ietscrosser stapt ►ver op de motor h Bostelbrug: een mixture van oude en nieuwe technieken uis levert meer geld op ^DEN/REGIO CiidacSomq/nt WOENSDAG 12 OKTOBER 1983 pagina S 2S AAG/LEIDSCHENDAM De inkom- n de provincie Zuid-Holland uit de hef- .11 sluis- en kanaalgelden in Leidschen- n het vorig jaar aanzienlijk gestegen, on- it het aantal schepen dat van de sluis maakte beduidend lager lag dan in it blijkt uit het jaarverslag over 1982 van riale waterstaat. uwenoude sluisje in Leidschendam, dat de belangrijke vaarroute van Rijnland elfland, werd door ruim 15.000 schepen aan. In 1981 waren dat er ruim 500 ^et name de beroepsvaart passeerde 5 vaak de sluizen Een van de oorzaken uu0T vermoedelijk in de strenge win- i de vaarverbinding tussen Leiden en aag voor ongeveer drie weken onbegaan- aakte. De schepen die gebruik maakten van de schutsluis betaalden daarvoor gezamen lijk 70.000 gulden, 5000 gulden meer dan daar voor. De provincie ontving in totaal een miljoen gul den uit de heffing van vaargelden, sluisrechten en tarieveh voor gebruik van loswallen. De plaatsen waar de beroeps- en recreatievaart moet betalen zijn naast het sluisje in Leidschen dam de Julianasluis en de Mallegatsluis te Gou da en de Hambrug te Delft. Daaruit kwam 862.000 gulden naar de provincie. De loswallen aan het Gouwe- en Aarkanaal, bij de Lamme- brug, langs de Oude Rijn en aan het Rijn-Schie- kanaal leverde 142.000 gulden op. In het verslag over 1982 merkt provinciale wa terstaat op dat de hoeveelheid werk die onder meer aan het personeelsbeleid gebonden is nog steeds groeiende is. Op alle niveaus vraagt dat overleg. „Onderwerpen als huisvesting, deel tijdarbeid, emancipatie, arbeidsbeleving en functiewaardering zijn een kleine greep uit het hele scala. De hiermee gepaard gaande papier- produktie neemt echter zorgwekkende vormen aan", aldus provinciale waterstaat in het jaar verslag. In totaal werken er 1045 mensen bij de dienst, een toename met 42 ten opzichte van 1981. Deze toename wordt onder meer veroorzaakt door het toenemende aantal rattenvangers. Uit het jaarverslag blijkt dat 21 mensen zich bezig houden met de bestrijding van de muskusrat ten. De vangsten namen in 1982 toe met 170 procent. Er werden 8836 stuks gevangen, tegen 3260 het jaar daarvoor. De dienst constateert dat de muskusrat steeds meer naar het westen oprukt. Uitgebriede gangenstelsels werden aan getroffen in Wateringen, en verzakkingen ge constateerd in Stolwijk en Bergambacht. Illegalen in Zevenhoven opgepakt ZEVENHOVEN/NIEUWKOOP De politie van Nieuwkoop heeft in samen werking met de Loon Technische Dienst vier illegaal in een Zevenhovense tuin derij werkende Indiërs aangehouden. In totaal bezochten zes agenten en con trolerend ambtenaren vijftien tuinderij en in Ter Aar, Nieuwkoop. Nieuwveen en Zevenhoven. Het ging hier om een routinecontrole. Slechts bij een tuinder aan de veenweg in Zevenhoven werden illegalen aangetroffen. De Indiërs zijn vandaag aan de marechaussee overgele verd. Tegen de tuinder die de illegalen in dienst had, is proces verbaal opge maakt. Kamerverhuur mag wel aan Rijnkade DEN HAAG/LEIDEN Het pand Rijnkade 7 mag voor een periode van twee jaar worden gebruikt voer het verhuren van kamers. Dit heeft Gedeputeerde Staten bepaald. De gemeente Leiden had geen toe stemming gegeven voor kamerverhuur, maar had beslist dat het pand als eensgezinswoning moet worden gebruikt. Het pand is eigendom van de heer G. Krayenhoff uit Den Haag. Ach ter het huis is zijn bedrijf, een groothandel in isolatiematerialen geves tigd. In het pand Rijnkade 7 zijn twee bedrijfsvertrekken gevestigd, de overige kamers worden bewoond door vijf studenten. Krayenhoff, die in Den Haag woont, wil in de toekomst in het huis aan de Rijnkade gaan wonen. Voorlopig wil hij blijven verhuren aan stu denten. De gemeente gaf hem daarvoor geen toestemming. Men is van mening dat het huis geschikt is voor een gezin en omdat de situatie op de huizenmarkt slecht is, moet het pand aan de Rijnkade aan een gezin worden verhuurd. Gedeputeerde Staten vindt echter, dat de woon ruimte van Rijnkade 7 niet van bijzonder groot belang is voor de leni ging van de woningnood van gezinnen in Leiden. IB IN OPRICHTING Lofarendsveen 1dal oprichter van fiets- *flereniging ,,De [JJjhogs", Hubèrt Hen- tiwl heeft zijn crossfiets Je wilgen gehangen, vil zeggen, hij heeft Ijwiel ingeruild voor Frossmotor. Nu loopt objescheiden 18-jarige ?osJer rond met plannen ,oejhet op poten zetten ^jen motor- en brom- ™|jtossvereniging. Zijn Rijd hem hierbij hel- ragf obei izejf heeft de afgelopen zo- ;antie keihard gewerkt in goede tweedehands lotor te kunnen kopen. |s ging zijn wens in ver- Vervolgens vroeg en [hij toestemming van de Ier van het „derde" ;ld van DOSR om te •ossen op het hobbelige tussen ;ld en de Rijksweg. Dit- terrein werd vroeger n djkt voor f ietscross, toen jcübeedhogs" nog geen ei- aan had. De voorwaar de de DOSR-beheerder bestonden eruit dat het veld niet mocht worden be schadigd. Heuvelachtig Aanvankelijk ging Hubèrt al leen uit crossen met zijn mo tor, maar al spoedig" bleken zich meer motorcrossfanaten in Roelofarendsveen en omge ving te bevinden. 's-Avonds en in het weekend hielden ze zich met hun geliefde sport bezig zonder ook maar iemand over last te bezorgen. Het bewuste terrein lieten ze even heuvel achtig en hobbelig als het was, en brachten er slechts een rou te op aan. Inmiddels was het motorcrossen opgemerkt door een aantal andere jongens, die er hun bromfiets aan wilden wagen. Deze jongens waren kennelijk niet op de hoogte van de afspraken tussen de motorcrosssers en DOSR. Klachten over sporen in het voetbalveld, brachten DOSR- leden er toe het crossen aan de kaak te stellen tijdens de jaar vergadering van hun club. Het bestuur van de voetbal club zegde toen toe maatrege len te treffen om verdere be schadiging te voorkomen. Hu bèrt heeft tot nu toe niets ver nomen van DOSR. Hij hoopt alleen maar dat hij zijn sport, waar dan ook in Alkemade, kan blijven beoefenen. Hij en zijn crossvrienden hebben erg veel voor hun liefhebberij over. Ze willen zo spoedig mo gelijk komen tot de oprichting van een motor- en bromfiets- crossvereniging. Ze zijn ervan overtuigd dat een dergelijke vereniging binnen de kortste keren net zo groot zou zijn als de in korte tijd spectaculair ge groeide Fietscrossvereniging „De Speedhogs". Jongens Volgens Hubèrt's vader, de heer J. Hendriks uit het Gooi land in Roelofarendsveen, is motorcross dan ook écht een sport voor jongens in de pu berteit. „Die houden van de herrie van motoren, de benzi nelucht en een beetje gevaar", aldus vader Hendriks. „Erg veel jongens zijn kennelijk ja-, loers op de motorcrossers, want zij gaan op hetzelfde ter rein met oude brommers cros sen of staan toe te kijken en commentaar te leveren", merkt hij op. De vader van Hubèrt vertelt dat voor motor cross een eigen terrein noodza kelijk is. „Als de jongens een klein beetje gas geven, vliegen de graskluiten om je oren. De banden van die crossmotoren hebben een enorm profiel, .waarmee ze in de grond grij pen. Brommers daarentegen grijpen niet in het veld; die hebben een veel „gladder" profiel, waarmee ze het terrein „indeuken". De sporen van brommers zijn dan ook een soort gootjes". Het enthousiasme van zijn zoon, heeft de heer Hendriks aangestoken. Hij heeft nu het plan opgevat om een motor crossvereniging op te richten. Ondanks zijn drukke baan en zijn bestuurlijke aktiviteiten voor de KNWU (landelijk overkoepelend orgaan vor de fietscrossers), vindt hij daar tijd voor. Om een groot aantal leden te trekken, denkt hij eraan ook crossbrommers toe te laten. Hendriks verwacht dat de oudste fietscrossers (de zoge naamde „cruisserklasse") veel al zullen doorstromen naar de motorcrosssport. Hij wijst er echter op dat fiets- en motor cross niet gekombineerd kun nen worden. „Daar zou je ge heid onmin over krijgen". Hubert Hendriks op zijn crossmotor KNMP-prijs voor Leidenaar NIJMENGEN De heer J.M. te Koppele uit Leiden is een van de winnaars van de prij zen die jaarlijks door de Ko ninklijke Nederlandse Maat schappij ter bevordering der Pharmacie wordt toegekend. Met mevrouw J.N. Geitz (Gro ningen), mevrouw F.C.M.M. de Groot (Utrecht) en me vrouw E.M.J. Eerland (Am sterdam) nam hij de prijs (een geldbedrag) vandaag in ont vangst tijdens de algemene vergadering van de KNMP in Nijmegen. Het hoofdbestuur van de KNMP stelt sinds 1971 jaar lijks aan elk van de vier subfa culteiten farmacie in Neder land een prijs beschikbaar voor de student die daar op basis van zijn of haar studiere sultaten volgens de docenten het meest in aanmerking komt. Acht maanden voor Leidenaar DEN HAAG/LEIDEN De officier van justitie bij de Haagse rechtbank heeft acht maanden gevangenisstraf ge ëist tegen een 26-jarige Leide naar. De man had zich schul dig gemaakt aan diefstallen en vervalsingen. Uit woningen aan de Rijnsbur- gersingel en de Vrouwenkerk- choorsteeg ontvreemdde hij cheques, een paspoort, een bankpasje en geld. Voorts had hij zich toegang verschaft tot een verpleeghuis in Noord wijk waar hij eveneens een en an der stal. Verdachte is verslaafd aan heroïne. Hij is al eerder veroordeeld geweest. Vonnis op 25 oktober. |VerBruggen -*7 ele Bruggen, we maken er allemaal boekje dient ook als catalogus gebruik van. Zeker in een water- voor de tentoonstelling, rijke stad als Leiden zijn het on- Als inleiding op de expositie ver- misbare schakels in het wegennet, schijnt in deze krant een serie ar- Veel aandacht is er nooit aan de tikelen over Leidse bruggen. Het Leidse bruggen besteed. Toch zijn zijn geen technische verhandelin- er een hoop interessante vragen te gen, maar historische verhalen stellen. waarin een Leidse brug als lei- Waarom bijvoorbeeld heet de Bos- draad dient. De gegevens zijn ver- telbrug Bostelbrug? Wanneer en zameld door een werkgroep van door wie is deze brug gebouwd? historisch geïnteresseerden, die De stilte rond de Leidse bruggen veel van de geschiedenis van de wordt binnenkort 'verstoord'. Op Leidse bruggen heeft uitgezocht. 28 november gaat in het Gemeen- Samensteller is de begeleider van tearchief aan de Boisotkade de de werkgroep, de heer P.J.M. de tentoonstelling „De Leidse Brug- Baar van het Gemeentearchief, gen" van start. Tevens verschijnt Kees van Herpen tekent voor de dan een Leids bruggenboek. Dit eindredactie. Iedere Leidenaar wel de imposante ver ing tussen Prinsessekade ort Rapenburg over het :r van de (Oude) Rijn. Ve- zullen de brug behalve de bovenkant ook wel in een rondvaartboot de onderzijde hebben be- m. Wellicht zijn zij toen ;r de indruk geraakt van solide constructie. Deze is een van de eerste in len waarbij gewapend be- op vrij grote schaal is ge kt. Toch ziet de brug er echt modern uit; wat de deding en versiering be- doet hij veel meer aan orige eeuw denken. Bij de ireding in 1908 is dan ook samensmelting van oude nieuwe technieken tot d gekomen. Naast het ge- k van beton werden nog :rwets aandoende gietijze- lantaarnpalen op de hoe van de brug aangebracht, lantaarns zijn echter la- verdwenen. Er zijn nu men in de maak om ze opnieuw aan te brengen, of dat in de huidige be- ,n igingstijd nog te realise- jt is, zal nog moeten worden b/wacht. Bostelbrug is een heel brug. Wanneer de 'eerste op die plek gebouwd is, et met enige nauwkeurig- te bepalen. Totdat tussen en 1355 de stadswijk tus- (Oude) Rijn en Oude Vest le al bestaande stad werd okken, was een brug hier nodig. Dit vooral omdat iippenbrug sedert 1324 in •ehoefte tot het gemakke- oversteken van de Rijn ■zag net graven van de Oude werd een stadsmuur om nieuwe stadsdeel ge- 'd. Op de hoek van Prin- fkade en Apothekersdijk ees een waltoren, de Kne- erstoren. Aan de andere van de Rijn stond al op de hoek van het Kort Rapen burg, dat toen nog stadssingel was, en de Boommarkt, de Accijnstoren. Deze was wel licht zo genoemd omdat de uit de richting Katwijk komende schippers hier invoerrechten op aan accijnzen onderhevige goederen moesten betalen. Of al snel een verbinding tus sen die twee torens tot stand kwam om te verhinderen dat iedere vijand zonder veel moeite de stad zou kunnen binnenvaren, is niet bekend. Mogelijk is de brug eerst ge bouwd toen in 1389 een ande re stadswijk, die tussen Ra penburg en Witte Singel, bij de stad getrokken werd. Een snelle verbinding tussen Haarlemmerstraat en Noord einde zal wel wenselijk zijn geweest. De bouw is volgens een bestek, toen „scampeli- oen" genaamd, aanbesteed. Dit moet een van de oudst be waarde bestekken van een bouwwerk in Leiden zijn. Of schoon het bestek niet geda teerd is, zal het uit het einde van de veertiende eeuw stam men. De aannemer van het karwei was Jan Grietenzoon, die voor 204 Hollandse pon den een vaste houten brug le verde. Het is met de Bostelbrug wat vreemd gesteld wat zijn door- vaarbaarheid betreft. Was de oudste brug dus een vaste houten constructie, in 1526 werd besloten om de bouw vallige brug te vervangen door een bredere, stenen ver binding. Aan de kant van het Galgewater kwam een stenen borstwering met kantelen, zo dat een soort waterpoort in de stadsmuur ontstond. In het laatste kwart van de zestiende eeuw werd in het midden echter een ophaalbrug gecon strueerd, die maar kort heeft bestaan en wellicht al in 1610 verdween. In 1667 kreeg men daar weer spijt van: op 27 de cember werd toen besloten om de brug te verlagen, het wulfsel van het middelste gat weg te breken en daar een dubbele ophaalbrug te maken. De stenen borstweringen wer den vervangen door gietijze ren „poppeleuningen" zoals die nu nog op vele bruggen te zien zijn. Deze attributen wer den aangebracht door de „huisleverancier" van de leu ningen, de smid Jan Evertsz. van Sonnenberch. Het overi ge werk aan de brug werd door Jan Harmensz. van Aer- denstoff, lid van de toenmali ge zeer bekende metselaarsfa milie, verricht. De volgende twee eeuwen hebben weing meer dan de normaal te verwachten repa raties te zien gegeven. Zo werden door Cornelis van Duuren tussen 27 augustus en 20 november 1787 de kruizen kersvers benoemde stadsar chitect Jan Willem Schaap 1844 nieuwe vallen. Het nut moest het karwei op 1 juli van de ophaalbrug werd ech- 1862 zijn geklaard. A. Ver ter steeds meer in twijfel ge- hoog en J.L. Leefers namen trokken en in 1862 viel het dit werk voor 13.135 aan. besluit de brug totaal te ver- Zo bleef de brug totdat de ei- nieuwen en niet meer ophaal- sen van het verkeer een aan haar te maken. Volgens het passing van de route Blauw- bestek, heel dik en wat merk- poortsbrug-Kort Rapenburg waardig gesteld duidelijk een eerste produkt van de noodzakelijk maakten. Ook de Blauwpoortsbrug werd verbreed, het Kort Rapenburg werd overkluisd en de bebou wing van de westzijde van de Paardensteeg werd gesloopt. De daardoor ontstane kade werd naar het in 1909 gebo ren prinsesje Juliana Prinses sekade genoemd. Op 13 april 1908 vond de aanbesteding van de te verbreden Bostel brug plaats. Met name moest plaats worden gemaakt voor .de tram, die (nadat in 1907 de S.L.F. een electriciteitscentra- le in gebruik had genomen) al snel veranderde van paarden- in elektrische tram. Daarvoor moesten bovenleidingen wor den aangebracht. Sinds het verdwijnen van de tram uit het stadsbeeld en daarmee de bovenleiding van de brug, ziet de Bostelbrug eruit zoals wij hem nu kennen. Bostel De Bostelbrug is genoemd naar de markt van bostel, die sedert 1360 werd gehouden op een terrein tussen de Kabel- jauwsteeg en het Kort Rapen burg, waar toen nog geen hui zen stonden. Wellicht zijn die rond 1447 gebouwd, want toen werd de markt ver plaatst naar de brug. De naam Bostelbrug komt echter al vóór 1447 voor, bijvoorbeeld in 1434 toen een aantal nieu we planken voor de brug werd geleverd. Bostel is een afvalprodukt dat ontstaat bij het brouwen van bier. Dat brouwen was een in tensief proces. Nadat de gerst een paar dagen in water was geweekt, begon die te ontkie men. Na een week, zo lang werd het de gerst toegestaan te kiemen, werd de gerst op de „eest" gedroogd, zodat het kiemproces tot stilstand kwam. Dit produkt werd mout genoemd. Aangezien mout in principe onbeperkt houdbaar was, kon de brou wer naar behoefte een bepaal de hoeveelheid laten malen. Dit vond plaats in een norma le korenmolen, die echter mo lenstenen met speciale kerven had. Het moutmeel werd met' warm water tot een beslag ge maakt, dat in een paar uur enigszins zoet werd. Daarna werd het gefilterd, het mou- textract (de „wort") ging in de brouwketel en werd met hop gekookt, vervolgens gegist en tenslotte afgetapt. De bostel, bestaande uit vaste bestandde len („bierdraf"), bleef in de kuipen achter. Dit brouwpro- ces kan overigens vrij goed worden gevolgd op de schil derijen van H. Meijer uit 1774 in de zogenaamde Bierbrou werskamer in de Lakenhal. Bostel werd zeer gewaardeerd als veevoeder: het was vrij voedzaam. Het kwam dan ook wel voor dat bijvoorbeeld het St. Catharinagasthuis (op de Breestraat waar nu de Stads gehoorzaal en de Waalse Kerk staan), dat zelf een Aerntz. in het boekjaar 1406/1407 195 „achtendel" (een bepaalde inhoudsmaat) bostel. Daarmee werden de varkens en koeien van het gasthuis gevoerd. De koeien leverden verse melk; kaas en boter werden meestal ge kocht. In de eigen brouwerij werd het bier gebrouwen. Dit werd toen in ongelofelijke hoeveelheden gedronken. De zelf geproduceerde bostel kon dus haast in hetzelfde ge bouw een nieuwe en nuttige bestemming vinden. Het nam in elk geval minder ruimte in beslag dan de hooibergen op het binnenterrein (het gast huis bezat vele weilanden, zo wel om te begrazen als om te hooien) en het was minder brandgevaarlijk. De bostel wer-d altijd per kuip (of deel daarvan) verhandeld. „Bostel- kuip" was een bekend begrip. Aan het einde van de Kaiser- straat (waar nu het zoologisch laboratorium is) stond in de achttiende eeuw moutmolen „De Bostelkuip".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 5