Ie kunt niet meteen van elkaar gaan houden"
abinet beschouwt tijd als bondgenoot
ot
m
fS&ef
^ënland
itensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnen
Té
ItensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnen
f IEFGEZINNEN NA EEN ECHTSCHEIDING:
WAAR BEN JE
MET DE KERST?
295.-
SIJTHOFF PERS
ICONIEKE HOUDING NIET VAN GEVAAR ONTBLOOT
Politiek
Partij
Parlement
CeUbeSomani
ZATERDAG 26 NOVEMBER 1983 PAGINA 7
ii
limenten
nota zal 5 en staatssecretaris-
iting vaiVMi de Tweede Kamer
:a, die gitsontwerp verdedigen,
innen en/ets niet helemaal in
nsie) zal itje. Zij kunnen altijd
nekomstop een aantal deskun-
pening btenarendie door-
ijn in de materie die
isteren yde is. Bij een debat in
erland re vergaderzaal zitten
>eschouvtenaren schuin boven
doorschjidsman of -vrouw, in
lgend jaïiefen ambtenarenloge,
taken \ruit zij het debat op de
Igen. Die ambtenaren
-ook meestal de verde-
an het wetsontwerp op
gezet, zodat een be-
- of vrouw zijn of
'h alleen maar hoeft
•n. Dat kan wel eens
takelijke scènes leiden,
eeld als een minister
:retaris onvoldoende
tijd heeft gehad, de „voorge
kookte" speech helemaal door
te nemen. Zo las staatssecreta
ris Brokx (volkshuisvesting)
tijdens één van zijn eerste op
tredens in de Kamer een keer
het volgende op: „Mijnheer de
voorzitter! De bezwaren die
vanuit de TK naar voren zijn
gebracht...". Hier stopte hij
even en herlas nog eens wat
hij zojuist had gezegd. „TK,
wat is dat?", zag je hem den
ken. Gelukkig voor hem was
er een behulpzaam kamerlid,
dat lachend opmerkte: U zult
waarschijnlijk Tweede Kamer
bedoelen Brokx keek hulpe
loos naar boven, waar zijn
ambtenaren met het schaam
rood op de kaken bevestigend
zaten te knikken. „Dat is in
derdaad juist, dank u", zei de
staatssecretaris tot het kamer
lid. En vervolgens las hij de
zin opnieuw voor.
Ook hebben we wel meege
maakt, dat een minister na een
interruptie van een kamerlid
met de mond vol tanden stond.
Hij had geen flauw benul van
het antwoord op de vraag die
hem zojuist gesteld was. De
blik omhoogwerpend zag hij
hoe enkele ambtenbaren de
monstratief twee vingers in de
lucht staken, daarbij heftige
gebaren met de mond makend.
Bij de minister ging plotseling
een licht op. „Ik kom hier
graag in tweede termijn op te
rug", sprak hij opgelucht.
Toen Luns nog minister van
Buitenlandse Zaken was, le
pelde hij de door zijn ambtena
ren geschreven teksten vaak
klakkeloos op, zonder er van
te voren ook maar één blik in
geslagen te hebben. Op een
keer stond hij in de Kamer op
zijn bekende ongeïnteresseer
de wijze een speech voor te le
zen, toen hij plotsklaps stuitte
op een schitterende poëtische
passage over bloeiende boomp
jes, bijtjes en wat dies meer zij.
Kennelijk had de betrokken
ambtenaar bij het schrijven
van de tekst een romantische,
verliefde bui gehad. Luns
sprak de zin helemaal uit,
zweeg even, las het voor zich
zelf nog een keer door, keek
vervolgens omhoog naar c/e"
ambtenarenloge en zei: Mijn
complimenten, heren!".
Kamer te kijk
Deze anekdote over Luns heb
ben wij ontleend aan het boek
je „De Kamer te kijk", dat
deze week is verschenen. U
zult het ongetwijfeld op een
opvallende plaats in de boek
handel aantreffen, als u dezer
dagen op zoek bent naar een
betaalbaar sinterklaascadeaut
je. „De Kamer te kijk", ge
schreven door de journalist
Aat de Kwant, is een kleine
bloemlezing van versprekin
gen, komische zinswendingen,
onbegrijpelijke woordenreek
sen en boze uitspraken die ka
merleden en bewindspersonen
door de jaren heen in 's Lands
Vergaderzaal uit hun monden
hebben laten vloeien. Omdat
wij ons in deze rubriek al vijf
jaar met min of meer hetzelfde
bezighouden, waren we uiter
aard zeer geïnteresseerd in de
vrucht van De Kwant's arbeid.
Helaas hebben we moeten con
stateren dat het boekje nogal
tegenvalt. Het is typisch zo'n
werkje dat ter gelegenheid
van sinterklaas in elkaar is ge
stampt, in de hoop dat velen er
f9,90 voor zullen neertellen
omdat ze in die prijsklasse
niets beters weten te kopen.
Hetzelfde geldt trouwens voor
het onzinnige boekje „De
baard van Lubbers" van de
Vara-journalisten Tromp en
Witteman, dat eveneens deze
week in de boekhandels be
landde.
„De Kamer te kijk" had een
vermakelijk boekje kunnen
zijn, als er meer werk van was
gemaakt. Nu is het een grijze
opsomming geworden van
veelal onbegrijpelijke, niet na
der verklaarde uitspraken die
politici in de loop der jaren
hebben gedaan. Alleen dege
nen die zeer in politiek geïnte
resseerd zijn, zullen bij het le
zen af en toe een gevoel van
herkenning krijgen.. Afgezien
van enkele werkelijk aardige
anekdotes, zoals het hiervóór
vermelde stukje over Luns, is
het boekje ook helemaal niet
leuk. De zogenaamd grappige
onderschriften bij de foto 's zijn
zelfs om te huilen.
Het boekje zal door zijn opzet
bij de gemiddelde lezer alleen
maar het gevoel wekken dat
er in de Kamer enkel en al
leen gezwamd wordt, dat poli
tici niet weten waar ze het
over hebbendat niemand be
hoorlijk Nederlands spreekt,
kortom: dat er aan het Bin
nenhof maar wat aangerot-
zooid wordt. Dat is natuurlijk
niet waar. De Kwant heeft wel
het volste gelijk van de wereld
als hij pleit voor een duidelij
ker taalgebruik door politici.
Terecht is wijlen kamervoor
zitter Vondeling al tegen de
taalverloedering ten strijde ge
trokken en gelukkig heeft zijn
opvolger Dolman die strijd
voortgezet, niet helemaal zon
der succes overigens. Er is, in
vergelijking met tien jaar gele
den, al heel wat verbetering
opgetreden. Zelfs de kampioen
van de wollige taal, Ruud
Lubbers, is duidelijker Neder
lands gaan spreken.
Bij de behandeling van zeer
specialistische onderwerpen is
het echter bijna onvermijde
lijk, woorden en uitdrukkin
gen te gebruiken die voor de
leek moeilijk toegankelijk zijn.
En bovendien zullen er helaas
altijd politici blijven die echt
nooit leren hoe ze (niet van
papier sprekend) drie zinnen
netjes achter elkaar moeten
zetten, zoals de voormalige
CDA vertegen woordigster
Hannie van Leeuwen, die dan
ook in „De Kamer te kijk" te
recht als weerzinwekkend
voorbeeld aan de kaak wordt
gesteld.
DICK VAN RIETSCHOTEN
posterj
iet lan£HT Stiefgezin-
gehantjjn geen onbekend
liet" tijnsel in onze sa-
M.R. iüng; ze ontstaan als
tijdscbeduwe of weduw-
lingeiflie kinderen heeft,
bo ha<hwt. Er is echter
euw type stiefgezin
in, dat niet een
stand ^ensgeval maar
Hp" leiding als voorge-
de ïn*s heeft- Het aan-
eniwelijken dat mis-
voor hs in enkele jaren op-
nietin tot één op de drie
dat daar maar al te
n op jjinderen b»j betrok-
bellijn, is het aantal
vare stiefgezinnen in
receiprte tijd aanzienlijk
Die gezinnen
n specifieke moei-
ïftede ^ie vooral ver"
ns ont.»n met die van de
laan: hide stiefgezinnen,
r mislut er eigenlijk drie
ot. Er >s bij betrokken zijn.
leven met de kinde-
n het nieuwe stiefge-
mag°l) de derde leeft ge-
beoorcfen van zowel zijn
partner als zijn
or hetren.
betro
rtijen et leven van die nieuwe
van dannen en de moeilijk-
ze kunnen tegenko-
cht teis nauwelijks iets be
ven inDe Nederlandse Gezins-
chtte het dan ook ver-
er onderzoek naar te terecht ziin gekomen en is ook
oventen. Als eerste aanzet door hulpverleners geschre-
post}sociologe Simonne de ven. „Een nadeel", vindt ze
het o(28) de opdracht over zelf, „omdat we daardoor een
r dat g totaal onbekende on- problematisch beeld hebben
dreigdrp een literatuurstudie gekregen van stiefgezinnen".
ien. Naar aanleiding van Bovendien ontbreekt elke
—bevindingen, als rapport kennis over stiefgezinnen die
enen onder de titel „De niet in de hulpverlening te-
stiefgezinnen", wil de recht zijn gekomen. Wat niet
lad in de toekomst de wegneemt, dat het nogal wat
latiek verder uitwer- uitmaakt of je een traditioneel
[et de uiteindelijke be- gezin vormt of een stiefgezin.
intact! kennis ter beschikking
rste wen voor de hulpverle-
noveP ertoe te draêen dat
ze^»enleving het eigen ka-
van een stiefgezin er-
hten
Zegt Simonne de Zwart: „Het
is een heel verschil hoor. Bij
een gewoon gezin heb je twee
mensen die gaan trouwen of
samenwonen en op een gege^-
ven moment besluiten een
t kind te nemen. En na een tijd-
je misschien weer één. Het
adersne de Zwart kan zich groeit langzaam, partners heb-
luwen als pionier. Al ben de tijd om aan elkaar te
ntdekte ze, dat er hoofd- wennen, om iets op te bouwen
ik in de Verenigde Sta- en dan pas komen er kinderen
ublikaties zijn versche- bij. Een stiefgezin is er ineens.
rer het onderwerp, maar Pats boem. Van de ene op de
ïlijks in Europa, laat andere dag ontstaat dat gezin
'n Nederland. En de stof wanneer ze bij elkaar gaan
is, gaat louter over ge- wonen. Dat is natuurlijk wel
die in de hulpverlening even iets anders".
„Je merkt dat veel van die
nieuwe stiefgezinnen het idee
hebben dat ze een gewoon tra
ditioneel gezin moeten gaan
vormen, waardoor ze heel
hoge eisen gaan stellen en ver
wachten dat alles maar met
een zo gaat als in het traditio
nele gezin, het kerngezin of
hoe je dat ook wilt noemen.
Daardoor geven ze elkaar niet
de kans langzaam aan elkaar
te wennen de ouders aan
de kinderen en andersom
om zodoende een eenheid te
gaan vormen. Het kerngezin
wordt veel te veel als ideaal
gezien. De nieuwe stiefgezin
nen willen zich daaraan afme
ten. Met als gevolg dat ieder
een vreselijk geforceerd z'n
best gaat lopen doen: iedereen
moet van elkaar houden. Maar
dat kun je gewoon niet ver
wachten".
Fantasieën
„De volwassenen zijn in eerste
instantie degenen die voor el
kaar kiezen en daarmee voor
het vormen van een stiefgezin;
voor kinderen geldt dat meest
al niet. Die kunnen langzaam
aan zo'n situatie wennen, maar
misschien gebeurt dat hele
maal nooit. Misschien gaan ze
ook nooit van die stiefvader
houden. Veel kinderen hebben
fantasieën, dat hun eigen ou
ders weer bij elkaar komen,
zelfs als ze beiden al weer her
trouwd zijn. Er wordt bijna
geen aandacht besteed aan de
beleving van de kinderen, al
les is nogal gericht op de pro
blemen die de stiefouder met
de kinderen heeft".
Die problemen liegen er dan.
ook niet om. Veruit het groot
ste deel van de ouders in de li
teratuurstudie noemt de kin
deren als het grootste pro
bleem in een nieuw stiefgezin.
Geld komt op de tweede
plaats. Nemen volwassenen
die een nieuwe relatie willen
aangaan andermans kinderen
dus maar op de koop toe, als
bijgeleverd pakketje? „We we
ten helemaal niet in hoeverre
mensen zich bewust zijn van
de consequenties als ze beslui
ten zo'n nieuw stiefgezin te
gaan vormen, in hoeverre er
afwegingen plaatsvinden".
„Je komt daarmee op het punt
van de vrije keus. Nou, het
kan zo zijn dat je heel bewust
kiest voor een partner én voor
de kinderen van die partner.
Het kan ook, dat je kiest voor
de partner en de kinderen
voor lief neemt. Dan kun je
wel zeggen dat je voor een
stiefgezin hebt gekozen en dat
die keuze bewust is, maar ik
blijf dat een moeilijk begrip
vinden. Je kunt er niet van
uitgaan, dat ieder mens die
een belangrijke stap neemt,
van tevoren precies kan over
zien wat de gevolgen zijn. Je
kunt wel bedenken, dat het
veel gaat betekenen, dat er iets
zal veranderen, maar veel
meer ook niet. Daarom is het
ook zo belangrijk, dat er goede
voorlichting komt. Mensen
moeten erop voorbereid zijn
wat er allemaal kan gebeu
ren".
Voorbereid
Een van de dingen die de stu
die van Simonne de Zwart
heeft aangetoond, is dat men
sen zich maar al te vaak niet
realiseren wat het betekent
om een nieuw stiefgezin te
gaan vormen. Daarom zullen
ze niet voorbereid zijn op de
moeilijkheden. Die er het
zij nadrukkelijk gezegd
lang niet altijd móeten komen,
want gelukkig zijn er ook
voorbeelden van gezinnen
waarin men het voortreffelijk
met elkaar rooit.
„Heel belangrijk", zegt de
Utrechtse sociologe van Haag
se afkomst dan ook, „is om
van tevoren met z'n allen te
praten: wat gaat er gebeuren,
wat verwachten we precies
van elkaar? Een stiefvader
kan het idee hebben dat ie een
soort vader voor de kinderen
moet worden. Misschien ver
wachten die kinderen dat he
lemaal niet van hem. Als je
dat van tevoren weet, kun je
veel onduidelijkheden en mo
gelijke problemen voorko-
„De eigen moeder, die na de
scheiding een tijdje met de
kinderen alleen heeft ge
woond, wil een heleboel din
gen misschien niet uit handen
geven. Of ze wil juist dat ie
mand anders zich ook weer
met de opvoeding bemoeit.
Dat zijn wezenlijke dingen, die
je móet weten als je aan zoiets
ingrijpends begint. Veel din
gen kunnen in het begin moei
lijk zijn en nieuw en vreemd.
Als je daarop voorbereid bent
en als ieder de ander de tijd
geeft daar een vorm voor te
vinden, dan hoeft die moeilijk-
Loyaliteit
Evenals bij de problematiek
van echtscheiding, is ook in
het geval van de nieuwe stief
gezinnen de beleving van de
kinderen nauwelijks belicht.
Publikaties erover gaan hoofd
zakelijk uit van de volwasse
nen en er is vrijwel niets be
kend over de beleving en
eventuele problemen van kin
deren zélt in stiefgezinnen.
„Volwassenen onderschatten
vaak wanneer zij hertrouwen
of gaan samenwonen wat voor
emoties kinderen ervaren. Een
van de dingen die voor kinde
ren in stiefgezinnen kunnen
spelen, zijn loyaliteitsconflic
ten. Als ze bijvoorbeeld van
hun stiefvader houden, voelen
ze zich ontrouw aan hun eigen
vader. En als ze niet van hun
nieuwe stiefvader houden, zijn
ze bang dat ze hun moeder
kwetsen. Voor de kinderen is
het belangrijk dat de twee ge
scheiden ouders een werkza
me relatie onderhouden, hoe
wel dat niet altijd mogelijk is.
Maar voor de kinderen is dat
wel veel prettiger. Ze hebben
hun eigen papa of mama nog
en hoeven niet zo nodig een
nieuwe papa of mama. Je kunt
echt niet verwachten dat ze de
nieuwe stiefouder meteen zul
len accepteren. Volwassenen
moeten inzien, dat zoiets een
heel proces is, dat je niet mag
forceren".
Simonne de Zwart stelt met
nadruk, dat haar literatuurstu
die slechts een eerste verken
ning is. „Verwacht van mij
daarom geen pasklare oplos
singen", zegt ze. „Er is nog erg
veel onbekend over dit onder
werp. Wat wel duidelijk is ge
worden en wat mij ook heeft
verbaasd, is dat de meeste
mensen het moeilijker vinden
om stiefouder te worden na
het overlijden van de vorige
partner dan na een scheiding.
De overleden ouder wordt
door de kinderen geïdeali
seerd. Om zo'n plaats dan in te
nemen, is voor een stiefouder
erg moeilijk. Ik heb altijd ge
dacht dat het veel lastiger zou
zijn als die andere ouder er
nog wel is, omdat het kind zijn
aandacht en liefde dan moet
verdelen".
Over één ding is ze wel heel
uitgesproken. Ervaringen, in
haar omgeving („veel proble
men") en de bestudering van
de litaratuur, hebben haar ge
leerd dat nieuwe stiefgezinnen
(en zeker ook de „oude" stief
gezinnen) nauwelijks worden
geaccepteerd. „Al in sprookjes
zie je hoe negatief dat begrip
„stief" wordt uitgelegd: de
boze stiefmoeder van Sneeuw
witje. Maar ook uitdrukkingen
als: iemand stiefmoederlijk be
handelen; een stiefkindje. Het
heeft allemaal een negatieve
bijklank. Ik vind, dat de om
geving familie, buren
die soms een enorme druk kan
uitoefenen, moet erkennen dat
die mensen in het nieuwe
stiefgezin het toch met elkaar
moeten uitzoeken. Dan zijn we
al een heel eind".
DICK HOFLAND
„De nieuwe stiefgezinnen",
een literatuurstudie door Si
monne de Zwart, is verkrijg
baar bij de Nederlandse Ge
zinsraad; Duinweg 1, Den
Haag.
ADVERTENTIE
Voor wie alleen is met de a.s. Kerstdagen of nu eens een keer niet met z'n
wil optrekken heeft Uw krant een speciaal Kerst-arrangement:
van 24 t/m 26 december a.s.
Het verblijf aldaar Is In het luxe EUROHOTEL, met eigen zwembad en fitnesscentrum
en alle kamers met douche, toilet, telefoon, radio, kleuren-t.v. en mlnl-bar. Het pro
gramma biedt op zaterdag de mogelijkheid tot winkelen en een bezoek aan de
Kerstnachtmis.
Eerste Kerstdag wordt na het uitgebreide ontbijtbuffet een bezoek aan de be
kende vogeltjesmarkt gebracht en is er aansluitend een stadstour olv een
plaatselijke gids langs de vele markante bouwwerken van de Sinjorenstad
'sAvonds Kerstdiner met aperitief, gevolgd door een schitterend galabuffet en
dansmuziek.
De prijs van deze bijzondere Kerstreis bedraagt slechts
per persoon, zowel voor een eenpersoons- als een tweepersoonskamer.
Inbegrepen zijn de kosten van vervoer, koffie met gebak op de heenreis en het diner op de eerste dag. het Kerstdiner
Inclusief aperitief en een halve fles wijn per persoon. 2 x logies met uitgebreid ontbijtbuffet en de warme afscheidslunch
op de laatste dag.
De gecombineerde reisverzekering kost 6.- per persoon 5.- poliskosten.
POSTBUS 16050
2500 AA 'S-GRAVENHAGE
TEL. 070-190882
(MAANDAG T/M VRIJDAG
TUSSEN 9 EN 13 UUR)
Inlichtingen en boekingen: telefonisch
onder nr. 070-190882 (van maandag
t/m vrijdag van 9 tot 13 uur) of
persoonlijk In onze
vestigingen Spui
straat 71, Den Haag
(op de hoek van het
1 Spui) en Coolsingel
67, Rotterdam (t.o.
Stadhuis).
J0,Btot.
3AAG „Tenslotte
uweat ons gevraagd, hoe
u verder moet?" Mi-
r Rietkerk van Bin-
jndse Zaken reageer-
onderdag zeer laco-
bp de aansporing van
'ergrote meerderheid
irijvi|de Tweede Kamer
sitie en CDA) om op
ïn of andere manier
5en akkoord te slui
ten met de ambtenaren
bonden. „Wij zijn bereid
tot heropening van het
overleg, maar niet voordat
we weten of dat zin
heeft", vervolgde de be
windsman, daarmee de
monstrerend dat hij en de
andere dertien ministers
bepaald niet in paniek
verkeren.
Gegeven alle maatschappelijke
onrust, nota bene veroorzaakt
door een groep Nederlanders,
die als gezagstrouw bekend
staat, doet dat de vraag rijzen,
waar dit kabinet de (over
moed vandaan haalt om zich
zo vierkant op te stellen. Dat
heeft uiteraard te maken met
de opvattingen over de ma
nier, waarop Nederland econo
misch weer gezond moet wor
den (waarover elders in de
krant meer), maar er zit ook
nog iets anders achter. Inge
ITENHEER
wijden vertellen dat Lubbers
en enkele andere oud-gedien-
den, zoals De Koning, Riet
kerk en Van Aardenne, veel
geleerd hebben in de periode,
dat Van Agt en Wiegel keer
op keer met het schip van
staat aan de grond liepen. De
huidige premier, die in die pe
riode fractieleider van het
CDA was, weet als geen ander
hoe dat kan worden veroor
zaakt.
Les geleerd
Lubbers heeft daaruit de les
geleerd, dat een kabinet aller
eerst verzekerd moet zijn van
de absolute en onvoorwaarde
lijke steun van de regerings
partijen. Dus zorgde hij ervoor
dat de fracties van CDA en
VVD intensief betrokken wer
den bij het opstellen van het
regeerakkoord. Die tactiek
heeft zijn vruchten afgewor
pen. Waar Dries van Agt
moest opboksen tegen een
CDA-fractie met daarin ten
minste tien tegenstanders van
het kabinetsbeleid, heeft Lub
bers eigenlijk alleen het duo
Scholten-Dijkman tegen zich.
Bovendien wordt de huidige
premier, in tegenstelling tot
alweer Van Agt, niet gehandi
capt door een CDA-voorman a
la Lubbers, dat wil zeggen met
geheel eigen ambities. Men
kan veel van Bert de Vries
zeggen, maar niet dat hij de
poten van Lubbers' stoel pro
beert door te zagen.
Een andere belangrijk erva
ringsfeit van Lubbers uit de
periode 1977-1981 is dat een
kabinet zelf ook geen weke
plekken mag hebben. Een mi
nister als Pais (onderwijs), die
keer op keer weigerde echt te
bezuinigen, zal men dan ook
niet aantreffen in het huidige
kabinet. (Lubbers heeft on
langs onthuld dat hij indertijd
een paar keer bij Van Agt
heeft aangedrongen op het
ontslag van deze VVD-be-
windsman.) Iedere minister
van nu is benoemd mede op
grond van zijn bereidheid het
bedrag, waarmee hij volgens
afspraak moet bezuinigen, vol
ledig voor zijn rekening te ne
men. Zo ook Koos Rietkerk,
hoeveel moeite hem dat per
soonlijk ook gekost heeft en
nog steeds kost.
Op koers
Met deze twee randvoorwaar
den vervuld, ligt het kabinet-
Lubbers ook nu nog flink op
koers, hoezeer Jaap van de
Scheur en de zijnen hun acties
ook hebben verscherpt. Zoveel
is zeker na het debat in de
Tweede Kamer. Maar daarmee
zijn de problemen uiteraard
niet opgelost. Rietkerk zal on
getwijfeld zijn best doen de
ambtenarencentrales, althans
drie van de vier, alsnog in
staat te stellen tot het sluiten
van een driejarig contract. Dat
blijkt alleen al uit zijn toezeg
ging te onderzoeken of de ver
laging van de ambtenarensala
rissen inderdaad zeer grote be
sparingen (twee drie miljard
gulden) opleveren voor het Al
gemeen Burgerlijk Pensioen
fonds (en dus voor de schat
kist). Maar wat te doen als dat
allemaal toch niet voldoende
blijkt, wat met Ruding op Fi
nanciën bepaald niet denk
beeldig is?
Het antwoord op die vraag
werd in het Kamerdebat ook
wel enigszins duidelijk. Het
kabinet zal zich dan terughou
dend blijven opstellen, in de
verwachting dat de publieke
opinie zich steeds meer tegen
de actievoerders keert en in de
zekerheid dat de kortingswet
jes binnen twee a drie weken
door het parlement zullen zijn
aanvaard. Daarna wordt elke
actie zo goed als zeker door de
rechter verboden, omdat er
dan sprake is van een politie
ke actie, gericht op het onmo
gelijk maken van een beleid,
dat door een meerderheid in
de Tweede -Kamer één- en an
dermaal is aanvaard en als
noodzakelijk is betiteld. Mis
schien zou een tussenkomst
van de rechter niet eens nodig
zijn, want zelfs de AbvaKabo
maakt niet de indruk de spel
regels, waar onze parlementai
re democratie op is gebaseerd,
te willen overtreden.
Maar er kleven ook grote ge
varen aan dit „Gods water
over Gods akker laten lopen".
Zo zou de relatie met belang
rijke maatschappelijke organi
saties ernstig worden aange
tast. FNV-voorzitter Wim Kok
waarschuwde het kabinet deze
week dat zo'n houding „diepe
sporen" zou achterlaten. Een
kabinet, dat zelf zegt de vak
beweging voortaan intensief te
willen betrekken bij de voor
bereiding van de rijksbegro
ting, moet zich daar bewust
van zijn. Bovendien is er het
risico dat het kabinet te veel
(ineens) wil. Als er de komen
de weken tijdens acties van de
ambtenarenbonden ongeluk
ken gebeuren, waar sommige
Haagse politici erg bang voor
zijn, is dat niet alleen de
schuld van Jaap van de
Scheur of Ton de Jong. Het
verbod van de Haagse rechter
nog verder actie te voeren bij
de posterijen maakt die kans
alleen nog maar groter. De
bonden beraden zich nu op an
dere mogelijkheden, met name
bij de telefoondienst, wat de
ergernis bij vele burgers waar
schijnlijk nog zal vergroten.
Inmiddels zijn de eerste ruiten
van een postkantoor, in Den
Haag, al ingegooid.
RIK IN 'T HOUT