ERASMUSPRIJS VOOR VIER MARKANTE EUROPEANE Geen mensenleven voor utopie „Bezig zijn met wijsheid „Hoop zonder verblinding" Ccidóc Qowumt ISAIAH BERLIN MARGUERITE YOURCENAR LESZEK KOLAKOWSKI ACHTERGROND DINSDAG 25 OKTOBER 1983 PAG De Erasmusprijs 1983, toegekend aan „vier markante Europea nen", wordt donderdag in Am sterdam uitgereikt. De laureaten zijn de vorige week overleden Franse socioloog, filosoof en jour nalist Raymond Aron, de Britse filosoof en diplomaat Sir Isaiah Berlin, de Poolse wijsgeer Leszek Kolakowski en de in de Verenig de Staten wonende Belgisch •Franse schrijfster Marguérite Yourcenar. Volgens de Erasinusstichting, die in verband met het 25-jarig be staan van de Praemium Erasmia- num ditmaal in plaats van één vier prijzen van honderdduizend gulden heeft toegekend, zijn de prijswinnaars „hoogst begaafde representanten van een typisch intellectuele traditie, die zich kenmerkt door kritische zin en respect voor de vrijheid van het individu". De prijzen moeten in overleg met het bestuur van de Erasmus stichting voor de helft worden besteed aan activiteiten op soci aal, cultureel of sociaal- weten- schappeljk gebied. De vorige week maandag ten ge volge van een hartinfarct overle den Raymond Aron (78) was do cent aan het Collége de France en schreef commentaren op de Franse politiek. Hij publiceerde tal van boeken en artikelen op sociologisch, filosofisch, historisch en politiek gebied. Sir Isaiah Berlin (74) werd gebo ren in Petrograd, studeerde in Oxford en is daar sinds 1932 hoogleraar in de filosofie. Na een diplomatieke carrière tijdens de Tweede Wereldoorlog keerde hij naar Oxford terug. Hij bekleedt tal van functies in het culturele leven en publiceerde boeken over Karl Marx, het vrijheidsbegrip, Russische denkers en andere his torische en filosofische onderwer pen. Leszek Kolakowski (54) studeer de onder meer in Amsterdam en was tot 1968 hoogleraar in de marxistische filosofie aan de Uni versiteit van Warschau. Vanwege zijn kritische visie op het marxis me en zijn negatieve invloed op de studenten" werd hij van de universiteit verwijderd en ver volgens uit de partij gezet. Hij vertrok naar het buitenland en is momenteel evenals Sir Isaiah Berlin verbonden aan het All Souls College in Oxford. Behalve een studie over de Nederlandse filosoof Spinoza en over het ze ventiende eeuwse vrije denken in de Nederlanden publiceerde hij onder meer recentelijk een drie- Marguérite Yourcenar (80) is de enige vrouw die de Erasmusprijs zal ontvangen. Zij kreeg vooral bekendheid door haar diepzinni ge historische romans waarin zij veelvuldig mensen aan het woord laat komen die door de maat schappij niet als volwaardig wor den beschouwd. In 1980 werd zij als eerste vrouw opgenomen in de eerbiedwaardige, 350jaar oude Académie Frangaise. Nadat wij vorige week band met het overlijden va i mond Aron diens laatste view dat onze pondent Jan Drummen tw ken voor zijn dood me11 had hebben gepub. volgt vandaag een door oi dacteur Leo van Vlijmt schreven portret van Mar Yourcenar en zijn weerga de gesprekken die hij Isaiah Berlin en Leszek kowski had. bij t-rec jclar ng „De humanistische traditie in Europa is waar schijnlijk begonnen met de opkomst van het protestantisme. Toen werd voor het eerst het dogma, de énige waarheid, van de universele kerk op de proef gesteld. En toen er eenmaal twee of meer verschillende dogma's waren kreeg de veelvormigheid een kans. Bijvoor beeld in de geschiedenis van het recht. In de zestiende eeuw de tijd van de reformatie brak het besef door, dat het Romeinse recht weliswaar geschikt was voor Rome, voor Italië, maar niet voor Duitsland. Daarmee verdween de absolute autoriteit en dat was het sein voor godsdiensttwisten en godsdienstoorlogen. Die kregen een einde, niet omdat één van de partij en de andere overwon, maar omdat ze elkaar hadden uitgeput. En op dat ogenblik ontstond ér een soort ondogmatische traditie. De mensen feloofden niet meer dat er voor elk probleem én eeuwige èn onveranderlijke oplossing was. En daarna kwamen denkers-als Montaigne die sceptisch stonden tegenover alle zekerheden, of Diderot die zich verzette tegen alle dogmatis me, tegen de kerk, tegen het klerikalisme, te gen het despotisme. Die traditie is tot in onze dagen voortgezet en ik denk, dat ik daartoe be hoor". Kritische houding „Kolakowski is begonnen als een orthodox marxist, maar hij heeft zich op eigen kracht, niet door dwang van buiten, ontwikkeld tot een onafhankelijk denker. Hij is wars van elk soort dogmatisme en hij heeft een kritische houding ten aanzien van de natuur en de toekomst van de mensheid. Ik denk dat ik dat met hem deel. Hetzelfde geldt trouwens ook wat betreft het denken van Raymond Aron, die niet geloofde -in te eenvoudige oplossingen en die vooral het marxisme, het socialisme, kritiseerde. Ik onder schrijf niet alies wat hij zegt, maar ik bewonder hem en ik probeer toch min of meer dezelfde j.ijn te volgen. Met Marguérite Yourcenar heb ik helaas niets gemeen. Ze is een bewonderens waardig en creatief schrijfster. Ik ben dat niet. Zij behoort tot de grote denkers van onze tijd". U bent eigenlijk filosoof, maar op zeker ogen blik bent u zich gaan bezighouden met de ge schiedenis van het menseljk denken. Hoe is dat gekomen „Ik ben inderdaad begonnen als analytisch filo soof. Maar toen ik tijdens de Tweede Wereld oorlog verbonden was aan de Britse ambassade in Washington had ik een aantal ontmoetingen met professor Scheffer die mathematische logi ca in Harvard doceerde. Onder zijn invloed be greep ik dat vooruitgang in de filosofie eigen lijk onmogelijk is en ik raakte steeds meer ge ïnteresseerd in ethische en sociale kwesties. En toen moest ik op een dag, in 1942, op dienstreis naar Londen. We vlogen in de nacht en de overtocht duurde acht uur. Het was koud en donker; ik kon dus niet slapen en had alle tijd om na te denken. En in die nacht besloot ik dat ik me verder alleen nog maar wilde bezighou den met de studie van het menselijk denken". Nog voor deze „bekering", in 1933, schreef u een boek over Karl Marx. Het werd een best seller en geldt nog steeds als een standaard- wérk. In de Sovjet-Unie heerste toen al het sta linisme. Waarom schreef u dit boek? „We wisten toen inderdaad al dat er monster processen waren. Dat mensen in concentratie kampen verdwenen. Maar ik heb toen geen boek over het communisme geschreven, dus over wat er na Marx gebeurde, maar over Karl Marx zelf. En ik deed dat omdat de leer van Karl Marx verandering heeft gebracht in de bestaande visies op de verhouding van het indi vidu tot zijn omgeving en zijn medemensen. Overigens, in de jaren dertig wist men dan wel zo ongeveer wat er in de Sovjet-Unie aan de hand was, maar vrijwel niemand protesteerde. Men dacht: er worden vergissingen, zelfs mis daden begaan, maar waar het om gaat is, dat de uiteindelijke richting juist is. Dat is verkeerd, maar het is menselijk en u ziet, dat deze ge schiedenis zich tot in onze dagen herhaalt. Kijk naar Nicaragua, Cuba". U zei voorheen, dat op zeker ogenblik in de ge schiedenis de godsdienstoorlogen voorbij wa ren. Maar is er niet een nieuw soort godsdienst oorlog ontstaan: die tussen marxisten en anti- -marxisten? „Dat is waar, maar het is geen oorlog tussen dogmatische marxisten en dogmatische anti- -marxisten, maar een strijd tussen marxisme en een veelheid van ideeën die hierin overeenko men, dat zij alle afwijzen menselijk leven te of feren voor een ideale maatschappij. Een van mijn favoriete denkers, de Rus Alexander Her zen, heeft eens gezegd, dat het opofferen van het heden aan een of andere vage, onvoorspel bare toekomst een vorm van zelfbedrog is die leidt tot de vernietiging van alles wat waarde vol is in de mens en de maatschappij. Het offer van levende mensen op het altaar van geïdeali seerde abstracties is altijd zinloos". Niettemin gebeurt dit in naam van Karl Marx. „In zijn naam, ja. Maar Karl Marx heeft in feite slechts een analyse gegeven van de kapitalisti sche maatschappij van zijn tijd. Hoe de toe komst er uit zou zien, welke maatschappij we moesten verwachten, daarover heeft hij zich niet uitgelaten". Ziet u voor het communistische blok mogelijk heden voor een ontwikkeling in de richting van een humanisme? „Ondanks mijn voornaam kan ik geen voor spellingen doen. Er zijn tal van onberekenbare factoren. Hoe zal het nationalisme in Oost-Eu ropa, in de Sovjet-Unie zelf zich ontwikkelen? En welke invloed zal de technologische ontwik keling hebben? Dat blijven vragen die moeilijk te beantwoorden zijn. We moeten afwachten, maar ik blijf optimistisch, want onze kennis schrijdt voort, de creativiteit kun je niet stop pen en de menselijke geest laat zich niet arres teren". Dus de humanistische traditie zoals u die om schrijft heeft nog een toekomst? „Ik hoop het. Ik hoop het. Ik denk dat de idee van een compleet gecollectiveerde economie waarin de mens gelukkig heet te zijn, maar wel volledig gecontroleerd wordt, op den duur niet houdbaar is. We hebben met een geheel nieuwe ontwikkeling van doen die de mensen bang maakt voor de gevolgen van hun eigen dimen sies. En ik denk dat tenslotte de roep om vrij heid, om volledig leven, hoe en waar ook, de overhand zal krijgen". De in Brussel geboren Mar guérite Crayencour, die later via een letterspelletje haar achternaam in Yourcenar ver anderde, is waarschijnlijk de meest gelauwerde schrijfster ter wereld. Niet slechts kreeg ze achtereenvolgens de Prix Lombat, de Prix Femina en de Literatuurprijs van de Acadé mie Frangaise toegekend; ze is ook lid van de Koninklijke Belgische Academie, van de Amerikaanse Academie van Kunst en Wetenschappen, Of ficier van het Franse Legioen van Eer, een aantal malen ere doctor en, sinds 1980, als enige vrouw lid van de Académie Fran?aise. Goddelijke mens Marguérite Yourcenar is onge twijfeld ook de belangrijkste historische schrijfster van deze eeuw, een vrouw die in haar historische romans „Hadria- nus' Gedenkschriften" en „Het Hermetisch Zwart" evenals in haar persoonlijke memoires getuigt van een weinig geac cepteerde, doch zeer diep men selijke wijsheid. Yourcenar staat geheel in de Franse anti-clericale traditie; in politiek opzicht deelt zij zo wel naar links als naar rechts oorvegen uit. Ze gelooft niet in het linkse utopisme en noem de het onverbeterlijke optimis me van de socialisten hun grootste fout; feminisme is haar vreemd; ze heeft een af keer van elke ik-cultus en slechts minachting voor de in vallen van het ogenblik en de mode van de tijd. En toch lijkt het of alle stromingen die de moeite waard zijn op een of andere wijze in haar romans en essays uitmonden. In een van de weinige inter views die Marguérite Yource nar ooit gegeven heeft (maar toen waren het er ook vijf van elk een uur lang, aan de Fran se literaire radio-journalist Jacques Chanel) omschreef ze de motivering van haar schrij ven als volgt; „Het leven is af schuwelijk wreed. Maar juist omdat ik zo weinig verwacht van het menselijk bestaan, schijnen perioden van geluk, gedeeltelijke vooruitgang, po gingen opnieuw te beginnen of door te gaan mij even zoveel wonderen die de ontzaglijke massa kwalen, mislukkingen, zorgeloosheid en dwaling bijna goed maken". Karakteristiek voor Yource nar is haar vertrouwdheid met het zinnelijke. In haar romans en novellen houdt ze zich op een zeer kiese manier bezig met taboes als homosexualiteit en incest. Zij acht zinnelijke banden en dagelijkse relaties heilig omdat de mens volgens haar in wezen goddelijk is. Men zou haar een sensueel hu- maniste kunnen noemen, met de nadruk op humaniste. Want hoewel ze ervan overtuigd is, dat de christelijke beschaving als zodanig haar nadagen be leeft, kiest ze uit heden en verleden wat haar daarin als het meest waarachtige voor komt; „Intelligentie, eenvoud, goedheid, rechtvaardigheid". Erasmus van Rotterdam had het zelf kunnen zeggen. Grote eruditie Hoewel Marguérite Yourcenar reeds ruim veertig jaar in de Verenigde Staten woont is elke vorm van Amerikanisme aan haar voorbijgegaan. Welis waar heeft ze een reeks ne gro-spirituals in prachtig Fraós vertaald eri heeft ze ook werk van Virginia Woolf en Henry James in Frankrijk ge ïntroduceerd, haar schrijfster- taal is altijd Frans gebleven, de beschaving waaruit ze put de klassicistische Franse. Van daar haar grote belangstelling voor de Romeinse en Griekse oudheid, vandaar ook de onge bruikelijke achtergrond van al haar werk: „Op een bepaald punt voel ik dat ik verschil van de meeste schrijvers van deze tijd. Het bezig zijn met wijsheid speelt een tamelijk kleine rol in de hedendaagse literatuur. De meeste vooruit strevende geesten van onze tijd blijven staan bij de chaos en daar doorheen gaan om een zekere wijsheid te bereiken is, in de gewone orde der dingen, geen moderne onderneming Marguérite Yourcenar is er in haar werken inderdaad in ge slaagd haar enorme eruditie een literaire vorm te geven die altijd overtuigt en doorgaans adembenemend is. Voor haar is eruditie echter allerminst veel- of betweterij, doch juist de wijsheid die zij in haar lite raire werk gestalte wil geven. „Een kwart eeuw geleden heb ik gedurende een half jaar in Amsterdam de godsdienstige verhoudingen in de Nederlanden van de zeven tiende eeuw bestudeerd. Ik stuitte toen vanzelf op Erasmus en sindsdien voel ik mij zeer met hem verwant. Voor mij is Erasmus de belicha ming van het christelijk humanisme. Hij had weliswaar kritiek op de katholieke kerk, maar hij sloot zich niet aan bij de Reformatie, want hij was een ondogmatische geest. Hij was niet geïnteresseerd in theologische controverses, maar geloofde juist dat de fundamentele bood schap van het christendom voor eenieder ge makkelijk te begrijpen was. Als beoefenaar van de wetenschappen was hij zeer kritisch en te vens was hij een kampioen van de oorspronke lijke christelijke geest die voor de Europese be schaving bepalend is". Verdraagzaamheid U ontvangt de Erasmusprijs samen met drie an deren. Hoe zou u de gemeenschappelijke noe mer van u vieren omschrijven? „Aron en Berlin ken ik persoonlijk, Yourcenar niet, maar ik heb wel enkele boeken van haar gelezen. Ik denk, dat wij alle vier op dezelfde lijn zitten waar het gaat om verdraagzaamheid als voorwaarde voor het overleven van de Eu ropese beschaving. En we delen ook alle vier een bepaalde sceptische benadering; we probe ren de dogma's die vaak zijn ingebed in de taal die we spreken te ontmaskeren; we analyseren de taal van onze ideologieën en onze filosofi sche vooroordelen op een kritische manier". Tot 1968 was u hoogleraar in de marxistische filosofie in Warschau, partijlid dus. Nog niet zo lang geleden hebt u gezegd, dat u geen filosofie hebt. U bent derhalve geen marxist meer? „Ik erken natuurlijk, dat Marx tot de intellec tuele Europese traditie behoort en dat sommige van zijn ideeën deel van ons denken zijn ge worden, bij voorbeeld een stuk van zijn histori sche analyse. Maar om mezelf marxist te kun nen noemen zou ik ook zijn profetieën en zijn utopische fantasieën moeten aanvaarden, zijn dogmatisch geloof dat alles in de geschiedenis verklaard kan worden door de klassenstrijd en door economische conflicten. En dat geloof ik absoluut niet" Maar u hebt wel in het marxisme geloofd? „In het naoorlogse Polen, met een corrupte vooroorlogse herinnering wilde ik als veel an dere jongeren aan de opbouw van een nieuw vaderland werken. Wij geloofden in het com munisme en hadden natuurlijk ook enkele in tellectuele illusies. Het communisme, zo dach ten we, vertegenwoordigt een beweging voor de onderdrukten, voor de armen. In feite was het natuurlijk een zeer gesimplificeerde visie op de wereld". U raakte spoedig gedesillusioneerd in het prak tische socialisme, eigenlijk al in de jaren vijftig. En, hoewel u nog officieel als marxist te boek stond, schreef u toen al: „Het gaat om een visie op de wereld, waarin de uiterst moeizaam met elkaar in overeenstemming te brengen elemen ten van het menselijk handelen verbonden zijn; want het gaat ons om welwillendheid zonder toegevendheid, moed zonder fanatisme, intelli gentie zonder vertwijfeling en hoop zonder ver blinding. Alle andere vruchten van het filosofi sche denken zijn onbelangrijk". Zou u dit nog on dersch rij ven „Ik heb dat een kwart eeuw geleden geschre ven en er is intussen veel gebeurd, veel veran derd. Maar ik denk, dat ik in wezen nog geheel achter die passage sta". Is dat een marxistisch humanisme? „Nee, het heeft niets met marxisme te maken. Er bestaan inderdaad verschillende opvattingen over humanisme, bijvoorbeeld die volgei ke wij tot op zekere hoogte vrij zijn zei slissen wat goed en kwaad is. Maar dit si manisme staat natuurlijk helemaal los christelijke traditie. Er is echter ook een opvatting, die van Erasmus of van Pic Miandola, die stelden dat het tot de mei waardigheid behoort te kunnen kiezen goed en kwaad. De eerste vorm van hur' me heeft geleid tot nationaal-socialis: communisme. In die stelsels maakt men wat goed en wat kwaad is. Dat is een ij] nihilisme". Christelijk erfgoed J2e I U hebt zich, ook toen u nog marxist was} al voor theologie geïnteresseerd. Heeft [koe maken met uw Pools-katholieke af kot met uw humanistische instelling? wor „Ik ben er van overtuigd dat de Europe^ schaving geen overlevingskansen heeft ijzer zij haar christelijke erfgoed opgeeft e;jk, christelijke erfgoed omvat niet alleen de F1, 1 vormen, maar ook een bepaalde visie menselijke natuur. Het christendom is eqVE, zenlijke factor in onze beschaving. Je kuripeie helemaal niet-christen worden als je Eurol 45( bent". ooi „Daar ga ik liever niet op in". Maar uw geloof in het communisme is geval verdwenen. Heeft dit stelsel volg 18- geen enkele toekomst? „Het communisme is, onder welk aspect ook bekijkt, een mislukking. In economis 01 zicht is het volstrekt inefficiënt. Op cul gebied heeft het slechts onderdrukking t|d_ den. Waar het gaat om mensenrechten erdd. beschikking van mensen en groepen is h prij: ramp. Wat er in communistische landen <37, gebied van kunst aan goede dingen vvor,: produceerd, staat haaks op het systeem eilg^ wat in die landen naar hervormingen teifego is in feite niet communistisch, doch juist ij. gendeel. In een land als Polen bestaat er te geen communisme. Indien de druk v| Sovjet-Unie zou wegvallen, zou er in Polei__ nen een week geen spoor van commu|\fc meer te vinden zijn. Niemand gelooft er i| lijk in de communistische ideeën. Ik con derhalve dat ondanks de enorme prop het communisme in Europa op de terug óók in West-Europa". Datzelfde geldt echter ook voor het c/m dom, zij het dan met minder propaganda.)/! h in u „Dat is waar. Het christendom in Europab—1 al enkele tientallen jaren inboeten. Maarp*- geloof ik dat er tekenen van herstel zijnj/^ christendom heeft het erg moeilijk met heil^f. den van een nieuwe tqal die aangepast is a«. r zich veranderende beschaving. Ik gelooQw dat het christendom wat betreft de fundajB tele morele waarden aan revisie toe is. I*B juist zijn kracht dat het de traditie altijd i; heeft kunnen houden. Maar de taal, de thS* gie die we van voorafgaande eeuwen h geërfd, is ouderwets. Ik denk echter, dafibli nieuwe taal en die nieuwe theologie gevojpf worden. En overal ter wereld kan men c<T*** teren dat onze beschaving zich niet thuis J-'ïF in de geest van het rationalisme. Ik geloo godsdienst een fundamenteel onderdeel M van het menselijk wezen en daarom kan iU - veronderstellen, dat religieus leven zal ver£G nen. En er zijn in de geschiedenis al vakef^/1 rioden geweest waarin het christendom erifeg* slaagd is door taalvernieuwing een nieuwpSj schaving tot stand te brengen zonder zijn i'-— verliezen". 1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 12