De krant kunnen
we, ook in 1999,
geen dag missen
£e4dóc6ou/umt
s
75 jaar Nieuws
Donderdag 13 september 1984
IBER 191
jf
r
busjes
34040
van artikelen en foto's die hij achtereen
volgens op zijn beeldscherm kan oproe
pen.
De beschikbare ruimte in de krantekolom
men is beperkt is het ooit anders ge
weest? en het nieuwsaanbod enorm.
De selectie moet dus scherp zijn. Behalve
over het werk van de eigen verslaggevers
en fotografen beschikt de rubriekschef
over de berichten van de internationale
persbureaus, over de bijdragen van cor
respondenten en medewerkers en over de
advertenties die op zijn pagina zijn ge
pland. Alle bestanddelen van een pagina
komen op één punt samen en worden van
daaruit gestuurd. TPE (Total Publishing
Environment) heeft computergigant Atex
dit genoemd.
Het weggooien van overbodige berichten
en artikelen in de „prullenmand" van de
computer en het bewerken en inkorten
van de berichten die deze dag in de krant
mee moeten, is door de jarenlange erva
ring met het werken op beeldschermen
voor de redacteuren een zaak van routine
geworden. En moet er meer duidelijkheid
over het materiaal zijn dan het beeld
scherm biedt, dan kan RIP (Raster Image
Processor) van een computerfoto een
scherpe afdruk leveren en Proofer een af
druk van een artikel.
Het verdwijnen van de papierberg van de
redactionele bureaus in de jaren tachtig-
hing samen met het buiten gebruik raken
van de telexen, die door hun geratel en
door belletjes de redacteuren hadden gea
larmeerd voor een „flash"-bericht: de
dood van een president, de verkiezing van
een opvolger. Het was meestal iets ergs.
Daarna waren vrijwel geruisloze printers
gekomen die de berichten van de persbu
reaus in hoger tempo de wereld instuur
den, maar het lawaai was gebleven: met
de beeldschermen deden knarsende ma
trix-printers hun intrede voor het maken
van supersnelle afdrukken van computer-
berichten.
In de pagina
Voor het samenstellen van de pagina's is
in 1999 nieuw elektronisch gereedschap
voorhanden. De door de redacteuren ge
selecteerde en bewerkte artikelen worden
door een opmaakredacteur voorzien van
instructies aan de computer (zetaanwijzin-
gen), die bijvoorbeeld de grootte van de
kop, breedte van de tekst en het lettertype
aangeven. De opmaakredacteur dirigeert
de kopij daarna naar haar plaats in de pa
gina, die op een speciaal groot beeld
scherm staat geprojecteerd. De computer
geeft precies aan hoeveel ruimte het
„stuk" inneemt. Is een stuk te lang, dan
wordt het op maat gemaakt. Op dezelfde
manier vinden foto's, grafieken en tussen
tekst-advertenties hun plaats in de pagina.
Het verwerken van foto's is een verhaal
apart. Fotografen en fotopersbureaus heb
ben hun materiaal draadloos verzonden
naar de computer. Van negatieven en af
drukken is geen sprake meer. Via het
beeldscherm kunnen de kleurenfoto's op
het juiste formaat worden gebracht en
eventueel bewerkt. Van een foto van een
landschap in de volle zon is zonder meer
een sneeuwlandschap te maken. Ook
kleurveranderingen kunnen via de compu
ter gemakkelijk worden aangebracht. Al te
„ijverige" foto-redacteuren worden echter
door collega's gematigd. De nuchtere lezer
verwacht immers een reëel beeld van de
werkelijkheid.
Afbreken
Een druk op de knop van het toestenbord
is voldoende om alle tekst van een pagina
te voorzien van de juiste woordafbrekin
gen al jarenlang moet de lezer hierbij
een aantal fouten voor lief nemen en
om elke tekstregel precies „vol" te laten
lopen. De aanwezige ruimte in een regel
wordt door een ingewikkeld computerpro
gramma netjes tussen de woorden ver
deeld. Uitvullen en afbreken heet deze be
werking.
De laatste handeling van de journalist be
staat uit een druk op de knop „Zet" van
het toetsenbord. De tekst verdwijnt van
het beeldscherm om zijn gang via de com
puter naar de zogenaamde plaatvervaardi-
ging te gaan. Daar worden in etsmachines
de offsetplaten vervaardigd die via een
rubberen rol de drukinkt op het papier
brengen in de grote rotatiepers.
Koude zetterij
Het is anno 1999 al lange tijd geleden dat
bij het vervaardigen van een tekstpagina
veel meer mensen op verscheidene afde
lingen van het bedrijf betrokken waren.
Toen beeldschermen de schrijfmachines
van de verslaggevers gingen vervangen,
aan het eind van de jaren zeventig, kreeg
de redactie een directe verbinding met de
zetmachines.
Het tijdperk van het loden zetsel, van de
zogenaamde „warme zetterij", was toen al
jaren verleden tijd. De vroegere zetmachi
nes leken kolossale schrijfmachines die
van vloeibaar lood regels fabriceerden
waar de tekst in spiegelschrift in reliëf op
lag. Het was mogelijk daarvan op papier
een leesbare afdruk, een „proef", te trek
ken.
Na de warme kwam de koude zetterij,
waarin fotopapier de plaats van het lood
had ingenomen. De zetmachine van de
„koude" zetterij, een nette metalen kast,
produceerde een lange strook fotopapier
waarop de tekst fotografisch stond weer
gegeven. In tegenstelling tot de redactie
waren op de zetterij schaar en lijmpot nog
niet door de computer overbodig gewor
den. Koppen en teksten moesten worden
losgesneden, van gom voorzien en vervol
gens op pagina-grote vellen geplakt. De
foto's, rasterafdrukken van de originele
opnamen, en advertenties kregen even
eens hun lijmvaste plaats op de pagina.
Via een volgende fotografische bewerking
werden de drukplaten vervaardigd.
Een aantal van die stadia is sindsdien suc
den is, tot onze diepe droefheid met
zijn advertenties van „Te koop" en uitver
koop, van huizen, auto's en banen in de
aanbieding, dat blad is door de televisie
niet overbodig geworden.
Op cassette
Anno Domini 1999: een verslaggever van
de Leidse Courant spoedt zich naar de re
dactie. In zijn tas: documentatie- en infor
matiemateriaal, een blocnote met aante
keningen en zijn bandrecorder voor de
vraaggesprekken, maar ook een cassette
band met het „verhaal" dat hij thuis op
zijn homecomputer heeft ingetikt. Hij heeft
zijn cassetteband altijd bij zich om gewa
pend te zijn tegen een eventuele storing
die kan zijn opgetreden bij het digitaal
doorzenden van zijn verhaal via de tele
foonlijn naar de krant.
Al vanaf het eind van de jaren zeventig
heeft de redactie te maken met een com
puter die de teksten verwerkt, maar on
langs is het oude exemplaar op de krant
vervangen door een van een „nieuwe ge
neratie", en de programma's daarvan ver
tonen nog wel eens kinderziekten waar
door de computer „down" gaat. Trou
wens, ook in de telefoonlijn is een storing
mogelijk.
Als de verslaggever achter zijn bureau zit,
meldt hij zich via zijn beeldscherm aan de
Atex-redactiecomputer (Atex is de naam
van de Amerikaanse computer-gigant die
onder meer via de Leidse Courant zijn in
tree deed op de Nederlandse uitgevers-
markt en in het begin van de jaren tachtig
die markt voor een groot deel veroverde).
Het is goed dat de verslaggever zijn cas
sette bij zich heeft: zijn verhaal is per
abuis door een collega niet goed behan
deld en daardoor onbruikbaar geworden.
Maar doordat de cassette in ijltempo in de
computer kan worden „ingelezen", kan de
journalist binnen enkele ogenblikken weer
over zijn tekst beschikken. Hij leest hem
nog eens door, verschuift door het bedie
nen van wat toetsen enkele alinea's om
een sterkere compositie te krijgen en vindt
daardoor een betere kop boven zijn stuk
dan hij de avond tevoren thuis wist te ver
zinnen. Hij bergt het gecorrigeerde verhaal
even in de computer op om via zijn beeld
scherm de foto's op te roepen die door de
redactiefotograaf in de computer zijn inge
voerd. Bij de betreffende foto maakt hij
een bijschrift en „zendt" foto en tekst via
de computer naar de rubriekschef.
Papierberg
Af en toe bekruipt een in zijn vak vergrijs
de rubriekschef een gevoel van heimwee
naar de tijd dat telexberichten en foto's op
zijn bureau dagelijks tot een berg aan
groeiden. Schaar en lijmpot behoorden
toen nog tot de voornaamste attributen
van de redacteur die artikelen moest in
korten of samenvoegen. In 1999 heeft hij
echter niets tastbaars meer in de vingers.
Hij heeft slechts een lange lijst codenamen
EIDEN We schrijven 1999. De Leidse
ourant bestaat negentig jaar en bereidt
e extra editie voor die de overgang naar
6 eenentwintigste eeuw moet begeleiden.
aarin terugblikken op een eeuw die ge-
mmerkt is door technische vernieuwin-
sn zonder dat duidelijk werd wie van de
loruitgang beter werd; in deze editie ook
lorzichtige schattingen van wat een on-
Bkende maar ai nabije toekomst nog niet
vijt wil.
sen aantal jaren is er trouwens al
irake van dat de mensheid in een nieuwe
iriode is beland, het informatietijdperk,
ëuwe vindingen hebben het mogelijk ge-
aakt dat het nieuws sneller arriveert bij
erorri verlegen zit. Enorme computers
i databestanden beheren een schat aan
gevens, kabels van glasfiber wedijveren
snelheid met satellietverbindingen, het
huiselijk televisietoestel heeft meer en
meer het karakter gekregen van een brie
venbus. Ook voor uitgaande post, want
het thuis-bankieren, het thuis-winkelen bij
supermarkten, warenhuizen en postorder
bedrijven, het thuis-bestellen van reizen,
enzovoort, is mogelijk geworden.
En toch valt met een plof elke avond de
krant weer door de echte brievenbus op
de voordeurmat. Want de krant kunnen
we nog steeds geen dag missen. Het eigen
blad met zijn vertrouwde variatie van treu
rig stemmend en vrolijk makend nieuws,
met de bekende verdeling van nationaal,
internationaal en plaatselijk nieuws in rui
me maar bevattelijke hoeveelheid, met de
bekende namen van redacteuren en r
dewerkers naar wie je als lezer het eerste
zoekt, met zijn familieberichten als „Met
blijdschap geven wij kennisen „f
De opmaakredacteur
dirigeert de kopij naar
haar plaats in de pagina,
die op een speciaal groot
beeldscherm staat
geprojecteerd.
cessievelijk verlaten. Het beeldscherm van
de verslaggever kreeg tegen het eind van
de jaren tachtig een groter broertje: het
opmaakscherm. Hierdoor werd het moge
lijk dat de „zetmachines" niet langer stro
ken zetsel produceerden die nog wel
eens verkeerd geplakt in de krant terecht
konden komen maar kant en klare pa
gina's. Maar ook dit was tijdelijk. Het ont
werpen (layout) van een hele pagina op
een beeldscherm maakt het in 1999 moge
lijk de papieren afdruk geheel over te
slaan en rechtstreeks vanuit de redactie
de drukplaten te vervaardigen.
Toetsenbord
Tussen de journalist en de drukpers, het
begin- en het eindstadium bij de vervaar
diging van de Leidse Courant, zijn in 1999
de meeste tussenstops verdwenen. De
ATEX-computer laat toe dat een bericht of
commentaar, een achtergrondartikel of re
censie via een toetsenbord met beeld
scherm wordt ingetikt en bewerkt. Diezelf
de computer zorgt ervoor dat het bericht
zijn plaats vindt in de pagina, dat het
wordt bewaard in het elektronisch archief
van de krant en via het datanet beschik
baar wordt gesteld aan de kranten waar
mee de Leidse Courant redactioneel sa
menwerkt. Ook kan het worden doorgege
ven aan de televisiestations, die het be
richt in de huiskamer* willen brengen. Eh
vervolgens zorgt de computer ervoor dat
de pagina naar de etsmachine wordt ge
zonden. die de drukplaten vervaardigt. Het
toetsenbord van de opmaakredacteur is
daarvoor voldoende.
De pers is gebleven, al heeft ook hij enkelè
vernieuwingen ondergaan. Het tientallen
jaren gebruikte procédé van hoogdruk
met reliëfplaten is de laatste tientallen jai-
ren steeds meer vervangen door offset
(elastische rubberen rollen) dat beter is
toegerust op het drukken in kleur.
Ook de journalist is veranderd. Hij moet
sneller inspelen op het nieuws dat hem vla
zijn beeldscherm van alle kanten bereiQ.
Zijn gereedschap, aanvankelijk alleen pen
en papier, bestaat voor een belangrijk
deel uit elektronische hulpmiddelen: een
bandrecorder voor het opnemen van
vraaggesprekken, een beeldscherm m0t
toetsenbord voor het intikken en bewer
ken van zijn kopij, een kabelnet om zijn
„verhalen", thuis of op een draagbare ter
minal, te bestemder plaatse te krijgen.
Niet veranderd is zijn taak: namens de le
zer nieuwsgierig en kritisch te zijn en het
resultaat van zijn speurzin onbevooroor
deeld aan de lezer te tonen in heldere taal.
De hoeveelheid informatie is toegenomen,
zelfs zo dat scherpe selectie steeds meer
noodzakelijk is geworden. Dit vereist in
zicht in veel terreinen van de samenleving.
Dat aan de journalist aan het eind van de
twintigste eeuw ook steeds meer techni
sche eisen worden gesteld, is gezien de
ontwikkeling van de maatschappij begrij
pelijk. Een journalist blijft kind van zijn
tijd.
PAUL TOBY