Johannes Paulus II
toonbeeld
van waarachtig
vaderschap"
r
Zenuwarts
dr. A. E. M. van der Does de Willebois:
h
kt
met de woorden: „Ik ben de hemel
en jij bent de aarde". Daarmee
geeft hij te kennen dat hij zichzelf
en zijn bruid nadrukkelijk ingebed
ziet in de Schepping zelf. Een
schepping namelijk die wordt erva
ren als het produkt van twee te
gengestelde polen (God-Hemel en
Moeder-Aarde) die op elkaar in
werken. De man is opgenomen in,
en tegelijkertijd een herhaling van,
de „plus-pool' van God-Hemel. De
vrouw is het verlengde van de
,,min-pool" van Moeder-Aarde.
Door met elkaar te trouwen en zich
sexueel te verenigen herhalen
bruid en bruidegom in het klein
wat ooit in het groot het Schep-
pingsgebeuren is geweest. In de
ogen van het kind zijn vader en
moeder in deze belevingswereld
dan ook méér dan gewoon maar pa
en ma: ze verwijzen rechtstreeks
naar de bovennatuurlijke dimensie
van het bestaan.
„Afwijzing van
vaderlijk gezag
en ontkenning
vanGod komen
voort uit één
grondhouding"
Van der Does: „Deze polariteit tus
sen man en vrouw, tussen vader en
moeder, tussen hemel en aarde is
een universeel gegeven. In alle ons
bekende culturen vind je haar te
rug. En overal zie je dat de man
verbonden is met. symbool is van:
de hemel, de geest, het ordenend
principe, het worden. De vrouw
staat voor de aarde, de natuur, het
zijn. In de christelijke openbaring
vind je deze symboliek terug in het
scheppingsverhaal van Gods geest
(het mannelijk element) die over
de (vrouwelijke) wateren zweeft,
als een bevruchtend gebeuren.
Vervolgens in de geschiedenis van
Maria wanneer de engel haar aan
kondigt: „De heilige Geest zal over
u komen en de kracht van de Al
lerhoogste zal U overschaduwen".
En verder in de bruidsmystiek die
ons de eenheid tussen Jahweh-God
en het Volk van Israël voorstelt
onder het beeld van bruidegom en
bruid. Zoals we ook Christus
Woord, het Ordenend Principe van
de Vader kennen als de bruide
gom en de Kerk als zijn bruid".
Waarmee we via de Upanishads
weer terug zijn bij de paus. De
plaatsvervanger van Christus op
aarde en de Heilige Vader die mil
joenen mensen, van Caracas tot
Zuid-Limburg in hem zoeken.
Alexander van der Does: „Onze tijd
is het zicht kwijtgeraakt op de hië-
rarchisch-religieuze structuur
waarin we als mens geplaatst zijn,
maar wezenlijk blijven we er toch
naar zoeken. Diep van binnen
draagt iedereen een vaderbeeld in
zich. Een beeld van een man die
bekleed is met persoonlijke autori
teit én die je de weg wijst in het le-
tholiek noemen. Enthousiast pleit
bezorger van de lijn Simonis-Gijsen
is hij mede-oprichter van het Ne
derlands Artsenverbond en het Ka
tholiek Nieuwsblad. Vorig jaar liet
hij onder de titel „Het Vaderloze
Tijdperk" een boek verschijnen
waarin hij op een buitengewoon
boeiende wijze verband legt tussen
het teloorgaan van de godsdienst in
onze samenleving en het vervagen,
soms vrijwel verdwijnen van het
vaderbeeld.
Poppenkast
Godsdienst en vaderschap In de
beleving van moderne mensen die
alle „kerkelijke poppenkast" aan
hun laars lappen, zijn die fenome
nen mijlenver uiteen komen te lig
gen. Wat hebben ze met elkaar te
maken? „De erkenning van autori-
„Diep van
binnen
verlangen
we allemaal
naar een
echte vader"
teit", zegt Van der Does onder het
fotografisch toeziend oog van Jo
hannes Paulus II. „Anders gezegd:
de erkenning dat de kosmos niet
een toevallige samenloop van om
standigheden is, maar een Schep
ping. Een heilige ordening, die
door een Schepper is gewild: zó en
niet anders. Een hiërarchie".
En hij vervolgt: „Aanvaard je die
hiërarchie, dan zul je bereid zijn je
daarnaar te voegen en het gezag
dat over jou gesteld is te eerbiedi
gen. Zowel het hemelse gezag: de
Vader met een hoofdletter als
het aardse: de vader met een kleine
letter. Verwerp je daarentegen het
ijizicht van een heilige ordening en
beschouw je jezelf als het produkt
van een toeval, dan zijn er geen
wetten waarnaar je je te voegen
hebt. Dan vervalt zowel het uitein
delijk gezag van een hemelse Va
der als het aardse gezag van de va-
der-met-een-kleine-letter".
Gezag is in onze cultuur een grieze
lig woord geworden. Wie iemand
voor gezag hoort pleiten, denkt
makkelijk aan een autoritair baasje
dat star vasthoudt aan het bestaan
de omdat alles wat nieuw is hem
angst inboezemt. Van der Does lijkt
uit ander hout gesneden. Hij for
muleert aarzelend, tastend. Te pas
en te onpas vlecht hij een relative
ring in zijn uitspraken. Ook wat
hem in wezen heilig is, zwakt hij af
met het bijvoeglijk naamwoord
„aardig". Zo heeft hij het over „het
aardige van de eucharistie. en
blijft de Rooms-Katholieke Kerk
voor hem „een aardig instituut".
Een aardige man, kortom, die het
wantrouwen jegens vader en auto
riteit niet alleen begrijpelijk maar
tot op zekere hoogte ook terecht
vindt. Gezagsdragers hebben zó
vaak misbruik gemaakt van het ge
zag waarmee ze in Van der
Does' optiek „van nature" zijn
bekleed. „Alleen", zegt hij met een
variatie op het Nederlandse gezeg
de, „moet je met het badwater niet
ook de vader weggooien. En dat is
wat zich irt onze cultuur heeft vol
trokken".
Het begin van het huidige „Vader
loze Tijdperk" situeert Van der
Does aan het eind van de 18e eeuw.
Duizenden jaren lang, zo schetst hij
in zijn boek, had onze beschaving
zich bewogen in een traditie die
wortelde in de erkenning van de
hiërarchische structuur van de kos
mos. Hemelse en aardse autoriteit
waren een vanzelfsprekendheid ge
weest waaraan niemand tornde.
Maar aan het einde van de 18e
eeuw, aldus een citaat uit zijn boek,
„vallen de democratische en de in
dustriële revolutie samen met wat
de demografische revolutie wordt
genoemd, een explosieve groei van
de bevolking die tijdelijk een over
matig aantal jongeren veroorzaak
te. Hierop volgt dan een grote soci
ale en geografisch beweeglijkheid;
een sterke toename van de verste
delijking; een verlies van traditio
nele waarden; en tenslotte een
geest van vooruitgang en competi
tie die de tijdgenoten het gevoel gaf
beter en sterker te zijn dan alle
voorafgaande geslachten. De idee
ën achter deze opstand der vrije zo
nen werden aanvankelijk gevoed
vanuit stromingen als de Verlich
ting, de Romantiek en het Darwi
nisme. In het algemeen was de tijd
begeesterd van nieuwe en onge
kende mogelijkheden, van een niet
te stuiten vooruitgang en van de
vrijheid- van de autonome mens".
„Op het moment van de verove
ring van de Bastille lanceerde de
dichter William Blake, uit naam
van de Romantiek, zijn uitdaging
van het vaderschap aan het adres
van de Goddelijke Vader, in het
ene vernietigende woord: Nobodad-
dy (Niemandsvader). De God van
de katholieke koningen, patroon
van het Ancien Régime, eindelijk
omvergeworpen na 6000 jaar van
„demonisch patriarchaat", deze
God was niemand en de vader van
niemand".
„De man is
geschapen
om leiding
te geven.
De vrouw om
te koesteren"
„Zo rekende ook het sociale Darwi
nisme af met de idee van een
scheppende God, en liet daardoor
het mensdom vaderloos achter in
een willekeurig universum".
Dezelfde grondhouding
In zijn studeerkamer licht de au
teur toe: „Als je die periode van
eind achttiende, begin negentiende
eeuw bestudeert, zie je dus dat de
verwerping van het wereldlijk en
van het hemelse gezag hand in
hand gaan. Het afwijzen van het
vaderlijk gezag, het onttronen van
de koning en het ontkennen van
God, komen voort uit één en de
zelfde grondhouding: de verwer-
ZATERDAG 16 FEBRUARI lr
ping van het inzicht dat de mens
geplaatst is in een hiërarchische or
dening en daarmee de afwijzing
van autoriteiten boven hem".
De achttiende eeuwse aanval op de
hiërarchisch-religieuze wereldbe
schouwing was een eerste storm
loop, die slechts door een kleine
groep in de samenleving gedragen
werd. Maar het bracht processen op
gang van democratisering en
emancipatie waarbij uiteindelijk ie
dereen betrokken raakte en die de
vaderloze, ongodsdienstige cultuur
voortbrachtten zoals we die sinds
de jaren zestig van deze eeuw ken
nen. Veel van de democratische
verworvenheden beoordeelt Van
dér Does positief: „De democratise
ring heeft ons van nogal wat pater
nalistische ballast en eigendunk be
vrijd. Maar waar we mét de ballast
ook de pater, de vader zelf, hebben
verworpen, daar zijn we ons doel
voorbijgeschoten. Daar zijn we het
zicht kwijtgeraakt op de hiërar
chisch-religieuze structuur waarin
we leven. De tol die we daarvoor
betalen is de vervreemding die zich
alom manifesteert. Want met het
verdwijnen van het zicht erop, is
de ordening zelf natuurlijk nog niet
verdwenen".
Maar waarom juist de vader dan als
spil in deze ordening wordt gezien?
Van der Does: „Alle legenden over
matriarchale culturen ten spijt,
heeft er in de hele geschiedenis of
pre-historie niet een enkel volk of
stamverband bestaan waar vrou
wen het voor het zeggen hadden.
Ook als er in een bepaalde samen
leving een vrouwelijk staatshoofd
is, dan wordt de overgrote meer
derheid van de leidinggevende po
sities door mannen bekleed. Je
kunt dat alleen verklaren door te
accepteren dat de man van nature
is bestemd om leiding te geven. De
man is geschapen als een bij uitstek
verstandelijk wezen dat orde aan
brengt in de chaos en gezag uitoe
fent. De vrouw is vooral emotio
neel sterk ontwikkeld en toegerust
voor bescherming, verzorging,
koestering. Vertegenwoordigsters
van de radicale vleugels binnen het
feminisme willen ons anders doen
feloven, maar naar mijn mening
unnen ze daarvoor geen enkel za
kelijk argument aanvoeren. Wat
natuurlijk niet wegneemt dat de
vrouw gelijkwaardig is aan de man.
Daarin hebben de feministes het
grootste gelijk van de wereld. Maar
die gelijkwaardigheid gaat gepaard
met een polariteit waarbij de man
staat voor het ordenende, structu-
rende principe in de schepping.
Vandaar ook dat de hoogste Orde
naar, de Schepper, altijd als man
nelijk is aangeduid".
Hemel en aarde
Een snel uitstapje naar de Indische
Upanishad-litteratuur (achtste
eeuw voor Chr.) kan dit laatste ge
geven, de parallel dus tussen de va-
der-met-een-kleine-letter en de
Vader-met-een-hoofdletter, met
een voorbeeld illustreren. Wanneer
in deze geschriften de bruidegom
de bruid ómhelst, dan doet hij dat
Ontzettend aardig
p
Zijn hartelijke lach onderb
het gesprek. Dan gaat Van
Does verder: „Maar ik vind h»
juist zo ontzettend aardig dat 1
wereld afreist. Hij geeft dag
inhoud aan de persoonlijke
van het vaderschap. Vorige pi
zijn als mens vrij onbekend g-
ven en ontleenden hun autö
uitsluitend aan hun positie. Vd
hannes Paulus tref je in de
foto's aan waarop hij skiënd dl
lomieten afglijdt. Hij laat ziej
hij is en geeft daarmee de
gelegenheid hem niet alleen
oordelen op grond van zijn pt
maar ook op grond van ziji
soonlijkheid. Ik denk dat di
soonlijke invulling van het
schap in deze tijd essentieel is
een vader of welke
dan ook wordt tegenwooi
recht geëist dat hij zijn
waarmaakt door zijn perse*
gedrag. Welnu, dat ziet de;
kennelijk heel goed in
brengt hij ook in praktijk".
Johannes Paulus benadruk)
dienstbaar karakter van zijn
„Zeker. En als je hem goed b
tert, merk je ook dat hij nie
beert te overtuigen door zie
zijn ambt te beroepen. Deze
houdt ook geen hel-en-verdl
nis-preken. Hij wijkt geen mij
ter af van de leer van de I
maar hij geeft voortdurend i
van het waarom van die lee
houdt ons de Kerk voor, b
ons bij de Kerk en daarmee
bedoeling die God met ons j
heeft. Je bent als mens telkei
neigd te denken dat je je leve
moet maken. De paus wijst
voortdurend op dat je door G<
doeld bent, dat God een bedt
heeft met ieder van ons. En
niet alleen staat, maar dee
maakt van de Gemeenscha)
Heiligen die in de Kerk zijn j
te krijgt. Die boodschap zoek
mensen, is mijn overtuiging,
is de taak van de Heilige Vat)
boodschap te brengen".
WILLEM SC
„Op mijn beurt zeg Ik u:", zo richt Jezus zich in het
Mattheus-evangelie tot de visser Simon Bar Jona, „Gij
zijt Petrus; en op deze steenrots zal Ik mijn kerk bou
wen en de poorten der hel zullen haar niet overweldi
gen". Van 11 tot 15 mei brengt Petrus' opvolger Jo
hannes Paulus II een bezoek aan Nederland. Bisschop
van Rome en gezagvol voorzitter van het bisschop
pencollege, is het volgens de rooms-katholieke leer
zijn speciale taak de Kerk bijeen te houden; haar te
bewaren in eenheid van belijden en leven. Hij is ook
de eerste bestuurder en leraar van de Kerk en aan
hem komt het recht toe nieuwe bisschoppen te benoe-
UTRECHT Zo'n anderhalf
miljoen mensen vierden op
zondag 27 januari in Caracas
de eucharistie mee waarin
paus Johannes Paulus II voor
ging en die het begin mar
keerde van zijn jongste reis
naar Zuid-Amerika. Ander
half miljoen! In een land
waarvan de in totaal 16 mil
joen inwoners weliswaar op
papier rooms-katholiek zijn,
maar waar niet meer dan één
op de twintig katholieken als
praktizerend wordt be
schouwd. De viering in Cara
cas was een uitschieter, maar
een menigte van een paar
honderdduizend mensen tij
dens een pausbezoek is heel
gewoon. Aan de pauselijke eu
charistieviering in Quebec, op
9 september van het vorig
jaar, werd deelgenomen door
300.000 mensen. Voor de paus
mis op 14 mei in ons eigen
Limburg wordt gerekend op
zo'n 100.000 belangstellenden.
Wat beweegt al die mensen om
vele uren of zelfs dagen van tevo
ren hun huis, haard en tv-toestel te
verlaten en een man te gaan zien
die geen politieke beloften doet,
geen fraaie liederen zingt en ook
overigens geen enkele verstrooiing
te bieden heeft? Een man daarente
gen die onophoudelijk hamert op
een stelsel van leefregels (vóór hu-
yvelijk en gezin, tegen abortus en
euthanasie) dat blijkens opinie-on
derzoeken hopeloos verouderd
wordt geacht. Wat zoeken die
naamloze miljoenen in de nabijheid
van de bisschop van Rome?
„Vaderschap" is de overtuiging van
de Utrechtse zenuwarts jhr. dr.
A. E. M. van der Does de Willebois.
„We leven in een tijd die ogen
schijnlijk weinig op heeft met het
vaderschap. De vader als hoofd van
het gezin is van zijn voetstuk gesto
ten. De vader als stem van de tra
ditie is verstomd. En hoeveel men
sen bidden er nog tot God de Vader
in de hemel? Maar toch in
tweeduizend jaar christelijke be
schaving, in zesduizend jaar wes
terse beschaving is het vader-beeld
ons zo eigen geworden, is het ons
zozeer in het bloed gaan zitten, dat
we er ten diepste toch niet buiten
kunnen. Diepere lagen van ons be
wustzijn, zou je kunnen zeggen,
hunkeren naar een waarachtige
vader, in de volle gestalte die dat
begrip van oudsher heeft. Welnu,
die miljoenen mensen die overal
ter wereld naar hem worden toege-
zogen, en die misschien nauwelijks
nog naar de kerk gaan, zoeken in
de paus de Heilige Vader. Aan een
wereld die wanhopig probeert va
derloos door het leven te gaan,
toont dc Rooms-Katholieke Kerk
een beeld van echt en oorspronke
lijk vaderschap. Dat trekt".
Alexander van der Does de Wille
bois (56), vader van zeven kinde
ren, is verbonden aan het St. Anto-
niusziekenhuis in Nieuwegein bij
Utrecht. Je mag hem orthr tax-ka-
»n ir
[eme
iach
>ark
frijgi
)este
pat i
tan
ai w *et 1
Alexander
der Does of, j
Willebois:
„Vorige >akk
pausen wee st«
verweten (Lore
ze niet uit later
ivoren tort u
kwamen.
Johannes?onc
Paulus zotnet
de menseneefi
en nu luidde w<
kritiek: 'e
waarom br r
hij niet ge£e!2
in Rome .3e
/erb
ven. Een man die je houvast ;Ik 1
in die eindeloze uitgestrekter
van ruimte en tijd waarin
mens jezelf aantreft. Zo'n mar
vader is de paus. Als plaatsbekj
Van Christus verwijst zijn gel
naar de absolute, goddelijke
van je bestaan. Als stem van c*
ditie brengt hij jouw leven in|
band met het leven van
voorgaande generaties. Zo
paus het vaderlijk baken bij ufl
in deze wereld".
Juist de huidige paus vervult)
functie uitmuntend, vindt Var.
Does. „Je hoort nu wel kritiq
het feit dat Johannes Paulus z
reist. Die kritiek is daarom
vreemd omdat zijn voorgangei
niet op reis gingen altijd werd'
weten dat ze maar in hun ii)
toren in het Vaticaan bleven zi
Ingekapseld in dat geheimz»
Roomse gezagsapparaat, weri
dan gezegd. Deze paus stapt
zijn voetstuk af, zoekt de mt
op en nu wordt hem verwetel
hij niet in Rome blijft
men. In een reeks van drie artikelen over de positie
van de paus en de invulling van het pausschap door
Johannes Paulus II kwamen eerder aan het woord de
progressief-katholieke godsdienstsocioloog dr. Walter
Goddijn en de voorzitter van de Gereformeerde Syno
de dr. H. J. Kouwenhoven. Vandaag de orthodox-ka
tholieke zenuwarts dr. A. E. M. van der Does de Wil
lebois: „Van een vader wordt tegenwoordig terecht
geëist dat hij zijn positie waarmaakt door zijn persoon
lijk gedrag. Welnu, dat ziet deze paus kennelijk heel
goed in".
In Caracas
vierden eind
vorige maand
z'n anderhalf
miljoen
mensen de
eucharistie
mee, waarin
paus Johannes
Paulus II
voorging.