'elft en Makkum t n de perikelen I na lë Ontslagen in oude majolica-industrie Antiek plateel op exposities I parijs exposeert ^londerd Auto ZATERDAG 7 JULI 1984 Al roepen de met de hand beschilderde produkten, die vandaag de dag in Delft en Makkum worden gemaakt zeer zeker bewondering op, het patina van het antieke Delftse en Friese majolica c.q. fayence verleent het sier- en gebruiksgoed uit het verleden nog een extra „glans". Daarbij scoort Makkum op dit ogenblik hoger dan de Porceleyne Fles in Delft, waarvan een directielid tijdens de oorlogsjaren zo bevreesd was gecompromitteerd te worden met stukken uit het verleden, dat hij nagenoeg het complete bedrijfsarchief liet vernietigen. Dat betekent dat de enig overgebleven plateelbakkerij van Delft praktisch geen originele archiefstukken meer bezit van vóór 1940. Bij Tichelaar heeft ooit een bedrijfsboekje bestaan, maar dat is geenszins meer up to date. Het bedrijf kan echter pronken met het onlangs door prinses Margriet geopende aardewerkmuseum in de Waag van Makkum. Daar is een schitterende collectie Fries (Makkums en Harlingens) aardewerk bijeengebracht, waarmee de bewering wordt gelogenstraft als zou de kwaliteit in de 18e eeuw hard achteruit zijn gehold. In Friesland was daarvan zeker geen sprake, getuige de verzameling in de Waag. De Porceleyne Fles moét het wat betreft antiek plateel stellen met zijn „bedrijfsmuseum" dat in 1887 door koning Willem III een kolossale vitrinekast geschonken kreeg vol Delfts aardewerk. Verder valt het werk op dat de schilder Leon Senf (1860-1940) vervaardigde en waaraan vroegere Perzische decoratiemotieven en kleurstellingen ten grondslag liggen. Zijn vazen en tableaus in blauwe en groene kleuren zijn van een schitterende kwaliteit, waarbij Senf gebruik maakte van donker bakkende klei met daarop een witte engobelaag, waarop hij zijn versieringen aanbracht. Trots wijst Labouchère op een ruim anderhalve vierkante meter groot tegeltableau, dat de Hollandse vloot uit 1666 voorstelt op de rede van Oostende aan de vooravond van ae vierdaagse zeeslag tegen de Engel sen. A raison van 35.000 gulden schildert Mar de Bruijn deze voor stelling naar een schilderij van Van Velde de Oude op 35 tegels vlekke loos na, compleet met een meer- kleurig geornamenteerde rand. Toen een lid van de Marokkaanse ambassade het stuk zag, raakte hij zo onder de indruk van de schilde ring dat hij de Porceleyne Fles vroeg of De Bruijn ook impressies van Churchill uit Marrakesj kon naschilderen. Toen de directie be vestigend antwoordde, kreeg de Delftse plateelschilder opdracht twee grote tegeltableaus samen te stellen met in de rand de initialen van koning Hassan II verwerkt. Een dergelijk vakmanschap verlo ren laten gaan achten Tichelaar en Labouchère een onherstelbaar ver lies voor de bedrijfstak, die gedu rende een reeks van eeuwen ons land een bekendheid verschafte, die tot op de dag van vandaag voortduurt. Noblesse oblige, ook al wordt het zowel in Delft als in Makkum met gefronste wenkbrau wen gezegd. KLAAS GOÏNGA exposeerde auto's. Zo is de Bugatti Royale, Coupe Napoleon uit 1930 een lust voor het oog. Deze Franse tegenhanger van de Rolls Royce was destijds bedoeld als het ver voermiddel voor de betere klasse. De slee was echter zo exclusief dat bijna niemand deze auto kon beta len. wat dan ook spoedig tot een stop van de produktie leidde. Van een heel ander niveau, maar daar om niet minder aardig, is de Ci troen 1939, een voorganger van de „Eend". -„Vier wielen onder een paraplu" was de bijnaam die de Fransen voor dit voertuig bedach ten. Het ding kon vier personen en vijftig kilo bagage vervoeren zon der te hoeven toegeven op de top snelheid van vijftig kilometer per uur. Andere bijzondere modellen: de „Jamais Contente" uit 1899 van Jenatzy, een torpedo op wielen, die op 29 april 1899 in Achères als eer ste auto de snelheidsgrens van hon derd kilometer per uur over schreed. En de Renault AG, die weliswaar nooit hard heeft gere den, maar toch wereldberoemd is geworden als de auto waarmee de Parijse taxichauffeurs in 1914 Franse soldaten naar Lagny ver voerden, een verrassende manoeu vre van generaal Gallieni. die mede van invloed is geweest op de Franse overwinning in de slag aan de Marne. De tentoonstelling „Honderd jaar Franse auto" is dagelijks vanaf 10.00 uur te bezichtigen. Op dins dag en donderdag sluit het Grand Palais om 23.00 uur. De rest van de week om 21.00 uur. De toegangs prijs bedraagt 30 franc (rond de tien gulden) voor volwassenen en de helft voor jongeren tot twintig jaar. BOB VAN HIJËT ,FT/MAKKUM eizaam", zegt marketing- ager Paul Labouchère op 'raag hoe het gaat met de loop van het met de hand hilderde Delfts blauw tewerk, waarmee ons land -in alle spreekwoordelijke sen van de wereld bekend „Uiterst moeizaam verzuchting, die niet al- staat, want ook in het se Makkum is ir. Pieter P Tichelaar (directeur van jelijknamige aardewerkfa- jk) een man, die een ui- t zorgelijke tijd achter de 1 ;;heeft. alom gekende en gewaardeer- gleiersprodukt" uit It Heitelan al even grote problemen voor betreft de afzet. Het gedwon- pggjgggfontslag van niet minder dan 45 ^«nemers vorig jaar was er een - tstreeks gevolg van. In de loop jaren is het aantal werknemers vlakkum dan ook gehalveerd: 190 in 1980 naar 97 eind vorig i In Delft liep het aantal werk- lers terug van 244 in 1979 naar in 1983. zaak van alle kommer en kwel deze puur ambachtelijke be is tak is de economische recessie de dalende koopkracht in ons I, die er onder meer toe heeft __"id, dat de detailhandel in luxe 1 kelen (glas, porselein en kristal) zr 30 procent achteruit is ge- rd. En naar het ministerie van zaken verwacht, zal stagnerende beeld zeker nog In die tot drie jaar voortduren, en Ja{"?flpas in de jaren negentig de con- w*jd;ttuur in ons land weer een re- 'eroejjjk aanzien vertonen, foor t alleen het oude, met de hand aardewerk, dat in ons Jffl kan bogen op een traditie van „Ku^r dan drie eeuwen, heeft het •Keaeilijk. Ook bedrijven, die op in- enzqtriële voet met keramiek om- esje |n, zuchten onder de zorgen. Bij var Sphinx in Maastricht (modern '^^^itair-aardwerk en tegels) moe- 190, zo niet 340 banen verdwij- een lichtpuntje kan de Mosa-fa- k (1.500 werknemers) worden vjchouwd. Dit op industriële i^oijaal porselein vervaardigende (rijf, lijkt de wind tamelijk goed ■■de zeilen te hebben. Niet alleen tduceert men er wandtegels, ar ook alle hotelporselein komt ten vandaan, terwijl Mosa als nou- 'raliauté huishoudelijk porselein op eze markt brengt, en naar het vah laat aanzien met veel suc- ie i. de n Porceleyne Fles, het oude giftse bedrijf aan de Rotterdamse- oqg moet met zijn fijnzinnige, met hotel hand beschilderde produkten tegen in Taiwan, Hong- am ng of Beieren vervaardigde en |t blauwe plakplaatjes ingebran- shuiivazen, potten en ander sieraar- dat eveneens onder de „Delfts" wordt ver dicht. ten [et name de Amerikaan heeft rstetn benul van kwaliteit op dit 5 hak van zaken", zegt Labouchère. ekroie ziet geen verschil tussen dat ktertrukte plakplaatjes-goed met „Delft" en ons met de hand ichilderd produkt". in tk Tichelaar uit Makkum heeft ninlAmerikanen niet in de bovenste i en a bej; - A S'aar ^Franse i hi de es, Ie i K i iml. tic* »nt i\o de la van zijn appreciatie liggen wan neer hij constateert dat in de Vere nigde Staten een zo van de Neder landse situatie verschillend distri butiesysteem bestaat dat het uiterst moeilijk is het Friese produkt daar te verkopen. „We zijn afhankelijk van mond-tot-mond-reclame en free publicity", zegt Tichelaar, die verder opmerkt dat de detailzaak in. luxe artikelen weliswaar wel aan de westkust van de Verenigde Staten bestaat, maar verder niet voorkomt. Men is voor dat soort dingen aangewezen op de waren huizen. Verliezen Zowel in Makkum als in Delft wer den de afgelopen jaren verliezen geleden, die met name bij'de Porce leyne Fles een dramatisch karakter vertonen: vorig jaar was het tekort daar bijna 2 miljoen gulden, in 1982 een dikke 80 mille, in 1981 bijna twee ton en in 1980 ruim vier ton. Een en ander heeft tot gevolg ge had dat de reserves geheel zijn ver dwenen en dat het eigen vermogen is geslonken tot ruim negen ton en is ingeteerd tot nog slechts elf pro cent van het totaal vermogen. In 1979 bedroeg het nog 36 procent. Voor dit jaar verwacht Labouchère dat de afzet minder problematisch zal verlopen dan in de voorgaande jaren, maar zekerheid daarover heeft hij niet. Pogingen om het traditionele Delfts blauw een ander gezicht en karak ter te geven door meer eigentijdse ontwerpen zijn min of meer op een fiasco uitgelopen. Dat lag niet zo zeer aan de ontwerpen van o.a. Jan van Willigen, die met fraai gesti leerde decoratiemotieven de Porce leyne Fles behalve het traditionele aardewerk een hedendaags pro dukt wilde leveren, maar aan het publiek, dat het volstrekt liet afwe ten. Vandaag de dag liggen Van Willigens wandborden (Zodiac-de cor in een oplage van 50 stuks) dan ook triest afgeprijsd in de vitrine van de bedrijfswinkel, waar het traditioneel beschilderde Delftse aardewerk (Pijnacker, blauw en/of polychroom) wél wordt gekocht, maar niet het met eigentijdse njio- tieven beschilderde siergoed. Ir. Pieter Jan Tichelaar heeft in Makkum exact dezelfde ervaring: ook daar blijft het publiek steken bij het produkt, dat qua versiering doet herinneren aan voorbije tij den, zij het dat de decoraties zoals die ooit door Freeks Jans in de 17e eeuw werden gebruikt in de loop der jaren vooral in de 19e eeuw wel aanpassingen hebben ondergaan. Ook Tichelaar-Mak- kum heeft een aantal jaren achter een met rode cijfers gewerkt, waar bij met name 1982 er met een ver lies van 769.000 gulden negatief uit sprong. Innovatie Probleem bij louter ambachtelijke bedrijven als de Porceleyne Fles en Tichelaar in Makkum is, dat het aantal werknemers en in dit specifieke geval zijn dat de schil ders de omzet grotendeels be paalt. Als de produktie niet wordt afgenomen hopen de voorraden zich op bij de fabrieken, als gevolg waarvan er vrij aanzienlijke verlie zen worden geleden. Het streven bij beide aardewerkbedrijven is er dan ook op gericht de voorraden snel af te bouwen. Daarbij worden geen concessies gedaan aan het prijsniveau, ook al omdat men het min of meer exclusieve karakter van de produkten uit Delft c.q. Makkum niet wil aantasten. Pro- duktie-inkrimping betekent dus ontslagen. Waar de Porceleyne Fles de afgelopen jaren veelvuldig het middel van werktijdverkorting toe paste met daarnaast (in 1983) ge dwongen ontslag voor negen werk nemers, daar hakte Tichelaar vorig jaar de knoop radicaal door en ont sloeg 45 werknemers. De omzet was van 10,4 miljoen gedaald naar 7,5 miljoen gulden. De Makkumer direktie was van mening dat met werktijdverkorting alleen de zaak niet te klaren was en dat het voort bestaan van het bedrijf als zodanig in gevaar was gekomen, waardoor rigoureuzere maatregelen noodza kelijk waren. Daarnaast is Pieter Jan Tichelaar van mening dat ook een ambachtelijk bedrijf als een aardewerkfabriek innovatief te werk kan gaan. Met betrekking tot dat laatste komt Tichelaar met twee zaken, waar mee gepoogd wordt de basis van de oude Zuidwestfriese „gleiersbakke- rij" te verbreden. Daarbij gaat het om de fabricage van geglazuurde dakpannen en om het uitvoeren van restauratie-opdrachten van oude plateelvoorwerpen, zoals bij voorbeeld antieke tegeltableaus. Enthousiast voert Tichelaar de be zoeker langs een eenzame schilder die, in gezelschap van Hilversum 3, nauwgezet blauwe tegels bijschil dert van een groot 18e eeuws tegel tableau, dat straks een plaats krijgt in het Amsterdamse stadhuis. Wel iswaar loopt het niet storm op deze afdeling, maar Tichelaar wil probe ren een reputatie op te bouwen op het gebied van restauratie, ook al omdat elders in Europa nog maar weinig vakkennis op dit specifieke gebied bestaat. Een ander verhaal is de produktie van geglazuurde dakpannen, waar voor vorig jaar zich ineens een klant uit Bahrein aandiende, die meteen 75.000 stuks bestelde. Ti chelaar hoopt dat de bouwonderne ming in het Midden-Oosten, die deze order plaatste, zijn belofte van 200.000 pannen per jaar hard zal maken, terwijl hij verder tevreden kijkt naar de afdeling, die vorst pannen voor rieten daken produ ceert. „Het lijkt erop dat dit nog maar het begin is", zo spreekt hij over het feit dat de omzet van de afdeling „Panwerk" vorig jaar 42 procent hoger lag dan in 1982. Geen plakplaatjes Over één ding zijn Tichelaar in Makkum en Labouchère in Delft het hartgrondig eens: nimmer zul len zij het oude arbeidsintensieve, met de hand beschilderde aarde werk inleveren voor het vaak fan tasieloze, met transfer-printings be plakte en ingebrande siergoed. Waarschijnlijk zou dat ook het ein de van beide bedrijven betekenen: zeker in artistiek opzicht. PARIJS Toen de Franse za kenman en vrijetijdsuitvinder Edouard Delamar-Deboutte- ville in 1884 even buiten Rouen een geslaagde testrit maakte in een vreemd soort koets, niet voortgetrokken door paarden, maar aangedre ven door een veel lawaai pro ducerende viertakt gasmoter, zag niemand in Frankrijk eni ge toekomst voor dat bizarre voertuig. De mensen hadden wel andere dingen aan hun hoofd, bijvoorbeeld de organi satie van de wereldtentoon stelling in Parijs, waar inge nieur Eiffel met echt iets bij zonders voor de dag beloofde te komen. Geen Fransman kon in die dagen bevroeden wat het belang zou zijn van die eerste „automobile", waar van de Raad van State pas in 1901 het geslacht wilde vaststellen: une auto. Het krakkemikkige voertuig dat Delamar-Deboutteville en zijn vriend, de mecanicien Leon Malan- din een eeuw geleden met knik kende knieën op de weg zetten, leek desalniettemin de voorbode van een revolutionaire industriële ontwikkeling. Al in 1895 bouwden de Franse fabrieken Panhard-Le- vassor en Peugeot 144 van die nieuwe kabaaikarren; negen meer dan de firma Benz, die in Duitsland met de bouw van auto's was begon nen. Vijf jaar later fabriceerden de Fransen bijna 5000 op benzine rij dende wagens en in 1907 kon men daarvan een vijfvoud leveren, wat verreweg de grootste produktie in Europa betekende. Anno 1984 geldt de Franse auto-industrie als de der de ter wereld en als de voornaam ste industrietak in eigen land. Meer dan 400.000 Fransen verdienen in de auto-industrie hun boterham. Snelheid: 8 km Vorige maand tufte een kopie van de allereerste Franse auto wan neer tenminste de fameuze stoom wagen van Nicolas-Joseph Cugnot (1771) buiten beschouwing wordt gelaten met de fenomenale snel heid van acht kilometer per uur over de Parijse stadsracebaan die Champs Elysées heet. Zich niets aantrekkend van gestroomlijnde achter-achterkleinkinderen, wag gelde het groenrode gevaarte lang zaam maar zeker in de richting van het Grand Palais om daar de ere plaats in te nemen op de onlangs geopende grote overzichtstentoon stelling: „Honderd jaar Franse auto", die nog tot en met zaterdag 18 augustus in de Franse hoofdstad bezocht kan worden. Wat door de overijverige organisa toren al „de expositie van de eeuw" is gedoopt, mag zeker de moeite van een bezoek waard heten. Zel den zal een zo compleet overzicht van de Franse auto te zien zijn ge weest, want werkelijk alles wat vier wielen heeft en op Franse ori gine kan bogen is op de een of an dere manier in het Grand Palais vertegenwoordigd. Van de eerste mechanische probeersels tot en met de nieuwste door een computer ge stuurde modellen. Meer dan 170 voertuigen, deels uit particuliere collecties, heeft men voor deze ex positie, waarvan president Mitter rand beschermheer is, naar Parijs weten te halen. Ze vertegenwoordi gen 68 merken. Gangbare merken als Citroën, Peugeot en Renault, Liefhebbers van old-timers kunnen hun hart ophalen. maar ook legendarische als Pan- hard, Berliet, Hotchkiss en Hispano Suiza. Dwalend over het 12.000 vierkante meter grote expositieterrein valt op dat de organisatoren hun best heb ben gedaan alle mogelijke facetten van de auto te belichten. Zo zijn er zeven deeltentoonstellingen die een indruk geven van hoe de technolo gie der vierwielers zich in de loop der jaren heeft ontwikkeld, wat de plannen voor de toekomst zijn, hoe men het energieprobleem denkt op te lossen, de plaats van de auto in de maatschappij, de auto in de sport enzovoort, enzovoort. Waar de ech te modellen ontbreken kan de ge ïnteresseerde bezoeker terugvallen op audiovisuele presentaties, die op meer dan 200 televisietoestellen te volgen zijn. Een en ander wordt gecompleteerd met 3000 vergrotin gen van deels historisch fotomate riaal. Lust voor het oog Maar het fraaist blijven toch de ge- Zo gebeurde het vroeger, zo gebeurt het nog steeds: het Delfts majolica is tot in alle hoeken van de wereld bekend, al wordt het begrip „Delft" ook gebruikt voor produkten, die niets met het met de hand beschilderen van doen hebben, maar versierd worden met behulp van transparante plakplaatjes. Ook in Makkum wordt louter met de hand beschil derd siergoed vervaardigd. Een blauwe chocoladeketel op dito comfoor: 18de eeuws aardewerk uit Harlingen en deel uitmakend van de collectie Fries aardewerk in het gelijknamige museum in De Waag te Makkum. Het sieraardewerk uit deze tijd wordt tot het beste gerekend, wat er ooit in Friesland vervaardigd is.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1984 | | pagina 15