„Zondef
Verenigd!
Naties zoudei
er veel mee
oorlogen zijnl
Hugo
Scheltema,
ambassadeur
bij de VN,
neemt
afscheid
Ambassadeur Scheltema spreekt de Algemene Vergadering van
NEW YORK In New York
neemt dezer dagen mr. Hugo
Scheltema afscheid als Neder
lands ambassadeur (perma
nent vertegenwoordiger) bij
de Verenigde Naties in New
York. Hij wordt per 1 juli a.s.
opgevolgd door de voormalig
minister van buitenlandse Za
ken, de PvdA'er mr. Max Van
der Stoel.
Scheltema, die 65 wordt en
met pensioen gaat, heeft al
een afscheidshanddruk gekre
gen van VN-secretaris-gene-
raal Perez de Cuellar en
voorts is zijn laatste maand ge
vuld met recepties waarop on
telbare collega-diplomaten uit
alle landen van de wereld
hem een ga-je-goed-kerel ko
men wensen.
Scheltema is een van de prominen
ten uit het leger van Nederlandse
diplomaten die levenslang in het
belang van het vaderland over de
wereld zwerven en telkens voor
een klein aantal jaren in een ande
re hoofdstad wonen en werken. De
ene keer stuurt Buitenlandse Za
ken je naar een buurland, een paar
jaar later naar een Afrikaans trope-
noord, dan misschien naar koud en
nat IJsland, en vervolgens wie
weet naar India.
Zo kwam de jonge diplomaat Hugo
Scheltema in de eerste jaren na de
Tweede Wereldoorlog in China te
recht, werkte hij op de Nederland
se vertegenwoordiging bij de Unes
co in Parijs, was hij ambassadeur in
Djakarta, bekleedde hij nog niet zo
lang geleden hetzelfde ambt in
Brussel en werd in 1978 zijn laatste
taak die van permanent vertegen
woordiger van de Nederlandse re
gering bij de wereldomspannende
Verenigde Naties.
In zijn kantoor op de derde Avenue
op Manhattan, op twee „blocks'' af
stand van het hoge, platte VN-ge-
bouw en niet veel verder van de
theaters op Broadway, vertelt mr.
Hugo Scheltema over zijn loopbaan
en over het werk bij de Verenigde
Naties, nu Nederland tijdelijk lid is
geworden van de Veiligheidsraad.
Voelt hij zich nog wel Nederlander
na zo'n uitheemse carrière?
„O jawel, hoor, honderd procent. Ik
ga nu ook in Nederland wonen, in
Den Haag. Ik ben altijd regelmatig
terug blijven gaan naar mijn vader
land. Toen ik in Indonesië zat, ging
ik wel drie maal per jaar naar Den
Haag. Trouwens, op een ambassade
in het buitenland ben je heel sterk
verbonden met je vaderland. Je
werkt met landgenoten en je wordt
misschien nog wel betel' op de
hoogte gehouden van wat er thuis
aan de hand is dan wanneer je in
Nederland zelf zou zijn".
Waarom is een diplomaat eigenlijk
altijd een man en vrijwel nooit een
vrouw?
„Op zichzelf zijn vrouwen natuur
lijk net zo goed in staat om diplo
maat te zijn als mannen. Mijn Bel
gische collega hier bij de Verenigde
Naties is een vrouw en die is voor
treffelijk. Maar er zijn praktische
problemen in de buitenlandse
dienst. Er zijn nog heel veel landen
waar vrouwen naar de keuken en
naar de harem worden verbannen.
Daar kan een Nederlandse vrouw
als diplomate niet functioneren. Er
zijn landen waar vrouwen geen
auto mogen rijden en ga zo maar
door. We zijn in Nederland voor
gelijkheid en het probleem is dat
we voor vrouwen de maatstaf van
globale inzetbaarheid zouden moe
ten verlagen en dat is weer in strijd
met de gelijkwaardigheid. Naar
Iran bijvoorbeeld stuurt Buiten
landse Zaken zelfs geen getrouwde
diplomaten meer".
Vrouwen van diplomaten hebben
toch al vaak een moeilijk leven.
Meer dan elders wordt in de diplo
matie van de echtgenote een aan
vullende zij het onbetaalde rol
verwacht en kan zij veelal geen
eigen carrière opbouwen indien ze
haar man op zijn omzwervingen
wil blijven volgen. Behalve de tel
kens beperkte verblijfsperioden
staan ook soms politieke complica
ties een baan voor een diplomaten
vrouw in de weg.
Scheltema: „Natuurlijk hebben
vrouwen van diplomaten recht op
een eigen loopbaan. Maar willen
man en vrouw bij elkaar blijven,
dan moeten ze nu eenmaal vaak
een keuze maken. Ik heb mijn car
rière helemaal met mijn vrouw sa
men gedaan. Ik weet niet hoe ik
het zonder haar had moeten doen.
Met name in Indonesië speelt in de
diplomatie de echtgenote een heel
belangrijke rol. Het gaat er maar
om of je als vrouw zo'n leven inte
ressant vindt".
Zijn jaren in Indonesië vormden
voor Hugo Scheltema het hoogte
punt in zijn buitenlandse diensttijd.
„Ik kwam daar in 1968 als ambas
sadeur. Dat was in zoverre een ide
aal moment omdat de Nieuw-Gui-
nea-kwestie nog niet lang achter de
rug was, de diplomatieke betrek
kingen verbroken waren geweest,
toen nog altijd op een absoluut
dieptepunt zaten en dus alleen
maar konden verbeteren. Het was
ook het jaar dat Soeharto officieel
president werd en een nieuw bui
tenlands beleid begon. Het was aan
mij om het koninklijk bezoek van
Juliana aan Indonesië voor te be
reiden, dat de bezegeling moest
worden van de herstelde relatie.
Dat is een gigantisch succes gewor
den. Ik had met de Indonesiërs ein
deloos zitten dubben over het pro
gramma. Het idee was opgekomen
om de majesteit de Indonesia-uni-
versiteit in Djakarta te laten bezoe
ken. Dat was heel riskant, want
met studenten weet je het nooit.
Het moest feilloos verlopen, anders
zou het hele bezoek kunnen mis
lukken. Op de grote dag begon het
al met een opstopping, waar de ko
ninklijke stoet niet doorheen kon.
Maar toen we eenmaal arriveerden,
dat was het aangrijpendste mo
ment, toen zag het zwart van de
jongelui. Ze hadden allemaal rood-
-wit-blauwe vlaggetjes en ze rie
pen: Dag oma, dag oma. Dat was
fantastisch. Ik zie nog voor me hoe
de rector van de universiteit zijn
speech voorlas uit een sjiek lederen
album en hoe vervolgens koningin
Juliana voor haar antwoord een
klein briefje met aantekeningen uit
haar handtasje frunnikte. Dat
maakte haar populariteit, haar om
a-beeld als je wilt, volmaakt".
Zo kleurrijk en spannend is het le
ven van een Nederlands gezant in
den vreemde natuurlijk niet altijd.
Hier bij de Verenigde Naties in
New York is het politieke schouw-
ter
Verdienste
Weinigen hebben de Verenigde
Naties zo scherp van karakter zien
veranderen als Hugo Scheltema.
Hij was immers ook al in de prilste
jaren van de volkerenorganisatie
als lagere ambtenaar een paar jaar
werkzaam op dezelfde Nederlandse
VN-missie ais waar hij 25 jaar later
als ambassadeur zou terugkeren.
„Toen ik hier in 1951 kwam toonde
de VN nog alle sporen van zijn oor
sprong: de samenwerking van de
overwinnaars van de Tweede We
reldoorlog. We waren toen met 51
landen. Daarin hadden de westerse
landen een overheersende positie.
De overigen waren toen voorname
lijk de Zuidamerikaanse staten. Dat
betekende dat als iemand iets ge
daan wilde krijgen, een uitspraak
van de Algemene Vergadering bij
voorbeeld, hij zich vooral richtte op
Latijns-Amerika. Dan kreeg je
meteen een flinke hap van het le
dental mee. Toen ik in 1978 terug
kwam, zaten hier 150 landen met
hun vertegenwoordigers bijeen.
Niemand had vroeger voorzien dat
het er zoveel zouden worden. Het
dekolonisatieproces heeft zich ver
rassend snel en wijdverbreid vol
trokken. Dat is trouwens een van
de grote verdiensten van de VN ge
weest, dat nieuwe landen via aan
sluiting bij de Verenigde Naties in
ternationale erkenning kregen,
gingen meewerken in de VN-onde-
rorganisaties en een rol kregen in
de wereldpolitiek".
Die uitbreiding van het ledental
heeft binnen de VN het nummerie-
ke machtscentrum verlegd naar
Afrika en Azië, die als ontwikke
lingslanden massaal het Noord-
-Zuid ofwel het rijk-arm probleem
aan de orde stellen en betekenis ge
ven aan wereldomspannende
VN-organen als Unesco (onderwijs
fonds), FAO (wereld voedsel orga
nisatie), Unicef (kinderfonds), We
reldbank, GATT (wereld-tarieve-
novereenkomst), Unctad (wereld
handelsconferentie), UNDP (fonds
voor ontwikkelingsprojekten), het
vluchtelingencommissariaat en nog
een tiental andere „ontmoetings-
en samenwerkingsplaatsen" van
bijna alle landen van de wereld.
Dit zijn de feitelijke werkplaatsen
van de VN, die thans trouwens da
nig te lijden hebben van de econo
mische wereldrecessie en van de
neiging van de grootste lidstaat, de
Verenigde Staten van Amerika, om
te beknibbelen op de bijdragen aan
de Verenigde Naties.
Crisiscentrum
Maar het meest „zichtbaar" ver
richt de volkerenorganisatie een
taak van wereldvredesbewaarder
in de politieke debatten in de Alge
mene Vergadering, waarin elk land
een stem heeft en in de Veilig
heidsraad, waarin vijftien landen
vertegenwoordigd zijn waarvan
vijf grootmachten permanent en
tien andere landen telkens wisse
lend en die alleen bijeen komt
als ergens op aarde directe oorlog
dreigt.
Nu Nederland sedert begin dit jaar
en tot het eind van volgend jaar lid
is van de Veiligheidsraad, heeft de
Nederlandse permanente vertegen
woordiger bij de VN een meer dan
dubbele verantwoordelijkheid. Op
dracht is nu niet alleen om stand
punten van de Nederlandse rege
ring voor te bereiden en uit te dra
gen op het „wereldtoneel" van de
Algemene Vergadering, maar ook
om een bijdrage te leveren aan het
werk in het selecte gezelschap van
het „wereldcrisiscentrum", zoals
men de Veiligheidsraad zou kun
nen noemen.
De in de loop der jaren gewijzigde
vergadermethode van de Veilig
heidsraad, behoort tot de grootste
veranderingen die mr. Scheltema
zich in de VN heeft zien voltrek
ken. Vroeger waren er meer spoed-
bijeenkomsten, die niet van tevo
ren door de ledenlanden werden
doorgepraat. Toen viel er, vooral in
de koude oorlogsjaren nog vaak
spektakel te beleven, bijvoorbeeld
als de Russische ambassadeur weer
eens heftig tekeer ging. De tribunes
zaten altijd volgepakt.
Scheltema: „De interessantste ver
bouwing bij de VN heeft tien jaar
geleden plaatsgehad. Toen is er
naast de openbare vergaderzaal
van de Veiligheidsraad een beslo
ten ruimte ingericht met net zo'n
tafel voor de vijftien ambassadeurs
en hun medewerker, maar geen
publieke tribune. In die kamer
wordt tegenwoordig in soms dagen
lange voorvergaderingen het com
promis uitgewerkt. De openbare
raadszitting is dan alleen nog maar
een formaliteit. Dat kun je kwalijk
vinden uit een oogpunt van open
baarheid, maar het is veel effectie
ver. We praten hier als nationale*
vertegenwoordigers toch de hele
dag met elkaar. Dan kun je dat, als
er iets ernstigs aan de hand is, be
ter georganiseerd doen. Openbaar
heid heeft het gevaar dat iedereen
met het oog op zijn eigen thuisland
naar extreme standpunten neigt en
de kans op een internationaal con
flict eerder groter wordt. In beslo
tenheid is het minder moeilijk om
compromissen te sluiten, omdat de
gedane toegevingen worden goed
gemaakt door het bereikte resul
taat".
Vrijblijvend
Tijdens Scheltema's laatste
VN-maanden is de Veiligheidsraad
tweemaal bijeengekomen en is de
Nederlandse ambassadeur verwik
keld geweest in het diplomatieke
krachtenspel waaruit doorgaans
een door de VN-raad te aanvaar
den tekst van een uitspraak rolt.
Ditmaal gingen de raadszittingen
over Namibië, het VN-mandaatge-
bied in Zuidwest-Afrika waaruit de
republiek Zuid-Afrika zich weigert
terug te trekken; en over een door
Nicagarua gemelde dreigende inval
van het door de Verenigde Staten
gesteunde Honduras.
Het valt niemand die bij de VN
werkt, en ook mr. Hugo Scheltema
niet, gemakkelijk uit te leggen
waarom het belangrijk is dat de
Veiligheidsraad voortdurend „bin
dende" resoluties blijft produceren
die ofwel zo vrijblijvend zijn dat ie
dereen er mee kan instemmen en
ze niet veranderen, ofwel van de
hand worden gewezen door landen
wier belangen erdoor geschaad
zouden worden. Zo legde Israël de
VN-opdracht naast zich neer om
zich uit Libanon terug te trekken,
liet Argentinië zich niet door een
VN-resolutie maar pas door Britse
soldaten van de Falkland Eilanden
verdrijven, blijft Zuid-Afrika zwar
ten discrimineren en Namibië be
zetten en blijven de Verenigde Sta
ten zich militair mengen in Midde-
n-Amerika.
Scheltema: „Het effect van beslui
ten van de Veiligheidsraad is moei
lijk te meten. Ze zijn formeel bin
dend, maar kunnen niet worden
afgedwongen omdat de VN nu een
maal geen wereldregering is die
over een eigen leger of politie
macht beschikt, om beslissingen
desnoods met geweld door te druk
ken. Daarvoor zou supra-nationali-
teit vereist zijn. En hoe moeilijk dat
te bereiken is, zie je bijvoorbeeld
aan de kennelijke onmogelijkheid
van de EG-landen om tot een wer
kelijk verenigd Europa te komen.
Toch werken de betrokken lander
er hier in de Verenigde Naties al
tijd hard aan dat hun belangen
worden erkend. In het geval van
Nicaragua bijvoorbeeld, had dat
land belang bij een uitspraak die
niet op een veto van de Amerika
nen zou stuiten. Dat is ons gelukt.
Er is een rustige tekst uitgekomen,
waarin de mogelijkheid van een re
gionaal vredesplan met medewer
king van Mexico en Venezuela is
geopperd. Iedereen is redelijk te
vreden naar huis gegaan. Als je het
hebt over het belang van de Vere
nigde Naties, dan kom je meestal
niet veel verder dan het vermoe
den dat er nog veel meer oorlogen
zouden zijn als de VN er niet was
geweest. En ik denk dat dat ver
moeden juist is dat de VN dus ui
termate belangrijk is.
Geloven
Een VN-activiteit die volgens
Scheltema van groeiende betekenis
is, is de vorming van internationale
vredeslegers, zoals er thans een in
Zuid-Libanon is gestationeerd en
spel in de loop der jaren er steeds
saaier op geworden en de verrich
tingen van de duizenden ambtena
ren in kantoren, vergaderruimten
en wandelgangen in de reusachtige
opstaande luciferdoos aan de oever
van de East River, alsmaar subtie
ler.
waaraan Nederland deelneerrat
kan natuurlijk niet zeggen darm
fil een onverdeeld succes en
weest, maar ook hier geldt laat
kunt vermoeden dat de gebd v
nissen in Libanon nog veel terl;
ger zouden zijn geweest «jen
VN-soldaten er niet wareiter
weest". de
Dit onderwerp herinnert sle
Scheltema aan zijn volgendrh
spraak. Hij kijkt op zijn horldgej
zegt: „Ik heb zo meteen eerjiik
moeting 'met de Libanese mifrm
van Buitenlandse Zaken, did
op bezoek is en de vertegenw]eb<
gers wil spreken van de Unifens
den. Ik ben benieuwd wat hij] w
van de vraag of Unifil in zijrl ei
moet blijven en zo ja, of de 1 ge
veranderd moet worden. Dafle
een belangrijke rapportage wigo<
aan Den Haag. Half juli a.s. Sm
de Veiligheidsraad bijeen om Jen
slissen over het lot van Tlha
Maar dan ben ik al weg en zal
van der Stoel het vaandel hB
overgenomen". Later op de rij
zal Scheltema nog een gespreli
ben met zijn collega-ambassij
van de acht niet-gebonden li
die thans tijdelijke lidmaats
pen van de Veiligheidsraad j
den. Onderwerp van gesprel
maal: de recente militaire acti
Zuid-Afrika in het onafhank
enclave-koninkrijk Lesotho,
daarover een formele uitspra.
n van de Veiligheidsraad
n welke termen?
Nederland, nu nog vertegen
digd in de persooon van Schei
kan als Westerse staat en al^-j
dat kritisch staat tegenover ~j
Afrika mogelijk weer bemia
om tot een unaniem Veiligl
raadstandpunt te komen,
standpunt dat waarschijnlijk!
eens weinig aan de toestand!
wereld zal veranderen, maar j
wie weet voor zorgt dat de vj
nooit weet zal hebben van di
grotere drama's die dank i
Verenigde Naties zijn voorkol
Dank zij de Verenigde Nati
dank zij diplomaten als mr.
Scheltema, wier werk vaak l
duidelijk en ondankbaar is
het veelal een kwestie is val
zien maar toch geloven dat h(
heeft uitgehaald.
MARC DE KON
de Verenigde Naties toe.