AD VISSER BEN STENEKER i stapt na 15 jaar uit meest bekeke popprogramma c de Twentse cowboy, voelt zich behoorlijk in de steek gelaten ZATERDAG 18 ME „Vijftien jaar lang een pro gramma vrijwel ongewijzigd op de televisie brengen, dat kan. Zonder bezwaar zelfs. Het feit dat wij dat gedaan hebben bewijst het al, en het wordt onderstreept door de kijk- en waarderingscijfers. En of het wel leuk is om te doen, of wij nooit de behoefte voelden iets heel anders te maken? Ach, we moeten als programmamakers niet altijd roepen wat we er zelf van vinden. Het publiek, dat is de bron!" Met deze filosofie is de AVRO, maar vooral Ad Visser, erin ge slaagd anderhalf decennium lang de televisiekijker te gerieven, res pectievelijk te teisteren, met Top- pop, het meest bekeken en wellicht ook het meest bekritiseerde pop- programma op Nederlands glazen oog. Lang zal het niet meer duren. Al thans niet in de huidige opzet, want over twee uitzendingen stopt het complete produktieteam met het programma. Toppop gaat door, maar zonder mensen als regisseur Bert van de Veer en producer Jes sie Winkelman en bovenal zonder presentator Ad Visser. Vijftien jaar was hij de verpersoonlijking van de op de buis danig misdeelde popmu ziek. De AVRO heeft een jaar geleden mensen uitgezocht die het zullen overnemen. Al die tijd liepen zij mee en werden ingewerkt. Volgens de AVRO springen een paar men sen er duidelijk uit, maar een defi nitieve keuze zal pas vlak voor het begin van het nieuwe seizoen wor den gemaakt. ,,Een mooi getal, vijftien", vindt Ad Visser. „Ik had misschien nog wel even door kunnen gaan, maar ik wil per se stoppen met een mooi getal. Zestien is niet mooi, zeven tien ook niet. En twintig jaar werd me te veel van het goede. Dus stop ik nu". Voorspelling Om, even later tijdens ons gesprek, dan ook maar meteen het overlij den van Toppop te voorspellen. Weliswaar in zeer bedekte termen, maar toch duidelijk genoeg uit de mond van iemand die zegt breed en goed geschoold te zijn in de massa communicatie. „Programma's zoals Toppop worden door de tijd achter haald", zegt Visser, snel gekapt en gekleed aan, de voormiddag van een van zijn laatste optredens als presentator van het programma, dat tegenwoordig grotendeels rechtstreeks wordt uitgezonden. „Natuurlijk moet er op de Neder landse televisie aandacht blijven voor de popmuziek, maar dan wel anders. Toppop is een wekelijkse presentatie van de hitparade op te levisie. Maar Sky Channel en Mu sic Box doen dat nu al dagelijks en dan nog uren lang ook. In dit bestel zal een dagelijkse aflevering van Toppop er nooit komen. Maar de wekelijkse hitparade is binnenkort wel geheel achterhaald". Visser verzekert met nadruk dat hij niet met Toppop stopt, omdat het volgens hem een sterfhuis is. „Dat gebrek aan toekomstperspec tief is iets dat voor mij slechts op de achtergrond meespeelt. Het belang rijkste is dat ik toch eens moet stoppen en vijftien jaar daarvoor een mooie tijd vind". De Nederlandse televisiekijker zal in zijn omroepgids slechts zeer wei nig televisieprogramma's vinden, die het zo veel jaren volhielden als Toppop. Over het algemeen zijn slechts actualiteitenrubrieken en het journaal de echte blijvertjes. De overeenkomst daarmee is overigens geen toeval, aldus Visser. „Ik heb Toppop altijd benaderd als een ac tualiteitenrubriek voor popmu- Een actualiteitenrubriek zonder ei gen visie dan toch zeker?' „Zonder eigen visie wel. Maar wij brengen de visie van het publiek. Misschien moet je daarom zeggen, dat we meer zoiets zijn als het jour naal". Vijftien jaar Toppop op de televisie. De muziek veranderde in die tijd, de decors en de overige vormge ving van het programma ook. De opzet bleef steeds dezelfde. „Een programma dat leuk is om naar te kijken. Dat is precies wat het is. Niet meer en niet minder", aldus Visser. Vijftien jaar geleden nam Rien van Wijc het initiatief tot het program ma. Doel was het publiek recht streeks de inhoud ervan te laten bepalen door een hitparadeformule. Daaraan is in de loop der jaren wel het een en ander gesleuteld. Vijf tien jaar geleden konden kijkers zich per briefkaart aanmelden en werd uit die stapel post een selectie gemaakt van mensen die door een telefoonteam werden benaderd om hun favoriete platen van dat mo ment door te geven. Nu is de Natio nale Hitparade uitgangspunt voor het programma, en die hitparade wordt aan de hand van de ver koopcijfers samengesteld door Buma-Stemra en bureau Intomart. Een objectieve benadering dus, waarop het produktieteam nauwe lijks invloed kan uitoefenen. Of „Het publiek, dat is de bron". toch? Is het niet zo dat de program mamakers zelf een keuze maken doordat ze niet elk nummer van de hitparade vertonen? Visser daarover: „In principe tonen we de nieuwe noteringen, de snel ste stijgers en de nummer-één-hit". Dat lijkt duidelijk, maar blijkbaar blijft er toch nog ruimte over voor een persoonlijke keuze. Waarom stapte anders Vader Abraham naar de rechter toen zijn carnavalsge- kweel over minister Brinkman niet in het programma kwam, hoewel het nummer tot de snelle klimmers op de hitlijsten hoorde? Visser heeft duidelijk geen zin veel woorden aan dit onderwerp vuil te maken: „Het is het probleem van het wel of niet ingrijpen in de hit parade. In principe doen we dat niet. De medewerking van Buma- Stemra is een garantie dat de cij fers het uitgangspunt zijn en blij ven. Ik moet overigens zeggen, dat ik het als een compliment be schouw dat die Abraham zo graag in Toppop wilde, dat hij er de rech ter bij inschakelde. Maar wij had den nu eenmaal overwegingen om hem niet in het programma te zet ten". De kous is daarmee voor de presentator af. Mede gezien het feit dat de rechter Pierre Kartner (Va der Abraham dus) in het ongelijk stelde, voelt Visser weinig behoefte nader op die zaak in te gaan. Wel wil hij praten over de magie van de popmuziek: „Ik kan ook niet voor spellen welk nummer een grote hit gaat worden. Er zijn mensen die denken dat een hit in de eerste plaats een muzikale prestatie is. Maar daar heeft het in eerste in stantie niets mee te maken. Het kan wel zijn, dat een plaat muzi kaal ambachtelijk goed is gemaakt, maar daarmee hoeft het nog geen hit te worden. Er komen allerlei onverklaarbare factoren bij kijken, die maken dat het ene goede num mer wel een hit wordt en het ande re niet. Wat dat voor factoren zijn? Ik weet het niet. Dat is iets ma gisch. En juist die magie maakt voor mij de hitparade interessant genoeg om die vijftien jaar lang voor televisie te presenteren". Deze maand werd Ad Visser 38 jaar. Reden te meer om met Top pop, dat bij uitstek een programma voor jonge kijkers is (al kijken meer ouderen dan zij willen toege ven) te stoppen? „Totaal niet! Leef tijd heeft er niets mee te maken. Als de meeste blijvende muzikan ten boven de dertig zijn, dan is het te dol, dat een presentator dat niet zou mogen zijn. De grootste popmu zikant van deze eeuw, Quincy Jo nes, is al 52. Wel nee, leeftijd geldt niet. Wat wel telt is je geloofwaar digheid. Je moet er met je hoofd en met je hart bij zijn". Visser zelf zegt met hart en ziel bij massacommunicatie in het alge meen betrokken te zijn. Uit zijn ac tiviteiten blijkt dat ook wel: behal ve Toppop presenteert hij momen teel voor de AVRO-radio de elpee- top-vijf tig. Verder maakte hij al twee jeugdseries voor de televisie en is Visser actief als schrijver. Daarnaast maakt hij ook zelf mu- Apetrots Enige tijd geleden had hij samen met Daniel Sahuleka een hitje met het nummer „Giddyap a gogo", dat van Vissers elpee Sobrietas afkom stig was. Met dat synthesizerpro- dukt heeft Ad internationale dacht naar zich toe getrokkei bleek ook wel uit het feit d onlangs werd benaderd me verzoek mee te werken i ternationaal compact-disc-p Het is de bedoeling op één c zelfde dag, later dit jaar, die over de gehele wereld uit te gen. Behalve Visser doen mee Herbert von Karajan, Le Bernstein en Vangelis. Grot men uit de muziekwereld en is dan ook apetrots dat hij vraagd mee te werken. Visser is ook, in zijn eigen tje, bezig met 'n eigen synthe project. Verder is hij zich aa beraden op zijn televisietoei Dat hij een nieuw programm presenteren staat wel vast, wat dat precies gaat worden niet bekend. „Het heeft niiss?! niets met popmuziek te makei kan geen kwaad een poosje ie on? heel anders te gaan doen. Mafl"tS€ de andere kant is het niet eidecl het weer wél popmuziek gk want er valt nog genoeg te doufpj L:i mi„ ilc tob and och eh dat gebied. Maar afgeronde nen zijn er dus nog niet. Al van je lezers een goed idee houd ik me aanbevolen. Ik sc vacl me er niet voor hulp van an ;om in te roepen. Er leven heel goede ideeën onder de mensei slot van rekening is Toppop lijk ook op zo'n manier ontsi In principe gaat Ad Visser wel met zijn radioprogramma. „M weet het bij mij nooit", „Dat kan opeens verandere heb, nu bekend is dat ik met pop stop, verschillende aanbien?c gen gehad om nieuwe prograr,r,,<: te presenteren. Het kan besu dat ik voor iets kies dat m< met radiowerk te combineren zou ik liever geen van beide sen. Radio is een heel ander werk. Het is een aanvulling T levisie die me erg aanspreekt'1 Ad Visser denkt zich in de,r komst ook bezig te gaan h(ten- met de produktie van videi De filmpjes ter ondersteunin; muziek worden momenteel i lijk alleen in de popmuziek t past. Toppop staat er ook al jaren bol van. „Ze hebben he**,,u zien van het programma behc®3* veranderd, maar niet direct terd", zegt de presentator. „VoC artiest is het wel veel beterac"1 hoeft nu ook niet meer de helaar< reld over te reizen om een plrraa promoten. Het is ook heel mo< er nu inhoudelijk vorm aan dr^33 ziek kan worden gegeven. W betreft vind ik de videoclip ee dagend nieuw medium. Ik hoi tijd te krijgen, er toepassingen te vinden in andere richtingei j. alleen de popmuziek". "e ROB KRAI and ;ijki e Velr >otn L. 'fkien ,;erst lig "'rid Vorig jaar werd de Twentse kastelein Ben Steneker uitge roepen tot de beste country- zanger in de Lage Landen. Dat mocht ook wel na een dikke twintig jaar sappelen, vindt hij zelf. Slechts zelden liep Ben in de verlaten prai ries tegen een tv-camera op. En dat verdriet hem boven mate. Hoewel Texas meerma len aan zijn voeten lag, moet hij in de vaderlandse country- business de grote „klapper" nog altijd maken. Zijn lp's moet hij zelf aan zijn fans ver kopen. Het is volgens hem vooral de schuld van Hilver sum, dat hem straal voorbij loopt. „Het zijn de media die bepalen hoe populair iemand is". Het droevige verhaal van een cowboy te voet. Met rug klachten. HAAKSBERGEN Ben Ste neker staat tegenwoordig in een zwart cowboypak te zin gen. „Omdat ie wat ouder wordt", legt zijn vrouw Irene (40) uit. „Ben is tenslotte de vijftig al gepasseerd". „Toch doet zwart het goed bij de vrouwen", lacht de Twentse cowboy vermoeid en hij zet z'n beste hoed op. „In Ameri ka gekocht. Honderdvijftig dollar. Echt slangeleer. Ja, die hoed heb ik wel nodig. Van wege m'n haar dat ik niet meer heb". Om een beetje in de stemming te komen zet de Haaksbergse kastelein zijn een na laatste lp op: „Take a ride in the country with me". Zo dra de prairieklanken door de cafézaal stampen leeft Ben op. Hij wil ook nog even „iets bijzon ders" laten horen van z'n laatste lp: Loving You. Uitgebracht op zijn vijftigste verjaardag en in éen dag volgezongen. Hij vraagt speciale at tentie voor het nummer „In 't stille dal, in 't groene dal" op zijn Ameri kaans. Zijn gezicht krijgt iets wee moedigs. „Weet je wie helemaal on dersteboven was van dit nummer? Johnny Hoes. Ik hoop dat ze het bij Telstar als a-kant op een singeltje zetten. Dat kon wel 's een hit wor den". Irene: „Dat zou eindelijk eens mooi zijn. Als je geluk hebt dan profiteer je daar nog jaren van". Van de weggesneden poliep op zijn stembanden is niets meer te horen, constateert het tweetal tevreden. „Mijn stem is wat dieper geworden, da's mooi meegenomen. Hij was soms iets aan de lichte kant". De recente operatie was nodig. Ben be gon tijdens optredens zo maar on zuiver te zingen en zijn befaamde jodelen schoot meermalen in het verkeerde keelgat. Uit dankbaar heid nodigde hij de chirurg uit voor een avond in zijn zaterdagse coun tryclub. „Ik wist niet dat ik zo'n schitterende stem gered heb", riep die man uit. De countryclub in zijn café bloeit. „Op een beetje avond zit hier al gauw tweehonderd vijftig man. In cowboyplunje ja. Laarzen, riemen, hoed op. Dat sfeertje zou je moeten meemaken. Ik heb hier al heel wat beroemde gasten gehad: Bob Ever- hart, Brian Colby, Bill Clifton, Pat sy Montana, Jimmy Lawton, noem maar op. Melodie en sfeer, dat spreekt de mensen aan". Ben, de oldtimer, vorig jaar door het Berielux-blad Country-Gazette nog uitgeroepen tot Neerlands meest populaire countryzanger, geeft jong talent graag een kans in zijn club. „Sandra van Rijs is door mij ontdekt en naar voren gescho ven. Ze is nu nummer één bij de countryfanaten. En dan Martin „B" uit Apeldoorn. Braam heet-ie van zijn achternaam. Een stem als John Denver. Nederland barst van jong talent op dit gebied". Bang om van de top geduwd te worden, zegt hii niet te zijn. „Als ze me overvleugelen dan is het niet anders". De plakboeken komen op tafel, bijgehouden door leden van zijn fanclub. „Kijk", zegt Ben, „hier zit ik boven op mijn eerste Opeltje. Was ik zevenentwintig. Die auto had ik bij mekaar gezongen in mijn vrije tijd. In '62 stond ik voor 't eerst in een cowboypak. Ik moest de countryrichting uitgaan, zei ie dereen. Ook de platenmaatschappij, die me toen al uitriep tot Neerlands countryzanger nummer één. Veel te vroeg. Ik zocht toen nog naar een eigen stijl". Niet katten Spijt? Zijn ogen drukken een lichte kwelling uit als hij zegt: „Als ik mezelf geen countryzanger had ge noemd, had ik het wel gered. Ja, ik vind dat ik niet voldoende uit de verf ben gekomen. Zeker vroeger niet. Vooral door de radio en de tv. Die lopen me nog te vaak voorbij". Irene springt er vlug tussen: „Asje blieft niet katten op Hilversum. Dan gaan ze je straks helemaal boycotten". Maar Ben is niet meer te stoppen. „Hilversum zegt dat ne gentig procent van de mensen pop muziek wil. Maar volgens mij luis tert veel meer dan tien procent van de mensen naar country. Vele ou deren vinden die muziek prachtig. En die mensen moeten maar prui men wat Hilversum III uitbraakt". Bitter vervolgt hij: „Ze halen alleen voor de naam mensen hier naar toe, die absoluut niet kunnen zin gen. Ik durf te beweren, dat ik kan wedijveren met alle grote zangers van de afgelopen twintig jaar. Ik heb echter m'n leven lang moeten knokken om m'n gezin te onder houden". Van al dat sappelen is de Twentse cowboy inmiddels vier centimeter korter geworden. „Allemaal slijta ge. Ik heb drie versleten ruggewer- vels. Ben ik aan geopereerd, maar ik moet erg oppassen. De pijn kan er zo maar inschieten. Ik heb altijd een dubbel leven geleid. Veertien beroepen gehad. Verkoper in een platenzaak in Apeldoorn, carrosse riebouwer, legale wapenhandelaar, verpleger in een psychiatrische in richting, noem maar op. Muskus rattenvanger ben ik ook nog ge weest. En in m'n vrije tijd schaak kampioen van Haaksbergen". Ten bewijze haalt hij een paar bekers te voorschijn. Liedjeszanger is hij al meer dan dertig jaar, maar hij is het wel wat kalmer aan gaan doen. Zingen bij trouwpartijen doet hij al lang niet meer. „Nee, dan moet je 's morgens om elf uur al in vorm zijn voor het Ave Maria. Dan hou ik het met m'n stem niet vol tot 's avonds". Diep in zijn hart had hij operazan ger willen worden. Het is zijn grote frustratie. Met spijtige stem, maar tegelijk relativerend: „Een vriend van me is het wel geworden, maar die verdient het zout in de pap niet. Niet dat ik nou zoveel verdien, al zou je dat niet zeggen als je ziet hoe vaak ze hier van de belastingen over de vloer liggen. Nee, ik had geen geld voor het conservatorium. .Ik had ook niks als lagere school. Op m'n dertiende moest ik al aan het werk. Ja, echt jammer. Ik had mogelijkheden gehad qua stem. Ik heb nog wel een tijdje zangles ge had bij Mien Bouwmeester, die zangpedagoge. Die noemde mij des tijds een veijongde uitgave van John van Kesteren. Iedereen die het kan weten prijst m'n stemtech- niek. Ik denk dat ik die deels heb overgenomen van Jussi Björling. Gewoon van het horen toen ik nog in Apeldoorn in de plantenwinkel werkte". „Ik had veel meer kunnen berei ken", constateert Ben droef berus tend. „Maar ja, wat wil je met een gezin met drie kinderen. Ik mag ook nog graag een potje schaken, of kaarten, of biljarten. Ik ben nogal speels. Tot aan armpie-drukken toe, wat ik hier in het café nog wel 's doe als ze wat willen. Ze onder schatten me dan ook nog vaak. Ik barst van de hobby's. Puzzelen, schilderen, houtsnijwerk, vogels. Paddestoelen kweken doe ik ook". Bij Chiel Montagne De laatste keer dat zijn fans hem op de tv gezien hebben was april vorig jaar. In het programma van Chiel Montagne. Ben stond toen achtste op de nationale hitparade met het nummer „Voor elke vrouw", dat hij samen zong met het truckeridool Henk Wijngaard („Die heeft het helemaal gemaakt met zijn knaller De vlam in de pijp"). Voor iedere vrouw zingt Ben nu ook op z'n nieuwste lp onder de ti tel „To all the girls I've loved befo re". Ben verruimt herhaaldelijk z'n grenzen. Dit jaar gaat hij nog twee keer naar Spanje. Amerika fre quenteert hij op verzoek van de daar beroemde collega Bob Ever- hart, die de Midwest-countryfesti- vals organiseert. „Grandioos, die sfeer", verzucht Ben. Hij komt aan dragen met een stel Amerikaanse trofeeën, uitgeloofd door het blad Texas Proud. „Ze zijn daar gek met me. Bob Everhart heeft ooit tegen me gezegd: „Jij bent de beste zan ger, doe ik ooit heb gehoord". Als je toch ziet hoe die mensen naar je toekomen na zo'n optreden. Als ik 't beschrijf zoals ik 't voel dan zeg gen de mensen dat ik lijd aan hoog moedswaanzin, maar zo is het niet. Telstar is iets van plan met een Amerikaanse platenmaatschappij, maar of er iets van komt Waarom niet de definitieve over steek gewaagd? Lijdzaam zegt hij: „Ik had het eer der moeten weten. In '81 toen ik er voor het eerst kwam durfde ik het niet meer". Postorderbedrijf Hij wijst op een doos met enkele in gepakte langspeelplaten. „Die stuur ik naar m'n fans. Op aanvraag. Ik ben nog een soort postorderbedrijf ook". Het klinkt wrang. „Ik ver koop zelf meer dan de winkels. Dat is ook de reden dat de platenmaat schappij nog platen van me wiP'J* brengen. Ik haal de top van!lfe€ kosten af". Moet ik meelij krijgen? Hij lacht opeens. „Nee hoor, l»8 luut niet. We kunnen er best:*jWi leven. Ik hoef ook niet zo irj?u binnen te zijn. Het gekke is?11? veel mensen dat wel van ons ha*1 ken. Alsof ik uit Amerika me|gg schip vol geld terugkom. Ik i er hard voor werken. Drie,1 avonden per week trekt dezej gen er nog op uit om op te tra En echt niet voor hoge gages, ik door radio en tv een goeie] tenverkoop had kon ik veel I vragen. Ach, je wordt er wel 'sl Hij vraagt of ik interesse heb oj de huiskamer een videoband zien van een programma dal Poolse tv vorig jaar over hem maakt heeft. Met zijn hele geziii nietend om me heen zie ik beel van een cowboy temidden woest galopperende paarden in Twentse wei. „Op speciaal verj van de kijkers is dit programm Polen herhaald. En in Ameril het op veertig kabelstations uj zonden, van coast tot coast. 7 waanzinnig dat het in Nederl niet uitgezonden wordt?" Ben verzucht: „Het zijn de m die bepalen hoe populair iemar Ik zou ook best bij Mies Bouw^Een de hoofdrol willen vervulleifSke heb in feite niks minder succe&e I een figuur als Piet BambeMjtu Maar ik denk, dat ik aan de UDin kom als ik dood ben". sau

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 24