Profvoetbal in Amerika op sterven na dood „KERKHOF VAN OLIFANTEN" (NASL) TELT NOG SLECHTS VIER CLUBS Ichaatsbond eindelijk in rimpelloos vaarwater Imiteren T ZATERDAG 9 FEBRUARI 1985 YORK „De North American Soccer League heeft voor het [ïende seizoen nog maar vier clubs overgehouden. In 1980 waren er nog 24". Dit bericht verscheen onlangs op alle telexen. Een bericht, dat echter een groot drama verhult. Namelijk het falen het beroepsvoetbal in Noord-Amerika. Ondanks het feit dat een nens aantal Amerikanen zich de laatste jaren op de voetbalsport geworpen volgens de laatste schattingen zijn er in de VS jen de acht en negen miljoen actieve voetballers komt de bo- ouw maar niet van de grond. Waarom kan deze slapende reus yoetbalgebied maar niet tot ontwaken worden gebracht? was op een mooie dag in au- us 1977. Liefst 77.691 toeschou- s bevolkten de tribunes van het iwe Giants-stadion in het voor- ige moerasgebied Meadowsland. =gen aan de rechteroever van ivier de Hudson is dit de thuis- k van de New York Cosmos, !s de verhuizing naar de nieuwe jeving simpelweg „Cosmos" ge- md, omdat het stadion in de t New Jersey is gebouwd. Het een play-offwedstrijd met als instander Fort Lauderdale Stri- De Cosmos- en NASL-bazen en in de wolken. Voetbal werd lelijk serieus genomen in de VS de aanval op de traditionele erikaanse sporten als football honkbal kon worden ingezet. ïo 1985 is die droom definitief engespaL Het beroeps voetbal in ird-Amerika is even ver als i het begon. iwel de North American Soccer gue in 1968 met de competitie pn, had het niet de primeur van O jfvoetbal op het Noordameri- nse continent. In 1933 werd de American Soccer L«?ague ^^^ericht, maar clubnamen al:; Ne- •k Ukranians, German Hungari- Washington Brittanica, Ne- •k Portugese en New York ngaria toonden aan wat het pro em was. De autochtonen identi- terden zich niet met voetbal ar liet het over aan de immi- Jpten. De ASL probeerde in de eefn zeventig nog wel een graantje :e' rj? te pikken van het toenemende nste^ van de NASL, maar bleef end^ kwijnend bestaan leiden. Des- ,in Ijanks werd het leven gerekt tot v-f*' toen doek v'el over een f *4 die een spoor van failliete r<ps en schandalen achterliet, Jar toch van waarde was. Het ■me4de bijvoorbeeld arbiters op die vaa if latere NASL best kon gebruj- chtgl thoefte de jaren zestig ondergingen de "litionele Amerikaanse sporten >te uitbreidingen. Er kwamen meer football- en baseball- bij en er werden overal in het. fraaie stadions gebouwd. Dat itste was er mede de oorzaak van „soccer" voor de Amerikanen •essant begon te worden. Om exploiteren van een stadion 'elijk te maken, was meer pu it bittere noodzaak, onder ande- ioto de schulden te kunnen afbe- Meer huurders waren dus ;om. ;rote populariteit van het Euro- 'upvoetbal drong in die tijd ook tot Noord-Amerika. Omdat :bal volgens de Amerikanen goedkope sport was lage sa- 'cfi rissen en weinig kosten voor de t- trusting van de spelers voel- is n steeds meer miljonairs er voor in overtollige dollars in een voet en (Iclub te steken. Het wereldkam- sespenschap 1966 in Engeland, 3p larvan de finale ook door NBC- te^ werd uitgezonden, gaf tenslotte get definitieve stoot tot de oprich- van serieuze profliga, Vo#nt de ASL was feitelijk niet s ïer geweest dan een veredelde niprofliga. Amerikaanse voetbalbond, de 3. >SFA, leidde in die dagen een stig bestaan. Er was een bonds- ;au waar twee personen werk- maar in 1966 was het met die st gebeurd. Er meldden zich drie oepen zakenlieden die elk van an waren een profliga te begin- n en daarvoor bij de USSFA om ïstemming vroegen. Een groepe- ig die zich de United Soccer As- :iation (USA) ging noemen, eeg die toestemming, waardoor ienwerking met het internatio- voetbal mogelijk was. ?n twee andere groepen sloten zich ieen, maar werden niet erkend kwamen daardoor buiten de JefFA te staan. Deze laatste „wilde id" noemde zich de National fessional Soccer League IPSL). In de zomer van 1967 be toen het grote Amerikaanse rtbalavontuur. De NPSL con- icteerde zo ongeveer alles wat benen had en een bal in voor- richting kon trappen. De A deed het wat voorzichtiger en it eerst in 1967 een competitie rdjielen waarin twaalf buitenlandse diubs twaalf Amerikaanse steden Het grootste struikelblok was de onmogelijkheid oïn de televisie beelden te onderbreken voor recla meboodschappen. De NPSL loste dat in eerste instantie handig op door blessurebehandelingen als time-outs te benutten. Maar blessu res komen niet «altijd in grote regel maat voor, zodat werd gesjoemeld. Scheidsrechter Peter Rhodes be leende in de wedstrijd Toronto- I^ittsburgh elf keer voor overtre dingen te hebben gefloten die er niet waren, om de televisie gele genheid te geven reclame uit te zenden. Een speler die het niet he lemaal begreep, werd door de arbi ter tegen het gras gewerkt. Moewei er aanvankelijk hoopvolle tiekenen waren, liet het publiek het a.l snel afweten. Zo snel, dat werd Injsloten tot een fusie voor 1968. Van de oorspronkelijke 22 clubs Weven er zeventien over, die in 1968 aan het eerste seizoen van de Nforth American Soccer League be gonnen. Ferenc Puskas werd inge- haiurd om Vancouver Royals te coachen en er kwam een nieuwe sptflvlersgolf uit Europa over, ook N-ederlanders zoals Bertus Hooger- man, Co Prins, Henk Liotart, Chris Ba-chofner, Alfons Stoffels, en Ger Lagendijk. Het spelpeil was door de bamk genomen niet slecht. Volgens veben werd pas tien jaar later op- nie-.uw dezelfde kwaliteit in de NA..SL bereikt. Buitensporig hoge salarissen, hoge stadionhuur en on voldoende publiek zorgden ervoor dat -de meeste eigenaren er spoedig de b*uik van vol hadden. In de win ter van 1968 was de NASL prak tisch gesproken dood. Twee Engelsen zorgden er voor dat de N ASL toch bleef leven. Phil Woosinam, als speler-trainer bij At lanta begonnen, werd overgehaald om technisch-directeur van de NASM te worden. Hij kreeg een „kantoor" in een kleedkamer van het stadion in Atlanta. Clive Toye, een voormalig Engels journalist, werd tot een soort secretaris ge bombardeerd. Dit duo, met steun van de- schatrijke eigenaar van Dal las Tornado, Lamar Hunt, slaagde er in vijf clubs te bewegen in 1969 a^n de competitie deel te nemen en worden nog steeds zo'n beetje als de „vaders" van de NASL be schouwd. De NASL groeide weer en in 1975 en 1976 werd het aantal van twintig clubs gehaald. Dit zak te in het daarop volgende jaar even terug tot achttien, maar in 1978 volgde een expansie tot 24 clubs, wat tevens het begin van de onder gang inluidde. Zakelijk Beroepssport is in Noord-Amerika een strikt zakelijke bezigheid. Wie veel geld heeft, kan een club, zelfs een liga, oprichten. In typisch Amerikaanse sporten als football en baseball is het op poten zetten van een club geen probleem, omdat in eigen land voldoende technische kennis voorhanden is. In de voet ballerij was dat wel even anders. De kennis moest van overzee ko men. Howard Samuels, de in 1984 overleden voormalige president van de NASL met de bijnaam „Ho- wie the Horse", zei ooit: „De eige naren wisten absoluut niets van voetbal. Iedereen kon moeiteloos voor de gek worden gehouden. Ik realiseerde me ook pas laat dat er in Polen 100.000 internationals moeten zijn geweest. Zoveel Polen claimden tenminste dat te zijn". Lee Stern, eigenaar van Chicago Sting: „We hebben handenvol geld weggesmeten om clubs als topploe- gen aan te prijzen die het in de ver ste verte niet waren. En dat voor dat toeschouwersaantallen en re cettes de juistheid van dergelijke uitgaven bewezen". Omdat de Verenigde Staten en Ca nada veel grote steden hebben, lie ten de eigenaren volgens goed Amerikaans gebruik de club ver huizen als voetbal in een bepaalde stad niet aansloeg. In Philadelphia werd in 1973 de Atoms opgericht. Tot verbazing van iedereen werd de club in het eerste jaar kampioen van de NASL. In 1976 hield de ploeg desondanks op te bestaan. In 1977 werd de licentie overgenomen door een groep van twintig perso nen. Daaronder bevonden zich be kende muzikanten als Mick Jagger, Paul Simon en Pheter Frampton. De club heette nu „Philadelphia Fury", maar werd in 1981 opge kocht door de Canadese bierbrou werij Molson. Voortaan ging de club als „Le Manie de Montreal" door het leven. In 1983 viel het doek over de club. Een teruggang van 23.704 toeschouwers per wed strijd in 1981 naar 7.000 in 1983 en tegenwerking om er een Team Ca nada van te maken, deed Molson na drie seizoenen en het verlies van tien miljoen dollar besluiten te stoppen. Joe Robbie Joe Robbie is een schatrijke advo caat van Libanese afkomst, die zijn domicilie in Florida heeft. Heel Amerika kent hem als eigenaar van de footballclub Miami Dol phins, een van de succesvolste clubs in de National Football Lea gue. In 1973 kocht hij een voetbal club op, voornamelijk om echtge note Elisabeth een plezier te doen: zij werd presidente van de club. Robbie nam Miami Gatos over, dat voor 1970 in de semiprofliga ASL had gespeeld onder de naam Was hington Darts, vervolgens twee sei zoenen in de NASL onder die naam, waarna het naar het zonnige zuiden werd verkocht. De bijnaam werd onder het bewind van de fa milie Robbie veranderd in Miami Toros en de club functioneerde tot 1976 onder die naam. In 1977 werd Fort Lauderdale, iets. ten noorden van Miami gelegen, de thuisbasis en de bijnaam werd gewijzigd in „Strikers". De club, met onder meer Jan van Beveren, John Pot en Thomas Rongen als werkne mers, maar ook Gerd Müller, Bernd Hölzenbein, Brian Kidd, Ray Hudson en Teofilo Cubillas, werd het vorig jaar overgeheveld naar Minneapolis, waar het nu als Min nesota Strikers speelt. Zeven jaar Fort Lauderdale zou volgens de clubleiding twaalf miljoen dollar verlies hebben opgeleverd. Dat is overigens minder erg dan het lijkt, want de verliezen zijn aftrekbaar voor de belasting. Minnesota In Minnesota nemen de Strikers nu de plaats in die eens door de Min nesota Kicks werd ingenomen. De Kicks was in de tweede helft van de jaren zeventig de succesvolste organisatie na de Cosmos. In 1975 door een consortium van levens middelenhandelaren uit Minneapo lis gekocht voordien speelde het twee seizoenen onder de naam Denver Dynamos trok het in 1977 meer dan 32.000 toeschouwers per wedstrijd. In 1980 nam een groep Britten onder aanvoering van Ralph Sweet, toen en nu nog vice-voorzitter van de Engelse tweede-divisieclub Notts County, de club over en hielp hem binnen achttien maanden de vernieling in. In 1981 maakte een simpel tele foontje vanuit Engeland een einde aan een club die er als een van de weinige in de NASL in was ge slaagd winst te maken. Blunders De geschiedenis van de NASL staat vol blunders, miskopen en dromen die bedrog waren. Het voortdurend overhoop halen van de spelregels maakte het voor het toch al met weinig kennis uitgeruste publiek niet gemakkelijk. Het gigantische televisiecontract waarop was ge hoopt en zonder welk in Amerika geen enkele profsport kan overle ven. bleef een illusie. Het willen imiteren van de Cosmos, dat met Pelé een geweldige attractie in huis had gehaald, kostte zakken vol geld. Jack Daley, ooit voorzitter van San Diego Sockers, zei verleden jaar: „Het was mode om Cosmos na te doen. Iedereen was op zoek naar een tweede Pelé. Ze stroopten de hele wereld af, waardoor de prijzen enorm stegen". De uitbreiding van achttien naar 24 ploegen in 1978 was wellicht de grootste flater. Toen de aantrek kingskracht van het momenteel zijn ondergang tegemoet gaande Cosmos zonder Pelé en Becken- bauer Johan Cruyff oefende in zijn twee Amerikaanse jaren aan merkelijk minder zuigkracht uit wast uitgewoed, gingen de toeschou wersgemiddelden razendsnel naar beneden. Het aantal clubs vermin derde daardoor in snel tempo. In 1982 waren er nog veertien, in 1984 nog negen en het komende seizoen waarschijnlijk nog vier: Cosmos, Toronto. Minnesota en Tulas. Een „kerkhof van olifanten" is de NASL ooit spottend genoemd. Het mag waar zijn. de hoop voor voet ballend Amerika ligt wellicht opge sloten in een ander gezegde: „NASL mag sterven, het voetbal blijft". DIRK VAN DER KAAP DEN HAAG Met nog slechts «de toekenning van drie startbetA'ijzen voor de strijd om het wereldkampioenschap sprint voor de boeg, heeft de selectie voor de internationale schaatstoernooien dit seizoen een nagunoeg rimpelloos ver loop gek.end. Dat is opmerke-, lijk, warit de KNSB geniet de reputatie- 's lands relgevoelig- ste sportorganisatie te zijn. Nog pas een jaar geleden vlo gen bon< üstrainers elkaar tij dens de Olympische Spelen in de haren. In de weken vooraf gaande aan Sarajevo werden selectie-afspraken voortdu rend gewijzigd. Schaatsenrij ders en trainers wisten niet waar zij aan toe waren. Op een enkel strovuurtje na. wordt de schaatsbond in het na-olympi- sche jaar gekenmerkt dóór rust. De KNSB-organisatie, voor zover het hardrijden betreft, is na de Spelen op de helling gezet. Dat was bittere noodzaak omdat het aanzien van de bond in zowel nationaal als inter nationaal opzicht ernstig was aan- fetast. „De relaties met NOC, ISU, NS en noem maar op waren goed zoek", zegt Dick van Zanten, de vi ce-voorzitter van de KNSB en aan voerder van een nieuw fenomeen binnen de bond, de begeleidings commissie kernploegen (BCK). Naar eigen zeggen is Van Zanten het eerste ex-kernploeglid dat het tot een functie in het dagelijks be stuur heeft geschopt. Op grond van zijn in het begin van de iaren zestig verworven ervaring is de Gelderse notaris op zijn vooraanstaande post als selectiebaas terechtgekomen. De ervaring van Sarajevp hebben Van Zanten en de in april vorig jaar aangetreden voorzitter David Meijer geleerd dat veel zaken an ders moeten. „Als het hardrijden misgaat, is alles verkeerd. Wij kun nen een uitstekende directeur be noemen. prachtige relaties met het NOC opbouwen, goede relaties met de gewesten hebben, maar als de trainers liggen te rollebollen over het ijs kun je niet zeggen dat het in de KNSB wel allemaal meevalt", aldus Van Zanten. Ploeggebonden „Uitgangspunt is dat de trainers niets over eikaars kernploeg te zeg- zijn. Voor de dokter geldt dat niet, omdat de financiële ruimte voor twee artsen ontbreekt Trai ners moeten zich uitsluitend met hun eigenlijke taakbezighouden. Vorig jaar kwamen er vier maan den na het seizoen nog allerlei ho telrekeningen binnen. Je moet die trainers niet met extra taken belas ten". De begeleidingscommissie kern ploegen, een driemanschap waarin naast Van Zanten, Simon Smit en Jan Charisius zitting hebben, heeft de eindverantwoordelijkheid voor de samenstelling van de Neder landse schaatsploegen voor de grote toernooien. Ook is de BCK verant woordelijk voor de in de vader landse schaatsgeschiedenis unieke actie om kernploegrijders op grond van prestaties naar de gewestelijke selectie te verwijzen. Henk Groen en Ingrid Haringa ondergingen dit lot. Van Zanten: ..Het initiatief daartoe kwam steeds van de trai ner. De coach moet enorm veel aandacht besteden aan een rijder of rijdster voor wie de sprong naar de kernploeg te groot is. Het lidmaat schap van de kernploeg kost geld, en dat zal er altijd te kort zijn. Van Slagvaardiger In tegenstelling tot de vroegere landelijke technische commissie, die ooit een beslissende stem in de selectie had en veelal uren lang in conclaaf ging, is het optreden van de BCK slagvaardiger. Van Zanten: „We volgen de letter van de wet Net als in mijn vak. Pas als de let ter niet duidelijk is moet je naar de bedoeling kijken. Die harde afspra ken zijn een uitvloeisel van de roep naar duidelijkheid Als ik de nor men verschuif, lever ik een wan prestatie ten opzichte van ande ren". Van Zanten acht het noodza kelijk ook in zijn functie enige con tinuïteit te handhaven, „vijftien jaar op deze post is met goed. maar de trainer en de rijder moeten ook niet elk jaar met een andere BCK te maken hobben". Leo Beenhakker is waarschijnlijk de eerste bondscoach die zichzelf heeft aangesteld. En aangezien hij daarmee nog geen plaats heeft verdiend in het Guinness Book of Records besteden we in deze ko lom maar een paar regels aan hem. Hoe is het allemaal in zijn werk gegaanEind vorig jaar maakte een aantal vaderlandse voetbal- oefenmeesters zich sterk voor het vertrek van Kees Rijvers, de ver antwoordelijke man. De initia tiefnemer en woordvoerder was u raadt het al Leo Beenhak ker. Leo vond Kees Rijvers niet meer zo geschikt voor zijn job. Maar slim als ie is liet Leo niet zijn ei gen naam vallen als mogelijke opvolger. Neen. zijn tijd zou nog wel komen. En bovendien had Leo net een prima post bezet in Volendam. Daar wilde hij even zoals hij zei in alle rust be komen van de Spaanse spannin gen die hij bij Real Zaragoza had doorstaan. En daar ligt meteen de link. Want wie werd toen de nieuwe bondscoach, de man voor wie Leo door het vuur wilde gaan? Juist, Rinus Michels. Ook een trainer die na alle bewogen beslomme ringen aan het front zo graag even de luwte had opgezocht. En vooruitlopend op alles wat nog komen kon al vast maar het Zeis ter bos had opgezocht. Het scenario klopte perfect. Hoe wel voorzitter Gerard Kerkum van Feyenoord even ten tonele verscheen. Die wilde als opvolger van de weggepeste Thijs Libregts (hallo bent u daar nog?) eerst Ri nus Michels naar de Kuip halen. En toen dat niet lukte werd Leo Beenhakker gepolst. Maar die mocht evenmin van zijn bazen. Zo bleven de namen van Leo Beenhakker en Rinus Michels met elkaar botsen. En je had er echt geen wichelroede voor nodig om te voorspellen wat er eerder deze week gebeurde: Leo werd de (interim)opvolger van Michels als bondscoach. Zoals Leo eerder Mi chels bij Ajax was opgevolgd. En Leo later in de voetsporen van Michels naar Spanje was getogen Hoewel daar de vergelijking even mank gaat lopen. Want Leo was in Spanje succesvoller dan zijn oudere collega. Maar omdat succes nooit eeuwig duurt (een ijzeren voetbalwet zou Rinus Michels hebben kun nen zeggen) keerde Leo op zijn schreden terug. Om tot ieders stomme verbazing neer te strij ken in Volendam. Maar nu is duidelijk geworden dat ook die keuze weloverwogen is gedaan. Want als er een club de mogelijkheid heeft om zijn trainer af te staan voor hel goede doel (lees: Oranje) is het Volen dam wel. Daar trainen de spelers nog als amateurs en houdt de oe- fenmeester zeeen van tijd over voor andere zaken. Zoals het lob byen over de coup tegen Rijvers of het runnen van het Neder lands elftal. Als Leo bij een Nederlandse top club had gezeten waren zijn kan sen om bondscoach te worden aanzienlijk kleiner geweest. Je wordt dan tenslotte wel erg gauw voor partijdig versleten. En de mogelijkheid dat een Volendam- mer Oranje haalt is net zo klein als de kans dat Michels nog te- lkeert bij het Nederlands elf- Er was trouwens nog een opval lend gegeven in de gebeurtenis sen rond Leo Beenhakker. Daar voor zorgde Ton Harmsen. Deze Amsterdamse zakenman bleek begin deze week opnieuw de ver persoonlijking van alles wat er aan opportunisme in de voetbal wereld voorhanden is. Want een paar jaar geleden toonde Harm sen zich een apert tegenstander van de man die hij nu binnen haalde. Leo werd bij Ajax wegge pest, zoals Libregts onlangs bij Feyenoord. Maar zie. Harmsen was alles gemakshalve even ver geten. Er was ineens geen betere vervanger voor Michels dan Leo, die bij Ajax nog werd omschre ven als een man met gebrek aan autoriteit, een heuler met de ve detten kortom een ezel. Maar het bekende spreekwoord met de ezel deed weer opgeld. Leo was op zijn beurt ook alle zeer vergeten en greep gretig de vette worst die Harmsen nem voorhield. Onder het motto: de een z'n dood is de ander zijn brood. Vandaar dat Leo nu Oran je doet Het meest treffende deze week was nog wel. dat Leo niet alleen zegt de lijn-Michels (wat dat dan ook moge betekenen) voort te zetten, maar zelfs net zo is gaan praten als zijn voorganger. Dat imiteren van die vermaledijde spraak van Michels is me in het verkeerde keelgat geschoten Het is voor Leo te hopen, dat hij zijn voorganger niet in alle opzichten imiteert BlfYS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 25