Stuk
geschiedenis
dat Britse
leger
liefst zo
vergete
Hier Legt Het Lichaam
Onder Verslonden 1
DoorDeDoot.fc
Engeland executeerde?
in Eerste Wereldoorlog
zeker 300 deserteurs
ZATERDAG 12 NOVEMB)
GRAFSTENEN OP SRI LANKA VERHALEN VAU
VOC-TIJD r
tegf
vaf
Britse troepen tijdens de Eerste Wereldoorlog in Noord-Frankrijk op weg naar het front.
Per dag lieten duizenden het leven. Van hun kameraden werden er 346 gefusilleerd wegens
vermeende desertie. De militaire rechters kenden praktisch geen genade
LONDEN Morgen leggen
koningin Elizabeth en pre
mier Margaret Thatcher weer
kransen neer aan de voet van
de Cenotaph, het rechthoekige
witte monument in Whitehall,
de Londense straat van de mi
nisteries, opgericht ter nage
dachtenis van de Britse mili
tairen, die sneuvelden tijdens
de Eerste Wereldoorlog. Sinds
de tweede helft van de jaren
veertig is dat ook het gedenk
teken voor de Britse gesneu
velde soldaten van wereldoor
log II.
De vijandelijkheden, die begonnen
waren in augustus 1914 en eindig
den op 11 november 1918, worden
in Groot-Brittannië nog vaak „De
Grote Oorlog" genoemd. Op het
westelijke front verloren Engeland
en de landen van het Gemenebest
toen 558.979 manschappen. Zonder
de catastrofale militaire en politie
ke blunders uit die tijd zou dat cij
fer veel lager zijn geweest.
In tegenstelling met wat in Frank
rijk en België gebruikelijk is, wor
den in Groot-Brittannië de militai
re doden van de Eerste Wereldoor
log elk jaar op de zondag na de elf
de november herdacht. Hoewel het
nu al 69 jaar geleden is dat de Gro
te Oorlog begon, vindt dit keer de
traditionele ceremonie aan de Ce
notaph in Londens Whitehall voor
de eerste maal plaats in de weten
schap, dat tijdens bedoelde vijande
lijkheden 346 eigen soldaten gefu
silleerd werden door eigen wapen
broeders.
Oorspronkelijk was het de bedoe
ling dit strikt geheim te houden tot
iedereen die er ook maar iets van
af zou kunnen weten, dood zou
zijn. De dossiers van de Britse
krijgsraden mochten pas op 1 janu
ari 1993 geopend worden. Vijfenze
ventig jaar na het einde van de
Grote Oorlog dus. Kort geleden
werd evenwel aan de regering
Thatcher voorgesteld, die lange
wachttijd in te korten. Natuurlijk is
daarvoor een nieuwe wet nodig.
Als die er werkelijk komt, zal al in
januari 1985 totale ruchtbaarheid
gegeven kunnen worden aan de
beslissingen die tijdens de Eerste
Wereldoorlog door Britse krijgsra
den meestal volstrekt wederrechte
lijk genomen werden.
Voorbeeld
In afwachting daarvan heeft een
bekende Londense rechter en ge
schiedkundige, Anthony Babing-
ton, hierover al een boek geschre
ven dat nog net op tijd, afgelopen
maandag, verschenen is voor mor
gen de 69e verjaring van de wapen
stilstand gevierd wordt. Zijn werk
draagt de betekenisvolle titel: „For
The Sake of Example" (Om een
voorbeeld te stellen). Dat is een uit
spraak van de Engelse hertog van
Wellington, Arthur Wellesley, die
in 1815 Napoleon hielp verslaan.
Toen hij generaal was (later werd
hij premier) zei hij letterlijk: „Voor
mij dienen alle straffen om een
voorbeeld te stellen".
Voor hij zijn boek schreef, werd
aan rechter Babington officieel in
zage verleend van alle militaire
processtukken daterend uit de Eer
ste Wereldoorlog. Hoewel de in
houd van die dossiers voorlopig nog
steeds tot het domein van de Britse
staatsgeheimen behoort, werd voor
Babington een uitzondering ge
maakt. Hij moest echter beloven,
dat hij in zijn boek geen enkele
naam zou noemen.
Harteloos
Maar er zijn natuurlijk wel namen
bekend geworden. Zo was er de re
serve-onderluitenant Edwin Dyatt
(21), die in 1917 wegens desertie ge
fusilleerd werd. Het executiepelo
ton bestond uit soldaten van zijn ei
gen compagnie. In het Schotse
Aberdeen woont nog een gepensio
neerde spoorwegarbeider, die bij
De Grote Oorlog een van die jon
gens tot vriend had. Hij vertelt, dat
zijn strijdmakker na de terechtstel
ling geheel van streek was en
hoofdschuddend tot hem zei: „Dit
vergeet ik tot het einde van mijn
dagen niet".
Rechter Babington is er achter ge
komen, dat in de Eerste Wereld
oorlog 45.000 Britse militairen in
hechtenis werden genomen wegens
desertie of lafheid. Van hen hoor
den 3080 zich veroordelen tot de
dood door de kogel. Nadien werd
90 procent van die vonnissen om
gezet in gevangenisstraffen; 346
militairen werden echter toch gefu
silleerd. Volgens de krijgsraden
waren 37 van hen schuldig aan
moord.
Voor zover bekend trad tijdens de
Eerste Wereldoorlog geen enkel
ander leger zo streng en harteloos
tegen zijn eigen soldaten op. Vol
gens rechter Babington waren de
generaals die beslisten over het le
ven of de dood van gevangenen,
meestal mensen zonder enig ge
voel. Het leven van „kanonnen-
vlees" was voor hen van geen
waarde, ondanks het feit dat in die
tijd op het westelijke front verlie
zen werden geleden van 20.000
Britse manschappen per dag.
Tussen begin 1915 en november
1918 werden de Britse strijdkrach
ten in Noord-Frankrijk aangevoerd
door generaal-veldmaarschalk
Douglas Haig (1861-1928). Tijdens
de eerste dag van Haigs offensief
aan de Somme telden de Britten
57.470 slachtoffers. Meer dan 19.000
sneuvelden of stierven aan hun
verwondingen. De volgende drie
maanden bevestigden Haig en zijn
commandanten de terechtstelling
van 24 eigen militairen.
Op de grafzerken van dergelijke
gefusilleerden staat alleen hun
naam met een datum, gevolgd door
het gebruikelijke „Shot at Dawn"
(gefusilleerd bij het ochtendgloren).
Hoewel Britse krijgsraden niet in
het geheim bijeen mogen komen,
tenzij het over staatsgeheimen gaat,
werd tijdens de Eerste Wereldoor
log geen enkele militair in het
openbaar ter dood veroordeeld. Bij
de strijdkrachten waren toen nog
geen psychiaters ingelijfd om diep-
geschokte militairen weer gezond
te maken, zoals dit gedaan werd tij
dens en na de Falklandoorlog van
afgelopen jaar. De militaire rech
ters van 1914-1918 kenden prak
tisch geen genade. Zij hielden geen
rekening met de jeugdige leeftijd
van beklaagden; hun geestelijke of
lichamelijke ontreddering werd
evenmin als verzachtende omstan
digheid beschouwd. Dat ze ge
trouwd waren en kinderen hadden
over wie ze zich zorgen maakten,
speelde voor de rechters evenmin
een rol. Zelfs het feit dat bepaalde
beklaagden zich vroeger bijzonder
heldhaftig hadden gedragen en
meerdere keren werden gewond,
kon sommige militaire rechters
niet milder stemmen.
Het gebeurde geregeld dat execu
ties uitgevoerd werden in aanwe
zigheid van talrijke jonge soldaten,
die „een les nodig hadden". Com
mandanten die de beklaagden zel
den persoonlijk kenden, noemden
hen voor de krijgsraad „waardeloze
lafaards" en „onruststokers", zon
der dit zwart op wit te kunnen be
wijzen. Rechter Babington merkt
in zijn boek op dat een Britse bur
gerlijke rechtbank zoiets nooit ge
accepteerd zou hebben.
Sommige van de 3000 doodvonnis
sen wérden uitgesproken in het
Belgische Poperinge dat in 1917
achter het front lag. Samen met
leper en Passendale, waar 200.000
Britten sneuvelden en een half mil
joen gekwetst werden, is dat voor
Britse kenners van De Grote Oor
log een bekende naam. In Poperin
ge rustten destijds hun strijdkrach
ten uit. Het stadhuis was een mili
tair hoofdkwartier dat door schild
wachten bewaakt werd. Ter dood
veroordeelde deserteurs werden
daar opgesloten. De kelders waarin
zij hun laatste uren doorbrachten,
bestaan nog steeds.
De executies vonden telkens
's morgens vroeg plaats op het bin
nenplein van dit raadhuis. Daar
staat nog steeds de paal waaraan de
veroordeelde militairen vastgebon
den werden; hij vertoont duidelijke
sporen van afgeschampte of diep in
het hout gedrongen kogels. In Po
peringe fusilleerden de Britten
zelfs een soldaat die nog maar 17
jaar was toen hij deserteerde. Ter
wijl zij hem naar het stadhuis
brachten, waar hij aan de voor
avond van zijn dood de nacht
moest doorbrengen in een cel, riep
hij huilend om zijn moeder.
Rechter Babington schrijft: „Hoe
wel zijn commandant niet wilde
dat deze jongen doodgeschoten
werd, oordeelden de bevelhebbers
dat het weer nodig was een voor
beeld te stellen om de andere solda
ten aan te sporen des te harder te
vechten en een eervolle dood te
•sterven aan het front. Het vonnis
luidde dat de jonge deserteur gefu
silleerd moest worden. Het werd
genadeloos uitgevoerd". De jongen
was toen net achttien jaar gewor
den.
Afschuwelijke taak
Rechter Babington vertelt dat een
Brits executiepeloton gewoonlijk
bestond uit acht tot tien manschap
pen, die het doodschieten van een
van hun eigen wapenbroeders een
afschuwelijke taak vonden. Hun
geweren werden geladen door de
bevelvoerende officier, die in twee
van die vuurwapens losse flodders
stopte of ze ongeladen liet. Ieder lid
van het peloton kon dus hopen dat
hij een geweer in handen zou krij
gen waarin geen dodende kogel zat.
Meestal dronk het executiepeloton
zich na een executie verbitterd en
vertwijfeld een flink stuk in de
kraag.
De dood van de meeste gefusilleer
den bleef een geheim. Na 1917 wer
den Britse ouders zelfs niet meer
op de hoogte gebracht van het feit,
dat het eigen leger hun zoon geëxe
cuteerd had. Op de begraafplaatsen
rusten deze deserteurs naast solda
ten, die nog geregeld gehuldigd
worden voor hun heldenmoed.
Hoewel van de autoriteiten niets
toegevoegd mocht worden aan het
lugubere zinnetje: „Shot at Dawn",
liet een diep bedroefde vader daar
onder deze boodschap aanbrengen:
„Maar hij was een goede zoon".
Sommige families dachten er an
ders over. Wanneer zij wisten, dat
een van hun jongens aan het weste
lijke front gedeserteerd was en
daarvoor gefusilleerd was, schaam
den zij zich diep. Vaak namen der
gelijke ouders die schande als een
groot en vreselijk geheim mee in
hun graf. Anderen vertelden hun
kennissen, dat hun zoon gefusil
leerd was omdat hij zich schuldig
gemaakt had aan kleine diefstallen.
De factor desertie werd bijna altijd
verzwegen.
Voor het Britse leger is de tijd,
waarin het 346 van zijn eigen man
schappen liet executeren, een stuk
geschiedenis die het 't liefst zou
vergeten. Maar volgens rechter Ba
bington waren deze terechtstellin
gen oorlogsmisdaden. „Het is nu de
hoogste tijd om ze grondig te on
derzoeken en de slachtoffers ervan
eindelijk het eerherstel te geven,
dat hun rechtmatig toekomt",
schrijft hij. De meeste deserties wa
ren immers een gevolg van wat
men na de Eerste Wereldoorlog
„shell-shock" is gaan noemen.
ROGER SIMONS
LONDEN Volgens een boek dat gisterèm.
^Londen is gepubliceerd, heeft het Britse lege^k
'de Eerste Wereldoorlog als geen ander kort\
metten gemaakt met deserteurs. Bij elkaar wer-j
den meer dan 300 soldaten terechtgesteld, vaakl
na processen waarin van rechtnauwelijks oB
geen sprake was. Het boek, „For the Sake a
Example", is geschreven door Anthony Babin
ton, een rechter die speciale toestemming h;
om in archieven van krijgsraden en vonnisvt i! -
trekkingen te duiken. Officieel zouden die a si
phieven tot minstens 1989 gesloten blijven. T IjH
genover de meer dan 300 Britse executies sta: 4
|33 terechtgestelde Franse, 10 Amerikanen 8||
zeer klein aantal ter dood veroordeel] <j&
mlse deserteurs. - ÊkHa
Uit onze krant van afgelopen
dinsdag
Het wapenschild van Abraham Samlant.
Nalatenschap
De Nederlands-hervormde
het „Dutch Fort" zijn slecli
le voorbeelden uit de enor
landse nalatenschap, niet i
Galle maar op heel Sri Lal
fort van Batticalao bijvt
aan de oostkust van Sri La
het eerste dat op de Po
werd veroverd (1638). In d
tuur is het altijd omschri
het meest pittoreske van
ten, dat eeuwenlang de t
tijds, die in landen als Sij
met tropische snelheid toes)
succes heeft kunnen wj
Maar uiteindelijk moest
meerdere erkennen in de
cycloon, die in 1978 langs
oostkust grote vernieling!
richtte.
Forten, kerken, kanalen ei
Hollandse herinneringen k<
genlijk langs de gehele kul
onder meer in Kalatura,
Trincomalee, Hammenhiel
Mannar, Kalpitiya, Negoml
hoofdstad Colombo.
In het oude fort van Colot
door de ongelimiteerde nie;
nauwelijks meer als zodai
herkennen, staat de St.
Church. Vroeger maakte di
deel uit van het huis van dj
landse gouverneur.
Op onze vraag of er in de 1
herinneringen zijn aan
wijst een man op een steerf
scriptie. Zodra hij merkt I
Nederlanders zijn, troont!
mee naar een naastgelegen I
waar wel voorwerpen uit f
tijd zouden zijn te bezichlJ
het passeren van de geünifi
de portier wordt snel duidP
we opnieuw in een antiel
zijn gelokt. Wanneer we
dat we niet van plan zijn iel
pen, is de vriendelijkheid
dwenen.
„Ons Vorstenhuis"
Met de taxi terug naar G
115 kilometer lange kustwi j
door schilderachtige dorpje 1
een diepgroene jungle, met
omzoomde lagunes en f
stranden. We passeren Ami
da, beroemd om zijn rnasl
het bij westerlingen zeer j
Hikkaduwa en bereiken r
middaguur ons reisdoel:
1865 stammende New Oriel
tel in het fort van Galle.
Terwijl een in het wit
ober met de bestelling op
naar de keuken, kunnen d
zich vergapen aan de fraaii
rage, waarin het koloniale V
bewaard is gebleven: een
veranda met rotan stoelen
hoge eetzaal met aan de w
kleurde platen van zeilsch)
de zeventiende eeuw.
Bij de receptie lijkt het i
oranje dakpannen van Gal
bolisch zijn voor het Oral
dat bij de directrice van ht
mrs. Brohier, klopt. Naast
hangen foto's van ons konii
Op een daarvan prins Cl'
zich bij het bezoek dat hij
jaren geleden aan Sri Lank'
samen met mrs. Brohier op
pen van het hotel heeft lal
eeuwigen. De grootste trots
receptionist is echter een
van „Ons Vorstenhuis" ove
huldiging van koningin Be
1980. We mogen het heel
zien, maar dan wordt h'
voorzichtig dichtgedaan el
in een kastje onder de bal
borgen.
dsp
De Nedqiic
herv°rI4bei
van Gal£ g,
kend wi
felle trof™
eeuwen geleden aan diezell
zon de witte zeilen opdoem
Portugese en Hollandse In
ders, die langs Kaap de
Hoop en India op zoek wal
specerijen en andere schat
het Verre Oosten en daj
over deden.
Onze zeevarende voorvaderen
hebben op de gehele wereld
hun sporen nagelaten. Een
van de landen met een rijke
Hollandse nalatenschap is Sri
Lanka, zoals Jos Timmers
tijdens een recent bezoek aan
dit eiland constateerde. In
vrijwel alle plaatsen langs de
kust zijn oude forten, kerken
of kanalen te vinden, die
herinneren aan de 140 jaar dat
de Vereenigde Oostindische
Compagnie op het eiland de
dienst uitmaakte.
GALLE Alleen het ruisen van
de branding verbreekt de bijna on
werkelijke stilte in het oude fort
van Galle, een schilderachtig
plaatsje aan de zuidwest-kust van
Sri Lanka. De metersdikke ves
tingmuren uit de tijd van de Veree
nigde Oostindische Compagnie
houden het lawaai van het moder
ne Galle ver. Op zondagmiddag,
wanneer ook op Sri Lanka het le
ven in een lagere versnelling
draait, ademen de smalle straatjes
in het fort de geest van het verle
den.
In de kleine Nederlands-hervorm
de kerk, .blinkend wit in de felle
tropenzon, wordt het verleden bij
na tastbaar. Terwijl zich buiten
voor de deur een bedelaar posteert,
neemt in de kerk een jongetje de
rol van gids op zich. Rondlopend
en -kijkend dwalen je gedachten
ruim twee eeuwen terug en pro
beer je je voor te stellen, hoe bij
voorbeeld het leven moet zijn ge
weest van „mejufvrouw" Elisabeth
Mooyaard, wier grafsteen een van
de vele is, waarmee de vloer van
de kerk is geplaveid.
„Hier Legt Het Lichaam Onder
Verslonden Door De Doot
Maar Egter Leeft De Ziel
Bij God In Ahrams Schoot
Van Mejufvrouw Elisabeth Mooy
aard
In Den Heere Ontslapen Op Sater-
dag
Voorde Middag Omtrent De Klok
ke
Elf Uuren Den 21 October Anno
1747 In den Ouderdom Van 47 Jaa-
ren
5 Maanden en 11 Dagen en Zynde
In
Haar Leeve Gemalinne Van Den
E:AGTB Heer Jacob de Jong
Commandeur Der Stad En Landen
Van Galemature.
O Salige Matroon Hier Rust Gy In
Den Heere
Die Nu U Misse Moet, Die Vind
U Wel Eens Weer
Wanneer Het Lichaams Stof Ver
heer
lijkt Ryssen Sal, Dat Is
Een Iders Lot By 't Salig
Sterfgeval
Job 19 Vers 25"
vermoeden dat het leven in die da
gen, zonder airconditioning, venti
lators en zwembroek, niet altijd een
pretje moet zijn geweest. Vrijwel
niemand is ouder geworden dan 55
jaar. „Zo jong. Zouden ze hier ge
lukkig zijn geweest?", heeft iemand
in onvervalst Nederlands in het
gastenboek van de kerk geschre
ven.
Dwangarbeid
Toch was het leven van die kolo
nisten veruit te verkiezen boven
het lot van de honderden, zo niet
duizenden zwarte slaven, die voor
de Hollanders de miljoenen kilo's
graniet moesten sjouwen waaruit
de versterkingen zijn opgebouwd.
Bij dat werk werden overigens be
halve geketende slaven ook ge
strafte soldaten ingezet. Dwangar
beid aan het fort van Galle was in
de zeventiende en achttiende eeuw
een geliefde straf bij de militaire
gerechtshoven. In de drie jaar dat
hij commandant was over Galle
(1726-1729) heeft vooral Petrus
Vuyst naam gemaakt als een wreed
bestuurder. Onder zijn leiding
werd het fort aanmerkelijk ver
sterkt, maar Vuyst werd terugge
roepen naar Batavia en eindigde
zijn leven aan de galg, als straf
voor het vele onrecht dat hij ande
ren had aangedaan.
Bastion Akersloot
Wie tegen het vallen van de avond,
als de hitte langzaam, wegtrekt, een
wandeling maakt over de vesting
muren van Galle, raakt ondanks
het weinig menslievende gedrag
van onze voorvaderen onder de in
druk van hetgeen zij onder heel
moeilijke omstandigheden tot stand
hebben gebracht. Vanaf bastions
met namen als Akersloot de ge
boorteplaats van de Hollandse com
mandant die in 1640 Galle op de
Portugezen veroverde Utrecht
of Clippenberg kijk je naar de
strakke horizon van de eindeloze,
diepblauwe Indische Oceaan. In
onze tijd vlieg je binnen vijftien
uur van Schiphol riaar Sri Lanka.
Het is nauwelijks voorstelbaar dat
De kerk in Galle, met zijn wit
blauwe interieur en tientallen graf
zerken, vertelt veel over de Neder
landers die gedurende de 140 jaar
dat de VOC de rijkdommen van
Ceylon plunderde bevelhebber van
of koopman in Galle zijn geweest.
Aan de linkermuur van de kerk,
direct na het portaal, hangt het
rouwschild „Ter Gedachtenis aan
Abraham Samlant van Colombo
Geboren den 12 Aug. en als Com
mandant van Galle Overleden den
3 May 1776". Het is een houten
schild, waarop behalve Samlants
wapenuitrusting ook familiewapens
en militaire onderscheidingen zijn
bevestigd.
De teksten op de grafzerken doen