Langs *Jos de Crau laat niet onbemiddeldzijn eigen trein rijden door de wuthering heights" van Yorkshire Gemeente boort ichzelf halve on door de neus Gemoederen bij Leidse koren blijven in beweging m üIDEN/REGIO fceidMOowumt VRIJDAG 23 SEPTEMBER 1983 PAGINA 5 KI IJ BEGON ALS JONG TALENT AAN FIRMAMENT DER TREINVERHEERLUKING Op mijn omwegen door'stad en land kom ik graag mensen tegen. U kunt mij telefonisch of schriftelijk vertellen wie u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Ik ben bereikbaar via 071 - 12 22 44 op toestel 10. IIDEN De gemeente iden heeft zichzelf 000 gulden door de js geboord door een •dering pas na drie jaar te eisen. De gemeente ende dat projectont- ijtkelaar Frefido b.v. uit irmond deze halve ton het kader van de wo- 'fa igonttrekking moest '.alen voor de sloop van kele panden op het rutkeet-terrein. De pro- icie achtte de vordering 1 de gemeente terecht, lar stelde dat de ge- lente te laat gereageerd om het bedrag nog op kunnen eisen. ifido b.v. vroeg in juni 1978 in september 1979 een ipvergunning aan voor iden aan de Houtmarkt. Koolstraat en Oude Singel. De gemeente verleende in eerste instantie geen sloopvergun ning. omdat er nog geen ge schikt bouwplan was inge diend. De panden werden ech ter toch gesloopt waarna b en w enkele maanden later offi cieel toestemming voor de sloop gaven. Dit besluit dateert van 22 januari 1980. Hierbij werd tevens bepaald dat de projectontwikkelaar een be drag van 49.500 gulden moest, betalen voor het verloren gaan van goede en goedkope woon ruimte. Dit besluit werd echter pas op 15 september 1982, ruim 2 1/2 jaar later, aan de project ontwikkelaar (de zaak was in middels overgedragen aan Ba- nero b.v.) meegedeeld. Banero diende een bezwaar schrift in bij Gedeputeerde Staten waarin protest werd aangetekend tegen het b en w besluit. Banero meent dat de gesloopte panden niet als goe de woonruimte kunnen wor- fe zult, uiteraard, over 1 ^jle noodzakelijke liquide j .niddelen moeten kun- fojien beschikken, maar in n eilat geval lijkt het me vai >est wel leuk om de mo- lelspoorbaan op zacht- >oard (met de rangeer- erreintjes, de automati- che seintjes, de boven- eiding, het bergland- eei chap met eenzame ba- jroet okke kerkjes en de Ti- 'verftoler poppetjes bij de Jeierse Bahnhof Gast- tatte dat alles staat >ermanent op zolder uit gestaldnou goed, het ijkt me geweldig, als je len 'it kostelijk speelgoed it j tunt verruilen voor een Pauïartstikke echt stomende chaj rein, die met honderden met zeifs lunchende ^®>assagiers aan boord zeiloor de moergebieden n ej'an Noord-Engeland uft, veel rook uitblaast >n nog boe-bööóèè.. zingt )ok. Zo'n gelukkige nens, hiertoe in staat, is os de Crau, als hij niet lofd chter z'n trein aanzit ^°,evonend in Voorburg. eei os de Crau (53, geslaagd za- edei en man, als directeur ploete- tomend voor z'n dagelijks brood iet beleg), is hobbyist, lief- lebber van het niet_alledaag- e. verzamelaar van rollend naterieel, een begenadigd en ezeten treinengek. Een |tja_ laand lang, elk jaar, hangt iwe soms letterlijk aan Use 'Jn bloedeigen trein. Dan is rma 'J- ófsc"hoon bedaard, in alle taten van opwinding. „Lek ker stoomtreintje; mijn eigen trein", denkt hij dan trots, in dat natuurpark; natuurlijk in good old England, want in net krap met ruimte bemeten ren^lollandse zit je al gauw mid- dijk [len in een stedelijke buiten- dezjvijk, als je tenminste zo'n ïron|)rivé-spoor zou kunnen laten nejijden. Wonderkind tos de Crau, die weinig ziet |n postzegels, lucifersdoosjes, uikerzakjes, oude munten, li^ege bierblikjes of beschilder- Ie paaseieren. Jos was geen Wonderkind. Hij mag dan als eer jeugdige met een treintje /j espeeld hebben, thuis op het 'arpet. en later -t— toen-ie en stel rechte en bocht-rails n twee wissels erbij kreeg oven in z'n kamertje, De M^rau Is, tot hij aan de jaren es onderscheids toekwam, looit door treinen begeesterd ;eweest. Maar daarna werd lij ook, kalm en overwogen, •vertuigd aanhanger van wat aisschien en nog steeds) dhet mooiste vervoermiddel p de grond" is. „Ik was toen en jaar of twintig", herin- ert hij zich. Toen sloegen de rpoorwegen toe. .Wellicht ook 1, omdat in die tijd dr. Pos- ij mus Meijes de spoorwegen ia de radio liet spreken; „N.S. hebben het volste ver trouwen in de toekomst, heb ben weer verbeteringen in de dienstregeling aangebracht; N.S. rekenen ook op uw me dewerking en begrip", zei de doctor, de doctissimo van de N.S., dan. Dat moet ook Jos uit het hart gegrepen zijn ge weest, al geeft hij het nu niet met zoveel woorden toe. „Niettemin was ik". aldus De Crau. „lid van de Nederland se Vereniging van Belang stellenden van Spoor- en Tramwegwezen; nee meneer, niet van spoor en tram, weg wezen. Verstaat u mij niet verkeerd, maar ik vond het wel een onwijs lange naam indertijd. Beetje hinderlijk zelfs. Enfin, vanuit die krin gen maakte ik kennis met al lerlei Duitse groeperingen van spoorwegliefhebbers. Dat ging echt „tüchtig" hoor, maar ik kwam tenslotte met mijn hobby toch in Engeland terecht. Mijn beloofde land. Vindt u het gek, dat daar pas goed mijn geestdrift door brak?" Engelsen mogen nu en dan op anderen een extravagante indruk maken, maar ook al zijn ze misschien gek, dan zijn ze in elk geval wel góed -gek. Een bedreven liefhebbe rij is voor de oprechte Brit een tweede natuur; daar gaat hij mee om als ware het zijn vrouw in een goed tweede huwelijk. Daar kwam Jos de Crau dus midden in te verkeren, in die grote, bijna grenzeloze, gran dioze wereld van Engelse treinmaniakken. Dat vind je nergens anders, gelukkig. Zo'n jaar of twintig geleden, echter, raakten de Britse spoorwegen in moeilijkheden en veel lijnen moesten wor den opgeheven, ook al ble ven er bij British Rail nog ge noeg over om je verheerlijkt te kunnen voelen. Veel trei nen, stoomlocomotieven zelfs, vonden een laatste weg naar de schroothoop. Maar de reddingspogingen kwamen op gang. Men zette de bol hoed recht, of trok de geruite pet over de ogen, slóeg de .scarf" achteloos een keer rond de nek, en begon in te zamelen. „Raising funds", zeggen de Angelsaksen; met een merkwaardig gevoel van solidariteit (die ook in '40 de Home Guard mogelijk maak te), met alle vanzelfspre kendheid die in ze zit. Een geweldig volk, dat z'n eigen moeilijkheden onderschat met veel understatements. Ook Jos de Crau mag dat wel. Eren opknappen „Nu had je in die dagen al de stichting. de foundation, North Yorkshire Moors Rail way. Daar was ik lid .van. Die stichting greep de kans en kocht een zo goed als nieuwe stoomlocomotief van het bouwjaar 1960". Zoals een oprechte stichting betaamt, had ook North Yorkshire Moors Railway geen cent om ook maar iets op te knappen aan de verworven loc. Het door de spoorwegen afgesto ten pronkjuweel stond na dien jaren op de rails te roes ten. De stichting had 'm wel, maar kon er niets mee doen. In '77 ach, je groeide naar iets toe stelde de onmach tige stichting voor, dat Jos de locomotief maar moest ko pen. Leuk hoor, om daar een bloody Dutchman maar even mee op te knappen. De Crau moest dan ook nog de restau ratie betalen. En de founda tion maar mooi weer spelen, daarna. De Crau, solidair en sans rancune; „Ik heb dat toen ge per jaar bijeen komen. De be sturen bespreken dan met el kaar de planning van hun pro gramma's en tijden. Op deze wijze voorkomt men overlap pingen, Er van uitgaande dat zakelijk leider E. van Veen van het „Bachkoor Holland" nog niet van die handelwijze op de hoogte was en ook om dat een nieuwkomer in de Leidse koorgelederen welkom is, heeft de „Contactgroep Leidse koren" hem uitgeno digd voor een gesprek om tot een redelijk overleg te komen. Men wil een herhaling voor komen van de nu ontstane si tuatie, waarbij het „Bachkoor Holland" tot drie keer toe uit voeringen heeft vastgesteld na de uitvoering van drie Leidse koren, waarvan twee keer zelfs met hetzelfde program- De heer Van Veen ziet hier van de bezwaren niet zo in, omdat hij van mening is dat de belangstelling voor zijn koor niet dezelfde is als die voor de Leidse koren. Hij baseert deze uitspraak op de veel hogere toegangsprijzen die het Bach koor Holland berekent, en die garant staan. althans de ge volgtrekking ligt voor de hand voor het aantrekken van het „betere" publiek. Het „Bachkoor Hollandmet een. zoals de heer Van Veen dit in schat, „Europese vermaard heid" verwacht daarom vooral de toeloop „van buiten", en heeft in overeenstemming daarmee de kaart verloop in handen gegeven van de VVV. Het een en ander is echter wel geschied nadat directeur Tj. Weber van K&O heeft laten weten dat hij de kaartverkoop voor de concerten van het „Bachkoor Holland" nog niet kan verzorgen, zolang er geen overeenstemming is bereikt met de koren in de Leidse re gio, waarmee K&O uitsteken de contacten heeft. Bovendien zijn de activiteiten van K&O vooral plaatselijk gericht, en dit, zo heeft nu een ieder be grepen. ligt niet in de belang stellingssfeer van het „Bach koor Holland" BEP RIJNDERS hebben, moeten maanden van tevoren tickets reserve ren om zeker te zijn van een plaatsje in de trein". Dat kost ongeveer 60 gulden, een pond of 15 en wat p.'s. Maar daar voor rijdt men tweeën eenhalf uur neen en weer, op en neer; dwars door een sen sationeel woest aandoend parklandschap; zeg maar: de duinen bij Katwijk, maar dan veel en veel groter, en nog een stuk woester. Je zou daarbij een woester-saus kunnen bedenken, als die nog niet was uitgevonden in Worcester Ja, Yorkshire, daar heeft Jos zijn hart aan verpand. Het is zijn tweede home-treinland geworden. Als het tegen zijn vierweekse vakantie aanloopt, ziet hij het al weer vóór zich: tjoeke- tjoek „through the moor lands", met onderweg een halte waar passagiers kunnen in- en uitstappen, en de hele dag wandelen, aanmodderen, struikelen en genieten in een „quite extended park", en helemaal „in" voor een pick nick in woeste omstandighe den. Een waar bedrijf „Je kunt de hele dag in het park wandelen, en de laatste trein terug nemen", ad strueert Jos de Crau. „Omdat er in de week minder passa giers meerijden, wordt het treinstel dan getrokken door een wat economischer doch heel acceptabele dieselloc, maar in de weekends en in het hoogseizoen rijdt, als een gouden koets, mijn stoomlo comotief puffend voorop. Nu is het, volgens mij, wel zo, dat de meeste passagiers niet in de eerste plaats voor onze trein komen, maar voor het moors-landschap. Tuurlijk, tuurlijk; right they are. Van daar dat onze stichting, die de trein aan het rijden houdt, subsidies, „grants", ontvangt, van de Tourist Board, de LEIDEN De gemoederen bij de Leidse koren zijn nog steeds in beweging. In de eer ste plaats door de ontstane on zekerheden rond het verder functioneren van het Gewes telijk Orkest, dat door het plotseling stopzetten van de subsidieregeling in het slop dreigt te raken, maar dat hier wel in de komende tijd en vol gend jaar nog een aantal ge contracteerde begeleidingsta- ken heeft. In de tweede plaats door het plotseling verschijnen van het „Bachkoor Holland", dat zich in de Pieterskerk heeft genesteld. Volgens de Leidse koren heeft deze nieuwkomer zich tot nu toe (nog) steeds niet bereid ver klaard om zich in redelijk overleg te houden aan de spel regels zoals die bij de Leidse koren gebruikelijk zijn en die verband houden met fatsoens normen die men ten opzichte van elkaar in acht neemt, ge baseerd op wederzijds respect voor eikaars prestaties. Het is een goed gebruik, dat de Leidse koren een of tweemaal ANWB zeg maar, het Natio nal Park Moors, enkele ge meenten in de omtrek en het gewest in het graafschap Yorkshire. Van 1 april tot 31 oktober vervoert de stichting ongeveer 350.000 passagiers. Dat is niet gering, als je be denkt dat daar dertig tot veertig vrijwilligers, onbezol digd, bij betrokken zijn. Ik vind dat een waar bedrijf, dus", glundert De Crau, in Voorburg. den beschouwd. De woningen verkeerden volgen de project ontwikkelaar in deplorable staat. De Arob-commissie van G.S. is het, getuige het inmiddels uit gebrachte advies, echter op dit punt niet eens met Banero. Zij acht het redelijk dat de ge meente een financiële com pensatie voor het verloren gaan van woonruimte vroeg. De commissie vind echter dat b en w het omstreden besluit binnen een redelijke termijn aan de projectontwkkelaar kenbaar had moeten maken. „Een termijn van drie jaar kan niet meer als redelijk worden beschouwd", aldus de commis sie. „Een dergelijke handelwij ze moet in strijd worden ge acht met één van de beginse len van behoorlijk bestuur, na melijk de rechtszekerheid". Waarmee de gemeente naar haar geld kan fluiten. De commissie bepaalde tevens dat de gemeente de eis dat nieuwbouw langs de zijde van de Oude Singel in monumen tale stijl moet plaatsvinden, moet laten vallen. Overigens is het nog zeer onduidelijk hoe het er voor staat met de nieuwbouw. Het Zoutkeet-ter- rein ligt inmiddels al vier jaar braak. Het project is in de con- tigentering voor 1986 opgeno men. Tot op heden is echter geen realiseerbaar bouwplan bij de gemeente ingediend. daan. Ik kón het doen. Daar niet van. Het heeft me van zelfsprekend wel enkele tien duizenden guldens gekost. In '80 stond er een schitterend opgeknapte stoomlocomotief op de rails. De hele machine was met de hulp van tiental len vrijwilligers, volunteers u kent dat een algemene hobby versterkt het saamho righeidsgevoel uit elkaar gehaald en deels gerepareerd. Maar vooral de speciale ko peren onderdelen moesten opnieuw gefabriceerd wor den. En zo ging het verder, van lieverlee. Immers, bij een opnieuw tot leven ge wekte stoomlocomotief horen ook wagons. Ook dat kwam in orde". In de loop der laat ste jaren kocht De Crau van z'n spaarcentjes dan ook ne gen wagons, volgwagens, waaronder drie exclusieve Pullman's, zeer luxueus uit gevoerde wagons voorzien van een keuken, zodat de van het Moor-landschap ge nietende passagier tijdens de rit een warme (Engelse) maaltijd waarschijnlijk de enige vlek in de gehele rij dende dienstverlening voorgeschoteld kon krijgen. Maar het sloeg geweldig aan, Jos de Crau moet zich het grootste deel van het jaar tevreden stellen met een schilderij van zijn bloedeigen trein... die loc van De Crau met toe behoren, in de parkachtige woestenij van North Yorks hire. „Vooral mensen die, hoe dan ook, iets te vieren Als Jos de Crau. hardwer kende directeur, vakantie heeft, is hij vier weken in tensief bezig met zijn liefheb berij: „Het is zeker de moeite waard de trein in Engeland te houden. Daar hebben ze de mogelijkheden een trein te exploiteren". Wanneer De Crau neerstrijkt bij de kic king off-point van zijn trein, komt hij voor een maandje, gloeiend van enthousiasme in actie. Dan haalt-ie alle scha de in. En treedt hij op als ma chinist op zijn „engine" ook weieens dagen als con ducteur, maar net zogoed als kaartjesverkoper, als baan- werker, of als seinwachter. Steeds met een andere pet op. Klussen, „waarvan je soms knap smerig kan wor den. Ik ken die spoorlijn door de Moors als m'n broekzak; door en door. Het is en blijft opwindend. Exiting, in de goede zin van het woord. Het is mijn hobby, waar ik mee leef. Ik hoef er niets op te verdienen, maar zolang ik er financieel niet minder van word en verder het gevoel blijf houden, dat ik tijdens de vakantie in Engeland, bij mijn tweede thuis aankom, is het een liefhebberij die nooit en te nimmer gaat vervelen, en die mij „for the time being", voorlopig, nog wel zal blijven boeien..." Gelijk heeft-ie, Jos; maar ik wilde wel, dat ik over al die droge fondsen zou kunnen beschik ken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 5