RENÉE GERARD THOOLEN: na CeidoeSoiwcmt „Voor mijn gevoel is De IJssalon niet echt een oorlogsfilm" „Het scenario van De IJssalon is perfect, net een muziekpartituur" Onder grote belangstel ling ging afgelopen dins dag in Amsterdam in première de nieuwe Ne derlandse speelfilm „De IJssalon", die op het ogenblik zowel in Den Haag (Odeon I) als in Leiden (Lido/Studio) te zien is. Bert Jansma had een ge sprek met twee hoofdrol spelers, Renée Soutendijk en Gerard Thoolen. RS UtredERDAM Negen jaar gele- •020>nd ze n°g 'n ^et Scheve- Theater aan de Haven in ime-voorstelling „Sketch as 1 can" van Jo Roehrigs Thea- Een blond meisje in zwart B*l*)akje dat daarvóór cum laude grSpflpie Haagse Academie voor Po- KËflrornnng was geslaagd. Een openheid met een yn-Monroe-achtige uitstraling fandelen, toen. Renée Soutendijk is MARIA ptdels Nederlands „leading kind. kc °P filmgebied en tegelijk be- in een internationale carrière. ipartemef filmwerk hier op een rijtje; home;2^raie 1943", „Een vrouw als „Spetters", „Van de koele Tel 09-n des doods", „De vierde mei onlt' Internationaal: acteren naast Namen als Derek Jacobi en ohn Gielgud („Inside the third skilift ej", George Segal („The cold :he wl') en kortgeleden Franco 30261. t balkoré'tten in ^et Amsterdamse Tu- 3 skilift giski-theater waar de officiële lière van de nieuwe Neder- 5e film „De IJssalon" plaats- L Haar rol dit keer: het Am- lamse volksmeisje Trudy dat en weer geslingerd wordt tus- twee in het nauw gedreven ien, de uit Berlijn afkomstige emigrant en IJssalonhouder hneeweiss en zijn vriend, de tnlijke, maar onmachtige e reserve-officier Gustav. Ze |t uiteindelijk de wapens op per TAPgar eigen oorlog tussen liefde immodafincipes te beslissen. „Een vrij Amsterdamse tante, die in weet wat goed en fout is en Dr in conflict komt met zich- ndat ze een keus moet maken haar emoties en haar ratio- gevoel", zegt Renée Souten- a iangiafcseijik trekie or jgaat in „De IJssalon" om die personen; hoe de oorlogssitua- uit elkaar drijft", zegt ze. f mijn gevoel is het niet echt jorlogsfilm. Het gaat om die jnensen in een extreme situa- aar de gevoelens en verhou- n ook extreem gesteld wor- Jlet leuke van regisseur Dimi- •enkel Frank vind ik, dat hij prlogssituatie niet extra bena- heeft. Wat wisten de mensen tijd waarin de film speelt, jtenslotte nog van die oorlog? Jwas eigenlijk nog weinig aan tod. En dat die joodse Otto z'n n het zand stopt voor wat er rt, is toch een typisch mense- 50 fekje. Iedereen kent toch zo'n vogelmentaliteit? Tót je zelf INC wijk, N 5 terh; ^jijna fysiek in een kritieke si- e I61I betrokken raakt, ben je ge- te denken dat het wel niet /aart zal lopen. Ik weet niet of fensen iets moeten kunnen op to van deze film. Ik denk niet iet Dimitri's bedoeling is ge- Ik denk dat hij gewoon een [al op een naar mijn gevoel [integere, lieve manier heeft II .0 vertellen over wat er tussen kan gebeuren. En dat verhaal is voor hem gevuld ^emot'es d'e hij kent van vïlf en zijn eigen vader, die ook lege handen uit Berlijn naar rland kwam. Niemand kan ljPen hoe hij zal reageren in PPSIIfituatie. Daarom vind ik 't ook 3 HUlldat 't geen historische recon- |ezettie is geworden. Iedereen kW3^rwij' ,,I-)e IJssalon" in princi- Iis °P het verhaal van 'ndse Ernst Cahn te vinden 'r. J. Pressers „De onder- /erzO' i° wiens IJssalon aan de ip -JVoustraat in Amsterdam de .ers in '41 een inval deden om- DOrZivan daaruit anti-fascistische ploegen opereerden. Cahn gefusilleerd op de Waalsdor- akte. het script een ander beeld van Tru dy te hebben, dan Frenkel Frank voor ogen stond. „Ze leek mij de „vamp" van de buurt, maar dat wilde Dimitri niet. Ik zat eerst een beetje op een dwaalspoor. En om dat we zo ontzettend snel werkten en omdat Dimitri een aartsoptimist en ik een aartstwijfelaar ben, raak te ik af en toe in de war. Na een of twee „takes" was iedereen alweer met z'n hoofd bij de komende scè ne, terwijl ik nog iets had van: „Is dat nou wel goed, moet ik 't niet op een andere manier proberen?". Hoe langer je speelt, hoe meer je je be wust wordt van jezelf en je vak. Je bent bang dat je jezelf herhaalt. Opeens zie je in een scène een overeenkomst met een scène die je ooit al eens gespeeld hebt. En dan ga je denken: dat moet ik op een andere manier doen. Dat kan na tuurlijk niet altijd, dus je maakt 't eigenlijk veel gecompliceerder dan 't is. Dat gevoel wordt sterker als je zoals ik al acht jaar films doet. In het begin gooi je je er gewoon in, je bent nog naïef. Ik heb hier vorig jaar met twintig acteurs en tien re gisseurs een cursus gevolgd van Dalia Salvi, een Amerikaanse dame die acteerles geeft aan de universi teit van Californië. Haar boodschap is, dat als emoties echt zijn 't altijd interessant is om naar te kijken. Niet dat dat totaal nieuw voor me was, maar zij gaf je toch weer een stuk zekerheid en inspiratie. En 't is heerlijk een tijdje met je vak be zig te zijn zonder dat er meteen re sultaten verWacht worden. Dat had ik hard nodig". Buitenland Met Rutger Hauer, die inmiddels als afgeschreven kan worden be schouwd voor de puur-Nederlandse film, in het achterhoofd, kun je je afvragen of het voor een acteurs carrière in de film doenlijk is zowel in Nederland als elders te werken. Renée Soutendijk: „Ik doe hier nu acht jaar film. En ik weet dat je hier opmerkingen hoort als: „Die Monique van de Ven en die Renée Soutendijk nou alwéér?" In Neder land kun je eigenlijk niet meer dan een of twee films per jaar maken. Dus je houdt gewoon een heleboel tijd over. Dus is er het buitenland. Maar behalve die aflevering van De drie hoofdrolspelers uit „De IJssalon". Van links haar rechts Bruno Ganz, Renèe Soutendijk en-Gerard Thoolen. „The hitchhiker' voor „pay tv" die ik net onder re gisseuse Mai Zet- terling in Canada gedaan heb, was dat werk in het buitenland artis tiek niet erg be vredigend. Hier heb ik erg fijne dingen kunnen doen. Maar in het buitenland moet je natuurlijk vol komen opnieuw beginnen. Dat duurt wel enige tijd voor je daar aan iets van echte importantie toe bent. Hier heb ik trouwens enorm veel geluk met die rollen gehad". Met erachteraan een ontwapenend: „Vind je niet?". Ze is een aarts twijfelaar, zegt Renée Soutendijk. Hoe moeilijk heeft ze het om naar zichzelf te kijken bij zo'n première? „Ik kijk pas als de film klaar is, maar dan duurt het toch even voor je het gehéél van een film ziet. Eerst zie je alleen jezelf, en dat is vreselijk. En je houdt toch dat er van die kleine privé-dingetjes zijn, die je blijven opvallen. Maar er zijn dan toch films, niet alle, maar zeg maar voor-mij- belangrijke-films, waarin je een paar momenten hebt van: „Goh, dat is gelukt". Maar ik heb nog altijd geen film gedaan waarvan ik helemaal zei: „Goh, fantas tisch!". ur rigerende man" elzijtè Soutendijk is een dankbare v om mee te praten. Ze is niet teaef aardi6- maar durft openhar- 23ngeh over haar werk te zeg- /erZGn kijkt je ontwapenend recht ogen tijdens het gesprek. Ze voor „De IJssalon" omdat ze met Gerard Thoolen en Bru- |nz wilde werken en omdat ze Gri Frenkel Frank „een heel ■"■^H^rende, beetje vreemde man" I Toen ze begon bleek ze uit Roeland Kerboseh. „Ik heb een aantal scenario-versies geschreven, maar ik kwam er niet uit", vertelt die. „Ik denk dat ik te veel in de richting van een filmhuis-film zat. Wijsvingertje Te moeilijk. Ik wilde dat verhaal vanuit nu vertellen, met de oorlog op de achtergrond. Ik heb een na deel dat ik zelf altijd graag m'n wijsvingertje geheven houd wan neer ik film. En dat zat me hier in de weg. Ik heb 't op een dag aan Dimitri Frenkel Frank gegeven en gevraagd wat die er van vond. „Dat is niks", zei die, ..zit slecht in me kaar. Rommel". Maar de volgende dag belde hij me op: „Ik geloof dat er tóch wel iets in zit. Die Duitse jood is interessant. Die doet me aan m'n vader denken. Die is in dezelf de tijd uit Berlijn gevlucht. Een muzikant met een eigen orkest die in 1936 een speelverbod van de Kulturkammer kreeg, ondertekend door Richard Strauss" Toen is Frenkel Frank voor mij aan het schrijven gegaan. Hij heeft die mo derne tijd laten schieten. „Daarmee maak je het de mensen te moeilijk. Dan weten ze niet meer met wie ze zich kunnen identificeren. Met nu of met toen". Frenkel Frank heeft het helemaal in 1941 laten spelen. En een compleet andere film ge maakt dan ik had gekund. Ik vind het een integere film. En vooral: goed verteld. Want er zijn maar weinig regisseurs in Nederland die goed hun verhaal kunnen vertel len. Paul Verhoeven is ook zo ie mand. Gelukkig groeit hier de be wondering voor dat deel van het vak". Emotioneel Terug naar Gerard Thoolen. „Ik vertegenwoordig het emotionele in de film. grotendeels althans", zegt hij. „Bruno Ganz als de Duitse offi cier is toch een beetje de verstands mens, en Renée Soutendijk is meer het lijfelijke Het Nederlandse. Dat had ik wel als houvast Wij dneen hebben een heel goeie band gehad tijdens de opnamen. Niet te veel gepraat, niet te veel gerepeteerd. Met Renée Soutendijk wilde ik al heel graag spelen. En met de Duit se acteur Bruno Ganz was het zo dat we elkaar aankeken en we za gen dat 't goed zat Het was halver wege tijdens een etentje met Dimi tri dat Ganz definitief ja, zei. „Was machen wir mit dem Film", zei Di mitri. „Den machen wir". zei Bru no. En de kous was af'. Gerard Thoolen vertrekt dezer da gen naar Noorwegen voor alweer een Nederlandse film, „Pervola, of: sporen in de sneeuw", een project van Orlow („De smaak van water") Seunke. „Zes weken in de kou, er gens in een oud mijnstadje onder Trondheim", vertelt Gerard Thoo len „Bram van der Vlugt en ik spelen twee broers. Ik ben Simon, die ooit door z'n vader uit huis ge stuurd is omdat hij aan het theater wilde Bram is Hein, die Simons erfdeel ingepikt heeft Ze krijgen via een telegram te horen dat hun vader gestorven is en die heeft in z'n testament staan dat hij zeshon derd kilometer naar het noorden begraven wil worden Dan begint die reis en die moet die broers bij elkaar brengen". Waardig Ex-Werktheater-acteur Gerard Thoolen begint, zoals eerder Peter Faber, een compleet filmacteur te worden Als de rechterlijke macht schrijfster Marga Minco niet in het gelijk stelt, krijgen wc ook nog van hem een rol in „Het bittere knnd" te zien. „Ik hoop het", zegt hij, „want volgens mij is die film het bock écht waardig Daar valt pas door een buitenstaander over te oordelen als de film compleet ge monteerd is. En die rechter moet daar maar op wachten, dan raakt- ie wel overtuigd". Inmiddels is er nog een bewonde raarster gearriveerd die kwijt wil dat Thoolen die Otto Sc hneeweiss zo goed speelt. Zijn antwoord ts te kenend voor zijn instelling .Ach", mompelt hij. ..de énige manier" Het heeft iets van: Mensen, waar kletsen jullie nou toch over? Dat ts toch normaal. Er zijn geen andere mogelijkheden Zoiets kun je ge woon niet slecht spelen Scène uit de pe IJssalon' AMSTERDAM Er lijkt al een tijdje iets van een fluis tercampagne op gang te zijn geko men: ..Gerard Thoolen. die moet. je gaan zien in De IJssalon". Een ta melijk ongebruike lijk iets in het nuchtere Neder land. Het zal zeker te maken hebben met het feit dat ac teur Gerard Thoo len een voorliefde heeft voor rollen die volkomen van elkaar verschillen. Al is hij privé ui terst herkenbaar met z'n brede kop en kalend hoofd, wat hij liet zien in „De mannetjesma ker", „De smaak van water" en „Het teken van het beest" leek in de verste verte niet op elkaar. En daar kwam nauwelijks een potje schmink aan te pas. Voor „De IJssalon" mag hij als acteur weer op volle toeren draaien: hij speelt er de joodse, naar Amsterdam ge vluchte Berlijner Otto Schneeweiss in. Een Duitse jood, die in Berlijn een Kaffeehaus van klasse exploiteert, vlucht voor de na zi's en probeert in Amsterdam een on dermaats IJssalon- netje met grote ge baren wat allure te geven. In 1941. Oor logstijd. „Ik heb er maar heel weinig voor gedaan", is het eer ste wat Gerard Thoolen over z'n rol zegt. „Soms ver diep je je heel erg in een rol. Maar die Otto Schneeweiss is eigenlijk een men geling van de histo rische Ernst Cahn, van Georg Frenkel Frank, de vader van regisseur Dimi tri en van mezelf. Bij elke rol die je speelt, zoek je naar een houvast. Meestal is dat: waar zit iemands zwakke plek? Ik zag het bij hem een beetje in z'n openheid, met die brede gebaren, alsof ze vanuit z'n hart komen. Daar heb ik z'n hele motoriek op aan laten sluiten. En dan natuurlijk de taal. Want dat Duitse accent helpt natuurlijk wél". En hij lacht breed. „Natuurlijk zit je met de balans bij dat soort uiter lijke dingen. Je mag niet doorslaan. Het moet geen Max-Tailleurachtige rol worden Het moet een accepta bel mens blijven. Geen karikatuur. Voor „De mannetjesmaker" heb ik research gedaan, als je dat zo wilt noemen. Hier moest ik er echt een slag naar slaan. Ik heb eenentwin tig draaidagen gehad, elke avond moest ik om zeven uur weg, want ik speelde op het toneel, dus ik kon me er niet eens te veel in verdie pen. Dus het moest allemaal snel voor elkaar zijn. Dat is geen keus van me geweest, dat was toevallig. En soms is dat een voordeel. Maar het scenario was dan ook perfect. Net een muziekpartituur. Goed ge schreven. Dat speelt lekker weg". Buurman We zitten nog geen minuut samen na de voorvertoning van „De IJssa lon" of enthousiaste bezoekers ko men hun opwachting maken. „Een handtekening voor m'n vrouw graag", zegt een man. „Een buiten gewone rol", vindt een mevrouw. Enzovoort. Gerard Thoolen heeft een soort uitstraling die hem mak kelijk aanspreekbaar maakt voor iedereen. Wat de Engelsen „the man from next door" noemen. Hij had de buurman kunnen zijn. Mis schien dat dat hem zo plooibaar maakt voor die verschillende rol len. Dan meldt zich de secretaresse van het Auschwitz-comité. Ze is erg getroffen door de film. Maar twee van de uit de historische Am sterdamse IJssalon „Koco" ge vluchte leden van de knokploeg zijn dan ook naar haar gevlucht na de Duitse inval daar en ondergedo ken gebleven. „Maar dat met die ammoniaspuit tegen die Duitsers, dat heeft Cahn zelf gedaan", zegt ze. In de film gebeurt het door een van de jongens van de knokploeg. „Maar dat maakt niks uit, het was fantastisch", voegt ze er haastig aan to«. „De IJssalon" is dan ook geen his torische film. maar baseert zich al leen op een waar gebeurd gegeven. Het idee ervoor is van producent Ge(ataT,oo>en^s3.eo bosch. lijn Duitse tegei

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 17