Vijf Bijna drie kwart van de Nederlandse huishou dens kan zich de trotse bezitter noemen van een auto. Samen zorgen zij er voor dat er zo'n slordige vijf miljoen auto's over 's heren we gen razen, liefst tien keer meer dan in 1960. En het eind van de groei is nog niet in zicht. De verwachting is, dat zelfs bij een gelijk blij ven van het besteedbare inkomen het auto park in de periode tot het jaar 2000 nog zal toenemen. En mocht er sprake zijn van een stijging van het inkomen, dan zit er zelfs nog een forse groei in, ondanks de langere levens duur die de auto's zullen krijgen. Van alle guldentjes die worden uitgegeven aan de heilige koe wordt 71 procent besteed aan onderhoud, reparatie, enzovoort, en 29 procent voor de aanschaf van een nieuwe auto. Ondanks die 71 procent blijkt er een be langrijke daling te zijn opgetreden in de werkzaamheden voor onderhoud en reparatie. In 1975 waren er per honderd auto's nog 797 verrichtingen. Dit jaar zal dat aantal volgens schattingen niet meer dan 590 zijn. Het ligt dus in de lijn der verwachtingen, dat in de autobranche nog enige daling van de werkge legenheid optreedt. Hoe ziet de toekomst van de automobiel zelf er uit? De auto's zullen schonere uitlaatgassen produceren; er komen meer diesels; de op mars van de elektronica gaat door; de auto wordt lichter, vooral door het gebruik van kunststoffen en keramische materialen voor de motor en hij zal nog meer gestroomlijnd worden. aterlach rolt uitbundig over de ste- glijdt langs het glimmende J wrijft de verse lak van tientallen J en bereikt ergens achter in de lm de receptioniste. Ze kijkt er niet (ze is het gewend. Na het wegster- J de echo is het even stil. „Komt fekaar meneerzegt de auto- jr. „Natuurlijk, natuurlijk, ook dat |we Ja, dan staat-ie klaar. Wat? er, ook de wieldoppen. Tot vol- iek, meneer". i klap gooit Wijnand van Sloten. 55 I al bijna dertig jaar autoverkoper, i erop. Hij zit aan z'n bureau, te- van schijnbaar achteloos achter automobielen in de immense bm van „Wittebrug" in Den Haag, (voor VW, Audi en Porsche. Hij ich half om, grijnst, en zegt: „Ik i dit werk. Je gaat je verbonden net de eigenschappen van de wa lde zaak verkoopt. De kracht en de teerde techniek van de echte Duit- >en, daar ben je enthousiast over. ■dat op de klant kunt overbreng- dat is de kick". B school ir Wop Un kh- Ie klanten hebben bij binnenkomst iding die iets moet uitdrukken van iren autokoper. De man die alles al n zoiets zegt als: „Kom maar op verkooppraatje, ik weet er alles Hier en daar in de showroom wor- i nieuwe wagens en de occasions •I en betast door klanten, die onder- It een half oor naar de verkoper luis- rkopers, zijn dat inderdaad gladde s, oplichters, zoals veel mensen n te denken? Die vraag, gesteld in iwroom, raakt een gevoelige plek. ipadviseurs noemen we onszelf", ijnand van Sloten. „Er zijn zoveel jkheden per automerk en de meeste weten eigenlijk niet wat ze willen, onze taak hen door middel van en- ^agen zover te krijgen, dat ze ten- wèl weten wat ze willen. Een auto ,^ien doe je echt niet zo maar even. "fchop geven tegen de band en dan v. „Wat mot je hebben voor die dat is er niet meer bij", lutoverkoper is tegenwoordig hoog- >>old", valt P.J. Danen, de verkoop bij. „Havo als vooropleiding is wel nste. Kijk, als verkoper wordt nie- geboren, ja op de markt misschien, 3x>r de rest is die uitspraak flauwe- moet een bepaalde beschaving van hebben meegekregen, je moet re- oed ogen en vooral heel wat cur- volgen om het vak goed onder de i krijgen. Niet zoals die die gla- Drs", voegt hij er enigszins verbeten e, doelend op de malafide bedrijven. j4ieleon et de goede autoverkoper er uit? loten: „Je moet het vooral leuk vin- ^^et mensen om te gaan. Er komen lensen van alle rangen en standen, ge -et je dus aan iedereen kunnen aan- n, een kameleon kunnen zijn. Als ie- joviaal behandeld wil worden, dan del je hem joviaal. Wil iemand zeer d bediend worden, dan doe je dat. wat vooral telt, is goede, eerlijke fhting. Geen slimmigheidjes, geen je dingetjes. Want dan houdt de het geen dertig jaar uit, dan wordt in doorgangshuis", rkoopleider: „Er staat hier geen en- jagen die ouder is dan zeg vijf jaar. Ift van wat we aan gebruikte wagens ikrijgen doorstaat onze selectie niet. Verblijft gaat naar de handel", jfoten gaat verder: „En specialisme, llisme moet je ook hebben, anders maar uit je nek te praten. Je moet ie ten over het merk dat je verkoopt, (ook de technische zaken. Als je het iver een of ander moeilijk technisch dan moet je de klant haarfijn uitleggen wat dat is. Je hebt ze >or, Piet die aardig kan verkopen, als de klant hem iets technisch liet ik de zaak met twee paar nieuwe schoenen. Zo werkt het toch?" Mensenkennis Wat leert de praktijk waar theorie op houdt? „Mensenkennis", zegt Van Sloten zonder aarzelen. Vaak weet hij al wat voor vlees hij in de kuip heeft, voor de klant goed en wel binnen is. „Luisteren en kijken geeft je veel informatie. Je merkt heel vlug of ie mand de waarheid spreekt". Dan na een korte stilte: „Er zitten echt jokkebrokken onder tegenwoordig, dat merk je zo. Er heerst ook een andere mentaliteit. Veel meer dan vroeger komen de mensen met opgestoken haren binnen. Ik bedoel, ze zijn lastiger en sommigen hebben gewoon weinig opvoeding genoten. Het zijn van die kleine dingen, die alles met beleefdheid te maken hebben, dat is er veel minder". De verkoopleider: „Steeds vaker komt de klant met maar één vraag op de lippen: „Wat krijg ik voor m'n oude wagen te rug?" En met die informatie willen ze dan naar een andere dealer. Wij vragen dan meestal: „Maar meneer, kwam u ook iets kopen?" Dat is toch een rare situatie, als mensen ons iets willen verkopen in plaats van andersom?". Al luisterend en kijkend heeft Van Sloten geleerd dat vooral veel jongeren de afge lopen jaren erg onzeker kunnen zijn. „Niet recht, niet spontaan. En wat je ook vaak ziet, dan komen ze binnen, groeten niet of nauwelijks en laten de deur voor de neus van hun vriendin dichtvallen". Souffleuse Complete gezinnen bevolken soms de showroom. Voor de kinderen is er een speelhoek met lego. opdat pa en ma rustig de auto kunnen bekijken. Voor de man tel len doorgaans de technische eigenschap pen van de wagen. „Kracht en techniek, dat interesseert hem, evenals de mogelijke inruilwaarde van de wagen", zegt Van Slo ten. Wat betreft de rol van de vrouw bij het ko pen en verkopen weet de verkoper: „Je moet haar niet negeren. Pa kiest en moe mag de kleur uitzoeken, dat is verleden tijd. In veel gevallen is zij de souffleuse terwijl haar man het woord voert. Ze neemt zeker de helft van de inbreng voor haar rekening als het niet meer is". Een vrouw stelt meestal extra eisen aan de vormgeving, de beenruimte, het interieur, het aantal deuren en de wendbaarheid van de wagen. „En ze gaat even makkelijk achter "het stuur zitten. Zowel in de show room als tijdens de proefrit. Bovendien mag haar handtekening niet ontbreken als er een financiering geregeld wordt". Begroting Over geld gesproken, de verkoopleider zegt niet de indruk te hebben dat veel mensen boven hun begroting kopen. „Het bedrag dat voor de vorige wagen werd be taald en dan iets meer, dat is meestal het uitgangspunt. Sommigen houden zichzelf streng in de hand, tot hier en niet verder. Mensen die die grens wel overschrijden, doen dat meestal maar licht. Maar ja, licht is voor de een honderd gulden en voor de ander duizend". Van Sloten: „Sommigen gaan de deur uit met een gevoel van: „Dit is de koop van mijn leven". Want vergeet niet dat de meeste particulieren die een auto kopen heel lang moeten sparen of afbetalen. Dan is twintigduizend gulden een boel geld en dat doe je niet zo vaak in je leven. In de zakensfeer ligt dat heel anders. Mensen die een auto voor de zaak kopen, kiezen zuiver rationeel. Die komen louter kilome ters kopen". Merkentrouw De concurrentie in de branche is hard en Audi en VW zijn niet meer de goedkoopste merken. Een eenvoudige Golf kost tegen woordig al circa twintigduizend gulden. Volgens weer een andere verkoper bij Wit tebrug moet de zaak het voor een groot deel hebben van de merk-trouwheid van de klant. Over het algemeen is deze op circa zestig procent te stellen. De rest be staat uit vooral veel twijfelaars. Klanten die eigenlijk een mooie Golf willen maar bij hun eigen dealer meer voor hun wagen kunnen terugkrijgen of een betere finan ciering kunnen treffen. „Het verschil be draagt misschien drieduizend gulden, zie de mensen daar maar doorheen te pra ten". Van Sloten: „Dan ga je dus vragen stellen en luisteren. Vergeet niet dat een twijfe laar het vaak juist fijn vindt als je hem van z'n twijfel afhelpt. Want begrijp ons goed. laten we het allemaal niet te mooi voor stellen. We zijn tenslotte geen filantropi sche instelling. We zijn en blijven autover kopers. Al te veel mensen die hier de deur uitlopen zonder auto, dat kun je natuurlijk niet hebben HENK ENGELENBURG Foto: MILAN KONVALINKA Technieken De verkoopleider zei het al. een goede au toverkoper is tegenwoordig „hoogge schoold". Van Sloten noemt het de onder wijsafdeling van de importeur die voorziet in talloze cursussen om behalve techni sche kennis, ook verkooptechnieken op peil te brengen. Van Sloten: „Gesprekstechnieken, rollen spellen, fabrieksbezoeken, ik heb het alle maal gehad. Maar één ding is het voor naamste. Dat is luisteren, luisteren en nog eens luisteren. Dat is negentig procent van je werk. Verder moet de klant aan je kun nen merken dat je moeite voor hem wilt doen, dat je desnoods op je knieën gaat om de banden te lichten". De verkoopleider: „Tja, technieken, die worden ook zo snel gezien als handigheid jes. Maar het gaat om heel gewone din gen. Van de week ging ik schoenen kopen. In de eerste drie zaken bestond ik nauwe lijks en mocht ik het zelf uitzoeken. In de vierde zaak werd je ontvangen, ze stonden voor je klaar. Ze poetsten er zelfs de schoenen die ik aan had. Uiteindelijk ver vraagt, staat Piet met z'n mond vol tan den. Dat gebeurt, kun je je dat voorstel len?" VEERTIG PROCENT AUTOKOPERS BLIJFT TROUW AAN OUDE Sommigen rijden gedurende vele jaren in dezelfde auto, anderen moeten steeds weer wat nieuws. Zo ook de koper van deze wagen. Vijftien meter lang is het vehikel en rijden doet het ook nog. De Ultra Limousine Corporation of La Palma in Californië voorzag het gevaarte onder meer van een zwembad van 3.60 meter lang. Ook een keukencompleet met oven, ijskast en gootsteen Veel mensen hebben vast wel een opa ge had, die zij vanaf dat ze zelf nog kind wa ren alleen maar in bijvoorbeeld een Fiat hebben zien rijden. Tot het einde van zijn leven of tot het verplicht verlopen van zijn rijbewijs bleef grootvader zijn eerste merk trouw, slechts af en toe door vernieuwin gen gedwongen een iets ander type aan te schaffen. Gebrek aan fantasie, matigheid, tevredenheid, wat maakt iemand tot oen merkentrouw persoon? Het begrip trouw mag op sommige gebieden een ouderwets imago hebben gekregen, in de autobran che tonen de cijfers aan dat veertig pro cent van alle mensen die in 1983 hun auto vervingen, zijn keus weer op het oude merk had laten vallen. Waarom zij wel en die andere zestig procent niet is een gege ven dat zijn oorzaak vindt in een optelsom van invloeden, die onlangs aardig zijn op gespit door Cebuco, het Centraal Bureau voor Courantenpubliciteit. Cebuco kwam met een doorwrocht rap port, getiteld „Autobranche". Voor de tot standkoming ervan hebben behalve het rapport „Automarkt 1984" van Marketing en Sales Promotion BV ook eigen ge sprekken met terzake doende instanties plus een enquête onder Cebuco-deelne- mers als achtergrond gediend. Vele zaken rond de auto worden belicht, merkentrouw is er een van. En niet de minst fascineren de. Zo blijken Saab, Mercedes Benz en BMW hun „baasjes" telkens weer zo te bevallen dat ze naar meer smaken. Vooral het comfort, gekoppeld aan degelijkheid en dus een hoge inruilwaarde, laat de ko per schijnbaar moeiteloos heenstappen over de niet geringe aanschafprijs. In 1983 werd twintig procent van alle ver kochte auto's nieuw gekocht, maar niet al tijd weet de koper van tevóren of hij een nieuwe of een tweedehands auto gaat ko pen. Pech met de eigen auto kan de oor zaak zijn van de vaak plotselinge koop plannen. De meeste kopers ruilen daarbij een auto in en de prijs die men daar voor krijgt ligt bij de dealer van hetzelfde merk gewoonlijk hoger dan elders. Goede con tacten en service doen veel kopers van (vooral nieuwe) auto's besluiten naar een hun vertrouwd verkoopadres te gaan. De prijs blijkt minder zwaar te wegen naarma te de klanten meer tevreden zijn. Importeurs en hun dealers, gezamenlijk of apart, bewerken de markt, trachten dus de autokopers in spe hun merk op te drin gen. De markt blijkt nog veel ruimte te hebben voor nieuwkomers (merken, sub- merken of modellen). Directe marketing komt steeds vaker voor. Importeurs of dealers sturen hun folders of tijdschriften direct naar de consument. Via onder meer de RAI weten zij wie er in Nederland in hun merk rijden en deze mensen krijgen dan een folder of blad toegestuurd. Naam, piaats. model. type. kleur, dealer, datum van aanschaf, alles weot men van de auto die ergens (vooral) nieuw is gekocht. Over smaak valt echter niet te twisten. De één houdt het op de Europese modellen omdat die hun eigen gezicht hebben, de ander is dolblij met de meestal zeer com plete Japanse wagen die bovendien zoveel varianten kent. Tot slot: in gezinnen krijgen de vrouwen en kinderen wel meer invloed in de ver standigere keus van 's mans auto. De tijd is voorbii. dat een echtgenote op de vraag van manlief wat voor auto hij moet ren gele" HERMAN JANSEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 13