Vredige vakantie in het „kruitvat" van België lu/RISME QeidwQowumt ZATERDAG 11 FEBRUARI 1984 PAGINA 13 Een eenzame hoeve in het heuvelland. Twee belendende cafeetjes die liever een heel eind van el kaar zouden staan. Links drinken de Waalsgezinden hun pint, rechts de Vlaamsgezinden. risme ontkomt aan het schis ma dat de 4.240 bewoners van de Voerstreek verdeeld houdt. Is het waar, dat in dit kleine rijk de beroemde „Wachten- donckse Psalmen" zijn ge schreven, als eerste taaldocu ment in het Nederlands? Het is te laat om bescheid te vragen aan pastoor Hendrik Veltmans, „die de Voer Vlaams hield". Hij is dood. In zijn praaltombe vertilt de Moeder der Smarten zich aan haar gekruisigde zoon. In Sint-Martens-Voeren draagt een cultureel centrum zijn naam. Hoeveel natuurschoon de Voerstreek ook te bieden heeft, de dood weet van geen ophouden. Een als uit de hemel gevallen monoliet markeert nabij Re- mersdaal de open plek in het bos, waar veldweggetjes ko men aanslenteren om elkaar te begroeten. Het zoveelste monument, dicht bij Kasteel Opsinnich. Er is een tableau aan bevestigd, waarop in re liëf een menselijke gedaante is afgebeeld, hangend in dra den die hem noodlottig zijn geworden. Ook hier dus her inneringen aan de gruwelen van concentratiekampen? De Voer heeft er een andere en onthutsende verklaring voor. Men noemt deze „draad- mens" uniek (en ook nog eens enig) in zijn soort, omdat hij herinnert aan de onder elek trische stroom staande afras tering tussen België en Neder land, tijdens de Eerste We reldoorlog opgericht door de Duitsers. Daar zijn toen on schuldige mensen het slacht offer van geworden. Bekommernis Wie met dit lugubere beeld nog voor ogen de kerken in schreeuwerige kleuren beklad ziet met leuzen en kazernes passeert waar op het binnen plein geblindeerde politieau to's startklaar staan, vraagt zich vol bekommernis af of het hier ooit echt vrede zal worden. Er is genoeg leergeld betaald in de twee wereldoor logen. Sint-Martens-Voeren en het gehucht Veurs danken aan de periode 1914-1918 een van hun merkwaardigste be zienswaardigheden. Een gi gantisch spoorwegviaduct, aansluitend op de record-tun nel, verheft zich veertig me ter boven het dal en geeft aan dorpjes die er altijd van ge droomd hebben aan zichzelf te ontstijgen, de allure van een majestueus Alpenland schap. Russische krijgsgevangenen bouwden deze twaalf triomf bogen voor de Voerstreek, toen de bezetters een spoorlijn tussen hun Roergebied en Antwerpen noodzakelijk acht ten. Nu rijden er alleen nog maar goederentreinen over dit baanvak, omschreven als het boegbeeld van Sint-Mar tens-Voeren, van en naar die tunnel, waarin het beekje de Veurs ontspringt. Voor de zes doden die dit traject geëist heeft is ook al een klein ge denkteken opgericht. Zo gaat dat maar door, van de ene treurige bezienswaardig heid naar de andere, terwijl de vreemdeling nauwelijks gelegenheid krijgt bij de bak ker een ferme „platz" te ko pen, de vanouds bekende koek uit deze regio, of op zoek te gaan naar grenspalen uit de tijd van Maria Theresia, toen Oostenrijk het hier voor 't zeggen had. Mocht een dag te kort zijn, dan is overnachting mogelijk op drie campings of in het enige hotelletje van dit ge bied, genaamd „San Marino", met slechts negen kamers. Dagjesmensen brengen er uren door in speeltuin en zwembad en wat de pension gasten betreft, .de helft van hen komt uit Nederland, zo meldt de eigenaar desge vraagd. Museum Etablissementen waar de be zoekers zich kunnen ontspan nen, op een gezellig terras bij voorbeeld, zijn schaars in de Voerstreek. Afgezien van „San Marino" met een keurig restaurant, kan men de me nukaart raadplegen in het „Rode Bos" (specialiteit Ar- denner forel) van het echt paar J. Bergenhuizen-Wen- ders. In een vlaag van over moed hebben deze echtelie den ooit al op kilometers af stand van hun goedbeklante zaak bordjes op palen laten spijkeren met het opschrift „Museum". Wie ademloos van verwachting is aangekomen, wordt naar een soort alkoof geleid, zo vol met opgezette dieren dat men voortdurend op zwemvliezen trapt of ern stig letsel dreigt te bezorgen aan duinkonijn en vos. Ter ondersteuning van enig goed doel staat een theescho teltje klaar, waarop munt stukken gedeponeerd kunnen worden. Verbluft keert men terug naar het café-restaurant met schitterend uitzicht over de Voerstreek en prijzen waarop uit concurrentie-over- wegingen zo besnoeid is, dat bier en frisdranken er maar 20 frank kosten, gerechten met forel tussen de 130 en 190 en het duurste klapstuk, een Tournedos Stroganoff, 200 frank, nog geen twaalf gulden dus. De uitbater, een man van boven de zeventig, spreekt voornamelijk geheimtaal over de politieke achtergronden van zijn prijsbeleid. Een vet pensioen is de beloning voor zijn vroegere werkzaamheden in de kolenmijnen en stelt hem in staat met deze koopjes de concurrentie tot razernij te brengen! „Is toerisme ook geen poli tiek?" vraagt hij bitter, ver wijzend naar de foto van zijn restaurant in een toeristische gids, waarop de forel die het dak bekroont de mist in is ge gaan. Er gebeuren rare din gen in de Voerstreek, het ge heel andere „Zuid-Limburg" waar de huidige troebelen vooraf zijn gegaan door zoveel echte oorlogen, onder meer de legendarische Boerenkrijg, die hier 2.000 rrian op de been bracht om het met hooivork en riek op te nemen tegen de Fransen. Wie méér wil dan het drie werf „groen-groen-groen", hoe mooi ook, vindt er toch aardig wat van zijn gading, ook nu het kuuroord nog niet is ingeplant, evenmin trou wens als het streekmuseum met een echt landelijke vak- werkherberg, dat men graag zou willen bouwen. Wel is er voor een wat lar\£r verblijf al keus uit de v^fttntiehuisjes en appartementen van een twaalftal eigenaftp en uit jeugdhemen en een moderne jeugdherberg. Een brochure „De Voerstreek te voet" schijnt Olllftngs van de pers te zijn gtkQfnen om het „ongebreideld Wihdelen", waar de VVV Soet van op geeft, in goede benêB te lei den. Elk spoor van ttfck maar het kleinste handtvijzertje ontbreekt echter..., de nood waar fluks een d«u|d van ge maakt is door hét gewest aan te prijzen als „ideaal" voor hen die graag op een Stafkaart wandelen! LEO J. LfEUWIS ordt gekalkt en geplakt, zoals hier bi) de kerk van i, een van de oudste in de Voerstreek. Deming van de Waalsgezinde magistraat José tot burgemeester van de gemeente Voeren, amse enclave, heeft er voor gezorgd, dat dit west in de publiciteit blijft. De kranten staan •an, telkens als zich weer nieuwe politieke telingen voordoen en de vlam in de pan slaat. L—»t er schuil achter dit rookgordijn en welke ^^ingen wachten de vakantieganger, die de s*~eek wel eens wil bereizen, zonder zich te ^en in de politieke beslommeringen? onze verslaggevers, Leo J. Leeuwis, ging als ^Jiaar dit grensgebied met ons Zuid-Limburg en er de beroemde appelstroop goed smaken. De Yl kerken en raadhuizen gekladderde leuzen Rechter niet over het hoofd zien. Hieronder zijn 'Zïjt, is 't groen, groen, y „tout est vert") jubelt jertje, waarmee de 'ik zich aanprijst als •siste paradijs voor va- igers. Ter ondersteu- deze exclamatie in siert het vouwblad de kleur der hoop. lus niet op, maar de mag nu eenmaal ge- den. Het landschap Z^h aan de afspraak, de zomermaanden, bovendien voor wel- ^•net een verrassende Pfrheid. Nabij het ge- ullen gaan de wegen n moeizaam bergop- Wot waar een absoluut int voor Vlaanderen kan worden, 287 me- n de zeespiegel. rd wordt in de bro- et over het hoofd ge- de samenstellers wa- ook nog even op een GtC door te verwijzen __,i tunnel nabij Sint- El Voeren, die als de H^an gans België 2.070 ▼)or zich laat afdruk- natuurzuivere proza Slzich echter voorna- *^t de beschrijving van gj^de beekjes, zeldzame .lers als de das en het -,'ginsel van de zwarte ''"A -l evenmin een alle le jerschijning. bestaat nog, daar is jfel aan. „Ontdek de ek om verliefd op in", zo luidt ook het |||/an het Provinciaal LUB voor Toerisme in irtaim- Toch werpt slechts ïitea'8 aantal vreemdelin- in de armen van me- Mg- M. Pakmans-Casier [Alrpsstraat te Sint-Pie fen, wier taak bestaat fianmoedigen van ge- romance. Zij beheert VW alle drukwerk- srwijst naar de plaat- |Q(ar voor vermoeide *rs rustbanken zijn lejoot", een omschrij- lUtn robuust als het ge- Icomfort. 9fcal landscha I Ols^djs^icï^u^an pastoraal landschap, U mogelijkheden tot ting bij wegkruisjes [letjes of in de stoere -juwen. De lucht is er en het water zo rein, ^jÉnplanting" van een f9U wel eens serieus is flKren. Maar daarmee op de feiten vooruit, m is de Voerstreek ^ucht als het kruitvat ^ië dan beroemd om ^•Jeld de lokale appel- oop, waar vakantie- V^jnaar hartelust van als Vlaams- en linden elkaar hier de i betwisten, richt al- ■■Jacht zich op deze ird, tot de Rijkswacht een burgeroorlogje iem heeft gesmoord, ibelt de Voer weer full-üorpjes in een grens- '|^/aar niets te beleven l/p, die soms hun eni- Dntlenen aan een eta- Jrin de begrafenison- - telf. ziin hevig gepoli- tisten te koop aan- •"V iakef pneiT ningen die verhitte discussies wijden aan het symbool van hun frustraties, weten het gebied nauwelijks te lokaliseren waar het thuis hoort, namelijk in de steden driehoek Maastricht-Luik- Aken. Niemand zou enige be langstelling tonen voor deze molshoop in de Benelux niet veel groter dan vijftig vierkante kilometer als het geen strijdperk was ge worden, waarin twee partijen geregeld de straat op gaan. Daarom spreekt Jaap de Groenboer voor velen aan do vemansoren met zijn werven de brochuurtjes over het toe risme. De VVV moet toege ven, dat zekere busuitbaters de Voerstreek mijden, bang dat hun dure autocars gemo lesteerd zullen worden. Zo zijn er ook ouder£ die hun kinderen verbieden om in dit „frontgebied'' te gaan kampe ren. Ongerept Hoe stil en vredig het er ook is, de streek behoudt die ma gie van het slagveld, waar elk echter zijn argeloos of dapper genoeg om de grens te over schrijden en hier op verken ning te gaan. Er wachten hun verrassende contrasten met het massatoerisme in ons Zuid-Limburg. Wat het land schap betreft zouden zij aan gene zijde van de grens kun nen blijven, omdat dit precies dezelfde welvingen vertoont. De tegenstelling openbaart zich in de ongerepte, natuur lijke staat van deze regio, waar men nauwelijks sporen aantreft van een infrastruc tuur voor het toerisme. Dat kan een verademing zijn voor wie zojuist Valkenburg 's zomers één groot pret park is ontvlucht of in Sle- naken en omstreken geen keus kon maken uit de dozij nen hotels. Maagdelijk en mi- lieuzuiver, een oase van rust, dat zijn omschrijvingen waar de Voerstreek mee uit de voe ten kan. Beekjes reppen zich door berg en dal of stromen naar de dorpen om daar ver stoppertje te spelen onder hui zen en straten. In 's Gravenvoeren loopt het riviertje een eindje mee met de hoofstraat, zodat tientallen De Voerstreek in de zomer. De riviertjes Veurs en Voer kronkelen zich door hun valleien. bruggetjes gelegd moesten worden van het trottoir naar de huizen. Men noemt ze schilderachtig, die plakken beton tussen de ene oever en de andere, maar wie werke lijk romantische taferelen wil zien, moet op zoek gaan naar de bron, waaraan dit gewest de naam ontleent. Het rivier tje ontspringt in een soort poortgebouwtje, royaal voor zien van ornamentiek en mos en daterend uit 1666. Kristal helder water, vierduizend li ter per minuut, gaat vanuit dit monument op weg naar zee, in de vorm van een stroompje, niet veel breder dan een sloot. Iets moois De Voer! Een naam die ver wijst naar geweld en felle emoties, charges met de sabel, demonstraties, terwijl hier slechts het zachte geruis waarneembaar is, waarmee de jonge beek op weg gaat naar de vijvers van een forellen- kwekerij, toevallig uitgebaat door een zekere familie Snoeck. De vissen komen tot wasdom in het park van de Kommanderie, een van de vele kastelen in de Voer streek, waar ooit de Ridders der Teutonische Orde zich hebben voorbereid op de kruistochten. Is er iets nieuws onder de zon? Terwijl zij ruisend op weg gaan naar de Maas of een andere uitmonding, proberen de Voer en de Veurs, de Ber- wijn en onze eigen dartele Gulp er iets moois van te ma ken. Tal van vakwerkhuizen krijgen de kans zich in zo'n stroompje te weerspiegelen, oude boerderijen en bijna een half dozijn burchten, kastelen en buitenplaatsen. Maar el ders bespat zo'n beekje twee pal aan elkaar grenzende sta- mineetjes met de namen „Chez Liane" en „Café Wij- nants". Aan weerszijden van de spouwmuur worden pinten gedronken, maar in het ene kroegje spreekt men Frans en in het andere een mixture van Vlaams en Duits, terwijl daar ook boeken met strijdba re titels voor 't raam liggen. Nederlanders kunnen zich' daar beter niet in verdiepen, want de taalkwestie is een zeer gecompliceerde sinds deze regio in 1962 is afge scheiden van de provincie Luik en deel ging uitmaken van Limburg. Anders dan in Brussel spreekt bijna iedereen hier echter (ook) een voor landgenoten verstaanbare va riatie op het A.B.N. En voor de rest kan men allerwegen beluisteren, wat de afgestor venen te zeggen hebben. Duidelijker dan waar ook in België spreken de stenen hun taal. Mysterieus soms en her innerend aan een vervoering, die door merg en been gaat. Een wonderkruis getuigt: „Ter eeren en memoire der vertooninge van een schroomig kruys en bloedig daaran hangenden schoonst en levenden lichaem hier ge- sien door de geloofweerdigste getuygens. 5 May 1799 des Avonds. Jezus. Maria. Jo seph". Te Sint-Pieters-Voeren richt een drukke toeloop zich op het gebeente van de heilige Cornelis, sinds 200 jaar in het bezit van de kerk. Graftom ben, gedenktekenen, zerken die, staande tegen de muur van een kerk als voor een executiepeloton, opstandig de vergankelijkheid bezweren met namen en nog eens na men Een stoet van doden trekt voorbij aan de toeschou wers. Bezinning Dit Land van Overmaas, ooit hecht verbonden met ons Limburg tot er in 1839 een streep door werd getrokken, .ziet grauw van devotie, overal waar brokken natuursteen met hun inscripties tot bezin ning noden. De meer dan honderd grafzerken uit de 16e tot de 18e eeuw vormen een collectie, uniek voor Europa, „met bijna uitsluitend Vlaam se opschriften", zo wordt er nadrukkelijk bij verteld. Noch de dood, noch het toe- Een van de vele kastelen in de Voerstreek, die men wel van buiten, maar niet van binnen mag bekijken. Het beroemde, door Russische krijgsgevangenen gebouwde 6poorwegviaduct, het „boegbeeld" van Sint-Martens-Voeren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1984 | | pagina 13