Wolkers allerminst overtuigend in gekunstelde „De onverbiddelijke tijd Ephraim Kishon opnieuw met zeer scherpe satire Herfsttij Warday Liedjes Telegram BOEKEN CeidóeSouront VRIJDAG 23 NOVEMBER 1984 PAGINA Het is bijzonder plezierig dat bij Wolters-Noordhoff te Groningen zojuist een paper back-editie is verschenen van Johan Huizinga's „Herfsttij der Middeleeuwen" (398 blz. ƒ39,50). In 1919 voor het eerst gepubliceerd en ook interna tionaal befaamd (350.000 exemplaren in het buitenland verkocht), heeft deze „Studie over levens- en gedachtenvor- men der veertiende en vijf tiende eeuw in Frankrijk en de Nederlanden" nog niets aan frisheid van stijl en visie, ge degenheid en veelzijdigheid ingeboet. Tijdgebonden lijkt in deze 16e druk hoogstens zijn opmerkelijk gebruik van het woord „toen" (b.v. toen wordt i.p.v. toen werd), maar wat een eindeloze reeks boeiende details! Eén voorbeeldje ter il lustratie, over de oorlog: „In het laatste der vijftiende eeuw komen de landsknechten met de grote trommels, een ontle ning aan het Oosten. De trom met haar direct hypnotische, onmuzikale werking beduidt treffend de overgang van het ridderlijke tijdperk (in de nacht vóór Azincourt sterken nog de beide legers, in de duis ternis tegenover elkaar gele gen, hun moed met de muziek der trompetten en bazuinen) naar het modern-militaire; zij is een element in de mechani sering van de krijg". Huizin ga's studie over 's levens fel heid en zucht naar schoonheid, ridder-ideaal en hoofse liefde, de verbeelding van het heilige, de taal der symbolen en van de mystiek is nog altijd een schatkamer vol boeiende we tenschap, volop waard op nieuw voor velen ontsloten te „In eerbied opgedragen aan 27 oktober 1988, de laatste volle dige dag van de oude wereld". Zo beginnen Whitley Strieber en James Kunetka hun boek „Warday en de Reis daarna" (Elsevier. 400 blz ƒ27,50). Het is een roman, fictie dus, maar met een zo hoog waar schijnlijkheidsgehalte, dat men het boek als waarschuwing niet ongelezen mag laten en niet ongeschokt kan lezen. De waarschuwing komt achteraf, terugziend naar nu: „We had den het ergste gedaan dat er bestond: wennen aan een on gelooflijk en nabii gevaar. We begrepen hoe volstrekt dode lijk de bom was, maar we za gen niet hoe hulpeloos we zou den zijn bij confrontatie met het mechanisme van de oor log". Het mechanisme slaat toe in de middag van 28 oktober 1988. Satellieten ontladen een zwaar elektromagnetisch veld dat in één klap talloze electro- nische circuits buiten werking stelt: radio, telefoon, compu ters, auto's, vliegtuigen. Na die communicatie-ontreddering verwoesten atoombommen Washington. San Antonio in Texas, half New Colorado. Vijf jaar later maken Whitley en James een rondreis door de onherkenbaar veranderde Verenigde Staten. Er zijn in middels vele miljoenen doden het land is uiteengevallen in afzonderlijke staten, die hun grenzen grimmig bewaken, onmetelijke landbouwgebie den liggen braak en verstui ven, er zijn standaard-eutha- nasie-procedures voor onge neeslijk zieken. Niet alle geest kracht blijkt gebroken, maar de boodschap is duidelijk ge noeg: wie met de gedachte speelt dat een beperkte kern oorlog wel te overleven zou zijn, kent de waanzin niet waarvan hij spreekt. „Kun je nog zingen zing dan mee", de bundel met 120 be kende school- en volksliede ren uit de jaren 1900 tot 1950 is blanke top der duinen, Hoe zachtkens glijdt ons bootje, Klein vogellijn op groene tak, Hela gij bloempjes! slaapt gij nu nog? Hollands vlag, je bent mijn glorie enz. Splinternieuw is een muziekcassette waarop Leo Sijperda, piano, 40 liedjes speelt die men dan via het bij behorende tekstboekje mee kan zingen. Zo gaat bij Wol ters-Noordhoff de oude doos weer open; het pakketje kost ƒ24.75 In 1959 legde Barbara Tuch- man een eerste proeve van haar geschiedschriivend mees terschap af met „Het Zimmer- mann Telegram" (nu in her druk bij Elsevier, 240 blz. ƒ29,95), een voortreffelijk uit geplozen thriller over het complot dat de Verenigde Sta ten bij de Eerste Wereldoorlog betrok. Echt gebeurd, niets verzonnen, de boeiende histo rie van de einde november 1916 tot minister van Buiten landse Zaken benoemde Ar thur Zimmermann. dat „heel gezellige forse Duitse type" van wie de Amerikanen vol komen ten onrechte dachten dat hij „onze vriend" was; in feite kregen zij echter te ma ken met een samenzweerder, wiens benoeming het sein op veilig zette voor ae onbeperkte duiko Eén van de traditionele vor men, waar romans in gegoten kunnen worden, is het ver- haal-in-brieven. Eén of meer personen schrijven brieven aan een of meer bekenden, waarin ze hun wederwaardig heden opschrijven. Een wat omslachtige vertelwijze, die niet vaak wordt toegepast. De opmars van de telefoon, die het brievenschrijven voor een groot deel heeft verdrongen, maakt deze romanvorm vrij wel onmogelijk, als het ten minste in het verhaal over he dendaagse mensen gaat. Jan Wolkers heeft het desondanks toch gewaagd: zijn nieuwe ro man, „De onverbiddelijke tijd", bestaat uit een reeks van brieven die de op Texel en in Amsterdam wonende Marcel schrijft naar een zeer goede vriend, die naar Amerika is De brieven zijn geschreven in een tijd van twee jaar, septem ber 1978 tot oktober 1980. De correspondentie begint al spoedig na het vertrek van Sjoerd naar de Verenigde Sta ten, waar hij een broer heeft wonen, die arts is. Marcel's brieven aan Sjoerd vormen de inhoud van deze roman, waar in de „tegenbrieven", die van Sjoerd aan Marcel, niet zijn opgenomen. Na ongeveer een jaar wordt het Marcel duide lijk, dat zijn vriend aan een van het boek staan dan ook voor een belangrijk deel in het teken van de naderende dood en de manier waarop dit besef Marcel in problemen brengt. In dit deel staan enkele over tuigende pagina's. rige Marcel over? Herinnerin gen aan vroeger, de kinderja ren (want van die tijd stamt hun vriendschap al), net vrije leven dat de twee vrienden geleid hebben (veel korte rela ties met vrouwen, al dan niet met enige diepgang), de lite raire belangstelling vooral van Sjoerd, waar Marcel hem in volgt. Verder vertelt Marcel zo nu en dan wat van zijn eigen wederwaardigheden, met name op erotisch gebied, want zijn relatie met de op sexueel gebied vrije Selma (die er weer een vriendin op na houdt) geeft daar een aantal mogelijkheden voor. Dat as pect is vakkundig gedoseerd en door het hele boek ver spreid. Dat is hier en daar erg moeilijk gedaan door Wolkers („er moet ook nog wat sex in") met name een verslag van een lesbisch-sado-masochistische ervaring van Selma, dat Mar- Jan Wolkers geeft zijn zoon een hapje op de achterflap van „De onverbiddelijke tijd". cel in een van zijn laatste brie- deze nieuwe Wolkers-roman, ven aan de dan toch doodzieke die danig irriteren. De vorm en bijna stervende Sjoerd ten van het boek leidt tot allerlei beste geeft. Wel heel erg sma- passage's in Marcel's brieven, keloos. die een herhaling zijn van wat Er zijn meer elementen in Sjoerd in de niet aanwezige' brieven aan Marcel geschre ven heeft. Als Marcel op een mededeling van Sjoerd wil re ageren, moet hij die eerst om standig herhalen, wat op zijn minst geforceerd aandoet: „Dat reisbriefje van je uit Mia mi was voor ons een scheut benzine op de smeulende sin tels. Je bent weer in the run ning. Moving out. Dat je met een als door de bliksem getrof fen op de rand van het bed zat toen de klanken van het orgel waar je broer op speelde tot je doordrongen, vond ik nogal komisch" dat soort onwaar schijnlijke mededelingen moet Marcel geregeld aan Sioerd Lachwekkend is het ook dat Wolkers allerlei ingewikkelde constructies moet bedenken, om zijn brievenschrijver maar niet naar de telefoon te laten grijpen om eens met Sjoerds broer in de V.S. te bellen, die zich als arts bezighoudt met het ziekteverloop en met wie Sjoerd nauw kontakt houdt. Een heel schuldgevoel moet worden ontwikkeld, Marcel moet dat bovendien uitvoerig vermelden in zijn brieven aan Sjoerd, waarmee opnieuw een onwaarschijnlijke situatie als gevolg van deze brief-vorm tot stand is gebracht. -Bijzonder irritant is tenslotte de wel erg naieve methode van Wolkers om zijn hoofd personen als literair geïnteres seerd of begaafd te schetsen. De brieven van Marcel bevat ten allerlei verhulde of open lijke verwijzingen naar tien tallen schrijvers en hun werk. Flarden tekst worden te pas en te onpas geciteerd, in tus senzinnetjes en bijzinnen her ken je citaten van vele auteurs („Ik erken maar één wet. Le ven.") Een omgevallen boe kenkast, waar uit de ongeorga niseerde stapel van alles is bij een gegraaid. In zijn brief van 6 november 1979 schrijft Marcel: „Wat ik niet gedacht had dat zou ge beuren, is me gewoon overko men. Ik heb de leutertoon van voor dat ik iets wist van je ge zondheidstoestand weer bijna ongemerkt te pakken." De le zer zal het daar niet helemaal mee eens zijn, het was hem immers niet opgevallen dat die leutertoon plaats had gemaakt voor enige spanning en enige wezenlijke gebeurtenis. JAN VERSTAPPEN Jan Wolkers: „De onverbid delijke tijd". Uitgeverij De Bezige Bij. Prijs ƒ22.50, geb. ƒ34.50. k, b Schelden dat het gedrukt staat Het is sinds jaar en dag be kend, dat ons volk kan liegen, dat het gedrukt staat. Uit hetei zojuist verschenen „Nationaal1? Scheldwoordenboek" blijktn nu, dat de jongens en meisjesiets' van Jan de Witt tevens de'?n£ gave bezitten om te schelden, tie^e dat het gedrukt staat. Onder n*V aanvoering van Kristiaannde Laps heeft een team van des-|wer kundigen daartoe het oor teami] luisteren gelegd in ministeriële' JjP' burelen, fabriekshallen schoollokalen, duistere slop pen, directiekantoren en kroe gen. Wat zij daar aan gepeper-l11^ krachttermen opvingei V ;na^S li pele Jizieh Trial off the road wint terrein Terrein-rijden per motorfiets is de meest volmaakte vorm van motorrijden, is een kreet van Jos Vaessen. Deze alge meen secretaris van de KNMV zegt dit in het voorwoord van Toon van de Vliets boekje „Trial off the road". Off the road zegt het al: niet op de weg. Waar dan wel? Op daar voor geschikte terreinen, zodat niet de natuur eronder hoeft te lijden. Alle kleurrijke facetten van off-the-road, trial of endu- ro rijden komen aan bod in het 122 pagina's tellend, ge richte motorsportboek. Hoe je je motor moet verzorgen, wat je moet doen als je behalve het gewoon voor jezelf scheuren door los zand, modder of kreu pelhout ook eens de uitdaging van wedstrijden wilt aanvaar den. En dat veilig wilt doen, natuurlijk. Veel foto's versie ren de soepele tekst van Toon van de Vliet, die zijn lezers be halve veel belangrijke infor matie ook avonturen van mo torhelden als Sammy Miller en Henk Vink niet onthoudt. Een naarmate deze populaire sport ook bij het lezerspubliek meer „terrein" zal winnen, kan ho pelijk ook de prijs van dit standaardwerkje (nu 39 gulden en vijftig cent) nog iets om laag. HERMAN JANSEN Toon van de Vliet. „Trial off the road". Uitgeverij Mous- sault. Prijs: ƒ39,50. Het joodse volk schenkt ons niet alleen elke dag weer vette krantekoppen, maar deelt daarnaast grootmoedig de geestelijke vruchten van een van haar zonen met ons. Het betreft hier Ephraim Kishon, begaafd satiricus. Zijn oplage cijfers kunnen weliswaar niet tippen aan die van het joodse boek bij uitstek, het Oude Tes tament, maar toch was hij tot nu toe goed voor 28 miljoen verkochte exemplaren in 25 talen. Frappant detail: uitgere kend in Duitsland behoort hij met ruim tien miljoen ver kochte boeken tot een van de meest gelezen schrijvers. Hij zegt te hopen spoedig het bij belse aantal van vijftig boeken te bereiken. Kishon s satire wordt gevoed door de mens, zijn zwakheid, zijn hebzucht en vooral zijn domheid. Uni versele eigenschappen die hij meestal in zijn naaste omge ving blijkt te herkennen. Met name bij zichzelf. Maar ook bij „de beste echtgenote van alle maal" en in het Israëlische volk. Kishon is bovendien de laatste jaren uitgegroeid tot iemand die niet opzij stapt voor een even luchtig als vlijmscherp stukje politieke satire, zoals zijn laatste boek „De wereld een circus" bewijst. Dat hij daarbij een kibboets verre pre fereert boven een kolchoze zal niemand verbazen, als men bedenkt dat hij in Hongarije is geboren en tijdens de Tweede Wereldoorlog daar jaren in een concentratiekamp heeft gezeten. van de wereld ten opzichte van het enige democratische en bedreigde land in het Mid den Oosten. „Nauwelijks was de oliedollar uitgevonden of de humanistische idealen gin gen prompt met pensioen. Voor zover hun plaats nog door iets anders werd ingeno men, was het de banale kos- ten-baten-afweging van de dubbele boekhouding". Zoals de titel „De wereld een circus" al aangeeft is ditmaal niets veilig voor de beurtelings in honing dan wel citroenzuur gedoopte kraspen van Kishon. Maar of het nu de Verenigde Staten, de Sowjet-Unie, Israel of Duitsland betreft, Kishon blijft een satiricus die er in de eerste plaats op uit is de lezer op zijn minst een glimlach te ontstelen. Dit ongeacht de per soonlijke opvattingen van die lezer. Naast „serieuze" onder werpen biedt het boek als van ouds ook plaats aan vele anek dotes over de bizarre kanten van de mens in het algemeen en Kishon's gezin en vrienden in het bijzonder. TJERK HERINGA Ephraim Kishon: „De we reld een circus". Uitgeverij Manteau. Prijs 22,50. was ruim toereikend voor 64^- pagina's boordevol voorbeel den van "schelden van de Schelde tot Terschelling' Het "Nationaal Scheldwoor denboek" volgt het beledigen in bos en beemd van A lot Z Naast overbekende kreten al< asbakkenras, baardaap, die renbeul, gladjanus, kaaskoi mafkees, slampamper, tutho] en zakkenwasser stuit de lezei ook op bipskuiken, besoot djuck, frietfietser, graftak homzakker, huigbertje, ka boeng-kepok, klotskop, lei pum, muiter, oliemol, pamper met-drooghoutrandjes, peeu werd, pompstra, sabbelbipsje slikmossel, stoedie-froedie tank zonder loop, wuppie ei zwaap. Stuk voor stuk scheli" woorden, waardoor men ziel zonder ondertiteling nauwi lijks voelt aangesproken. Kristiaan Laps, die zich erv; bewust is, dat zijn verzamelii bij lange na niet compleet ii omdat creatieve geesten in mers dagelijks nieuwe schelt woorden bedenken, houdt zie] ondertussen aanbevolen nieuwe suggesties, die met noegen zullen worden vei meld in de tweede sterk vel meerderde druk. Dat geldt dl niet voor het nagelnieuv^ scheldwoord Wibo (iemand di dom doet), dat hij nog net o het nippertje in de eerste, on) hutsende druk heeft kunni opnemen. LEO THURi: Kristiaan Laps: „Nation; Scheldwoordenboek". Uitge1 verij Ploegsma. Prijs ƒ14,90. n Si d g Bridgedrives om thuis te spelen (4) Na het succes van de vorige delen, is verschenen het vier de deel in de serie „Bridgedri ves om thuis te spelen" waar mee de vele bridgers die ons land telt, thuis met vier brid gers wedstrijdbridge kunnen spelen. Het spelen van een „thuisdri- ve" heeft vele voordelen. Men kan zijn behaalde punten ver gelijken met de score van an dere bridgeparen en daaruit afleiden wat het niveau is van eigen bied- en speeltechniek. Ook kan men omdat er in klein gezelschap wordt ge speeld nog eens rustig na kaarten. Het door de auteur ontwikkel de systeem is bijzonder slim bedacht, uitscheuren en pun ten noteren volgens enkele vaste, simpele regels, die voor in de uitgave duidelijk worden uitgelegd. Het deel bevat vier complete drives, die door brid gers van een gemiddeld ni veau kunnen worden ge speeld. JAN HOFMEESTER Van der Krol:,, Bridgedrives om thuis te spelen (4)". Uit geverij Bigot cn Van Ros- sum. Prijs: 10,-. (ADVERTENTIE) JAN WOLKERS De onverbiddelijke tijd De nieuwe roman Aangrijpend f22,50 paperback f34,50 gebonden in de boekhandel BIJ DE BEZIGE BIJ Jan Arends „Deze inleidende bijdrage kan wel licht het best beginnen met de mede deling dat ik Jan Arends niet ge kend heb." Zo begint Koos van Wie- ringh zijn korte inleiding op het De zelfmoord vap Arends kwam niet onverwacht, na een leven met mislukkingen, merkwaardige beroe pen (hij was huisknecht) en psychia trische behandelingen. Toch heeft deze gebeurtenis een grote betekenis gehad voor de bekendheid van zijn werk. De vele verhalen en beschou wingen over zijn leven, die de ronde doen komen in de buurt van de my thologisering. In deze prachtige uitgave van meer dan 500 pagina's is alle werk dat Arend ooit publiceerde bijeenge bracht. Daaraan ziin een tiental ge dichten toegevoegd uit al het nim mer gepubliceerde werk, die Arends zelf voor publikatie had bestemd. Zo vind je in de eerste afdeling (proza) de teksten van „Keefman" en „Ik had een strohoed en een wandel stok", met enkele losse stukken. De afdeling poezie, die daarop volgt, be slaag zo'n 200 pagina's. Vestdijk Jan Arends „Verzameld Werk" van Jan Arends, verschenen in een fraaie band bij De Bezige Bij. Jan Arends is de auteur van een beperkt aantal gedichten en prozastukken. Hij stierf begin 1974, Dijna vijftig jaar oud. Uit Van Wie- ringhs' inleiding: „In januari 1974 verscheen bij De Bezige Bij zijn bun del „Lunchpauzegedichten". Op de 21ste van die maand haalde Arends bij de uitgeverij een stapeltje exem plaren op. Thuisgekomen liet hij te lefonisch weten zeer met de uitgave ingenomen te zijn. Met boekhande laar Ko van Leest had hij al een af spraak gemaakt eruit te zullen voor lezen. Een paar uur na het telefoon gesprek springt hij uit het raam van zijn appartement aan het Roelof Hartplein in Amsterdam." Terwijl van Simons Vestdijk de reeks romans in het „Verzameld Werk" steeds langer wordt en gesta dig doorgroeit (prachtige herdruk ken), komt nu een bundel met een aantal verhalen, die hij schreef tus sen 1922 en 1947 en die slechts in kleine kring bekend waren. Sommi ge verhalen verschijnen in dit boek, „De grenslijnen uitgewist", voor het eerst. Je vindt er een aantal bijdra gen van Vestdijk voor de Amster damse Studenten-Almanak van de jaren rond 1920 in, van rond 1930 zijn er verhalen opgenomen, die be stemd zijn geweest voor het tijd schrift Forum, maar daar niet in te recht zijn gekomen. Met de wat zwaarwichtige titel (af komstig van een van de opgenomen verhalen) bedoelt samensteller Ton van Deel niets meer, dan dat hier mee de scheiding tussen gepubli ceerd en nog ongepubliceerd werk van Vestdijk wordt opgeheven. Emants De serie Schrijversprentenboeken van het Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum lijkt een tijdje stil te hebben gestaan. Nu is deel 23 uit, een bijzonder rijke verzameling van materiaal rond Marcellus Emants, de romanschrij ver die op 12 augustus 1848 in de Voorburgse Herenstraat werd gebo ren. Veel protretten, reproducties van handschriften, titelpagina's en programma-folders bij toneelvoor stellingen, want Emants heeft zich met het theater ook intensief bezig gehouden. Het prentenboek eindigt met een cu rieus knipsel uit de NRC van no vember 1957, waarin bericht wordt Marcellus Emants dat het grafschrift, gebeiteld op de grafzerk van Marcellus Emants op verzoek van zijn dochter is verwij derd. Het zou de wens van de schrij ver geweest zijn dat op zijn steen had gestaan: „Beklaag nooit de ver loste uit de krankzinnigheid die le ven heet", hetgeen op last van de echtgenote van de schrijver na zijn dood in 1923 dan ook op zijn graf werd gezet. Vijf en dertig jaar later moest het er weer af De gebrui kelijke Bibliografische gegevens vindt de lezer uiteraard ook in dit Schrijversprentenboek. Loeb's prentenboeken Twee mooie uitgaven van klassieke boeken: MUnchhausen en Prikke- been. Loeb heeft er fraaie, grote boe ken van gemaakt. „De zonderlinge avonturen van Primus Prikkebeen" zijn bewerkt door Gerrit Komrij, die in zijn berijming met de fraaiste strofen komt: Wanneer men op een Pooleiland In zomerkleding is beland Is men gemeentelijk zeer onthand. Zo zijn een mof en dikke truien Weer niet gerieflijk in het Zuien. Of een strofe aan het slot, als Prik kebeen, na al zijn omzwejvineen weer thuis is beland: „Hij houdt, na anderhallef jaar, Zijn kinderen al uit elkaar. Hij is maar zelden prikkelbaar Al maakt men nog zoveel spektakel. Het is waarachtig een mikrakel. Als u zich uit uw kinderjaren nog iets van Prikkebeen herinnert, dan was dat wel een andere tekst. De ge kuiste versie die zo populair werd in Nederland, was van de negentiende eeuwse dichter J. A. Gouverneer en Komrij heeft wel een nieuw licht op Töpffers creatie laten schijnen. „De wonderbaarlijke avonturen van Baron von MUnchhausen" is ooit (wanneer? de uitgave van Loeb ver meldt dat nergens) door Godried Bomans vertaald en ook deze tekst is als een mooi prentenboek bij Loeb verschenen. Een modernere verta ling, die ook een andere belichting gaf van de oorspronkelijke tekst ver scheen een paar jaar geleden van de hand van Jeroen Brouwers, zodat het een beetje raadselachtig is, waar om zo'n frisse versie als Komrij gaf van Prikkebeen moet worden verge zeld van een nogal traditionele Bom- ans-bewerking van MUnchhausen. Maar het zijn prachtige boeken, door de fraaie bladspiegel en band, vooral, ook door de vele illustraties. Prikke been is getekend door Rodolphe Töpffer zelf, Gustave Doré heeft bij MUnchhausen prenten geleverd. vers. Titel van de reeks: „Over de taalgrens." Jef Geeraerts vertaalde een bijna surrealistische boek van Marcel Mo- dering" heet deze roman, die een verrassende kennismaking betekent. Het tweede boek in deze reeks is van Dominique Rolin. „Het bed" (uit 1960) werd vertaald door Mireille Cottentjé en het beschrijft de relatie van een man en een vrouw die al ja ren bij elkaar zijn, op het moment dat de man ziek wordt. Zoals Vlaam se auteurs wel eens boeken over pe- sonen in of rond Amsterdam schrij ven, zo speelt dit boek in de buurt van Parijs. Brusselse verhalen Waals Wat komt er nou door van het Waal se deel van België in onze boeken wereld? Terwijl we ons intensief be zig houden met de Nederlandstalige auteurs in ons buurland, weten we Gustave Doré maakte de illustratie voor de omslag van „De Baron von MUnchhausen". niets van hun Franstalige landgeno ten. Dat gemis is eigenlijk verbazing wekkend. Uitgeverij Manteau gaat er nu iets aan doen met een reeks van romans, gewijd aan de belang rijkste Waalse auteurs, in een verta ling van bekende Vlaamse schrij- Ook van Manteau een bundel onder de titel „Brusselse verhalen", waarin een aantal verhalen en schetsen te vinden zijn, die je op heel wat Brus selse plekjes brengen. Vorig jaar was er ook al zo'n boek, waarin Antwer- Een centraal stond, dit Brusselse oek blijft er wat bij achter. Maar voor de minnaars van de Belgische hoofdstad is het een leuk boek vol herinneringen. In deze rubriek besproken en ge noemde uitgaven: Jan Arends: „Verzameld werk". Uitgeverij De Bezige Bij. Prijs ƒ49,50. Simon Vestdijk: „De grenslijnen uitgewist"; Nagelaten verhalen. Uitgeverij De Bezige Bij. Prijs geb. ƒ42,50. Ing. ƒ29,50. Schrijversprentenboeken nr. 23: „Marcellus Emants". Uitgave Ne derlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum. Prijs ƒ15.- Rodolphe Töpffer „De zonderlin ge avonturen van Primus Prikke- bofen" met de oorspronkelijke te keningen van Rodolphe Töpffer en op rijm gezet door Gerrit Kom rij. Uitgeverij Loeb. Prijs ƒ25,-. R. E. Raspe: „De wonderbaarlijke avonturen van Baron von MUnc hhausen" vertaald en ingeleid door Godfried Bomans. Geïllus treerd door Gustave Doré. Uitge- verije Loeb. Prijs 29,50. Marcel Moreau: „Julie of de ver loedering", vertaald door Jef Geeraerts. Serie „Over de taal grens". Uitgeverij Manteau. Prijs ƒ14,90. Dominique Rolin: „Het bed", ver taald door Mireille Cottentjé. Se rie „Over de taalgrens". Uitgeverij Manteau. Prijs ƒ19,50. „Brusselse verhalen". Uitgeverij Manteau. Prijs 28,50. ker dt|

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1984 | | pagina 10