ofFANTAST? Johannes Wardenie bejubeld en verguisd als uitvinder van brandstofloze motor Boek over mysterie, dat 50jaar geleden wereldnieuws was Aspirine tegen hartinfarct en beroerte DEN HAAG „Financieel heeft Johannes zich altijd goed kunnen redden. Dat is natuurlijk merk waardig. Al op jonge leeftijd had hij een auto. Dat was uniek voor die tijd. Ik was een leeftijdgenoot van hem en mocht wel eens een eindje met hem rijden. Nooit zal ik vergeten, dat ik met hem in Steen- wijk aan het rondrijden was en Jo hannes plotseling tegen me zei: „Ik heb geen geld meer bij me, dus rij den we even langs de bank". Ik keek hem ongelovig aan, want het was acht uur in de avond en de banken waren dicht. Johannes stopte niettemin voor een bank, belde aan en na enkele woorden met de directeur te hebben gewis seld, stiefelde hij naar boven. Ik kon mijn ogen niet geloven, dat hij het tóch maar voor elkaar had ge kregen met geld terug te ke ren Woorden, opgetekend uit de mond van de nu zeventigjarige Jochum Muurling, zoon van wijlen wethou der Muurling van Weststelling werf, die zo'n vreemde rol in de af faire-Wardenier heeft gespeeld. Het citaat staat afgedrukt in het boek „Het mysterie Wardenier", waarin meer vreemde feiten zijn geregistreerd. Wardenier, ooit beju beld en later verguisd als uitvinder van de brandstofloze motor. Was hij een genie of een fantast? In elk geval wist hij de al genoemde wet houder én de toenmalige burge meester, mr. E. N. W. Maas, van Weststellingwerf te overtuigen van zijn opzienbarende uitvinding, die betere tijden zou gaan inluiden. Wie was dan wel die eenvoudige jongen uit de buurtschap Witte Paarden, destijds gelegen in de (in middels opgeheven) gemeente Steenwijkerwold? Had hij werke lijk iets ontdekt, waardoor de drijf kracht van een motor een simpel gegeven was geworden? In elk ge val geloofden de lokale autoriteiten in hem en burgemeester Maas ver leende hem zowaar een wapenver gunning om hem bescherming te geven. Dit alles speelde zich af in de tur bulente eerste november-week van 1934, nu een halve eeuw geleden. Vijftig jaar na dato zijn er nog steeds vraagtekens en wordt in me nig huiskamer nog vaak gerept over Johannes, die op een bepaald moment op voorstel van diezelfde burgemeester Maas wordt opgeno men in een psychiatrische inrich ting in Groningen om daaruit, om dat hij niets mankeerde, na enkele dagen weer ontslagen te worden. Inmiddels was de motor verdwe nen en volgde de ene geheimzin nigheid de andere snel op. Dat wordt (nog eens) duidelijk bij het lezen van „Het mysterie Warde nier", dat meer is dan het opsom men van al bekende feiten. De schrijvers zijn, al uitpluizend, ver der gegaan en hebben ook de rela tie gelegd naar de huidige tijd, waarin nog recent de plannen voor de produktie van een Stirling-mo tor in de pers zijn verschenen. Is er dan toch een relatie Wardenier- Philips geweest? Wardenier zelf daarover, in een van zijn laatste interviews (vlak voor zijn dood in 1960): „In een auto van Philips ben ik naar de kli niek in Groningen gebracht (in 1934). Dank zij Philips ben ik ook bevrijd uit het Duitse concentratie kamp". (Dat was tijdens de oorlog). Tegenover bekenden (o.a. zijn boe zemvriend Bouke Brink, bij wie hij zijn laatste levensjaren vertoefde) gaf Wardenier ook meer dan eens toe een relatie met Philips te heb ben gehad. Was hier een fantast aan het woord? Het antwoord op die vraag wordt in het boek niet gegeven, maar op zijn minst kan, voorzichtig, worden vastgesteld, dat er wel degelijk van enige relatie met het concern in Eindhoven sprake moet zijn ge weest. Opzienbarend Meest opzienbarend is toch wel het feit, dat de eenvoudige en finan- komen met een zekere Piet Bosma uit Noordwolde, die op eigen houtje al jarenlang op zoek was naar fei ten en gebeurtenissen rond de Wardenier-motor. Bosma kwam er achter, zo meldt het boek, dat de Heerenveense carrosseriefabriek Hainje heeft uitgetest of de motor in een bus zou kunnen worden toe gepast. Hij zocht contact met een tekenaar-constructeur, die meer dan veertig jaar in dienst is geweest bij dit bedrijf, namelijk Albert El- zinga in Heerenveen. Bosma: „El- zinga heeft me verteld, dat er wel degelijk van de een of andere op dracht sprake was. Geruime tijd is een deel van de fabriek afge schermd geweest met gordijnen. Daarachter mocht niemand komen. De toenmalige directeur, Abe Hain je, deed zeer geheimzinnig. Later distantieerde hij zich van Warde nier, die hij een oplichter noemde. Het personeel kreeg opdracht te zwijgen over datgene, wat er in de fabriek was gebeurd Welles-nietes Bosma trok op een dag de stoute schoenen aan en bezocht oud-dire- ceur Abe Hainje van het gelijkna mige Heerenveense bedrijf. „Na lang aarzelen bij de voordeur mocht ik naar binnen. Aanvanke lijk bleef Hainje ontkennen ooit iets van Wardenier te hebben ge hoord, later noemde hij hem een fantast, die met een zekere Nijholt (daar was Wardenier in de jaren dertig in de kost) wel eèns bij hem was geweest. Hainje werd later op de avond openhartiger en vertelde, dat Wardenier hem inderdaad had gevraagd een bus te bouwen met zijn motor erin. Maar Hainje wilde eerst de motor zien en daar is het nimmer van gekomen, zo liet hij mij weten". Bosma vernam echter ook van Hainje, dat dit bedrijf wel degelijk een andere opdracht van Warde nier heeft geaccepteerd, namelijk het vervaardigen van een grote vierkante metalen kist van 60 x 60 x 100. Hij wist niet waarvoor, maar dat er aanvankelijk ontken de contacten zijn geweest, is dus wel duidelijk. Ik confronteerde Hainje ook met het gordijn in de fabriek. Dat zou volgens de toen malige directeur te maken hebben gehad met een nieuw buizensys teem en was eigenlijk niets bijzon ders. Volgens mij een leugen, want dat nieuwe systeem is naar ik later hoorde pas in 1954 toege past. Dus daar hoefde je twintig jaar eerder de gordijnen al niet voor te sluiten". Vraagtekens Ook Bosma stuitte dus in zijn on- te met asz te keren zijn. De resulta ten bij het bestrijden van een be- roèrte door afsluiting van een van de hersenvaten zijn tot nu toe het meest overtuigend. „De werkzaam heid staat nu zo goed als vast", juichte een drietal deskundigen on langs in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde. Merkwaardig genoeg helpt het alleen bij mannen en een ander middel is er niet. In Nederland is het nu al gebruikelijk om patiënten die met een TIA (voorbijgaande verlamming) voor een beroerte gewaarschuwd zijn, een gram asz per dag te geven. Infarct Als wapen tegen hartinfarct is asz veel minder overtuigend. Aanvan kelijk leek het niet eens te helpen. Toen later bleek dat het wel helpt, vlogen de onderzoekers elkaar in de haren over de waarde van het onderzoek. Dat is min of meer bij gelegd, maar nu wetenschap is oorlog! heeft men weer mot over de juiste dosis. De stand is nu als volgt: asz wordt ZATERDAG 10 NOVEMBER jster t ve che hf el( reik >nt, bbe er d [i jui Een tekening van de but, waarin de motor van Wardenier zou worden toegepast. Precies een halve eeuw nadat zijn uitvinding wereldnieuws was, is er een boek verschenen over Johannes Wardenier. In „Het mysterie Wardenier" wordt uitvoerig ingegaan op de sensatie van de herfst van 1934, toen een eenvoudige arbeiderszoon uit Steenwijkerwold een motor had laten draaien, die zoals de jonge uitvinder het zelf aangaf „een omwenteling zou brengen in de voortbeweging". Johannes Wardenier is wekenlang voorpaginanieuws geweest en vijftig jaar na het gebeurde wordt nog altijd in met name Noordwest-Overijssel en het aangrenzende Friesland gesproken over de motor, die zou worden geproduceerd in een in Wolvega te bouwen fabriekscomplex, waar werkgelegenheid zou komen voor dertienduizend man Met name de vele werklozen uit die tijd klonk de tijding als muziek in de oren. Maar, zoals vele ouderen zich nog zullen herinneren, is het geheel op een debêcle uitgelopen. Wardenier werd opgenomen in een psychiatrische inrichting, waar hij echter als normaal werd beschouwd door de behandelende professor, die hem dan ook prompt weer naar huis liet gaan. Eigenlijk begon toen het mysterie, want bij zijn thuiskomst bleek de motor te zijn verdwenen. („Opgehaald door enkele heren, die zeiden namens Johannes te komen", vertelden zijn ouders later). Er gebeurden méér vreemde dingen rond de persoon van Wardenier, die na zijn uitvinding nooit meer heeft gewerkt en zich financieel' toch altijd goed heeft kunnen redden. Tot aan zijn dood toe, in 1960, die nogal onverwacht kwam. Juist in die tijd werkte Johannes hersteld van een ernstige tbc-kwaal aan rehabilitatie en maakte hij de tekeningen voor de motor opnieuw. Die tekeningen verdwenen even mysterieus als zoveel andere gebeurtenissen een geheimzinnig karakter droegen. Wat te denken bijvoorbeeld van de bevrijding uit een Duits concentratiekamp, waar Johannes zich al met zijn dood had verzoend. Plotseling klopten onbekende heren op zijn celdeur met de mededeling, dat hij bevrijd zou worden. Later Werd duidelijk, dat Philips met die vrijlating te maken heeft gehad. Zoals er op meer momenten een duidelijke relatie met dit concern voor de hand moet hebben gelegen. Allemaal vraagtekens, die in het boek aan de orde komen. De paperback van ruim 200 pagina's is samengesteld door de journalisten Han Wielick en Henk Ymker. In „Het mysterie Wardenier" wordt alles nog eens op een rijtje gezet. cieel per se niet onafhankelijke Jo hannes Wardenier na zijn vinding nooit meer heeft gewerkt. Waar van hij heeft geleefd? „Hij ging vaak op reis met onbekende be stemming om met geld op zak te rug te keren", heeft boezemvriend Brink tegenover nog in leven zijn de Steenwijkers onthuld. Een van hen, die zijn identiteit niet op schrift afgedrukt wil zien („Ik ben door de hele geschiedenis rond Wardenier wat benauwd gewor den") heeft Johannes ook enkele keren persoonlijk ontmoet in diens laatste levensjaren. „Een wijs man was het. Als opgroeiende jongens lagen we aan zijn lippen, wanneer hij ging vertellen. Over Duitsland bijvoorbeeld en ziin bevrijding uit het kamp. Na aankomst bij Philips in de grote hal in Eindhoven, heb ben ze daar voor hem spontaan staan applaudisseren. Dat heeft Wardenier als een erkenning erva ren". Even verderop in het boek: „Elke keer, wanneer hij bij Brink thuis op de praatstoel zat, gingen de gor dijnen dicht. Werd er in het kleine vertrek ook zachter gesproken. Er zat, zo heb ik het later ervaren, iets stiekems achter. Een mysterie, zo als alles rond de motor zoveel ge heimzinnigheid heeft gekend. Het heeft me altijd zeer geboeid om naar Wardenier te luisteren Er hebben zich volgens het boek diverse vreemde taferelen voorge daan rond de motor, die op tal van Èlaatsen „uitgeprobeerd" zou zijn. >e plaats Zwolle is in dit opzicht enkele malen genoemd, evenals Meppel (de Meppeler Machinefa briek), Vaassen (De Vulcaan) en la ter ook nog Antwerpen (Minerva) en Amsterdam (Citroën). Feit is, dat burgemeester mr. Maas van Weststellingwerf eind 1934 een reis naar Zwolle heeft gemaakt om zich daar van de ontwikkelingen rond de motor op de hoogte te stellen. Hier zou volgens sommige geruch ten, ook de toenmalige minister president Colijn bij aanwezig zijn geweest. Van een echte demonstra tie is volgens de echtgenote van burgemeester Maas nimmer sprake geweest. Dat vertelde zij tien jaar geleden aan verslaggevers. „Voor mijn man was de reis naar Zwolle een grote teleurstelling", aldus me vrouw Maas in 1974, veertig jaar na de uitvinding. De schrijvers van „Het mysterie Wardenier" zijn ook in contact ge- bloedvaten kan voorkomen. Hoe dat kan is men via een omweg aan de weet gekomen. In de jaren zeventig ontrafelde met name John Vane van de Engelse Wellcome Foundation de werking van da stof prostaglandine. Dit spul komt in ons hele lichaam voor en speelt een belangrijke rol bij de bloedstolling. Een bepaalde prostaglandine in de bloedplaatjes, tromboxaan, laat het bloed stollen. Een andere prosta glandine met de naam prostacycli- ne, gaat die stollingsneiging weer tegen. Op die manier worden bloe dingsneiging en stollingsneiging precies in evenwicht gehouden. Is de wand van het bloedvat door aderverkalking aangetast, dan overheerst het stollende prosta glandine van de bloedplaatjes. Ge volg: stollingsneiging en dus trom bose. En nu de link: de aanmaak van prostaglandine wordt geremd door acetylsalicylzuur ofwel asz. Bloed wordt door een aspirientje vloeibaarder. Dat wist men natuur lijk al veel langer, al wist men niet waarom. In de jaren zeventig ging men met groot enthousiasme on derzoeken of hartinfarct of beroer derzoek op veel vraagtekens. Zoals tijdens de ontmoeting met een in woner van Willemsoord, een zeke re De Vries. „De man woonde aan de Steenwijkerweg en hij vertelde me naast Wardenier in het sanato rium te hebben gelegen. Dat was in het Noordhollandse Laren in 1947. De Vries was aanvankelijk blij een buurtgenoot in de ziekenzaal aan te treffen, maar veel gezelligheid bood hem dat niet. Wardenier sprak gedurende de eerste maand nog geen vijf woorden. In het sanatorium noemde men hem Jan de Winter, afkomstig uit Nijmegen. Maar ingewijden hadden meteen door dat het ging om Jo hannes, die later wat spraakzamer werd. Natuurlijk wilde De Vries wel eens met Wardenier over de motor spreken. Het gekke van het geval was, dat Wardenier steeds bezoek had van onbekende men sen, die stilletjes aan zijn bed ge kluisterd bleven zitten. De vreem- si De begraafplaats in Steenwijkerwold, waar Wardenier ligt begrd. Ni Zijn graf is evenwel onvindbaar. Een zerk ontbreekt. De huidige aan delver vertelt in het boek, dat er zelfs van een registratie van de brlubs fenis geen sprake is geweestHet zoveelste mysterie. je d; en d nog nergens ingezet tegen hartin farct, al is men tamelijk overtuigd van de gunstige werking. Verder is duidelijk geworden dat de dosering stukken lager kan. John Vane, die intussen de Nobelprijs won, toonde dat vorige maand aan. Het stollen de prostaglandine in de bloedplaat jes kun je met 1 tot 25 milligram uitschakelen zonder dat de stolling- remmende prostaglandine in de wand van de bloedvaten wordt aangepakt. Tot nu toe was een dosis van 1 gram (B 1000 milligram) ge bruikelijk. Boven de 1,5 gram vreest men de bijwerking van bloe dingen in maag en darmkanaal. Daarmee zijn we terug bij de aan leiding van dit verhaal, de Cana dees Cairns die zijn patiënten vier aspirines (B 2,5 gram) per dag liet slikken. Een telefonische rondgang langs deskundigen maakte al gauw duidelijk dat niemand ooit van hem heeft gehoord. Zelfs internist Offerhaus niet. Offerhaus is in me disch Nederland zeer bekend door zijn tamelijk sceptische artikelen in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde en hij wordt zelden tegengesproken. Aspirine tegen hartinfarct heeft zijn speciale be langstelling. „Nee, op mijn c^ hoi ter, waarin alle literatuurgegtot h over asz zijn opgeslagen, k<jt voi hem niet tegen. Het is natiihng' vreemd bericht, want de lpn< is iuist om heel laag te doserePka-J je hoger zit dan rem ^e ook hegevol as n inge Neurologen bevelen een dcfeer van 1 gram aan. ,zond „Nou, daar zullen ze wel vanjale komen. Vane heeft nu aanga" dat het al met een duizendste^ kan. Overigens staat de w^eau van asz bij herseninfarcten i goed als vast". En bij hartinfarct „Het probleem is, dat al het 4 zoek nu verouderd is. Toen dl den ze hoog, nu laag. Dus jeH een heel andere verhouding I dooi werkingen bijwerkingen. L is of er geld te vinden nieuw onderzoek. In Europ geld er niet meer. Farmaceii industrieën zijn niet geinteref Voor onderzoek naar een c neesmiddel van nog geen du! dat ook nog vrij is van n hebben ze geen belangstellini Eerst even een misverstand oprui men. Een eeuw geleden maakte men voor het eerst acetylsalicyl zuur uit wilgebast. Bayer stopte het zuur in zijn aspirine en sindsdien heet elke kleine pijnstiller een aspi rientje. Acetylsalicylzuur (vanaf nu asz) zit tegenwoordig in wel hon derden merken aspirine, maar niet elke aspirine bevat asz. Goed. ASZ is een onderschat ge neesmiddel en geen doekie voor het bloeden als de dokter het ook niet meer weet (al wordt het op die wijze wel vaak gebruikt). Het zuur bestrijdt niet alleen kleine pijn, maar ook ontsteking en koorts. De laatste jaren wordt het steeds dui delijker dat het oude en spotgoed kope asz bovendien trombose in de delingen begonnen volgens Vries te praten op het momen er een gesprek met gang leek te gaan komen mi motor als onderwerp. Volgen Vries moeten die bezoekers op hun accent uit het westen het land afkomstig zijn Bovendien waren ze niet deld. Dat laatste wordt bevestigd Jan Oosten uit Blesdijke, die eens gelijktijdig met Wardenier aan het was gekluisterd. „Als hannes het zich ren te roken. Hij die hij ons vol trots zijn bezoekers behoorde de van die tijd Vreemde verhalen, maar merkwaardige voorvallen zijn^'J^J niet gesignaleerd rond de fr: ti Johannes Wardenier? „Het rie Wardenier" staat er h«l Een week of wat geleden stond er een opvallend bericht in de krant: de Canadees dr. John Cairns gaf 555 pa tiënten met angina pectoris dagelijks vier aspirientjes en het sterftecijfer door hartinfarct daalde prompt met 70%. Wat er van te denken? Na wat gelees en gebel werden me twee din gen duidelijk. Aspirine kan waar schijnlijk een hartinfarct keren en meer nog: het verlaagt ook de kans op een beroerte. Twee: van die John Cairns zullen we waarschijnlijk nooit meer iets vernemen. Waarom dat zo is daarover verderop meer. Paalman

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1984 | | pagina 20