Omwegen
Woubrugse
wipmolens en
achtkanten meer
dan kostelijk
CID stelt
onderzoek in
naar optreden
burgerbeambte
in Alphen
emeenten in concurrentieslag verwikkeld over meubelboulevard
EIDEN/REGIO
Alphen verkoopt
snippergroen
k)OR EEN VIJFDE VAN RIJNLANDS MEUBELZAKEN DREIGT FAILLISSEMENT
CeidócSomant
DONDERDAG 10 MEI 1984 PAGINA 5
Op mijn omwegen door stad en land I
kom ik graag mensen tegen. U kunt I
mij telefonisch of schriftelijk vertellen ^^B^.
wie u graag in deze rubriek zou willen
tegenkomen. Ik ben bereikbaar via 071 BHR« MB
- 12 22 44 op toestel 10. door Ton Pielers
gersberg (1903). Gerestau
reerd en in goede staat. Kos
telijke molen: de enige molen
die nog een overhaal voor
roeiboten heeft. De Veender-
molen, van Alkemade,
grondzeiler, is een garde-offi
cier. Een achtkante autori
teit: 1830; bouwkosten 22.382
gulden en 75 cent. Dientst-
doende tot 1926. Toen kwam
er een centrifigaalpomp.
Maar het bleef „pomp and
circumstance". De Veender-
molen (een tijdlang „afge
knot" en bekend als „de
doofpot", tot '34) haalde op
z'n gemak pers, radio en tee
vee. In zijn nieuwe gestalte is
deze kanjer dit jaar precies
een halve eeuw oud. Regel
matig in bedrijf gesteld, ver
huurd aan een zeilschool ge
durende de zomermaanden,
en redelijk goed onderhou
den. 's Lands wijs, 's lands
Verdwenen molens
Hans van der Wereld
„mooi is hij niet, maar hij
heeft lef" vult zijn bijzon
der lezenswaardige opsom
ming aan met een terugblik
op verdwenen molens. Daar
zijn kapitale en onvergetelij
ke molens radicaal ten gron
de gegaan. Ik noem ze niet; u
kunt beter het boekje aan
schaffen. Het werkje kost
drie rijksdaalders, excl. ver
zendkosten, of het is af te ha
len op de adressen Dokter
Lothlaan 22 en Emmalaan 4,
uiteraard in Woubrugge.
Hans heeft zich er verder
niet met een Jantje van Lei
den vanaf gemaakt; hij bezigt
ook „molentaai" en legt die
uit. Tenslotte schrijft hij de
pakkende geschiedenis van
de molenmakerij Verbij, die
ruim een eeuw geleden be
gon. Vandaag is er een Verbij
die wereldwijd Hollands wie
kende glorie uitdraagt en
haar in den vreemde vestigt.
ALPHEN AAN DEN RIJN De contra-inlichtingen
dienst CID houdt een intern onderzoek naar de activi
teiten van een van haar burgerbeambten van het CID-
detachement in Alphen aan den Rijn. De man heeft
zonder opdracht eigenmachtig een onderzoek gedaan
naar enkele Alphenaren, die actief zijn in de vredesbe
weging. Hangende het onderzoek doet de burgerbe
ambte geen feitelijke dienst meer. Dit is door een
woordvoerder van het ministerie van Defensie meege
deeld.
De burgerbeambte heeft bij het Gewestelijk Arbeidsbureau in
Alphen aan den Rijn informaties ingewonnen over J.M. Bos
man, raadslid en fractievoorzitter van de PSP/CPN-fractie en
tevens voorzitter van het Alphens Komitee Kruisraketten Nee.
IKV-activiste L. Kleingeld en A. van Garderen, actief PvdA-lid
en ambtenaar minderheden bij de gemeente Alphen. De defen
siewoordvoerder heeft verklaard dat als het onderzoek aantoont
dat de burgerbeambte inderdaad eigenmachtig aan het werk is
gegaan, het ministerie dit optreden onaanvaardbaar acht
Burgemeester M. Paats noemde het incident gistermiddag „on
kritisch gepadvinderij". De zaak kwam aan het rollen omdat de
gene bij wie de burgerbeambte inlichtingen inwon, de heer L,
Buitelaar, een kennis van Van Garderen is. De heer Buitelaar
lichtte Van Garderen in, die op zijn beurt naar de burgemeester
stapte.
De betrokkenen reageren wat verschillend op de zaak. Lyda
Kleingeld kan het feit dat zij op een inlichtingenlijst voorkomt
niets schelen. „Alles wat ik doe doe ik openlijk". „Er is niets
gebeurd, de zaak is wat opgeblazen en ik bemoei me er niet
mee".
Ari van Garderen vond alles, na een eerste lachbui bij het horen
over een onderzoek, nogal vervelend. „Er blijft toch iets hangen
van er is geen koe zo bont of er zit wel een vlekje aan". Hij zou
het netjes vinden als de betrokken organisatie zelf aan de drie
betrokkenen de zaak zou willen uitleggen en eventueel excuses
zouden aanbieden. Hij hoopt ook dat door dit gebeuren de over
heid weer alert is gemaakt op het „wat doen we met wie bij de
overheid" door alle publikaties rond de zaak.
Joop Bosman, die tot nu toe had begrepen dat het „onderzoek"
een zaak was van een man zonder organisatie, vindt, nu blijkt
dat de man CID-medewerker is, de zaak in een ander kader
komt. Ook hij wil graag weten, waarom een onderzoek is inge
steld. Bosman acht het niet ondenkbaar dat indien de CID er
toch achter steekt, de lijst van namen groter is en deze drie toe
vallig in de publiciteit gekomen zijn. „We weten dat er dergelij
ke instanties zijn maar niet achter wie ze aanzitten. Nadat we
Woensdrecht gehad hebben met een Amerikaans persoon zou
het me niet verbazen als men in een aantal gemeerjten de activi
teiten van vredesgroepen wil doorlichten".
ALPHEN AAN DEN RIJN De gemeente is, in prin
cipe bereid, stukjes gemeentelijk groen aan particulie
ren te verkopen. Er is een aantal aanvragen bij de ge
meente binnengekomen. De kopers kunnen het groen
dan zelf onderhouden en er planten en struiken inzet
ten.
Hoewel de gemeente wel tot verkoop bereid is, geldt dat niet
voor alle stukjes groen. Uitgezonderd zijn die stukken die die
nen als duidelijke bescherming of onlosmakelijk zijn verbonden
met openbaar groen. Ook de prijzen die de inwoners voor de
gemeentegrond moeten betalen zijn niet allemaal gelijk. Dat
hangt af van de waardevermeerdering van het complex door
het bijtrekken van de grond.
In totaal handelt het om enkele tientallen stukjes groen in de
gemeente. De verkoop ervan zal vanuit particulier initiatief,
maar ook door gemeentelijk aanbod op gang komen. Voor de ge
meente is de verkoop een gunstige zaak omdat het nu moeite
kost met het beschikbare personeel alle groen in Alphen opti
maal te onderhouden.
Op het ogenblik is in twee delen van Alphen, in de wijk Groe-
noord en het gebied dat omsloten wordt door de Burg. Bruin
Slotsingel, de Kennendylaan, de Dijksloot en de componisten-
buurt een onderzoek gaande naar de mogelijkheden van ver
koop van de stukjes grond. De gemeente-ambtenaren liepen
daarbij tegen een aantal gevallen van illegaal gebruik op. Soms
wisten de mensen niet eens meer dat de door hun gebruikte
grond eigenlijk gemeentegrond is. Men verwacht bij verder on
derzoek in Alphen meer van die gevallen tegen te komen.
Geen krant ontvangen 7 Bel tussen 18.00 en 19.00 uur. zaterdaas tussen 14 00
en 15.00 uur, telefoonnr.071-122248 en uw krant wordt nog dezelfde avond
nabezorad.
Noordierse
jongeren
op stage in
Rijnstreek
HAZERSWOUDE Twintig
werkloze jongeren uit de
Noordierse stad Londonderry
arriveren morgenavond rond
zes uur in Hazerswoude. Tot
14 juni zullen zij stage lopen in
bedrijven, waaronder een
groot aantal boomkwekerijen
in Hazerswoude, Koudekerk
aan den Rijn en Boskoop. On
der de twintig stagiaires be
vinden zich twee meisjes.
De jongelui verblijven in de
drie dorpen in het groene hart
van Holland op instignatie van
de werkgroep Hulp Noord-Ier-
land (HUNI). Voor hen bete
kent het verblijf alhier een af
sluiting van een praktijkjaar
in de workshop van het May-
down Youth Training Project.
Hier kunnen werkloze school
verlaters in Noord-Ierland een
jaar lang onderricht en trai
ning krijgen in een ambacht.
Het opdoen van werkervaring
is hierbij ook een belangrijk
aspect. Het bezoek van de
twintig jongelui uit de stad
Londonderry wordt voor het
grootste deel gefinancierd door
de EG in het kader van het
Young Workers Exchange
Program.
rekeningen om van te rillen,
b.v. 73 gulden (in 1863) voor
een nieuwe wateras. De mo
len, ook wel De Heerlijkheid
genoemd, werd in 1897 afge
broken. Er staat dus nu een
nieuwe, waarvoor meer dan
5300 gulden werd uitgegeven.
Het verdere verloop van die
nieuwe molen voorzien
van een windgevoelige „fok-
wiek" wordt eveneens in
de brochure gekenschetst
door uitgaven. Beschermde
molen: op het bovenhuis
staat een windijzer met het
opschrift „H.Donatus, bewaar
ons". Volgens de samenstel
ler is deze Donatus de pa
troon van het onweer, maar
ik krijg de indruk dat de goe
de heilige ooit tégen het on
weer gekant was. Molen met
een indrukwekkend doop
ceel; de enige in de hele om
trek die nog normaal, nu en
dan, in gebruik is. Piet van
de Pouw Kraan, telg uit een
oud molenaarsgeslacht (sinds
1725), is daarvoor verant
woordelijk.
Vorstelijke molen
De Vlietmolen aan de Krom
me Does is een nieuwkomer,
anno 1913, nadat zijn voor
ganger tijdens een onweer af
gebrand was. Verbij werd er
weer bijgehaald. In een zwa
re storm werd de molen in
'56 „onthoofd". De Rijnlandse
Molenstichting ontfermde
zich over hem. Vorstelijke
molen: koningin Wilhelmina
pakte eens haar ezel en schil
derde deze molen in rake
schetsen, maar niet nadat de
wieken in de door haar ge
wenste stand waren gekruid.
Goed onderhouden molen
ook. De Vrouwgeestmolen is
niet Woubrugs, maar staat
„vlakbij". Een „grondzeiler",
gebouwd in 1797. Buiten be
drijf, maar bewoond door het
gezin Vrolijk. De voorvade
ren van Karei Vrolijk be
dienden sinds 1797 de molen.
Een prachtige achtkante mo
len; echt zo één waar de bui
tenlandse bezoeker „Delfts
blauw" opgetogen door raakt.
Zo staat hij daar werkeloos te
pronken, met de steen in de
toog van de vijzelgoot (heer
lijk, wat een ritme) en ieder
een die langs komt zegt:
„aahhh"... Ook werkloze mo
lens zijn hun aow waard, en
ze dragen als mummies nog
bij aan die slokop van een 's
rijks schatkist.
De Blauwemolen is ook een
prachtig exemplaar, zo vlak
bij Hoogmade en net niet
Woubrugs. Een grondzeiler
(het was dus uitkijken, dat je
niet een klap van de molen
kreeg). Hij komt van Hille-
DEN Wanneer
ook in de Leidse re-
een meubelboulevard
|rdt opgericht, dreigt
vijfde van de meubel-
;en in Rijnland failliet
gaan. Deze sombere
•rspelling staat in een
gs uitgebracht rap-
van het Centraal In-
;t$uut Midden en Klein-
Irijf (CIMK) dat onder-
verrichtte naar de
lelijkheden een meu-
ulevard te stichten
Leiden of Leiderdorp,
ifer waar deze meubel-
alhcentratie moet komen,
a ird gisteren een verbe-r
discussie gevoerd in
rtp gezamelijke vergade-
tJg van de Leidse raads-
tamissies. Zowel de ge-
^enten Leiden, Leider-
ntp, Zoeterwoude en
'sGravenhage claimen de
beste locatie voor een
meubelboulevard te heb
ben.
De gemeente Leiden wordt
verweten in alle haast een
plan voor een meubelstraat
aan de Plesmanlaan in elkaar
gedraaid te hebben zonder dat
met de vereiste zorgvuldigheid
rekening is gehouden. Dit laat
ste zou er toe leiden dat door
het gebruiken van de term
'woninginrichting' in het Leid
se plan, branchevervaging niet
is uitgesloten. Mede op aan
dringen vanuit de Leidse ge
meenteraad zijn B en W van
plan deze omschrijving zo aan
te passen dat brancheverva
ging zoveel mogelijk wordt
voorkomen. „Hoewel dit nooit
kan worden uitgesloten", aldus
wethouder J. Peters (ruimtelij
ke ordening en verkeer).
Gisteravond werden in de
raadscommissies de negen be
zwaarschriften besproken die
zijn ingebracht tegen het
bouwplan aan de Plesmanlaan.
Wat daarbij maar al te duide
lijk bleek is dat van een goed,
regionaal economisch overleg
in de regio nauwelijks sprake
is. De verwijten vlogen over
en weer waarbij de gemeenten
meer geïnspireerd werden
door de eigen belangen dan
door die van de meubelhandel.
Vertegenwoordiger H. Ten
Have van de Koninklijke Ne
derlandse Ondernemers Vere
niging (KNOV): „Het is een bi
zarre situatie dat gemeentebe
sturen elkaar hier proberen af
te troeven. Een absurde com
petitie, het is te hopen dat het
provinciaal bestuur de teugels
snel in handen neemt". Ten
Have heeft namens negen
Leidse meubelbedrijven een
brief naar het Leidse gemeen
tebestuur geschreven met het
verzoek om met elkaar te be
kijken „hoe een verantwoorde
versterking van het meube
laanbod in en aan de rand van
de Leidse binnenstad kan wor
den gerealiseerd".
Verwacht wordt namelijk dat
de Leidse handelaren er bij de
realisatie van een meubelbou
levard niet aan te pas komen.
Wethouder Meerburg van Lei
derdorp betoogde gisteravond
dat Leiden nooit echt van plan
is geweest mogelijkheden te
scheppen om aan de Plesman
laan een meubelboulevard te
bouwen. De enige motivatie
van Leiden zou zijn „wij wil
len sneller zijn dan Leider
dorp", aldus Meerburg. Burge
meester Houdijk van Zoeter
woude voorspelde dat de meu
belboulevard „de doodsteek
voor de Casba en Leski zou
betekenen". Overigens hebben
beide Zoeterwoudse bedrijven
een plan voor een eigen meu
belboulevard ontwikkeld.
Houdijk wees het Leidse ge
meentebestuur op haar „regio
nale verantwoordelijkheid".
Namens deze twee meubelbe
drijven was mr. A. van der
Pluym er van overtuigd dat
Leiden in een beroepsprocedu
re het onderspit zou delven
omdat de bestemmingsplan
procedure niet zorgvuldig was
toegepast. Opmerkelijk was
dat vanuit het Leiderdorpse
Winkelhof geen bezwaar tegen
een Leidse meubelboulevard
werd gemaakt. „Leiden dient
wel branchevervaging te voor
komen zodat er geen compleet
winkelcentrum aan de Ples
manlaan ontstaat", aldus de
vertegenwoordiger van Win
kelhof. Door het aan de Ples
manlaan gelegen garagebedrijf
'Het Motorhuis' is bezwaar
aangetekend omdat de ge
meente wil dat dit bedrijf
wordt verplaatst. De initiatief
nemer van de meubelstraat,
handelaar Stoutenbeek. wil
namelijk geen garagebedrijf
voor zijn deur. Wethouder Pe
ters verwacht echter dat hier
overeenstemming over te be
reiken is. Zoals verwacht
veegden de Leidse raadsleden
vrijwel alle bezwaren zonder
meer van tafel.
Interessanter dan de discussie
over de bezwaarschriften, is
het pas uitgekomen CIMK-
rapport waarin vergelijkingen
worden getrokken tussen een
meubelboulevard in Leiden en
in Leiderdorp. Volgens dit
rapport zijn de negatieve ef
fecten van beide varianten
even groot. Het Leidse cen
trum zou naar verwacht een
omzet kunnen draaien van 50
miljoen tegen 61 miljoen die in
Leiderdorp geraamd wordt.
Beide centra zouden voor 23
miljoen gulden aan bestedin
gen uit Rijnland wegtrekken,
deels omdat koopkrachtaf-
vloeïng naar buiten de regio
wordt tegen gegaan. Het ver
lies aan omzet in Rijnland
wordt geschat op 8 miljoen
gulden (het is overigens niet
zo dat in de Plesmanlaan-va-
riant alleen de Leidse zaken
getroffen zouden worden). Het
omzetverlies in Den Haag zou
maximaal negen miljoen be
dragen.
Volgens het CIMK-rapport
zou een meubelboulevara in
Leiden een aanwinst voor de
winkeliers in de binnenstad
kunnen zijn. Te verwachten is
dat 24 procent een bezoek aan
de Leidse meubelboulevard
combineert met een bezoek
aan de binnenstad. Deze 85.000
consumenten zijn goed voor
vier miljoen gulden aan extra
bestedingen, 1.5 procent van
de totale omzet in de non-food
sector in het Leidse centrum.
Duidelijk is dat een dergelijk
ontwikkeling zich in mindere
mate voor zou doen wanneer
de meubelstraat in Leiderdorp
wordt ondergebracht. De con
clusie luidt derhalve dat een
meubelboulevard aan de Ples
manlaan voor Leiden de minst
slechte oplossing zou zijn.
Het is nog niet zolang ge
leden, dat de Nederlan
ders hun resterend, sterk
ingekrompen molenbezit
Jmet de nek nog niet aan-
j keken. Ja, zij maalden
t zelfs niet om molens.
iLaat staan dat zij hun
c ontroering over zoveel
'schoons in het landschap
konden overdragen aan
;de buitenlandse toerist.
Pas toen die in zwijm
ging liggen voor de Hol
landse molen, als versie-
srend element naast de
skaas, de klederdrachten
"en de bollen, ging er bij
^sommige vaderlanders
7een lichtje branden. In
t 1923 werd de vereniging
•.„De Hollandsche Molen"
opgericht, teneinde de
"verdere afbraak van de
molens in ons land tegen
te kunnen gaan. Inmid-
Idels waren de eens lustig
'wiekende reuzen bij dui
zenden gevallen, maar 60
jjaar geleden werd een
'^halt toegeroepen aan de
'jaf braak. Vandaag telt
Jhet nationale molenbe-
0stand nog zo'n 950 wind-
f, molens, waarvan 210 in
e Zuid-Holland. En als je
Jjjop een heldere winter
dag vanuit de kap van de
,;fVeendermolen aan de
Wijde Aa in de gemeente
Alkemade rondkijkt,
,kun je, volgens de mole-
Inaar, rondom 37 molens
Itellen.... Daar kan de be-
j roemde Kinderdijk niet
T ttgenop.
fDeze, en nog veel meer, ei-
Tgen-molen-aardigheden kan
lmen tegenkomen in een ge
schriftje van de hand van de
JRijnstreekse amateur-histori-
_"cus Hans van der Wereld, die
^nimmer sluimert en zowat bij
3"elke geschiedkundige opris
ping een brochure nalaat aan
de Woubrugse Historische
JVereniging „Otto Cornelis
f/an Hemessen", die dan
prompt de uitgave verzorgt.
ook nu weer met „Molens
iijn de gemeente Woubrugge".
fï-En wat zo bijster goed treft:
Me Rijnlandse Molenstichting
dpestaat 25 jaar, e*i zaterdag
?«anstaande is het weer Natio
nale Molendag de twaalf-
Me alweer waarop overal
|n het land door duizenden
^en soort uitbundige „stille
bmgang" wordt gemaakt
langs die prachtige, voor de
pekomst geconserveerde,
zJnalende objecten.
"l
'^Wipmolens
deel tja 12 van de reeks
'Tlistorische Publicaties, uitge
bleven door de Woubrugse
''Vereniging, beschrijft Van
Ijler Wereld de vijf op het
grondgebied van Woubrugge
tteande „wipmolens" en nog
jrie andere belangrijke grote
-«olens in de onmiddellijke
nabijheid. Deze beschouwin
gen worden voorafgegaan
door een grondig stukje alge
mene molengeschiedenis. De
auteur brandt los met de
Doesmolen bij Hoogmade
waarvan de oorsprong rond
1630 moet liggen. Deze molen
beheerste het waterpeil van
de Doespolder. In 1824 was
hij zo bouwvallig geworden,
dat aan afbraak werd ge
dacht, maar ze bleef behou
den, ook al omdat in 1828 een
molenaar voor 800 gulden
werkzaamheden verrichtte.
Restauratie voltooid in 1965,
maar hij is niet meer maal-
vaardig. Leuk: twee wieken
zijn vervaardigd van lorke
hout, afkomstig van bomen
uit het park bij paleis Soest-
dijk. Overigens kan de Does
molen in noodgevallen bema
len worden.
Dan de Grosmolen, een wat
in elkaar gezakt broertje van
de Doesmolen. Gebouwd in
1640, ten behoeve van de
Voorhofsepolder, die nu niet
meer door deze molen be
maald wordt. Het onderhuis
is niet geverfd maar ruw ge
teerd. Ook wel „De Spin" ge
noemd, wordt de Grosmolen
regelmatig op vrijwillige ba
sis in bedrijf gesteld. Ook be
maalt molenmaker H.J.Ver-
bij de enig echte in de
ganse omtrek soms op
vrije dagen de molen, waar
door de machinale bemaling
van de polder niet onbelang
rijk ontlast wordt.
De Bosmolen is half Leider
dorps, maar dat mocht Van
der Werelds pret niet druk
ken. Gebouwd in 1836 aan de
Does, is hij nog een jonkie.
Niet meer tot malen in staat
is hij nog slechts een land-
schapversierend element.
Vreemde molen ook: geble
ken is, dat slechts de grond
onder het vierkant eigendom
was van de (niet meer be
staande) Bospolder; de mo-
lenwerf, inclusief de voor- en
achterwaterlopen en de
krimpmuren waren particu
lier bezit.
De Hoogmadese molen „wip
te" sinds begin 1600. Er is in
het verleden alles aan gedaan
om hem in touw te houden: