Hier begint interesse
Twintig jaar verzamelen:
van utopie naar autonomie
Twaalfjarig talent
verrast Kasparov
Dieuwke
Winsemius schreed
milieuboek voor j
kinderen
Joe Cocker geeft overtuigend concert
KUNST
CcidócSouaant
DINSDAG 3 JULI 1984 PAGINA 1[
Bibliotheekraad wil verplicht inleveren van publikaties
DEN HAAG Ook in ons
land moet er een verplichting
komen tot het inleveren van
publikaties. Het is namelijk
van belang dat Nederlandse
publikaties voor het nage
slacht worden bewaard. Dit
heeft de Bibliotheekraad aan
minister Deetman van onder
wijs en wetenschappen geadvi
seerd.
Ons land is een van de weini
ge ter wereld waar zo'n ver
plichting niet bestaat. Zij was
er tot in 1912 de auteurswet
van kracht werd, waarmee
een einde kwam aan een wet
telijk depot. In 1970 stelde de
toemalige minister van onder
wijs een studiecommissie Wet
telijk Depot in. Vooruitlopend
op een definitieve regeling be
gon de Koninklijke Biblio
theek op basis van afspraken
met uitgeversorganisaties een
Depot Nederlandse Publika
ties.
Intussen is er veel meer zoge
naamde grijze literatuur geko
men, onofficiële publikaties
die niet via de normale boek
handelkanalen verkrijgbaar
zijn. Ze ontstonden en ont
staan niet in de laatste plaats
in de overheidssfeer en bij de
universiteiten. Onderzoek
heeft uitgewezen, dat het de
pot bij de Koninklijke Biblio
theek aanzienlijke lacunes be
vat vooral wat betreft tijd
schriften en de grijze litera
tuur.
De Bibliotheekraad ziet prak
tische voordelen in een depo
tregeling. Het ingeleverde ma
teriaal kan prompt bibliogra
fisch worden ontsloten. Daar
door kunnen publikaties snel
ler worden gevonden. Een
wettelijke inleveringsplicht
komt de volledigheid ten goe
de en biedt meer garantie voor
de continuïteit van het inleve
ren. Verder past zo'n regeling
in het internationale kader om
per land de literatuurproduk-
tie toegankelijk en beschik
baar te stellen.
De Bibliotheekraad vindt uit
breiding van het depot tot au
diovisuele media en vormen
van „electronic publishing"
nog niet nodig, maar sluit dit
voor de toekomst niet uit.
LONDEN De Sovjet-schaker Gary Kasparov
heeft tijdens een via de satelliet uitgezonden si-
multaan-partij remise moeten toestaan aan een
twaalfjarig Engels jongetje.
Michael Adams uit Cornwall was de jongste van
de vijf schakers, die het tegen de uitdager van we
reldkampioen Anatoli Karpov opnamen. Ondanks
zijn jeugdige leeftijd is Adams kampioen van
Cornwall. Als 8-jarige kwam Michael al voor dit
graafschap uit. „Ik was er heel zeker van dat ik
zou verliezen", liet het jonge schaaktalent weten.
De partij duurde twintig zetten. Op alle aanvallen
van de 21-jarige Kasparov had de kampioen van
Cornwall een passend antwoord.
Televizier-ring
voor „Zeg 'ns Aa'
HILVERSUM - De schrijvers en acteurs
van de VAR A-televisieserie „Zeg 'ns Aa"
hebben de gouden Televizier-ring 1984 ge
wonnen. De lezers van dit blad hebben de
serie met grote meerderheid aangewezen
als het beste programma van het afgelo
pen seizoen. Besloten was om de schrij
vers en acteurs (Alexander Pola, Chiem
van Houweninge, Nico Knapper, Sjoukje
Hooymeijer, John Leddy, Manfred de
Graaf, Carry Tefsen, Hans Cornelissen en
Moniek Rosier) de ring toe te kennen.
Manfred de Graaf heeft de onderschei
ding echter geweigerd, omdat „hij zich
niet kan verenigen met alle bekroonden".
Gezien deze weigering is besloten af te
zien van een feestelijke uitreiking. De be
kroonden krijgen hun ring thuis gestuurd.
DEN HAAG Dieuwke
Winsemius, auteur van
een grote hoeveelheid his
torische romans en kin
derboeken, heeft haar
tweede milieuboek voor
kinderen er op zitten. Dat
STEDELIJK IN TEKEN AFSCHEID DIRECTEUR
AMSTERDAM De tra
ditionele zomeropstelling
in het Stedelijk Museum
in Amsterdam, waarin
telkens een selectie uit
de vaste collectie van het
museum wordt getoond,
staat deze zomer geheel
in het teken van het na
derende afscheid van zijn
huidige direkteur, Edy
de Wilde, eind van dit
jaar. De Wilde heeft dan
niet alleen twintig jaar
lang zijn persoonlijke sig
natuur gezet onder het
gevoerde expositiebeleid,
maar ook en vooral on
der de uitbouw van de
vaste collectie.
Anders dan zijn voorganger
Willem Sandberg ziet De
Wilde de conservering, aan
vulling en uitbreiding van
een vaste verzameling als de
belangrijkste taak van een
museumdirekteur. Zelfs
meent hij dat musea voor
moderne kunst als het Stede
lijk, in de naaste toekomst
goeddeels op hun vaste col
lectie zijn aangewezen nu de
financiële middelen, alsmede
de bereidheid bij particuliere
kunstverzamelaars hun stuk
ken tijdelijk af te staan ten
behoeve van exposities,
steeds geringer worden. Met
als titel „20 jaar verzamelen"
loopt de zomertentoonstelling
als geheel door tot 27 augus
tus. De expositie in de boven
zalen van het Stedelijk is lan
ger te zien, namelijk tot en
met 16 september.
De 260 aanwinsten uit de pe
riode De Wilde zijn nader ge
profileerd door gelijktijdig
daarmee 100 werken uit de
periode Sandberg te expose
ren. De nadruk in het mu
seumbeleid van Sandberg lag
op de dynamiek van het mu
seum, waardoor het Stedelijk
kort na de oorlog kon uit
groeien tot een internationaal
georiënteerd en toonaange
vend centrum voor heden
daagse beeldende kunst. Het
accent viel daarbij als vanzelf
op het tentoonstel
meer dan op een betrekkelijk
statisch en weinig spectacu
lair onderdeel als de vorming
van een vaste collectie. Niet
temin trof Edy de Wilde bij
zijn komst als direkteur in
1963, in het Stedelijk een
aantal sterke elementen aan,
zoals de unieke verzameling
schilderijen en gouaches van
Malewitch, een paar prachti
ge schilderijen van Mondri
aan en werk van Cobra, Cé-
zannes, Van Gogh en Cha
gall. Belangrijke kubistische
werken van Braque of Picas
so, die de Malewitch-verza-
meling een historisch en ver
helderend fundament had
den kunnen geven, ontbra
ken echter.
'Ihngsbelekf Onenigheid
Over het belang van de vaste
collectie heeft De Wilde, toen
hij nog direkteur van het
Van Abbemuseum in Eind
hoven was, met Sandberg al
tijd overhoop gelegen. Het is
niet aan mij en ook niet de
plaats hier om met behulp
van een karakteranalyse een
aanvaring tussen twee natu
ren te verklaren. Wel is het
vermoeden gerechtvaardigd,
Directeur van het Stedelijk Museum van Amsterdam
Edy de Wilde, die eind dit jaar afscheid neemt.
dat het vooral Sandbergs
ideologische koers was, waar
van hij geen duimbreed wen
ste te wijken en die De Wilde
niet van zins was te varen,
die aan de wortel van hun
onenigheid lag. Voor Sand
berg was het museum pri
mair een instrument om zijn
op de ideeën van het Bau-
haus geïnspireerde utopie
van een maatschappelijk ge
ïntegreerde kunstbeoefening
en -beleving te bevorderen,
waarin een grote plaats was
ingeruimd voor de toegepaste
kunsten en het sublieme,
persoonlijke gebaar veel min
der aandacht kreeg. De Wil
de daarentegen hecht een
groot belang aan de kwalitei
ten en intrinsieke betekenis
van het afzonderlijke kunst
werk, in zijn geval vooral het
schilderij.
Sandberg leek een kunst
werk in de eerste plaats te
waarderen als de ideale uit
drukking van een humane
en democratische gezindheid,
als een voorbeeldige stap in
de richting van een sociaal
rechtvaardiger samenleving.
Voor Sandberg waren die
problemen, niet in de laatste
plaats door zijn oorlogserva
ringen, urgent.
Autonomie
De overgang Sandberg-De
Wilde - en de gelijktijdige op
stelling van een deel van bei
de collecties, toont dat over
tuigend aan - kan bondig
worden gedefinieerd als een
overgang van utopie naar au
tonomie. De Wilde stond in
1963 voor de keuze of de ku
bistische lacunes in de Sand-
berg-verzameling aan te vul
len, wat toen al een vrijwel
onbetaalbare affaire was ge
worden, öf zich in de collec-
voor aanwinsten een gelijke
stem hebben, tot een karak
terloze collectie compromis
sen moet leiden.
i iMM
Innenraum, olie op doek van Anselm Kiefer uit 1981, is een van de werken die is te
zien op de zomertentoonstelling.
tievorming te richten op de
kunst van vandaag en mor
gen. Het werd het laatste en
dat mag niet alleen een ver
standige, maar ook een ge
lukkige keuze worden ge
noemd. In het eerste geval
immers zou De Wilde de vas
te collectie en zichzelf heb
ben'veroordeeld tot het stop
pen van de gaten en zo de
weg hebben afgesneden naar
uitbreiding en vernieuwing.
In zijn collectiebeleid heeft
De Wilde ernaar gestreefd
om de krachtigste persoon
lijkheden met de grootste
verbeeldingskracht zo uit
voerig mogelijk te presente
ren. Dat houdt een sterk per
soonsgebonden keuze in en
De Wilde heeft daarvan
nooit een geheim gemaakt.
Het heeft hem wel de nodige
kritiek bezorgd, want waar
de visie van één man de
doorslag geeft, bepalen de
sterke aspecten daarin even
zeer het karakter van een
verzameling als de zwakke.
Terecht stelt De Wilde echter
dat een gedemocratiseerd
aankoopbeleid, waarbij alle
leden van een commissie
Artistiek klimaat
„Het gaat om de creativiteit,
de verbeelding en de overtu"
gingskracht van de kunste
naar, niet om de illustratie
van een tijdsperiode of cul
tuurpatroon. Het artistieke
klimaat waaruit de kunste
naar afkomstig is, komt dan
vanzelf aan de orde", zegt De
Wilde in een interview, dat
in een half juli verschijnende
cataologus bij de zomeropstel
ling is opgenomen. Ik denk
dat in die uitspraak precies
de sterke en de zwakke kan
ten in de verzameling van De
Wilde zijn aangegeven. De
minimale en conceptuele
kunst, waarmee De Wilde zo
goed als geen affiniteit had,
zijn zwak en tamelijk wille
keurig in zijn collectie aan
wezig. Zijn persoonlijke voor
keur voor een schilder als
Dubuffet is naar mijn smaak
nogal zwaar uitgevallen en
ook zijn betrokkenheid met
het werk van Baselitz roept
vraagtekens op.
Een veel te klein uitgevallen
Pollock hangt er wat zielig
bij en ronduit lelijk is een
zaal met Vasarely, Riley,
Soto, Struycken en Volten.
Maar we mogen ons gelukkig
prijzen met Dibbets, Merz,
De Kooning, Rothenberg,
Disier, Chia, Cucchi, Ver
hoef, Schnabel, Guston, New
man, Rauschenberg, Bacon,
Matisse en - een van de
mooiste recente aankopen -
Anselm Kiefer.
Enfin, genoeg om heel en
thousiast over te zijn en vol
doende om je aan te ergeren.
Als het enthousiasme bij mij
overheerst, dan komt dat
voornamelijk door de aan
winsten van de laatste twee,
drie jaar. Ik denk dat De
Wilde daar heel veel goed
heeft gemaakt van wat hij in
de zeventiger jaren heeft la
ten liggen.
GODERT VAN COLMJON
wil zeggen het is geschre?
ven, bijna gedrukt en op
juli biedt de schrijfster he!t
eerste exemplaar aan mi
nister Winsemius aanj
„Dat is de zoon van mijr
jongste broer, en neei
dus", legt Dieuwke Win
semius de familierelatie
uit, „maar dat heeft er ei
genlijk niets mee te ma-j
ken. Hij pakt het boekje*
aan als minister van mi^
lieu en volksgezondheid"/
De titel van het werkje is<
„Help, olie op mijn verenpak",'
en gaat over de problemen dié^
voor vogels in de WaddenzeeL
ontstaan door de vervuiling,
van het water. Het eerder ver-'
schenen boekje Rond de Wad-^
denzee ging over zeehonden€
Vooral de Duitse vertaling
werd een groot succes, zo groote
zelfs dat de schrijfster het ver-g
zoek kreeg nog iets dergelijks
te maken. Een verzoek waar-',
aan mevrouw Winsemius'
graag gevolg gaf.
i,
Geïnteresseerd c
„Kinderen zijn heel geïnteres-s
seerd in wat er om hen heen';
gebeurt", vertelt zij zittend
voor het raam in de stoel5'
waarin ze bijna iedere dag op
gezette tijden aan een van*!
haar boeken werkt „Je moet"
er natuurlijk een kinderlijk■)1
verhaal van maken dat aan-n
spreekt. Het gaat over een jon
gen en een meisje die aange
spoelde vogels vinden en die
naar een vogel opvangcentrum s
brengen. Door hun toedoenr
kunnen de dieren worden ge-
red. Ik voeg er wel aan toe dat1
er in dit geval iets gedaan kon s'
worden maar dat er nog veel 'e
meer vogels zijn waarvoor het j]
te laat is. Dat soort problemen
zijn niet te zwaar voor een ,r
kind. Ze zouden je het zelfs lt
verwijten als je het niet vertel-
de. Kinderen kunnen heel
veel eten, daar bedoel ik mee,
heel veel verdragen. Het is 1*
niet een zielig verhaal maar
het geeft wel aan dat het be-
roerd is dat zulke dingen ge-
beuren. En het maakt duide-
lijk dat er iets aan kan worden j"
gedaan".
Het eerste boek van Dieuwke
Winsemius verscheen in 1958.
Ze moet nog lachen als ze zich m
het genre herinnert waarmee p|
de debuteerde. Het boek voor 1
oudere meisjes. Inmiddels 4
heeft ze zich na het kinder-
boek helemaal op historische
romans gericht. „Het is heer-
lijk je helemaal in een bepaal-
de tijd te verdiepen en echt
graafwerk te verrichten. Maar nJ
zo'n werk kost dan ook drie e
jaar om het helemaal af te 3]
krijgen". 4.
t
Boerin
Dieuwke Winsemius zegt vre- zt
selijk veel zin te hebben nog
eens een boek te schrijven >n
over de hedendaagse boerin.
„Ik heb toch zo'n grondige he- j
kei aan streekromans".
Joe Cocker met band, Van der Werf-
park, Leiden. Zijn groep bestaat uit
Howard Hersh (piano). Cliff Good
win (gitaar), Larry Marshall (toet
sen), Vito Sanfillipo (bass), Eric Par
ker (drums), Maxime Green (zang)
en Elisecia Wright (zang). Herhaling:
4 juli. Groenoordhallen, Leiden.
Als voorloper van zijn op
treden in de Groenoord
hallen in Leiden, gaf de
Engelse zanger Joe Coc
ker gisteravond een open
lucht-concert in het Leid-
se Van der Werfpark. Hij
deed dat op uitnodiging
van de studentenvereni
ging Minerva, die dit jaar
het 34e lustrum viert. Als
Cocker morgen net zo in
vorm is, als gisteravond
staat het publiek een uit
stekende show te wach
ten.
De in Amerika wonende En
gelsman bleek, nadat hij in
voorgaande jaren wat teleur
stellende elpees afleverden en
wat middelmatige concerten
gaf, zijn oude vorm weer te
hebben teruggevonden. Hier
door kon het optreden on
danks de regen en de kou uit
groeien tot een swingend ge
beuren. De weersomstandighe
den zorgdqn er wel voor dat
het even duurden voordat het
publiek warm was en de Ame
rikaanse begeleidingsband van
Cocker op dreef was. Daarna
stond echter niets meer in de
weg om Joe Cocker in volle
glorie te zien schitteren. Zelfs
een lichte regenbui kon toen
de sfeer niet meer bederven.
Joe Cocker, die wordt be
schouwd als een van de beste
blanke rhythm blues-zan-
Joe Cocker soms bloedstollend.
gers, heeft voor de Europese rol als solist in de groep was
tournee waar hij op dit ogen- dan ook niet zo opvallend als
blik midden in zit, een uitste- die van bassist Vito Sanfillipo,
kende groep rond zich verza- die imponeerde met een heel
meld, die op het podium een strak gespeelde, maar opwin-
hechte eenheid is. Wie tegen- dende solo en gitarist Cliff
viel. was pianist Howard Goodwin, die veel ruimte
Hersh. Hij leverde niet zulke kreeg om zijn hoog gillende
swingende piano-klanken af solo's door de speakers te stu-
als sommige voorgangers. Zijn ren. Joe Cocker leek ondertus
sen nog steeds de zang uit zijn
tenen te moeten halen. Met
zijn rauwe stemgeluid perste
hij opvallende goed ver
staanbaar de songs eruit.
Af en toe leverde dat bloed
stollende versies op van in
middels klassiek geworden
composities zoals „Whiter Sha
de Of Pale" en „With A Little
Help From My Friends".
Bijgestaan door twee zangeres
sen Maxime Green en Elisecia
Wright, die op swingende wij
ze de bijpassende, schreeuwe
rige achtergrond-vocalen le
verden, leken de gouden da
gen van Woodstock even te
rug. De manier waarop Cocker
zich voor de microfoon be
woog, is sinds die dagen niet
veel veranderd. Zijn elpee
mag dan „Civilized Man" he
ten, hij stond opnieuw spas
tisch met zijn armen te zwaai
en.
Hoewel de zanger met num
mers zoals „Ruby Lee" en
„Feelin' Allright" direct een
goede sfeer schiep, leken de
Leidse studenten niet direct
onder de indruk van het podi-
umgebeuren. Er werd hier en
daar weliswaar een brandende
aansteker in de lucht gehou
den (die direct uitwaaide),
maar de studenten leken voor
al gekomen om het oude Coc-
ker-materiaal te horen. Toen
dat gebeurde, gingen ook alle
remmen los en werd massaal
meegezongen. Joe Cocker
kwam een keer terug voor een
toegift, waarin hij onder mëer
„Up Where We Belong" het ti
telnummer van de film „An
Officer And A Gentleman" en
„The Letter" zong. Daarna
was het concert, na bijna
anderhalf uur echt afgelopen.
HANS PIËT
RIJKSGESUBSIDIEERDE
AVOND-EN
DAGOPLEIDINGEN
Uw schooltijd is verleden tijd. Maar u voelt voor volwassen
onderwijs, 's Avonds of overdag. Uw mogelijkheden bij ons: o.a. VWO, HAVO, MEAO, MAVO,
(internationale) schakelklassen of alle 29 vakken afzonderlijk (Engels, Spaans, wiskunde, infor
matica, machineschrijven enz.). Voor inlichtingen kunt u bellen overdag 071-14 00 43;'s avonds
(ma, di, do) 071-15 57 53 en 15 57 54.
Inschrijving voor alle afdelingen en vakken elke maandag en donderdag, overdag Noordein
de 1 - 3 van 13 tot 15 uur; 's avonds Kagerstraat 7 van 19 tot 21 uur.
Dag- en avondscholengemeenschap BOERHAAVE, Noordeinde 1, 2311 CA Leiden