ook klan ten een identificatienummer geven, bijvoorbeeld op het boodschappen- wagentje. Bij elke afdeling regis treert de verkoopster de inkopen en bij de kassa roept de caissière alle artikelen op die onder dat klantennummer zijn gekocht. Ver leden tijd die lange rijen voor de kassa". „Het systeem kost zo'n dertigdui zend gulden voor vier schalen. Heb je vier verkoopsters, dan heb je met ons^ systeem voortaan aan drie vol doende". Vers Van Willem van Berkel gaat het verhaal dat hij zijn snijmachine stoïcijns bij slagerijen op de stoep zette en het winkelend publiek vervolgens een demonstratie gaf. De cirkelsnijder werd daarmee zo bekend, dat de ene na de andere slager er één kocht. De testfase van het BMR-systeem is bijna achter de rug „en heeft tot prima resultaten geleid", aldus di recteur Kolk. Het systeem is min of meer afge leid van veel grotere computersys temen in de Verenigde Staten waarmee de voorraad-administratie van complete supermarktketens wordt bijhouden. „Dat is leuk bij een assortiment van alleen maar voorverpakte artikelen zoals in Amerika veelal het geval is. In Europa sloeg dat niet aan. Hier is de tendens eerder anders om. Vers voedsel in gespecialiseer de winkels of afdelingen binnen de supermarkt, dat wint steeds meer terrein. De branche van verse wa ren zoals vlees en kaas, is precies het vertrouwde terrein van Berkel en leent zich uitstekend voor het meer kleinschalige BMR-systeem". Er zijn overigens meer kapers op de kust. De Japanners zitten met soortgelijke systemen in de markt. „Kwalitatief niet beter dan wij, wel iets goedkoper". Berkel denkt de prijsconcurrentie aan te kunnen dank zij het nauwe contact met de klant. „Onze servicedienst bestaat uit honderden technici die al jarenlang bij de klant over de vloer komen. Zodoende kennen wij de wensen en de problemen van de winkelier en weten we hoe belangrijk elke besparing van tijd en mankracht is achter de toonbank. Daarom bren gen we ook geen personal compu ter maar een systeem waarmee de winkelier meteen uit de voeten kan. Dat is waar we heen willen. Van een firma die snijmachines en weegschalen maakt naar een on derneming die winkeliers de appa ratuur levert waarmee ze hun zaak beter kunnen runnen". „We zijn in '83 begonnen met het ontwikkelen van het BMR-sys teem. Toen had de markt nog niet eens van dergelijke systemen ge hoord. En nu zitten we in de voor hoede met deze systemen, we lopen voorop". Opluchting Behalve trots, klinkt ook duidelijk opluchting in die woorden door. En dat is niet zo gek, want het concern heeft dit nieuwe Berkel-produkt hard nodig om verder uit het dal te klimmen. Nog maar kort geleden zat het wereldconcern financieel volkomen aan de grond. Van oudsher vervaardigde Berkel mechanische weegschalen van een Zwitserse techniek. „Kwalitatief een topprodukt, maar wel wat duur", aldus Glimmerveen. In elk geval een stuk duurder dan de elektronische Japanse weegschalen die begin jaren zeventig de markt overspoelden en Berkel volledig overrompelden. Het concern raakte in één klap het laaggeprijsde deel van de markt kwijt en moest als een haas overschakelen op elektro nische apparaten. In dezelfde tijd stagneerde de afzet als gevolg van de economische teruggang. Glim merveen: „Snijmachines en weeg schalen zijn nogal conjunctuurge voelig moet je weten. Als een win kelier minder goede tijden mee maakt, verkiest hij eerder een nieuw mes in z'n machine dan het nieuwste model". Dat werd de patstelling bij Berkel: een uitstekend, maar ouderwets produkt, steeds smallere marges en moordende prijsconcurrentie. Het antwoord: fabriekssluitingen en honderden gedwongen ontslagen. W. van Berkel,.man van het vak, briljant zakenman. Datacash Maar we zijn er nog niet. Wijzer geworden door het blindvaren op mechanische weegschalen, kocht Berkel in '81, midden in de reces sie, Datacash Systems in Florida. Datacash kostte 2,4 miljoen dollar en ontwikkelde grote moderne computersystemen voor super marktketens. Dat klonk veelbelo vend, maar helaas ging alles fout wat maar fout kan gaan. De omzet stagneerde, de ontwikkelingskosten slokten dertig miljoen gulden op en de concurrentie van computergi gant IBM bleek zwaar onderschat. Datacash werd een gigantisch lek in de Berkel-portemonnaie. Het verloop in 1981 negen miljoen gul den en in 1982 13,1 miljoen. Het werd geliquideerd in 1983, maar dat kostte wel 9,2 miljoen. Totale strop: ruim zestig miljoen gulden in nog geen twee jaar. Het gehele Berkel-concern had in 1979 nog een aardig jaar met een winst van 9,5 miljoen gulden. Maar in 1980 (Japan, recessie, sanering en) kromp de winst tot 1,2 miljoen; 1981 werd afgesloten met 22,2 mil joen verlies en in 1982 werd de bo dem van het financiële moeras be reikt: 42,2 miljoen gulden verlies. Herstel Glimmerveen wil niet met zoveel woorden kwijt dat destijds is over wogen het concern maar ineens op te doeken. Hij draait er een beetje omheen. „Het zag er wel erg slecht uit. Als je alleen maar kijkt naar de lage koers die de aandelen deden". De reorganisatie betekende in Eu ropa het centraliseren van de pro- duktie per land. In de Rotterdamse fabriek snijmachines en industriële weegschalen, in het Duitse Duis burg elektronische toonbank-weeg schalen en in Italië de koelappara- ten. Dan is er nog een aparte fa briek in de VS voor snijmachines en weegschalen voor de markt daar. In 1980 waren er wereldwijd nog 4800 werknemers, nu zijn dat er 3600, van wie 600 in Nederland. Wurgend waren de rentebetalingen op leningen voor Berkel, maar dank zij een sanering tot op het bot leverde het laatste kwartaal van 1983 weer een winstje op. Dat sig naal gaf de banken die verschil lende vorderingen hadden op Ber kel het vertrouwen om het con cern verder te steunen. Dat gebeur de met enkele slimme, voor Berkel zeer voordelige, financiële con structies. Al met al nam de finan ciële sterkte van Berkel aanzienlijk toe en 1984 werd afgesloten met 1,3 miljoen gulden winst. Kolk houdt een velletje papier voor m'n neus. „Inderdaad, inderdaad, niet zo veel. Maar kijk eens, in het eerste kwartaal van dit jaar maakten we Shell-luchtje Aan de hoofdrol van Glimmerveen in het herstelproces van Berkel en de wijze waarop hij de organisatie intern stroomlijnt, hangt een on miskenbare benzinegeur. Glimmer veen is namelijk jarenlang marke ting-manager van Shell geweest in diverse landen binnen'en buiten Europa. Het liquideren van Datacash was zijn eerste beslissing toen hij in 1983 Berkel-topman De Zeeuw op volgde die met pensioen ging. Sinds zijn komst krijgen organisatie, lo gistiek, marketing en research veel meer nadruk dan voorheen. Glimmerveen: „We willen zo min mogelijk bemoeienis met de Neder landse en buitenlandse werkmaat schappijen. Liever, zo weinig moge lijk details in het hoofdkantoor, an ders leidt het maar af. Wij vragen de werkmaatschappijen om hun plan en hun budget en stoppen die cijfers in de computer. Daar komen dan andere cijfers uitrollen waarop ze zich kunnen richten. Alleen als dat niet lukt, gaan wij ons ermee bemoeien". „Hier in Leidschendam trekken we het beheer samen in een organisa tie van niet meer dan veertig man. Dat wil zeggen, de administratie, de financiering en ook de expertise waarop de werkmaatschappijen kunnen leunen. Daarom zoeken we naarstig naar top-managers, pure specialisten die ook bereid zijn in onze buitenlandse werkmaatschap pijen te werken". Spinoza De nu 62-jarige Glimmerveen kon dank zij een aantal tropenjaren in zijn staat van dienst al vroeg met pensioen. Hij gebruikte zijn tijd daarna voor een studie economie de vervulling van een jeugddroom. Na een aantal „grandioze jaren te midden van punks en andere stu denten met de leeftijd van mijn kinderen", behaalde hij zijn „mas ter degree" economie met hoofd vak filosofie. Hij studeerde immers aan de School of Economie Poli tical Science in Londen waar filo sofie als vanouds veel aandacht krijgt. Glimmerveen keerde daarop terug naar Nederland en kocht een huis, toevallig naast een oude be kende: de heer Werner, de toenma lige president-commissaris van Berkel en eveneens oud-Shellman. Deze haalde Glimmerveen over om.- Berkel uit het slop te halen. Glimmerveen wil binnen drie jaar opnieuw met pensioen. Er zijn con tacten voor een mogelijke opvolger, maar hij zegt daar weinig over. „Het behoort tot de Shell-traditie dat je zorgt voor een opvolger als je weggaat". Glimmerveen studeerde in Londen onder meer Kant en de Nederland se filosoof Spinoza („Verrassend modern"). Heeft dat invloed op zijn dagelijkse werk? „Die studie was een verademing na al die jaren tussen de benzinepom pen. Daar, in Londen, drong meer dan vroeger het besef tot me door dat weinig zeker is in dit leven, misschien wel helemaal niets. Je relativeert meer en ik denk dat ik daarom de mensen milder beoor deel. Vroeger verdeelde ik ieder een in gradaties van goed en fout, maar tegenwoordig staan de zaken die mensen verkeerd doen veel meer los van hun mens-zijn. Dat maakt het werk er niet gemakkelij ker op. Als je werknemers moet ontslaan, moet je daartoe ook in staat zijn, anders moet je niet op deze stoel gaan zitten. Maar aan de andere kant, dat kost me tegen woordig wel slapeloze nachten' HENK ENGELENBURG

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 17