QeidóaGowuvnt 's Werelds populairste museum: „Air and Space" in Washington Waarom gewone mensen geen tv-helden meer zijn (NGTON Waar) |ewone mensen" nil de hoofdpersonen in di populaire Amerikaanse' ss? Waarom zijn de hel- in het tv-publiek niet jen winkelier of een frommel en voltrekken nturen zich niet meer chaotische binnenstad sen boerderij? Waarom t decadente miljonairs |cers ,zich v (ging in 197BPan start en tbaar zijn pqa vooruit. Het iavolgers is jaarlijks p thans vertonen de drie tnerikaanse tv-netwerken prschillende series met de- (grediënten. De meest po- zijn „Dynasty", „Falcon „Knots Landing", „The |at" en de reeks die geen loging meer doet tot ver van haar boodschap: „Li- |f the Rich and Famous" van de Rijken en Be- r r Herbert Gans, socioloog jolumbia University, meent js als „Dallas" en „Dynas- Socialisme ten goede kun- len. Hij wijst erop dat deze kties Amerika's bekendste odukt zijn en dat via dit »1 imperialisme" volkeren gehele wereld „zien dat er S een heersende klasse is Catalogus Maar dit soort analyses zijn in de VS in de minderheid. Malcom For bes, uitgever van het business-blad Forbes Magazine, ziet in de publie ke ontzag voor mttn met geld een teken van het g^Herde politie ke tij in Amerika eiWtndere Wes terse landen. „De rijk™ hebben al tijd grote belangstelling van de ar men genoten, meestal in verwijten de zin. Maar sedert enige tijd is geld hebben op zichzelf niet meer taboe. De mensen zijn gaan besef fen dat rijk worden een kwestie is van ondernemen. De rijkaard is niet meer de uitbuiter. Iedereen kan rijk worden en een rijkaard kan failliet gaan. Er is meer begrip gegroeid voor de zakenwereld, en meer bewondering voor de moed van sommige mensen om grote risi co's te nemen. En ik zal je nog eens wat vertellen. Zoveel meer mensen zijn tegenwoordig geïnteresseerd in rijkdom, omdat er ook zoveel meer rijken zijn". Inderdaad heeft Amerika sedert de intrede van president Reagan in het Witte Huis, vier jaar geleden, behalve een dubbel aantal „officië le" armen (nu 35 miljoen!), ook een dubbel aantal milionairs (een half miljoen). En de meest populaire fi guur in het land is, op de miljonair Ronald Reagan na, president-direc teur Lee Iacocca van het Chrysle- r-autoconcern. De wijze waarop deze energieke ondernemer, die persoonlijk in alle Chrysler-tv-ad- vertenties optreedt, zijn bedrijf van de ondergang heeft gered, maakt hem in de ogen van miljoenen Amerikanen tot de ideale opvolger van Reagan in het Witte Huis. Ia cocca is lid van de Democratische partij en veel Republikeinen vre zen hem als een gevaarlijke outsi der in 1988. En dan is er het leger welgestelde dertigers in de VS, de voormalige maatschappelijke rebellen, die dank zij hoge opleidingen intussen op hoge posities in het bedrijfsle ven zijn gearriveerd. „Die groep kijkt gemiddeld het trouwst naar onze serie", zegt Robin Leach, pro- ZATERDAG 13 APRIL 1985 ducent van „Lifestyles of the Rich and Famous". „Het is alsof ze elke week de tv aanzetten en notities maken van hoe ze hun geld kun nen uitgeven. Ze kijken wat de rij ken kopen om hetzelfde te doen. Wij zijn een soort catalogus van Nieman-Marcus", aldus Leach, ver wijzend naar Amerika's meest lu xueuze warenhuis. Economische macht Er wordt in de VS veel gespot met „de jongeren in goeden doen", maar zij zijn een waarachtige eco nomische macht en een klasse ap- part, met vooral aandacht voor stijl en gezondheid. Sociologen hebben de „yuppies" (jonge stedelijke pro fessionals), onderverdeeld in sub groepen als „yaps", „yumpies", „buppies", „puppies" en „guppies", al naar gelang de mensen van deze „ik-generatie" zwart zijn, in ver wachting, homofiel etc.. Esther Shapiro, een van de produ cers van „Dynasty", behoorde zelf tot de revolutionaire generatie van de jaren zestig. „Ik liep in jurken van mijn grootmoeder, bakte brood en liep in vredesdemonstraties. Maar nu wil ik en met mij veel jonge vrouwen iets anders. We weten wel dat geld misschien geen geluk brengt, maar het brengt con trole. Dat ziet men ook in „Dynas ty". Een aantal vrouwen verovert dank zij geld zeggenschap over hun leven". Daarnaast zijn er mensen, die het succes van de Dallas-formule al leen maar aan de aloude „ontsnap pingsfunctie" toeschrijven. Gewone mensen hebben altijd al willen wegdromen uit de grauwe werke lijkheid. „Het is veel leuker om Joan Collins in het ziekenhuis met een prachtige hoofddoek om van tartaar te zien snoepen, dan iemand met z'n hele kop in 't verband een hamburger te zien eten", zegt Aa ron Spelling, producer van tv-se- ries als „Love Boat", „Fantasy Is land" en „Charlie's Angels". Verdwijnen Tenslotte is er iemand die de huidi ge congestie van miljonairs op de beeldbuis binnenkort ziet verdwij nen. Brandon Tartikoff, chef enter tainment van het tv-station NBC: „Het is leuker naar mooie mensen in mooie kleren te kijken dan naar vuilnisemmers. Die theorie gaat op, totdat er helemaal geen vuilnisem mer meer op de buis is. Dan komt er een tv-serie waarin een dakloze zwerver de held wordt. Die man zal populairder worden dan welke poenige figuur in de huidige series ook. Ik denk dat we spoedig op de televisie weer de gewone gewone mens, en de gewone menselijkheid in ere gaan herstellen". MARC DE KONINCK Ik in het museum is de Spirit of Saint Louis, waarmee Charles Lindbergh in 1927 als eerste over de :he Oceaan vloog. Historisch beeld: de Amerikaanse Apollo keert terug na de eerste ontmoeting in de ruimte met een Russi sche Soyuz in 1975 [NGTON Welk is likstbezochte museum freld? Het is niet het in Parijs, het Prado in of het Hermitage in rad. Het is het National id Space (lucht- en faart) Museum in de taanse hoofdstad Was- Dat ene gebouw, op ïnworp afstand van het il, trok vorig jaar een I ter omvang van de bevolking van Neder- l,5 miljoen mensen. Dit J zeker de 15 miljoen i overschreden. Ter (king: buiten de VS is i rukstbezochte gebouw Iteld waarschijnlijk het Pompidou in Parijs, tot 5 miljoen mensen Sa s die dagelijks het Air fee Museum in Washington pan, en daar toch nog volop gsruimte vinden, blijven er ierste tot de laatste minuut eerd door de veelal reus- [n bijna altijd originele toe- (it de nog zo prille geschie- ïenselijke reizen de ruimte. Het museum heeft werkelijk van prak tisch alle vliegtuigen, raketten, sa- telieten en andere hemelvaartuigen die historische drempels hebben overschreden, een of ander exem plaar staan of aan het plafond han gen. „Voor zover het op aarde beschik baar is, is alles wat we hier hebben echt. Maar bijvoorbeeld van de eer ste maanwandeling hebben we van het deel van de maanlander, de Eagle, dat daar is achtergebleven, de reserve-versie. Ook van de Rus sische Spoetnik hebben we natuur lijk een kopie, want dat ding is ver brand in de dampkring", zegt mu seumdirecteur Walter Boyne, een ex-luchtmachtpiloot en schrijver van luchtvaartgeschiedenis. Bij binnenkomst in het Air en Spa ce Museum stuit men meteen al op een viertal originele „neuskegels", zoals de bemande satelieten in de beginjaren van de ruimtevaart nog heetten. Een ervan is de Friend ship-?, de ongelooflijk kleine kogel waarin astronaut John Glenn op een Atlasraket als eerste Ameri kaan in een baan om de aarde werd geschoten (1962). Men kan het ding zo aanraken en er naar bin nen kijken. Alleen tegen het hitte schild, dat danig is aangebrand, zit een beschermende plastic plaat. Een andere is de „tweezits" Gemi- ni-4, van waaruit in 1965 Ed White de eerste ruimtewandeling maakte. En er staat de Apollo-11, Armstrong, Eldrin en Collins de eerste reis naar het maanoppervlak ondernamen. Armstrong zette op 20 juli 1969 als eerste mens voet op de maan. Collins moest „boven" blijven rondcirkelen en werd later directeur van het Air and Space Museum in Washington. Spektakel Diens opvolger Walter Boyne zegt nu: „Mijn persoonlijke favoriet in ons museum is de Spirit of Saint Louis, het eenmotorig vliegtuigje waarmee Charles Lindbergh in 1927 de eerste vlucht over de Atlan tische Oceaan maakte. Dat is ook bij het publiek het allerpopulairst. De mensen kunnen zich daarmee helemaal identificeren. Ze begrij pen hoe het technisch mogelijk was en wat voor een moed ervoor nodig was en ze beseffen hoe kort de tijd, slechts 42 jaar, was tussen de Spirit of Saint Louis en de Apollo-11. Daarom hebben we beide toestellen ook zo dicht bij elkaar geplaatst". Andere apparaten in de centrale Hal van de Mijlpalen zijn de primi tieve raketten van de Amerikaanse professor Goddard, die in 1926 voor het eerst een cylinder, met vloeiba re brandstof als energiebron, 60 meter de hoogte in schoot (terwijl sedert de 12e eeuw alleen maar bus kruid had bestaan om projectielen weg .te schieten) en een Duitse V-2 van Werner von Braun, de eerste toegepaste moderne rakettechnolo gie. In de centrale hal hangt ook de „Glamorous Glennis", de straalja ger waarmee de befaamde piloot Chuck Yaeger in 1947 boven de Mojave-woestijn van Californië als eerste de geluidsbarrière doorbrak. Het allereerste vliegtuig, de Flyer, waarmee de gebroeders Wright in 1903 de lucht in gingen, wordt thans elders in het museum, maar zichtbaar voor de bezoekers, geres taureerd. Dominerend is de ruimtekoppeling van de Russische Soyuz en de Amerikaanse Apollo. Van de aan- eengeklonken toestellen, die in 1975 precies zo in de ruimte hingen ter wijl Amerikaanse en Russische as tronauten bij elkaar op bezoek gin gen, is het Amerikaanse origineel en het Russische een reserve-exem plaar. In het ruimtevaartmuseum in Moskou hangt hetzelfde specta- kel, met omgekeerde originaliteit. De ruimtekoppeling als museum stuk functioneert voor het publiek als een soort barometer van de spanningen in de wereld. Twee jaar geleden, toen de anti-Russische re- thoriek van de regering-Reagan op zijn hooftepunt was, leken die pa rende objecten iets uit een ver en vreemd verleden. En nu in 1985, nu een topontmoeting tussen Reagan en Gorbatchev wordt voorbereid, denkt de museumbezoeker: ja, nu zou het weer kunnen. Ontroerend In afzonderlijke vleugels worden verschillende facetten en episoden van de lucht- en ruimtevaart geëx poseerd. Er is de Eerste Wereldoor log waarin de dubbeldekker Fok ker D-7 het meest gevreesde ge vechtsvliegtuig was waarover de Duitsers beschikten. Het Neder landse produkt was het enige wa pen dat speciaal in het Verdrag van Versailles werd genoemd, omdat alle exemplaren die de Duitsers hadden, vernietigd moesten wor den. „Het is een van mijn dierbaar ste museumstukken", aldus direc teur Boyne. En hij maakt van de gelegenheid gebruik om zijn Ne derlandse gast te wijzen op „een historisch vliegtuig dat hier ont breekt, maar dat ik heel erg graag zou hebben, de Martin 166 W. Dat is een Amerikaans toestel, dat door Nederland werd aangekocht en verscheept naar en geassembleerd in Nederlands Indië, waar het in de Tweede Wereldoorlog ingezet werd tegen de Japanners. Het is door de Amerikanen zelf nooit in een oor log ingezet". Van de duizenden dingen die zich in hun merkwaardige vormen en afmetingen aan het veelal verrukte publiek presenteren moeten zeker nog worden genoemd de prachtige transportvliegtuigen, de oude en helikopters, de Messersc- hmitt, de Spitfire en de Thunder- bird, de maanwagen en de volledi- fe Skylab uit 1973, waar de bezoe- ers doorheen kunnen lopen en het interieur van een ruimtewoning, inclusief bedden en toilet, bekijken. Een troetelkind van directeur Boy ne is nog de Pionier 10 (het reser vemodel), het ruimtescheepje dat binnenkort als eerste door de mens gemaakte voorwerp ons zonnestel sel zal verlaten. „Je ziet, er zit een plaquette op, waarop ons zonnestel sel staat afgebeeld, plus een man en een vrouw en enkele sleutels voor de menselijke taal. Dat is voor het geval het wordt ontdekt door ande re beschavingen. Ik vind dat heel ontroerend". Eerste keus Wat vindt Walter Boyne van een mogelijk verwijt dat het Air and Space Museum militaristisch geo riënteerd is? „Dat is onmogelijk te voorkomen. Veel in de lucht- en ruimtevaart werd en wordt voor of door het militaire apparaat ontwik keld. Dat is de gescniedenis van de technologie. Maar wij laten hier in films en speciale exposities ook de enorme sociale en economische be tekenis van die technologie zien". Maatstaven voor welke wapensys temen wel en welke niet worden tentoongesteld in het museum zijn de technische en geschiedkundige drempels die ze vertegenwoordi gen. Boyne: „We hebben hier de Tomahawk-kruisraket omdat die een volkomen nieuwe technologie bevat. En we hebben de originele B-29 van waaruit de atoombom op Hiroshima is gegooid. Dat is een huiveringwekkend museumstuk, dat geenszins de atoombom ver heerlijkt, maar de toeschouwers in prent dat dat nooit meer mag ge beuren. De B-29 krijgt trouwens het meeste bekijks van Japanse toeristen". Het Air and Space Museum is, zoals alle musea in de Amerikaanse hoofdstad, gratis toegankelijk. Al leen voor het filmtheater, waar doorlopend adembenemende pano ramische films draaien, moet en tree worden betaald. Er zijn plan nen om op het vliegveld Dulles, buiten Washington, een dependan ce te bouwen, voor reusachtige lucht- en ruimtevaartuigen die niet in het gebouw in het Washingtonse centrum passen. Zoals een Boeing Jumbo-jet, een 36 verdiepingen hoge Saturnusraket en natuurlijk: de space-shuttle. „We willen de eerste en de echte", zegt directeur Boyne. de traditie van zijn museum getrouw. Eigenlijk heeft nij gemak kelijk praten, want „Air and Spa ce" heeft als semi-overheidsinstel- ling contractueel eerste keus bij al les wat NASA, de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie, wegdoet MARC DE KONINCK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 17