minister en aan; aat moet meewegen J\ Hans van Mierlo moet D'66 uitT dal trekkei if m Je gaat je gang f ■1 VVD-SENATOR DR. G. ZOUTENDIJK: BINNENLAND CiidaeSomgni VRIJDAG 22 FEBRUARI 1985 PAG1 )OV ivei eve ASHI iche ze w/ rek" idden n fun sterie merik le on de s' ashin (Vervolg van de voorpagina) DEN HAAG Voor mi- nister Van Aardenne (Economische Zaken) breekt een week aan, die medebeslissend zal zijn voor de rest van zijn car- rière. Voor de derde maal 5 in ruim twee maanden tijd zal zijn positie in de Twee- ij (Je Kamer ter discussie staan. De Kamer debat- teert de komende dagen met enkele leden uit het kabinet over het eindrap- J port van de RSV-enquête- commissie en dit betekent dat de bewindsman op- I nieuw een forse dosis kri- tiek krijgt toegediend vanwege zijn RSV-beleid tijdens het eerste kabinet- Van Agt. De kaarten zijn overigens al geschud; de meerderheid van de Kamer is niet van zins Van 4, Aardenne alsnog naar huis te sturen. Maar dat neemt niet weg dat de toch al gehavende minister deze week andermaal 'i zal worden verwond, zij het nu voornamelijk door de oppo- sitie, want het CDA heeft zijn zwaarste kruit al verschoten. De vraag die momenteel velen op en rond het Binnenhof be- - zig houdt, is of Van Aardenne met al zijn littekens nog wel volwaardig politiek kan blij ven functioneren. Tien dagen geleden baarde de vooraan- staande VVD'er Geertsema, partijgenoot van de minister, opzien met zijn uitspraak dat Van Aardenne er beter aan zou doen uit eigen beweging af 1 te treden. Ook elders in de VVD klinken sinds kort gelui den (zij het niet zo luid en dui delijk als die van Geertsema) die wijzen op een zekere elas ticiteit in de aanvankelijk door de VVD ingenomen stelling dat „Gijs koste wat het kost moet blijven". t I „Dit is onze fractiekamer Een vertrek met een rijk verleden, want het is de voormalige werkruimte van Johan de Witt". Dr. G. (Guus) Zoutendijk, leider van de VVD-fractie in de Eerste Kamer zegt het met enige trots in zijn stem en volgt vergenoegd onze blikken langs plafond en wanden. Het meest opvallende object is een schilderij met de beel tenis van de lègendarische Harm van Riel. Als we bij het maken van een foto vra gen of hij bij dat portret wil poseren wijst Zoutendijk het aanbod verlegen lachend van de hand en zegt dat hij liever een plaatsje verkiest onder een gravure van Thorbecke, de architect van het liberalis- De 55-jarige dr Zoutendijk, voormalig hoogleraar in de wiskunde en tegenwoordig werkzaam als voorzitter van de Raad van Bestuur van Delta Lloyd, trad in mei 1971 toe tot de VVD-fractie in de Senaat, die toen onder lei ding stond van Van Riel. Zoutendijks politieke voor keur heeft niet van jongs af aan bij de VVD gelegen. In 1966 sloot hij zich aan bij het piepjonge D'66, maar dat lid maatschap duurde slechts an derhalf jaar. „Ik voelde me niet zo aangesproken door de radicaal-democratische koers die Van Mierlo ging volgen. Ik was meer het pragmati sche type, minder gelovend in staatsrechtelijke omwente lingen aldus Zoutendijk. „Toen ik uit D'66 was gestapt viel het oog van Haya van Someren op mij. Zij was juist partijvoorzitter van de VVD geworden en ze vroeg me zit ting te nemen in een studie- commissietje van de VVD en zo ben ik in die partij ver zeild geraakt, hoewel ik toen nog geen lid was. In 1971 bel de Van Riel mij op met de vraag of ik in de Eerste Ka mer zou willen zitten en toen pas heb ik mij opgegeven als lid". Over Van Riel zijn mooie verhalen te vertellen. „Hij was een gecompliceerde man, grillig, knap, veelbelezen, conservatief waar het nor men en waarden betreft, maar op andere punten weer heel liberaal. Hij liet ons in de fractie trouwens volko men vrij. Fractievergaderin gen waarin het beleid werd doorgesproken kenden we niet. „Je gaat je gang maar", zei hij altijd, en als je iets had gedaan of gezegd wat hem niet beviel, dan schreef hij een brief. Ik denk dat al die brieven van hem nog heel wat opzien zullen baren ze over een aantal openbaar mogen worde'A maakt". Zoutendijk noemt zicl\ een liberaal in hart en ren. Van Riel placht zelfs wel eens als rooie V te duiden. Het is dan ookj verwonderlijk dat Zou teil zegt, voorstander te zijnj een coalitie van PvcMfASI VVD. „Ik verkondigdeeren mening al vóórdat meii r als Vonhoff en Geertf 1 dat begonnen te roe*0"11 Maar ik zie het er in jcara nog echt niet van komermzij verschillen in opvattingeioe essentiële beleidsterreluc zijn te groot en onze kilr. zijn er nog niet rijp voorr we volgend jaar iets m^nna PvdA zouden proberen.went loof ik dat we bij volgt verkiezingen genadeloos den worden afgestraft". 5 "e jndir Afweging Dr. Guus Zoutendijk, fractie leider van de VVD in de Eer ste Kamer en nestor van de VVD-top, wil daar wel het zij ne over zeggen. „Laat ik voor- óp stellen dat we beslist geen pressie op Van Aardenne wil len en zullen uitoefenen om hem alsnog zijn biezen te laten pakken", zegt Zoutendijk be slist. „Hij moet helemaal zelf Uitmaken wat hij doet. Wij moeten solidair met hem blij ven, want hij was en is een goede minister en hem is groot onrecht aangedaan. Hij heeft natuurlijk wel fouten ge maakt. maar daar is de Kamer zelf ook debet aan. Van Aar- - denne kwam in 1977 als minis ter in een rijdende RSV-trein terecht en hij werd door de Kamer vaak gedwongen de koers van die trein te blijven volgen. En bovendien, wat die zogeheten „blanco cheque" be treft, die zaak ligt veel genu anceerder dan het rapport van de enquêtecommissie aangeeft. Dat het zo is gelopen lag ook aan de stijl van regeren in die tijd. Dat eerste kabinet-Van Agt had er een handje van. al lerlei beslissingen in de tuin bij een borrel te nemen. Dan is het niet zo verwonderlijk dat bepaalde zaken niet nauwkeu rig werden vastgelegd". Niettemin moet Zoutendijk er kennen dat de minister aan zienlijke schade heeft opgelo pen door alle kritiek die de af gelopen maanden over hem is uitgestort. „Achteraf gezien ben ik geneigd te zeggen: als van te voren bekend zou zijn geweest hoe zwaar hij bescha digd- zou raken, dan had hij beter meteen al in december vrijwillig kunnen aftreden. Maar ja, nogmaals, dat is een redenering achteraf. Nu moet hij helemaal zelf beslissen wat hij zal doen". „Bij die afweging zullen na tuurlijk wel een paar dingen moeten meespelen. In de eer ste plaats de verstoorde ver houding met de Kamer en in het bijzonder met onze coali tiepartner. het CDA Je kunt immers niet blijven doen of er niets gebeurd is? En ten twee de is er de electorale kant van de zaak. Er komen verkiezin gen aan. Ik vind dat Van Aar denne ook dat aspect mee zal moeten wegen. Dar staat ove rigens tegenover dat hij een belangrike rol speelt bij de uit voering van het kabinetsbe leid, dat successen begint te to- Opperrechter De diepste oorzaak van alle opwinding rond Van Aarden ne is volgens Zoutendijk gele gen in de wijze waarop de en- quêtecomissie de minister heeft bejegend. De formulerin gen „onaanvaardbaar" en „ronduit misleidend", waar mee de commissie-Van Dijk het beleid van Van Aardenne heeft afgeschilderd zijn véél te zwaar, meent de liberale sena tor. Hij maakt van de gelegenheid gebruik een onthulling te doen. De aanval van Ed Nij- pels op de enquêtecommissie, nadat was" uitgelekt dat deze in haar eindrapport zware be schuldigingen tegen Van Aar denne zou uiten, was geen solo-actie. „Dat is een welber wuste tactiek geweest van een aantal mensen, onder wie mij zelf. Door middel van veel pu bliciteit hoopten we de com missie alsnog op andere ge dachten te brengen. Tever geefs...", zegt Zoutendijk met een wat verstolen zucht. Die blijkt ingegeven door het gedrag van zijn partijgenoot Theo Joekes, vice-voorzitter van de commissie, die akkoord ging met de genoemde kwali ficaties van Van Aardenne's gedrag. Zoutendijk: „Met die harde woorden heeft de com missie Van Aardenne zeer on terecht en onheus behandeld en ik verbaas me er nog steeds over dat Joekes dat niet aan gevoeld heeft. Die beweerde almaar dat dat woord „onaan vaardbaar" geen politieke be tekenis had. maar dat was na tuurlijk wel degelijk zo. Ik denk dat Van Dijk en Joekes zich een beetje door Van Dam op sleeptouw hebben laten ne men. Ze zijn in de val getrapt die Van Dam, overigens heel logisch gezien zijn oppositione le rol, had opgesteld. Wat Van Dijk betreft kan ik dat nog wel enigszins begrijpen. Die is zich geleidelijk aan steeds meer als opperrechter gaan ge dragen. Maar dat Joekes de consequenties niet heeft over zien is voor mij onbegrijpe lijk". De veroordeling van Van Aar denne door de enquêtecom missie was de eerste puntige pijl in de reeks die de minister inmiddels heeft getroffen. „De aanvallen escaleerden voort durend", zegt Zoutendijk. „Neem nou de woorden van SGP-fractieleider Van Rossum tijdens het eerste debat in de Tweede Kamer. Hij heeft die term „aangeschoten wild" be dacht. Van Rossum is een doodgoeie man en ik ben er van overtuigd dat hij er op zichzelf niets ernstigs mee heeft bedoeld, maar die uit spraak was natuurlijk' wel pijnlijk voor Van Aardenne. Iedereen nam die uitdrukking over en langzamerhand ging die term een geheel eigen le ven leiden. Toen kwam daar ook nog De Vries van het CDA, eerst met zijn „voor waardelijke groene licht" en daarna, in het tweede RSV-de- bat, met harde uitspraken als „Van Aardenne's beleid was geen succesnummer". Ik vond dat hij toen een stap te ver ging. Dat kon hij niet maken, dat was niet fair. Juist het CDA heeft indertijd in belang rijke mate bijgedragen aan het RSV-beleid van Van Aarden ne. Dat had De Vries zich ook wel eens mogen realiseren". P.C. Hooftprijs Hoe de politieke toekomst van de minister van Economische Zaken er ook uit moge zien, Zoutendijk hoopt vurig dat de RSV-affaire zo gauw mogelijk uit de wereld zal zijn. „Het moet afgelopen zijn, hoe dan ook", zegt hij, „want het is duidelijk dat dit soort politieke gebeurtenissen de VVD geen goed doet. Kijk maar naar de opiniecijfers. Er moet hoogno dig rust komen in de VVD. Er zijn het laatste jaar al genoeg dingen gebeurd waardoor de achterban verontrust raakte". Als voorbeelden noemt Zou tendijk de strubbelingen bij de totstandkoming van de twee- verdienerswet, de interne ru zie over de spreiding van de PTT en de uitlatingen van staatssecretaris Ploeg over de Anne Frankstichting. Ronduit vervelend noemt hij het, dat er nu net weer een nieuw obstakel is opgedoken dat de VVD averij zou kunnen bezorgen: de weigering van het kabinet, de P.C. Hooftprijs aan Hugo Brandt Corstius toe te kennen. „Ik ben daar erg ongelukkig mee. Het is voor mij onvoorstelbaar dat het ka binet ondanks een unaniem ju ryrapport zo'n besluit heeft ge nomen. Zowel Ed Nijpels als onze bewindslieden hebben deze zaak onderschat Ed heeft ook geen overleg gevoerd, noch met (partijvoorzitter) Kamminga noch met mij. Maar enfin, er valt nu helaas niets meer aan te veranderen. We zullen het gewoon moeten slikken, want ik denk dat an ders de relatie met onze coali tiepartner ernstig in gevaar komt. Niettemin is de les die we hieruit moeten trekken: zegÉ bij politieke beslissingen niet te gauw ja of nee en laat je niet leiden door de emotie van het moment". Nijpels Sinds Ed Nijpels in april 1982 als 32-jarige de leiding van de VVD-fractie in de Tweede Ka mer op zich nam heeft dr. Zoutendijk zich ontwikkeld als vaderlijke politieke raadgever en praatpaal voor zijn jonge li berale collega-fractievoorzit ter. „Ik ben geen coach van Ed, dat is een te groot woord", zegt Zoutendijk bescheiden, „maar het is wel zo dat Ed vaak behoefte heeft tegen ie mand aan te praten die hij kan vertrouwen, iemand die niet direct van hem afhankelijk is en die toch het politieke vak en de politieke problemen kent. Nou, er zijn niet zoveel mensen die aan die voorwaar den voldoen. Ik vind het dus voor de hand liggen dat ik hem een beetje help". Is hij tevreden over de ver richtingen van Nijpels of valt er aan diens manier van poli tiek bedrijven nog het één en ander te verbeteren? „Wat Ed méér moet leren", klinkt het bedachtzaam, „is minder spon taan reageren op zaken die po litieke consequenties kunnen hebben. Maar verder vind ik dat hij het er bepaald nie% slecht vanaf brengt. U moet goed bedenken dat veel moei lijkheden die hij de afgelopen periode heeft ondervonden bij zonder zwaar zijn geweest. Neem bijvoorbeeld de RSV- kwestie. Ik denk dat nog nooit eerder een VVD-fractieleider in de Tweede Kamer iets van een dergelijke zwaarte heeft meegemaakt. En bovendien is een aantal problemen geheel buiten Ed om ontstaan. De ru zie over de spreiding van de PTT tussen Vonhoff en Smit- Kroes kun je bijvoorbeeld Ed ?t>£ eitte, niet aanrekenen, net zoi hem de uitlatingen vanf over de Anne FrankstiL kunt verwijten. Wat dej met het CDA over die aiL toeslag in de tweeverdii wet betreft vind ik dat. Ed als De Vries schuld den. Ed had heus wel enjll' denen om boos te worM^ het CDA en te zeggen zich bedrogen voelde. Mi het is aan de kiezers niet1 leggen hè, als je ruzie |T"| om een dubbeltje per da- de jonge kiezers is raakt. Hij heeft nog stee enorme aantrekkingskra jongeren, dat merk ik t waar ik met hem kon.TH moet alleen erg veel aa«Ln aan het zuiden blijven den, want daar bestaat d< [IC0^ dat veel kiezers die juist iste: zij Ed Nijpels in 1982 v; an CDA naar de VVD ove 00r ten, weer terug zullen .1^, naar het CDA. Het is ge< ringe opgave om die kiezf3 behouden, want wij n/ensi opboksen tegen een heèlfolg Lubbers-effect. Wat in Verc geval vóór alles nodig resic rust in de WD-geledereiLf jeblieft geen zware incid'.. meer. Dan klimt de VVD^J e' wel weer omhoog". nan, chot DICK VAN RIETSCHQioei RIK IN T rfree Foto: MILAN KON VA Lie r Jóor AA wan ,.,orL- Ha fraotip ppn stuk .mm,. hii die baan had geaccepteerd, hoe de PvdA zich opstek Hans van Mierlo: Straks be schikbaar als lijsttrekker?... DEN HAAG D'66-fractie- leider Maarten Engwirda zegt eerst geen zin te hebben weer een hoofdstuk toe te voegen éan de discussie rond het lijst - trekerschap. Maar aan het eind van het gesprek verzucht hij dat er toch weer een uur over gepraat is. Het gaat sinds kort weer wat beter met de Democraten. Vol gens de laatste opiniepeiling staat de partij op vijf zetels. Een winst van drie ten opzich te van de enquêteresultaten van de laatste 2'/2 jaar. De stijgende trend in de pei lingen is begonnen nadat de vroegere leider van de partij. Hans van Mierlo. de achterban begin januari tijdens een bij eenkomst van D'66'ers in Arn hem een hart onder de riem stak. Van Mierlo liet daarbij weten dat de partij zich moet „herdefiniëren" door middel van een nieuwe politieke boodschap. Die boodschap zou senator Van Mierlo samen met zijn mede-fractieleden uit de Eerste Kamer gaan opstellen. Buitenstaanders vatten de toe spraak van Van Mierlo op als een nieuwe aanloop tot het lei derschap van D'66. Het zou al leen een kwestie van tijd zijn voordat Van Mierlo zijn ja woord zou geven. Deze ver wachting werd gevoed door uitlatingen van de betrokkene zelf waaruit kan worden ge concludeerd dat hij een her- SUSKE EN WISKE HET DREIGENDE DINGES -»** 4"V- YMei de hUnhtnlipptr 10 hel ipoor m heldmp leruf- hunnen kt Min op onu I vinden 1 in dit eitrhopit mjou q urf onitrriftn en ut meer dni tin dooier. hi mhe 'j Jifgg nieuwd lijsttrekkerschap van D'66 niet wil uitsluiten. De wederopstanding van Van Mierlo is mede veroorzaakt door een in D'66 woedende discussie over de positie van de huidige fractieleider in de Tweede Kamer, Maarten Eng wirda. Een harde werker, zeg gen de mensen, vol enthou siasme voor zijn partij, maar hij komt niet over, heeft geen „charisma". Luchtledige Was Engwirda's aanzien in 1984 al aangetast, met Van Mierlo terug op het tapijt lijkt zijn positie nog wankeler te zijn geworden. Zeker zolang Van Mierlo met zijn jawoord wacht. - Ziet Engwirda dat ook zo? „Of ik in het luchtledige hang? Nee. Dat is absoluut niet het geval", zegt hij stellig. - Maar u zult toch moeten toe geven dat een groot deel van de stijgende trend in de opi niepeilingen is toe te schrijven aan Van Mierlo en niet aan uw optreden? Droogjes: „Er is ongetwijfeld een verband met zijn optreden". - Bent u dan niet bang dat D'66 weer in elkaar zakt als Van Mierlo uiteindelijk toch niet beschikbaar blijkt voor het lijsttrekkerschap? „Ik denk het niet. De meeste kiezers geven niet graag hun stem aan een kleine partij. Als wij weer stijgen in de opinie peilingen is dat argument om niet op ons te stemmen ver dwenen. We worden weer een bedreiging voor andere partij en en daarmee zullen wij weer meer aandacht krijgen. Het wordt een sneeuwbal-effect waardoor wij uit het dal kun nen komen" „De fractie heeft 2Vb jaar ge vochten om het imago van een verliezende partij kwijt te ra ken. Als Van Mierlo daarbij een handje helpt wordt het werk van de fractie een stuk makkelijker. Zet die trend in de opiniepeilingen door, dan wordt onze positie beter en dan worden de kansen voor de fractie om onze punten voor het voetlicht te brengen beslist groter". „We hebben sinds 1982 heel wat plannen gepubliceerd, maar die zijn haast allemaal weggeveegd omdat er alom werd gezegd: „Ach, die club stelt toch niets meer voor". Als D'66 nu weer een bedreiging wordt, dan zal men ons weer wèl serieus nemen". - Maar als Van Mierlo geen lijsttrekker wil worden, staat u er weer voor met dezelfde fractie die in de laatste jaren niet in staat is geweest de par tij uit het politieke dal te ha len. „Nee, dat ligt dan toch anders. Ook als Van Mierlo afhaakt zal de partij er veel beter voor staan. Door zijn optreden is de eensgezindheid in D'66 weer terug. De leden hebben er weer zin in en willen keihard werken om de partij uit het slop te halen". Van Mierlo-effect Volgens Engwirda zal zijn par tij dit jaar zoveel mogelijk van het „Van Mierlo-effect" moe ten profiteren. De fractielei der: „Dat moet echt in 1985 ge beuren, want het is een onmo gelijke opgave om in een ver kiezingscampagne omhoog te komen van twee tot drie ze tels". Het risico dat D'66 door een eventueel afhaken van Van Mierlo uiteen zal spatten als een te hard opgeblazen zeepbel acht Engwirda niet aanwezig. „De partij is geen zeepbel. Ons kiezerspotentieel is groot. Dat wij lange tijd zo laag hebben gestaan in de opiniepeilingen werd veroorzaakt door een vi- Maarten Engwirda cieuze cirkel. Wij waren klein, kregen weinig aandacht en dus bleven we klein. Die cir kel moet doorbroken worden". - Als Van Mierlo geen lijst trekker wil worden, wilt u dan ook plaats maken voor een ander? Of wilt u alleen op zij stappen voor hèm, zoals u al eerder heeft gezegd? „Ik heb die houding nog steeds. Als Van Mierlo het niet doet ga ik niet voor een ander weg. De partij moet dan maar aangeven wie zij als lijsttrek ker wil. Ik ben dan in ieder geval beschikbaar als kandi daat. Overigens proef ik in de partij en ook daarbuiten dat het een goede zaak zou zijn als Van Mierlo de verkiezingskar voor ons zou trekken. Ik ga er ook van uit dathij het zal doen, hoewel ik weet dat hij niet staat te trappelen. Maar vanuit de partij wordt er grote druk op hem uitgeoefend. Dat speelt toch een belangrijke rol. Enfin, aan het eind van de zo mer zullen we het weten. Ui terlijk 30 augustus moet Van Mierlo-definitief ja of nee zeg gen". - Is de druk vanuit de partij ook de reden voor Van Mierlo geweest om een baan als secre taris-generaal van de West Eu ropese Unie af te wijzen „Het gevaar zat erin dat, als hij die baan had geaccepteerd, er verhalen zouden zijn rond gestrooid in de trant van: „Het was een prima.rede daar in Arnhem, maar zijn prioriteiten liggen kennelijk toch elders". En daarmee zou de stijgende trend voor D'66 worden afge broken. Ik vind dat Van Mier lo in het komende jaar hoe dan ook een belangrijke rol voor D'66 moet spelen, of hij nou lijsttrekker wordt of niet". Strategie - Welke strategie zou D'66 tij dens en na de verkiezingen met het oog op een mogelijke coalitievorming moeten vol gen? Aansturen op een links meerderheidskabinet? Engwir da schudt het hoofd en zegt: „De strategie beslist het con gres. We moeten afwachten hoe de kaarten na de verkie zingen liggen. Maar mijn me ning is. dat een krappe linkse meerderheid voor ons niet aantrekkelijk is. Dat lijkt leuk, maar verdoezelt de grote ver schillen tussen PvdA en D'66 en de nog grotere verschillen met PPR, PSP en CPN". „Een coalitie met CDA en PvdA of met VVD en PvdA ligt veel meer voor de hand. Ik zou er veel voor voelen eens een coalitie te vormen met de PvdA en de VVD, waardoor het CDA in de oppo sitie zit. Maar mijn animo om de VVD erbij te betrekken neemt niet erg toe gezien de ruzies in die partij, het gehan nes met Van Aardenne in de RSV-zaak, het sociaal-econo misch beleid dat de VVD voorstaat en de VVD-opvattin- gen over het veiligheidsbeleid. Kortom: ik ben vrij somber over de kansen op zo'n coali tie". - U wilt dus het liefst weer een coalitie van PvdA, CDA en D'66. net als het tweede kabi net-Van Agt? „We zullen moeten afwachten )s, hoe de PvdA zich opstelenc afgelopen jaren zijn ze opD73 aal-economisch terrein jemc stuk realistischer gewden, maar ik kan niet voorspnst of zich dat voortzet. Wdar. veiligheidsbeleid betreft e ui niet veel problemen mflis PvdA. Als eind dit jaaihot Kamermeerderheid zouken sluiten tot het plaatsenjtaki kruisraketten en als daampl een verdrag wordt geéiau met de Verenigde Statertars kun je dat verdrag in 198fe s zo maar in de prullenlstei gooien. Daarover zul je mfclin heronderhandelen. Dat lerl de PvdA ook, ondanks keiharde nee tegen de t sing". D'66 die Van Mierlo collega-senatoren aan heK ken zijn? „Het gaat daarbij om het; stellen van een aantal grol nen, waardoor het de kh- weer duidelijk wordt was staan. Die politieke boo<' zal niet op alle punten tailleerd ingaan. Er woi aangegeven waar wij het politieke spectrum den en wat onze doelste en prioriteiten zijn. Het een soort manifest, dat akj J gangspunt dient voor he(| j'|J kiezingsprgramma". J - Ja, maar papier is gedj Je hebt toch ook een lijsttrekker nodig? (e Engwirda antwoordt ieti zowel ja als nee kan betel|jj en vervolgt dan: „De t<e l ruc: „Een goede lijsttrekHarr de zaak is gepiept" werk|on Er is méér nodig. Los vfen vraag of ik de meest gesCel ben is de dicussie ronpai lijsttrekkerschap een fcnv van onzekerheid. En vaje s onzekerheid moeten we >ot ;e<£n t 11 bke CAREL GOS! El6'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 4