Tweehonderd jaar aan de tap, van vader op zoon [onderd jaar Horeca J ubileumgeschenk voor Henry Dunant „EN TOCH LEVEN WE NET EVEN ANDERS, HIER IN WAPSERVEEN" Jongens aan de bar vrienden voor het leven I ;tus zaterdag 6 augustus 1983 nderd jaar Horeca, de nationale id van ondernemers in het ho- restaurant- en cafébedrijf. Als niet gevierd zou worden, wat wél? Er staat dan ook het een ander op stapel, met als hoogte- it op 21 september een feestelij- ontvangst in de Nieuwe Kerk te isterdam, waarbij prinses Mar- jt aanwezig zal zijn. Overigens is niet helemaal „horecawerk in kerk" en evenmin is dit gebouw ;ekozen om het feest wat bij te uren in gedragen tinten. Er zal n psalmgezang weerklinken: de te organist hoeft alleen maar iter de speeltafel te gaan zitten het koor „La Bonne Espérance" Eindhoven te begeleiden als het de binnenkomst van prinses cjrgriet „Domine salvam fac regi- n nostram" zingt. De Nieuwe 3 rk is namelijk sinds enkele jaren i gewoon rijksgebouw, dat dienst ït als cultureel centrum. In die ictie moet het self-supporting zodat de horeca-ondernemers deze keus eigenlijk een daad solidariteit stellen. isterdam zal weten, dat Horeca derland zijn eeuwfeest viert, n groot aantal van de zevendui- id leden heeft zijn komst al aan- condigd, niet alleen voor de •chtigheid in de Nieuwe Kerk, iar ook voor de festiviteiten in asnapolsky en het theaterrestau- it Lido, met als tussendoortje een issale rondvaart door de grach- Veel gepraat wordt er niet, zo het voornemen, althans niet tij- Jns het officiële gedeelte van het »>st. Maar zeer zeker zal wel het ord gericht worden tot prinses irgriet als vertegenwoordigster Het Rode Kruis. Zij zal ook met lege handen huiswaarts ^n. Horeca Nederland heeft ter van het jubileum najnelijk het &n opgevat, mee te helpen aan it in de vaart houden van het (spitaalschip de Henry Dunant. |t schip, waarmee elk jaar enkele jnderden gehandicapten op va- *-21) Intie gaan, wordt steeds moeilij- jr te exploiteren. Vandaar dit ini- t u be>l'e^ van Horeca, dat zich overi- l jn ^ns zal uitstrekken over een lan- dan ifre termijn dan alleen het jubi- dan ifinijaar. en' lussen pretendeert Horeca Ne- rland niet, dat er een „rijke ge- zoals dat heet, is opge duwd in de afgelopen honderd ir. De oprichting in de Rotter- mse lokaliteit „De Catacomben" •rd een feit door pure schrik. De ■fheid was plotseling voor de gekomen met de Drankwet, ït zozeer een wet waarmee Va artje Staat zijn alcoholische losbol- a aan banden wilde leggen, het ek meer op een verlengstuk van ilasting. Er kwamen vergun ningsrechten met de bijbehorende aanslagbiljetten. Bovendien werden de vergunningen gekoppeld aan het pand waarin het bedrijf werd gevestigd, waardoor bijvoorbeeld bij verhuizingen nogal wat moei lijkheden konden ontstaan. Later zou daar nog het een en ander bij komen, zoals cao-problemen, prij- zenbeschikkingen, warenwetrech ten, voorschriften inzake admini stratie kortom alle mogelijke voorschriften waarmee onderne mend Nederland dagelijks te ma ken heeft. Het gaf en geeft alle maal weinig mogelijkheden tot spectaculaire wapenfeiten en Hore ca Nederland houdt het er dan ook maar op, dat er gewoon hard ge werkt is in de afgelopen honderd jaar. Ter ondersteuning van de le den heeft Horea nu twintig mede werkers in dienst, onder wie vijf consulenten. Onderstaand het eveneens eenvou dige verhaal van een bij de Horeca aangesloten man, Jan Blok uit het Drentse Wapserveen, die dezer da gen óók werd gehuldigd. Zijn be drijf is tweehonderd jaar achtereen eigendom geweest van dezelfde fa milie en wel steeds in rechte lijn van vader op zoon. Het is alweer tien jaar geleden, dat de nieuwe Henry Dunant voor het eerst met patiënten aan boord uitvoer. Bij die feestelijke gelegenheid werd het hospitaalschip in Willemstad uitgewuifd door familieleden en school kinderen met vlaggetjes. Toch nog zorgen rondom het hospi taal-vakantieschip de Henry Du nant. Het eerste schip met die naam liep vijfentwintig jaar gele den van stapel, nadat het Neder landse bedrijfsleven en het Natio naal Rampenfonds voor de finan ciële middelen hadden gezorgd. Het Nederlandse Rode Kruis was de eerste organisatie ter wereld, die over een speciaal schip beschikte voor vakanties met chronisch zie ken en gehandicapten. Veertien jaar werd met het schip gevaren, toen was het aan vervanging toe. Dat gaf nog niet zoveel problemen: de actie „Schip Ahoy" begon en het benodigde bedrag kwam vlot op ta fel, bijna acht miljoen gulden. Er kwam een modern schip met mo gelijkheden voor'goede medische verzorging. En een capaciteit, vol doende om elke week vijfenzeven tig passagiers mee te nemen. Maar varen is duur en na tien jaar is het zo ver, dat de pot voor het onderhoud van het schip bijna leeg is. Dit bij een jaarlijkse last, die al leen al voor onderhoud van het schip honderdduizend gulden per jaar bedraagt. Horeca Nederland, van huis uit vertrouwd met begrippen als uit gaan en vakantie, wil een begin maken met het verlichten van die last. Er is een actie begonnen in de kring van eigen leden, maar daar naast zal de opbrengst van alle ju bileumgeschenken ten goede ko men aan de Henry Dunant. Ook is een liedjeswedstrijd op touw gezet met medewerking van de profes sionele stichting Conamus en onder leiding van John de Mol sr. De nummers één en twee worden op de plaat gezet en de verwachting is, dat die liedjes in september de na tionale hitparade zullen beklim men. Om de schijn van eigenbelang te vermijden heeft Horeca Neder land in het wedstrijdreglement ge zet, dat het woord „horeca" niet' mag worden genoemd in de tekst. Er bestaat in de verste verte geen raming van het bedrag dat uitein delijk uit de bus zal komen. Maar de actie gaat in elk geval door tot dat vast staat, dat de Henry Dunant kan blijven varen. f 40; J WAPSERVEEN Het is maar goed dat Jan Blok niet gelooft in de overgeleverde verhalen van het Drentse platteland. De verhalen over geesten van afgestorven voorvaderen, die af en toe nog eens een kijkje komen nemen in de wereld van nu. Hij zou die geesten ook aller minst kunnen gebruiken in zijn hotel- en restaurantbe drijf in Wapserveen, dat on langs geheel is aangepast aan de eisen van de tijd. De voor vaderen, stilletjes rondwa rend in de gelagkamer anno 1983, zouden weinig waarde ring hebben voor de inzich ten van hun jongste nazaten, Jan Blok en diens zoon Karst-Jan. Op de schappen achter de toog zijn de flessen dubbelgebeide klare, waarop zij het langstrekkende volk plachten te vergasten, in de minderheid geraakt. Uitda gend en bijna wuft pronken daar nu ook buikige flessen met opschriften als: Dram buie, Courvoisier en Johnny Walker. En wat te denken van de geannonceerde bood schap, dat hier een Cotelette Bonne Femme wordt geser veerd en wel voor het civiele prijsje van twaalf gulden? Aan het bewonderen van de kleine flipperkast zouden de voorvaderen helemaal niet meer toekomen. Wegwezen, fluks de hunebedden weer Maar met Jan Blok zélf gaat het wel goed, zo laat hij weten. Op deze zonnige ochtend staat hij al voor negenen achter de tapkast, blijmoedig en fris, met een vers Bij voorkeur zoeken de toeristen een plekje op het terras. gesteven hemd om de forse leden. De ochtendbladen netjes gevou wen op de leestafel. Toch zijn nog maar net de klanken weggestor ven van een groot feest, waarbij gasten van heinde en ver aanwe zig waren. Hotel-restaurant Blok in Wapserveen bestond tweehon derd jaar, maar de crème rondom dit feit werd gegarneerd door een ander gegeven: de zaak is al die jaren eigendom geweest van de familie Blok in rechtstreekse lijn van vader op zoon. In al die tweehonderd jaar nooit een generatie, waarin de jongens eendrachtig zeiden: „Daar hebben we geen zin in, we gaan iets an ders doen". Ook nooit een gezin met alleen dochters, die via het huwelijk wel een fikse kastelein zouden kunnen inbrengen, maar daarmee ook een andere naam En een mens wil nu eenmaal, zij het om onnaspeurlijke redenen, graag door de eeuwen heen iets in stand houden dat helemaal van hem zelf is. Maar goed, tijdens het feest opgeluisterd door een zware delegatie van Horeca Ne derland, dat nu zijn eeuwfeest gaat vieren hoefde daar verder niet over gefilosofeerd te worden. Jan en Coby, zoon Karst-Jan en allen die daar verder waren, ze mochten van 't gezelschap nog vele jaren doorgaan „en dat we er allemaal ook nog vele jaren getui gen van mogen zijn". De rust is weergekeerd. Op deze vroege ochtend zal het wel blijven bij een paar toeristen, die door het mooie Drentse land trekken en in het lintdorpje Wapserveen deze pleisterplaats in 't vizier krijgen, waar ze de benen even kunnen strekken. Vaak vragen ze „of er nog iets te doen is in de buurt". Welwillend verstrekt Jan Blok hun dan enig VVV-materiaal uit de omgeving. Opgetogen scriben ten vertellen daarin iets over „Het spektakel van Steenwijk" en bepaald dringend is de aanbeve ling: „Ziet wat Havelte u biedt". Jan Blok haalt intussen de antie ke documenten voor de dag, die ook tijdens het feest van hand tot hand gingen. Wel degelijk blijkt daaruit, dat zeven generaties te rug de eerste Blok op deze plek het logement opende, waarin nu de toeristen hun aanloop nemen naar „Het spektakel van Steen- wijk". Er is zelfs een volledige stamboom voorhanden, in minu tieus handschrift samengesteld door J. Westra van Holthe, assis tent bij het rijksarchief in de pro vinciehoofdstad Assen. Ook wij len Jan Brand van de Meppeler Courant heeft als streekgenoot baanbrekend werk verricht bij het rubriceren van de talloze ge gevens uit het grijze verleden, die zo toch weer wat kleur kregen. De geschreven geschiedenis stokt zelfs niet bij het rampzalige uur, waarop een boze kleermaker uit Wapserveen het logement in de fik stak, zodat het bijna tot de grond toe afbrandde. Het was een eenmansactie, die voortkwam uit de broodnijd van een vertwijfelde ondernemer. Jarenlang had hij de onderbroeken genaaid, waarin de boeren op warme dagen te velde trokken om het graan te maaien. Maar opeens keerden de boeren hem de rug toe en gingen naar de concurrentie, in het naburige dorp Vledder. Broeiende frustratie vrat zich daarna een weg naar het diepst van de kleermakersziel. In een vlaag van bewustzijnsvernau wing, zoals we het nu zouden noe men, nam hij wraak op het hele dorp door hotel Blok in brand te steken. Plezierige dingen Daarvoor en daarna is de rust nooit doorbroken, al die twee eeu wen lang. Eigenlijk gaat daar ook wel een zekere attractie van uit. Er gebeurt al zo verschrikkelijk veel, het is haast een verademing als je iemand na een ampele over peinzing hoort zeggen: „Nou nee, ik geloof niet dat hier de laatste tweehonderd jaar iets bij zonders is voorgevallen". Geen beter leven dan het gewone leven, als het zijn gang gaat zonder al te grote rimpels in de vijver. Boven dien krijgen de kleine gebeurte nissen dan ook eens het accent, dat ze eigenlijk verdienen. De consternatie, toen Jan Blok drieënvijftig jaar geleden werd geboren, terwijl in de zaal van het ouderlijk bedrijf het jubileum werd gevierd van de toneelvere niging „Door Oefening Wordt De Kunst Verkregen", kortweg DOWDKV. Maar ook kleine ge neugten groeien dan uit tot bele venissen, waaraan met vreugde terug valt te denken. Een succesje van de biljartclub, waarin Jan Blok tweede klas kader 38-2 speelt. Of van de muziekvereni ging Excelsior, die hem jaren ge leden al verwelkomde als onver vaard bespeler van de tenorsaxo foon. De terugkeer van zoon Karst-Jan na zijn horeca-oplei- ding, elders in het land en het voldaan vaststellen van de ver schillen in ambitie, die je per ge neratie aantreft: „De jongen, dat is een restaurantman. Ik ben een caféman en dat zal ik altijd blij ven. Zo gaat dat". De afwisseling ook, als er bussen aanrijden met gezelschappen van wel honderd man, die allemaal gevoed en ge drenkt dienen te worden. Dat zijn zo de plezierige dingen, die varia tie brengen in een horecabedrijf aan de weg tussen Havelte en Frederiksoord. Vrienden En als de avond valt over het dorpje Wapserveen met z'n zeven honderdvijftig inwoners komen de jongens. Ze knallen eerst wat heen en weer op hun brommers of ze komen gewoon op hun ge mak aanslenteren. Een pilsje en wat praten aan de bar. Tussen hen en Jan Blok bestaat een leef tijdsverschil van een hele genera tie, maar daar is weinig van te merken. Vrienden voor het leven, zij het met onderbrekingen. Want als ze eenmaal getrouwd zijn blij ven ze 's avonds thuis, verschij nen ze althans niet meer aan de bar. Met enige regelmaat komen ze dan wel door een andere deur weer binnen, namelijk als er een uitvoering is van een plaatselijke vereniging, een bruiloft of een. partijtje. Tóch vrienden voor het leven. Visioenen En dan, in deze zomermaanden, natuurlijk de toeristen, 't Is het slag vakantiegangers dat van het verstilde Drentse landschap houdt. Bij voorkeur zoeken ze een plekje onder de ook al weer eeu wenoude bomen op het terras. Jan Blok houdt óók van het Drentse landschap, dat het leven van zijn familie en zijn voorgeslacht al zo veel jaren koesterend omsloten heeft gehouden. Maar dat bete kent niet, dat hij zichzelf als za kenman moet verloochenen: „Pas geleden zijn we nog even op fami liebezoek geweest, in Ommen. Drieëndertig campings heb je daar. Denk daar eens aan: drieën dertig campings. Met allemaal mensen die moeten eten en drin ken". Duidelijk heeft hij nu visioenen van restaurantkeukens, waarin de fornuizen op topcapaciteit staan te gloeien en waarin de koks jong leren dat het een lieve lust is. En van obers, die af en aan draven met volle dienbladen. Een heel vakantieseizoen lang. Campings, of niet? Maar de tweestrijd duurt niet lang. Jan Blok heeft ten slotte zelf goed zijn brood in het erfdeel der vaderen. Evenals zijn broer, die op een steenworp afstand van het bedrijf de toeringcaronderneming beheert, waarvoor vader Blok in de jaren veertig het fundament in de zandige bodem van de Drentse hei sloeg. En als hij zo vanuit zijn zaak naar buiten kijktZou Wapserveen een dorp zijn voor drieendertig campings? Misschien wel, mis schien niet. Beleid wordt elders gemaakt. Je kunt daar vrede mee hebben. Of ook weer niet. Maar dan is het een onderwerp voor vanavond aan de bar, met de jon gens. „En kijk nou zélf eens naar bui ten", zegt Jan Blok. Vanaf de weg is, met niet geringe vaart, een auto komen aanrijden. Gezinnetje erin, gezinnetje met vakantie, maar toch ook met haast. Driftig heen en weer draai end zoekt de chauffeur een par- keerplekje. Er is ruimte aan alle kanten, maar de auto wordt niet stilgezet. „Hij zoekt net zo lang totdat hij de voordeur heeft gevonden en daar plakt-ie hem dan pal tegen aan", voorspelt Jan Blok met een des kundigheid die op ervaring stoelt. En waarachtig. Na lang wurmen krijgt de man het voor elkaar de auto tegen de drempel aan te zet ten alsof die drempel een trottoir band was. Pas daarna komt hij tot de ontdekking, dat de cafédeur al leen naar buiten open kan en mag hij met auto en al op herhalings manoeuvre. Jan Blok ziet het aan met een glimlach. Je hoeft geen gedachtenlezer te zijn om er achter te komen, wat hij ervan denkt. Het zal wel iets zijn in de geest van: „Hier in Wapserveen leven we toch net even anders". AADSCHOUTEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 21