ZATERDAG 2 MAART 1965 HAAG De Hagenaar L. de s: eeiHaan, ambtenaar bij de voedseldis- n ontributie, komt in het eerste kwar taal van 1944 een dame tegen, die helderziend is. Zij vertelt hem: „Voordat Nederland wordt bevrijd, j zal Den Haag nog iets vreselijks overkomen als het voorjaar in aan tocht is". Een jaar later, op zater dagmorgen drie maart 1945, staat De Haan in de tuin van zijn ouder lijk huis aan de Laan van Meerder- voort. Het is omstreeks acht Britse bommenwerpers verschijnen in het bewolkte luchtruim boven het Bezuidenhout. Even later spu wen de eerste vliegtuigen hun hel- He se last uit. De val van de bommen ver wordt vergezeld van een hoge t eel fluittoon. Het bombardement is be- r z,Jf gonnen. De gevolgen zijn rampza- evenl jjg ^an ^et ejnde van de dag kan gere balans worden opgemaakt: ten 'ec«tl minste 520 doden en 230 zwaarge- 'm wonden, 3300 huizen vernield, 1200 beschadigd, 290 bedrijven, vijf kerken, negen scholen en tien Vee openbare gebouwen verwoest. ianq Twaalfduizend mensen dakloos. ^*1 Vijftigduizend vluchtelingen, vaak »rovk. slechts gekleed in pyjama zoeken maai veilig heenkomen naar Voor- kker burg. ?ntei Veertig jaren zijn inmiddels ver- streken- De tijd heeft langzamer- laiei band de wonden geheeld. Maar de ,V?.T herinneringen aan de dag dat het "ktl R^niHonhnn» h xtor< vaar de Hendrik Zwaardecroonstraat. j^Vy Zij vertellen hun verhaal, hun er- varingen op die fatale zaterdag in "cfi voortuin van de lente. De Haan eJ (67) is een van hen. Als gepensio- n9rj neerd hoofd van het Bureau Ten- arcul toonste^'ngen van ^et ministerie M van defensie, spreekt hij met enig ngeza8- Hij organiseerde immers in 'van' 1970, 1975 en 1980 voor Defensie n tentoonstellingen over de Tweede Wereldoorlog. „Het was een hevig bombarde ment", zegt de heer De Haan. „Maar we waren wel wat gewend. Er werden in de loop van februari ook al luchtaanvallen uitgevoerd op het Haagsche Bos. Er ging ook wel eens wat mis. zoals op 22 febru ari. Toen werd bij vergissing de Po lygoon-Studio geraakt. Op die be- wuste zaterdag dacht ik niet aan die helderziende dame. Dat deed ik pas een paar dagen later. Ik ging op die ochtend naar ons kantoor aan de Anna Paulownastraat. Onze £p 1 luchtbeschermingsdienst elk be- a drijf had zo'n dienst was gealar- meerd. We moesten met vrachtau- to's naar het Bezuidenhout om hulp te verlenen. Toen de auto, waar ik zat, bij Bellevue aan de Rijn- iat aankwam, kregen wij te ho ren dat we dokter Lint van Wijn- rden met zijn kliniek moesten icueren. Deze kliniek lag aan de lendelsstraat. We moesten de Hen naar de broedersschool SlrOf Weimarstraat brengen. We heb- r Bezuidenhout huilde, zijn gebleven. 5 Vier ooggetuigen zitten bijeen het wijk- en dienstencentrum "herinneren. Ik vermoed dat het zo erg was dat ik die beelden heb weggestopt. Misschien heb ik ze wel niet willen zien. We zijn met de wagen om heel het Bezuiden hout heengereden. Welke route we gevolgd hebben weet ik niet pre cies meer. Op een gegeven moment kwamen we op de Bezuidenhoutse- weg uit. Daar stonden een paar brandweerauto's, werkeloos. Ach teraf hoorde ik dat ze niets konden uitrichten, omdat de Duitsers de benzine hadden afgetapt. Wij reden verder richting Herengracht. Daar aangekomen hoorde ik plotse ling mijn naam roepen. „Lambert, Lambert". Ik zag een man, die vastgebonden was aan een boom. Leden van de Grüne Polizei be waakten hem. Hij werd aangezien voor een plunderaar. Plunderaars kregen de doodstraf. De Louis van der Eist, de souffleur van onze amateurtoneelgroep. En wat bleek: Louis had met een handkar een tandarts uit het Bezui denhout geëvacueerd Mient. Op de térugweg was hij zijn kar aangehouden. Hij kon zijn verhaal niet bewijzen. Ik ben toen als de bliksem naar de Mient ge gaan om die tandarts te zoeken. Dat was een hels karwei, want ik had van Louis geen adres gekre gen. Uiteindelijk vond ik hem. En met die tandarts achter op de fiets ben ik teruggereden naar de He rengracht. Hij wist die Duitsers na veel vijven en zessen ervan te overtuigen dat Louis onschuldig was. En toen werd hij vrijgelaten. Dat voorval is mij altijd bijgeble- Gewonden Altingstraat", zegt w.ö. Uyterwijk (85). „Ik drijt nu een fietsenstalling in die garage. Op die zaterdagmorgen was mijn man vroeg opgestaan. Hij moest een zieke dame met zijn handkar verhuizen. Toen hij al een tijdje weg was, begonnen ze met bom men te gooien. Het was vreselijk. Ik vluchtte mijn huis uit en liep in de richting van de Charlotte de Bourbonstraat. Daar woonde mijn schoonmoeder. Bij de Schenkkade werd ik teruggestuurd. Er stonden overal huizen in brand. Het eerste wat ik deed toen ik thuis kwam was een teil met water vullen. Dan had ik tenminste wat als er iets zou gebeuren met de waterleiding. We woonden helemaal alleen in de portiek. De buren waren na een eerder bombardement al gevlucht. Achter in de slaapkamer waren alle ruiten gesprongen. Ik was he- Een bewoner van een getroffen buit laat weten dat alle* in orde ia. Zulke borden kwam r in de platgegooide wijk. r tegen Mevrouw C. Zwijnenburg (72) uit de Merkusstraat zat op de derde maart bij haar schoonouders in Voorburg. „Wij waren de eerste maart al gevlucht. Toen werd het Haagsche Bos ook al bestookt bommen. Er werd ook wel misgegooid en dan kwamen die bommen op het Bezuidenhout te recht. Op die bewuste ochtend za gen we van Voorburg af het Bezui denhout in vuur en vlam. Overal vluchtende mensen met kinderwa gens. koffers en soms wel drie stel kleren aan. Open wagens, getrok ken door paarden, brachten gewon den naar het ziekenhuis Antonius- hove in Voorburg. We zijn onmid dellijk naar ons nuis gegaan. Alle ruiten lagen eruit. Mijn man heeft toen de ruiten van de erker uit de woning van de bovenburen ge haald en in onze ramen gezet. Zo inboedel nog een beetje beschermd. De bovenburen waren vertrokken. We wisten dat zij niet terug zouden komen. Een paar da gen later zijn we nog eens in het zuidenhout gaan kijken. Alle aangehouden. Hij moest met zijn kar gewonden vervoeren". De omgeving van het Lange Voor hout was ook door het bombarde ment getroffen. Bekende gebouwen als de Boskantkerk, het Paleis van Justitie, de Princesse Schouwburg en de Provinciale Griffie werden verwoest. Mevrouw Uyterwijk ver volgt: „Mijn man hoorde van een fotograaf dat de Altingstraat nog overeind stond. Dat stelde hem ge rust. Omstreeks twaalf uur kwam hij thuis. „Er zijn vreselijke dingen gebeurd", zei hij en hulde zich in stilzwijgen. Het was allemaal te erg. We hebben onze bedden, kleren, wat eten en hout op de wagen gela den en zijn toen op weg gegaan richting Rijswijk, waar mijn zus woonde. We waren niet de enigen. Overal zag je vluchtende mensen met koffertjes, kinderen op hun nek. Er heerste een enorme paniek. Via Voorburg zijn we uiteindelijk heelhuids in Rijswijk aangekomen. Ravage We hadden wel de schrik in de be nen. Toen diezelfde avond in Rijs wijk een V2 werd afgeschoten, vluchtten mijn man en ik in paniek onder de stenen trap in het huis van mijn zus. We dachten dat je daar veilig zat". „Ons huis is gelukkig niet getrof fen", zegt mevrouw A.M. de Boer (70). Zij woont nog altijd in de De Sillestraat. „Ik was 's morgens om acht uur al op", vertelt ze. „Geluk kig was mijn man ook thuis. Op een gegeven moment hoorde ik het gedreun van die vliegtuigmotoren. De angst sloeg me om het hart. Ik dacht het eerste aan mijn baby van negen maanden. Wat moest ik doen? Ik liep naar de voorkamer en deed de tuindeuren open. We hadden van die openslaande deu ren. Op straat liep een man voorbij. Hij was helemaal van de kaart. „Er is een bom op mijn huis gevallen", zei hij. „Ik ben alles kwijt". Toen liep hij verder. Ik ging maar weer naar binnen. Wat moest ik anders. Op een gegeven moment hoorden we dat de Van den Boschstraat ook was getroffen. Mijn moeder had daar indertnd een slijterij. We zijn er onmiddellijk naar toe gegaan. Het was een enorme ravage. De badkuip van de eerste etage lag de etalage. Het grote aquarium v; mijn vader, dat achter de winkel de serre stond, lag helemaal a; diggelen. Overal dode vissen. Mijn moeder was die ochtend vroeg be zig in de winkel. Zij was een ras za kenvrouw. Zij was gevlucht in haar stofjas. Haar gewone jas had ze la ten hangen. Mijn broer had destijds een accordeon in een koffer. Mijn moeder heeft op die derde maart de accordeon eruit gegooid en de kof fer vol met eten gestopt. En zo is ze op weg gegaan naar een familie aan de Laan van Nieuw-Oost-Ein de in Voorburg. Onderweg strui kelde zij geregeld over lijken. Er lagen overal doden in de straat. Ze heeft er nooit iets over willen ver tellen. Zo erg was het. Hoe ik het gehoord heb. weet ik niet Maar op een gegeven moment liet mijn moeder weten dat wij ook naar de Laan van Nieuw-Oost-Einde m< ten komen. Wij waren met ons ven. Het huis van die familie had vier kamers. Daar woonde echtpaar met drie kinderen Op een gegeven moment waren we met z'n dertienen. Wij bivakkeer den met ons vijven in een kabine tje. Hoe we het daar hebben uitge houden weet ik niet. Na tien dagen zijn we teruggegaan naar ons huis. Het was een enorme ravage. Alle ruiten lagen aan diggelen". puinhopen rookten nog. er lagen overal lijken op straat Het was een vreselijk gezicht. Op een gegeven moment zijn i r teruggegaan. Het was niet om aan te zien. Na veertien dagen gingen we terug naar de Merkusstraat. De straat lag nog vol met glas en puin. Ik ben toen met een paar buurvrouwen de straat gaan vegen. Er w; geen gemeentereiniging" Verdronken In een interview met het parochie blad „Raad Daad" van de paro chie van O.L.V. van Goede Raad aan de Bezuidenhoutseweg, zegt een parochiaan onder meer „Ik heb die derde maart veel ellende gezien en gehoord. In een pen aan de Juliana van Stolberglaar de kelder Zij te zijn. Maar door bominslag het huis zwaar getroffen en sprong tevens de waterleiding Die mensen konden de kelder niet meer uit Ze ziin alle zes verdronken. Op de plaats waar nu het gebouw van de VITA staat, op de hoek van de Be zuidenhoutseweg en het Emma- park, stond een groot herenhuis in brand. De vlammen sloegen over de Bezuidenhoutseweg heen n de kant van het bos. Op straat i ren zo'n twintig mensen bezig met lange messen een paard van Van Gend &i Loos. dat door een bom scherf was gedood, te slachten en het vlees te verdelen. Zo hoog was de nood gestegen. En men moest toch straks en de volgende dagen Een studente schreef later i dagboek over de derde maai zonlicht werd langzaamaai i bruin van de rook en somi Teek de zon op een rood balletje". a tale vergissing Het is een fatale vergissing^ ge weest, stelde de Royal Air (RAF) op diezelfde dag al vast. De aanval was bedoeld geweest om de opslag- en onderhoudsinstallaties van de Duitse V2's, opgesteld in het Haagsche Bos, uit te schakelen Dr Korthals Altes, hoogleraar aan de Rijksuniversiteit in Utrecht, be richt in zijn vorig jaar bij Sijthoff Amsterdam verschenen boek ..Luchtgevaar" uitvoerig bombardement Vijf dagen na het verschijnen van het boek meldde hij dat er ten tiide v, dement geen V-2's Haagsche Bos hadden gestaan De voormalige RAF-officier luitenant C.B. Reynolds van het foto-inter pretatiecentrum Medmenham in Engeland ontdekte op luchtfoto's een paar dagen voor hebbombarde- ment dat de Duitsers 4e raketten uit het bos hadden verwijderd Op eerder genomen foto's waren de ra ketten in het Haagsche Bos nog wel aanwezig. Reynolds ging met zijn foto's naar de commandant van het Fighter Command. Maar deze wil de zijn plannen niet wijzigen. Het voorgenomen bombardement ging gewoon door. Het was wellicht niet zo erg geweest, als die bommen daadwerkelijk op het bos waren ge worpen. Maar een inlichtingenoffi cier, die het doel op de foto moest aanwijzen, haalde de coördinaten door elkaar. Hij trok horizontaal de lijn 064 in plaats van 042 en verti- de Schenkstraat en de Louise de Colignylaan bij elkaar komen, in het hart van het Bezuidenhout Daar vielen op de 3e maart de bommen. Het bombardement werd uitgevoerd door vliegtuigen, die waren opgestegen van een lucht machtbasis bn het Noordfranse stadie Virty. Het Korte Voorhout en ae zuidelijke flank van het Be zuidenhout werden getroffen door andere groep bommenwerpers slechte zicht en een aanwakkeren de noord-oostenwind bij de nade ring raakten deze laatste vliegtui gen uit de koen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 19