CcidócSomcmt E AUTO VAN E TOEKOMST OLD-TIMERS AUTOB1JLAGE VRIJDAG 9 MAART 1984 Met verliefde blikken, het water in de mond, zullen de ware liefhebbers van old timers deze kleurenfoto van onze fotograaf Milan Konvalinka bekijken. Expo-Beurzen in Den Haag parkeerde deze voertuigen, waarvoor verzamelaars nog steeds goud geld over hebben. De echte bewonderaars raden wij aan hun vakantiedagen dit jaar in Frankrijk te slij ten. Dan zullen zij pas met volle teugen kunnen genieten van antieke auto's. Elders in dit nummer van „Wegwijs" valt te lezen dat het eerste vehikel het leek niet op een auto precies honderd jaar geleden werd gesignaleerd op een Frans landweg getje. Reden genoeg voor de chauvinisti sche Fransen om het hele jaar door festivi teiten op touw te zetten. Zelfs een Tour de France voor old-timers, een rit van maar liefst 3000 kilometer. meter per uur. Terwijl we nog steeds evenwijdig aan de hoofdrails gaan, zien we ons treinblok langs- flitsen met een snelheid van bijna driehonderd! kilometer. Direct daarna versnellen we tot meer dan deze snelheid, we halen het trein blok in en sluiten ons geruisloos aan Even later een zachte schok; ook onze achterligger is aangeslo ten. Direct gaat dë buitenste schuif- kap van onze wagen naar achteren om een aërodynamische afdichting te krijgen. We ontvangen de mede deling dat we nog achttien minuten over de trip zullen doen en maken het ons gemakkelijk. We stellen de vering bij volgens onze smaak en kijken op het scherm aan de ach terkant van onze voorligger naar de algemene informatie over onze trein, de weersverwachting, de snelheid en andere gegevens". Het duo Das sluit deze toekomst- schets af met de verzekering dat het hier niet om science fiction gaat. ..Berekeningen leren dat een dergelijk systeem, als het even breed is als de huidige autowegen, een kruissnelheid geeft van drie honderd kilometer per uur en een capaciteit zal kunnen hebben die honderd maal groter is dan die van de wegen van nu. Daarbij zijn er geen luchtverontreiniging, vrijwel geen lawaai en slijtage en een mini maal energieverbruik. En wat het belangrijkste is: het is volkomen veilig. Wanneer we daar nog bij voegen dat de vrijheid om een ei gen eindbestemming te kiezen ge handhaafd blijft, omdat het nog al tijd een door onszelf bestuurd elek trisch voertuig betreft, dan is er weinig fantasie voor nodig om ons voor te stellen dat dit volwassen autosysteem nooit meer van de aardbol zal verdwijnen". gebroeders Rudolf en Robbert as echter zullen deze auto van de ekomst. zoals hij op de Tokyo otor Show getoond werd. nog eeds een teenager vinden. Vol- ;ns de tijdschaal die zij hanteren j het beschrijven en uitbeelden in wat de mensheid te wachten .at, moet het nog veertig tot vijf- jaar duren voordat het autosys- em volwassen, harmonieus en ngepast is. Heeft dat Japanse ototype bestuurbare achterwielen dat hij handig voor in de ad vrijwel om zijn as kan aaien? Het zal de mening van de tbroeders niet veranderen, want et dat idee is al in de jaren dertig lëxperimenteerd Zoiets staat logstens gelijk aan een tikkeltje eer oogschaduw op het smoeltje in de tiener, zullen ze zeggen, oe beide toekomstvoorspellers ch de volwassen auto van straks èl voorstellen, valt te zien in het utomobiel Museum te Raams- inksveer. Daar hebben ze een pa- irama ingericht vol futuristische efjes die zeggen ze even igelooflijk lijken als technisch en aktisch haalbaar. In hun boek licht op de Toekomst" (uitgeverij sevier; aan de tweede druk wordt werkt) kan men het vervolgens lemaal nog eens op zijn gemak islaan. Bij het Japanse prototype )rdt gewag gemaakt van een ercilinder motor, die dank zij ektronische injectie, bovenliggen- 1 nokkenassen. vier kleppen per inder met variabele kleptiming i een uitgekiend inlaatsysteem, er zuinig is met benzine (gemid- :ld 1 op 17,8). De gebroeders Das lorspellen echter dat autoprodu- mten binnenkort gedwongen zul- n zijn de verbrandingsmotor een alt toe te roepen omdat hij in een irstedelijkte wereld de lucht te eer zal verontreinigen. Wee motoren let antwoord wordt de auto met ree motoren, denken de gebroe- fers Das. Een verbrandingsmotor •or de grote weg en een door bat- rijen gevoede elektromotor voor 'stedelijke gebieden. „Het is heel ed mogelijk dat deze ontwikke- ig voor het rijden op de grote eg ot een zeer doelmatige conti- tmotor zal leiden, bijvoorbeeld 'n gasturbine die loopt op allerlei lorten brandstof: van kerosine tot aterstof en van alcohol tot poe- •rkool". kt uiterlijk? De auto van de toe- omst op de Tokyo Motor Show pgde bekend, want hij leek op de itroën BX. De gebroeders Das ien voor hun geestesoog iets heel 'ders: een aërodynamisch perfec- vorm, met de grootste breedte !<s achter het midden, voorzien an vleugels om een betere weglig- ng te krijgen en het tegenwind- r'je gebied achter de auto te ver- oten Er zijn waarschijnlijk vier tplaatsen waarvan de achterste Jee half naast de voorste staan. e wagen heeft door dit alles een rotere breedte en een kleinere l^gte. Het gewicht is misschien W kilo tegenover de bijna 900 kg le de Japanse toekomstauto nog teeds (ondanks de toepassing van Jumper aan bumper, met ;en snelheid van 300 km, ;evangen door magneetrail in volkomen veilig, leuteltjes zullen, denken ze bij de Japanse utoindustrie, na 1990 overbodig worden. In laats daarvan komt er een paneeltje waarop en code moet worden ingetoetst die ervoor orgt dat niet alleen het portier zich opent, maar ok dat stoel, spiegels en stuurwiel zich anpassen aan de wensen van tien mogelijke estuurders. Voor de rest gaat bijna alles lektronisch. Het starten geschiedt via iptoetsen. Op de voorruit worden gegevens eprojecteerd over snelheid, benzinevoorraad n een aantal functies van het voertuig. Een ligitale display op het dashboard maakt gegevens zichtbaar over toerental en soelwatertemperatuur. veel kunststof) bleek te wegen. Terwijl de droomauto van Das toch is uitgerust met extra systemen die energie terugwinnen, zoals het vliegwiel of de druktank. Met de aut» zal ook de inrichting van de autowegen veranderen, denken de gebroeders Das, wier technisch tekenvernuft internatio nale vermaardheid geniet. „Door de afstand tussen de voertuigen te verminderen kan men de capaciteit van een weg vergroten en tegelijk de luchtweerstand van de voertui gen sterk verminderen. Dat zou be reikt kunnen worden door af standsbediening met radar en ver keersgeleiding via kabels onder het wegdek. Drukke doorgaande we gen krijgen op die manier een half- automatisch karakter". Het duo Das begrijpt dat dit idee veel automobilisten van nu met gruwel zal vervullen. „Maar de voordelen zijn zo groot dat de toe komstige generaties zich er moeite loos in zullen schikken. Een paar van die pluspunten: sterk verhoog de veiligheid, een hogere gemiddel de snelheid, zekerheid omtrent de reisduur, bedieningsgemak, lagere energiekosten en minder slijtage. We voorspellen voor het jaar 2020 dus een duurzame, lichte auto met twee motoren die op de autoweg halfautomatisch wordt geleid en in de stad zelf zijn doel zoekt". Bumper aan bumper Is die auto dan volwassen? Welnee, vinden de gebroeders Das, al begint hij al aardig de baard in de keel te krijgen. „In de periode na 2020 kan slechts één ontwikkeling tot de echte volwassenheid van het auto systeem leiden het railvoer tuig. Wanneer voor de aandrijving gebruik wordt gemaakt van een li neaire inductiemotor met een be wegende stroom onder het wegdek waarop de auto als een anker wordt meegevoerd, kunnen de wa gens op de autowegen met hoge snelheid bumper aan bumper rij den. Een groot nadeel echter van dit geheel automatische systeem met kruissnelheden tot boven de 200 km per uur zal de oplopende rolweerstand van wielen en ban den zijn. Het is daarom niet ge waagd te voorspellen dat de door gaande wegen van magneetrails voorzien zullen worden en de voer tuigen van magneetschoenen die daarop passen. Het wegvallen van de rolweerstand en de mogelijkheid om de auto's tot treinen met dezelf de bestemming te formeren, zal het voorlopige eindpunt van de ont wikkeling betekenen. Eindelijk volwassenheid". Hoe verloopt een rit over honderd jaar? „Onze auto", aldus het duo Das, „wordt op gang gebracht door een vliegwiel (gevoed met goedko pe nachtstroom) en maakt eerst een korte elektrische rit naar de cen trale autoweg. Daar meldt men zich via de boordcomputer. Op de moni tor in onze wagen zien we dat de trein met onze bestemming over één minuut dertien seconden zal passeren. Wij rijden op totdat de banden worden opgenomen in een centrale rail en schakelen over op automatic. Terwijl we langzaam be ginnen op te trekken, worden alle belangrijke systemen doorgemeten. Is er bij deze elektronische controle onraad, dan worden we meteen van de weg afgevoerd, terwijl de monitor aangeeft waar de fout zit". Alles in orde? Nu wordt het span nend. „We gaan de rail op, drie tot vier meter boven de begane grond. Binnen dertig seconden hebben de magneetrails ons in hun greep en glijden we voort met een snelheid van meer dan tweehonderd kilo- De auto van de toekomst in de visie van de gebroeders Das: kort, breed en licht. Opengewerkte tekening van een Das-railca: 1. halogeen koplampen; 2. kunststof motorkap; 3. steunrollen; 4. luchtkanaal als ruitewisser; 5. afstandsmeter en sensor; 6. voorvering; 7. magneten aan de buitenkant van de wielen; 8. dubbele banden met een massief middengedeelte, 9. frame voor de batterijen met een kunststof bodemconstructie; 10. bediening voor de schuifkappen; 11. batterijen voor de aandrijving in de stad; 12. achterste magneten; 13. magneten voor de hoogteregeling; 14. dubbele schuifkap; 15. elektromotor met een vliegwiel; 16. bagageruimte; 17. rugleuning met stereo-hoofdkussen; 18. rubber stootrand; 19. informatiepaneel; 20. hydro- pneumatische vering met hoogteregeling; 21. luchtzakken; 22. kaprail (voor in- en uitstappen gaan beide kappen naar voren); 23. tv-schermen op het digitaal instrumentenbord; 24. windscherm met regelbare reflexie; 25. luchtinlaat Airco; 26. achteruitkijk-unit met noodknipperlicht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1984 | | pagina 19