Io3QiigmiloioJl Elektronica brengt in fotografie druk op de knop terug Even doorzetten bij kleurvergroten J1 ■■■■mm Snelle service printshops gaat vaak ten koste van kwaliteit PAGINA 4 Langs een omweg weer naar „af" Donderdag 19 mei 1983 Een boxcamera of een letterlijk tot de nok toe met elektronica gevulde spiegelreflexcamera, de werking is hetzelfde: alleen maar een druk op de knop. De tijden, dat met een eenvoudig boxje het zwarte magische doos je op buikhoogte toch „zulke goede resultaten, zelfs zonder ook maar lets in te stellen" bereikt konden worden, liggen ongeveer een kwart eeuw achter ons. Op merkelijk in de ontwikkeling van de fotografie en dan met name in die van de amateursector, is het te rugverlangen naar deze zorgeloze manier van fotograferen: druk op de knop en de fotozaak doet de rest. Wat dat betreft begint de klant na een omweg weer koning te worden. Door toepassing van micro-elektronica jazeker, de chips zijn, zonder dat we er erg in hebben, allang in huis hoeven we niet meer zelf sluitertijden en diafragma's in te stellen, het film pje door te draaien of scherp te stellen. We zijn weer bij „af". Aan deze merkwaardige omweg liggen verschillende oorzaken ten grondslag, waarvan de voornaam ste de ontwikkeling van de kleu renfotografie is geweest. Dat „per fecte" fotootje uit de boxcamera was meestal heus niet zo volmaakt belicht. En al was het dat wel, dan kwam dat voornamelijk doordat alleen kiekjes gemaakt konden worden bij mooi weer, altijd met de zon in de rug. Belichtingsfouten konden bij het afdrukken in de fo towinkel veelal handwerk! uitstekend worden weggemoffeld. De bewering, dat de foto's prima scherp waren, berust eveneens op een hardnekkige fabel. De enorme negatieven (6x9 centimeter op rolfilm) hoefden nauwelijks uit vergroot te worden. De afdrukjes waren maar enkele centimeters groter dan de negatieven, zodat lensfouten en dus onscherpte nau welijks opvielen. Met de kleur kwam ook de narig heid. Er moest nauwkeurig belicht worden, terwijl op de boxcamera's geen enkele instelmogelijkheid zat. Weldra kwamëA dan ook de eerste fototoestellen met de duizend-en- één mogelijkheden. Fotograferend Nederland was echter alleen een druk op de knop gewend. Onder- of overbelichte prulkiekjes waren het resultaat. Ook met de scherpte lukte het niet meer zo best, want de meeste apparaten slikten voort aan alleen nog maar kleinbeeld- film, waarvan de negatieven (24 x 36 millimeter) sterk uitver groot moeten worden. Betere len zen, die dan ook prompt de bena ming „objectieven" verdienden, brachten hierin verandering. Niets meer mis Het eenvoudige fototoestelletje van weleer groeide zo uit tot een inge nieus mechanisch en in een latere fase elektronisch instrument, waarmee niets meer mis lijkt te kunnen gaan. Immers de camera's belichten zelf (er zijn er zelfs bij die zichzelf op de gebruikte film gevoeligheid instellen) en tegen woordig is ook automatisch scherpstellen al vrij gangbaar. Toch is het tegendeel waar. Juist door het blindelingse vertrouwen van de amateurfotografen op hun volautomaten mislukken er nog steeds de nodige opnamen. Er is namelijk éen ding dat de TTTTTTTTTTTTTT TTTTTTTTTTTTTTn Juist dit uitproberen op proefstro ken kost toch nog heel wat tijd. Dan kan het ontwikkelprocédé weliswaar nog maar pak-weg 7 minuten in beslag nemen, bij drie proefstroken is dat toch a' 21 mi nuten. Daarbij is nog niet meege rekend de tijd die nodig is om de ontwikkelkoker telkens na elke ontwikkelgang schoon te spoelen en droog te maken. Dit laatste is overigens niet van toepassing op het nieuwe (maar veel duurdere) Ektaflex-systeem van Kodak, waarbij de afdrukfilm door een soort wringertje in contact wordt gebracht met het fotopapier. Maar daarna is het wel 9 minuten wach ten geblazen voordat de beide la gen van elkaar afgetrokken kun nen worden. Wie dus van plan is om over te gaan op het zelf verwerken van kleurenfoto's kan het maar beter uit zijn hoofd zetten om een rolle tje van 36 opnamen op één avondje af te drukken op het formaat van 10 x 15 cm. Dat doen de centrales veel sneller en beter. Wel interes sant is het om enkele van de af drukjes van de centrale die de moeite waard zijn uit te vergroten op 20 x 25 cm of desnoods nog gro ter. Aan de hand van de kleine centrale-afdrukjes heeft men dan meteen al een idee hoe de kleur ongeveer moet zijn. gedekt door het in de zoeker aan gegeven meetvlak. Voor een goede compositie is dit niet altijd moge lijk. Veel camera's kunnen zich dan ook vastpinnen op een bepaal de, gemeten afstand, zodat de ca mera vervolgens zo gericht kan worden dat de compositie wel aan trekkelijk wordt. Maar je moet er wel aan blijven denken Een ander probleem is het auto matische flitsen. In veel camera's zit tegenwoordig de flitser inge bouwd, sterker nog, de camera be paalt of er geflitst moet worden. Kan niet missen. HoewelDe flitser die een onderwerp dichtbij bestraalt, meet meteen de achter grond mee. En soms wel te veel van die achtergrond. De flitser geeft dan de volle hoeveelheid licht af, terwijl een kleine dosis licht voor de voorgrond voldoende zou zijn geweest. Resultaat: een keurig belichte achtergrond, maar een wit geflitst gezicht dichtbij. Dan geeft het flitsen tegen pla fonds bij ingebouwde flitsers bijna nooit mogelijk toch veel betere resultaten. Al met al verdient het aanbeveling een goed boek te kopen over foto grafie, zelfs al is de camera nog zo automatisch. chips (nog?) niet kunnen en dat is denken. Een voorbeeld: bij een op name van een onderwerp in de sneeuw kan niet zonder meer op de meting van de camera worden afgegaan. De belichtingsmeter is ingeregeld op een gemiddelde hoe veelheid licht en donker in het zoekerbeeld, men spreekt in dit verband van een gemiddelde grijs waarde. Alles wat daarvan afwijkt, wordt automatisch bijgestuurd met een verandering van sluitertijden en diafragma's. Als de belichtings meter „zijn zin" zou krijgen, valt de sneeuwopname te donker uit, omdat de sneeuw voor een flinke meteruitslag zorgt. Ten onrechte, want sneeuw hoort nu eenmaal vrijwel wit te zijn en niet gemid deld grijs. Andersom wordt een onderwerp tegen een donkere ach tergrond al snel overbelicht. Hoewel het Kodak Ektaflex- systeem zich erop beroept nog maar één ontwikkelbad te gebruiken, moet na het „door de wringer halen" van het papier toch negen minuten gewacht worden, voordat de resultaten beoordeeld kunnen worden. overigens zeer belangrijk om de proefstroken bij het juiste licht te beoordelen. Niets gaat boven ge woon daglicht. Is dit niet mogelijk, dan verdient de aanschaf van een daglicht TL-buislamp (nummer 47 van Philips) dringend aanbeve ling. Dit laatste is misschien nog belangrijker dan de keuze tussen twee analyzers van verschillende prijsklassen. Zelf ingrijpen Een en ander is alleen maar te voorkomen door zelf in te grijpen en zelf de situatie te beoordelen. Ook met een camera met automa tische scherpstelling worden fou ten gemaakt. Men dient erop te letten dat het onderwerp wordt Het zelf afdrukken van kleurenfo to's is tegenwoordig niet meer moeilijk. Een bewering, veelal van fabrikanten van materialen en ap paratuur, die echter slechts één zij de van de medaille laat zien. Zeker is dat de bewerking van kleurpa- pier in de loop der jaren van een zesbadensysteem is teruggebracht tot slechts twee baden. Bovendien hoeft het papier niet meer in het donker in schalen te worden ont wikkeld. Dit kan nu gebeuren in afgesloten kokers, zodat met het licnt aan gewerkt kan worden. Toch blijft het afdrukken van een kleurenfoto in de juiste kleuren een hele toer, waarbij vooral door zettingsvermogen een onmisbare eigenschap is. Het grote punt na melijk blijft het uitfilteren van kleurzwemen. Elk negatief of dia ook dia's kunnen rechtstreeks op fotopapier worden afge drukt neeft zijn eigen kleuren- zweem, veroorzaakt door de kleur- samenstelling van het licht tijdens de opname. De fotografische in dustrie heeft weliswaar hiervoor handige en tegenwoordig ook be taalbare meetapparaten gemaakt, maar deze analyzers zoals die me ters heten, blijven hulpmiddelen die er vaak genoeg gewoon naast zitten. Een opname van natuur schoon bijvoorbeeld heeft nu een maal veel groen. De analyzer weet niet dat dit zo hoort, merkt wel dat er veel groen is en adviseert ver volgens om paars (magenta in vak taal) toe te voegen om het ver meende teveel aan groen eruit te krijgen. Het klakkeloos opvolgen van de meting zou een hevig paarszweem in de foto opleveren. Dit wil niet zeggen dat de analy zers voor amateurgebruik slecht zouden zijn. Nee, het probleem of liever de uitdaging van het zelf vergroten in kleur zit hem in de persoonlijke beoordeling van de afdrukken. Bijna geen enlcele af druk is meteen al na de eerste keer op de juiste kleur. Meestal gaan er minstens drie proefstroken aan vooraf. In dit verband is het Donderdag 19 mei 1983 PAGINA 9 Fotoboeken te kust en te keur Bij bijna iedere fotohandelaar en in de meeste boekhandels is de plank met fotoboeken goed ge vuld. U kunt kiezen uit een rijk assortiment, waarbij vele gebieden van de fotografie worden behan deld. Er zijn boeken die specifiek over camera's gaan boeken die de dokapraktijk in allerlei toon aarden toelichten u kunt kie zen uit boeken over fotograferen van mensen, over fotograferen van heel dichtbij en ga zo maar door. Een aantal boeken hebben we voor u verzameld. Honderd vragen over fotograferen Het damesblad „Libelle" geeft een handige reeks boekjes uit, die elk 100 antwoorden geven op even zo vele gestelde vragen. Door een deskundige op het gebied van foto graferen wordt op honderd van de meest gestelde vragen, die bij mensen leven, een antwoord gege ven. Het is opvallend hoeveel on derwerpen er in dit boekje van 160 bladzijden kunnen worden behan deld. Vragen over cameratypen en hun bediening, over hulpmiddelen en de verschillende filmsoorten, over opnamen binnen en buiten en over het flitsen. Er is een spe ciaal hoofdstukje over het fotogra feren in de vakantie en het foto graferen van kinderen. De projec tie van dia's en het zelf vergroten van foto's vormen de laatste hoofdstukken. Het boekje is ge schreven in een plezierige stijl, waardoor ook de wat technische zaken duidelijk worden. De prijs is laag, namelijk 8,75. Het boekje is verkrijgbaar bij de bladenman en in de boekhandel. Het nieuwe kleinbeeldreflexboek Het nieuwe kleinbeeldreflexboek is een zeer uitgebreid praktisch en compleet boek. Het kleinbeeldsys- teem wordt uitvoerig besproken, alsmede die elementen die er de oorzaak van zijn geweest dat de kleinbeeldreflex de populairste amateurcamera is geworden. Uit gebreid worden de verschillende motieven zoals het landschap, het portret, de nachtopname, de naaktstudie en het stilleven be sproken. Overzichtelijke tabellen van technische gegevens complete ren het boek en maken het als naslagwerk gemakkelijk toeganke lijk. Het „nieuwe kleinbeeldreflex boek" is royaal geïllustreerd. Na tuurlijk is het bijgewerkt naar de laatste ontwikkelingen. Het boek is uitgegeven door Focus-Elsevier en kost 49,50. De automatische reflexcamera in de praktijk U bent in het bezit van een auto matische spiegelreflexcamera, of u gaat er een aanschaffen. U weet dat de bediening ervan simpel is. De fotografische mogelijkheden die u ermee krijgt zijn bijna onbe grensd en het zou jammer zijn als u die niet of verkeerd zou gebrui ken. Het boek „de automatische reflexcamera in de praktijk" brengt u op een prettige en duide lijke manier de belangrijkste be grippen bij, zoals scherpte en on scherpte, sluitertijd, diafragma, scherptediepte, de juiste belichting in allerlei situaties, de keuze van films, objectieven en andere toebe horen en nog veel meer. Het vormt daarmee een goede basis voor het verkrijgen van betere re sultaten en daarmee voor het ver hogen van uw plezier in de foto grafie. Deze paperback wordt uit gegeven door Focus-Elsevier te Amsterdam en kost 28,50. zoals deze bedrijfjes ook wel ge noemd worden. „Dit is", zo zegt Van Leeuwen, „geen vak waar je even snel geld kunt maken. Het vergt een grote dosis vak manschap en verschrikkelijk veel werklust. Uiteindelijk zul len de echte vaklui overblijven, want hoe snel een klant zijn fo to's ook terug heeft, alleen zij die daarnaast ook kwaliteit weten te leveren hebben een kans om te overleven", aldus Van Leeuwen. Wat is de klant kwijt voor een af- drukje van 10 bij 15 bij een ont wikkelcentrale? De Consumen tenbond onderzocht dit in juli vo rig jaar. Volgens onderzoeker Van der Kolk zijn de resultaten daarvan nog steeds van toepas sing, zij het mogelijk met kleine fluctuaties. Daar bij gaat het slechts om enkele centen", zo verzekerde Van der Kolk. De ge gevens van de printshops zijn verkregen uit een eigen telefo nisch onderzoek. Via de winkel Agta-Gevaert 1,20 ■6ac (Presto Print) 1.20 Befo (Pico Print) 0,95 Capi-Lu* 1.50 Cewe Color 0.89 Garantie Color Service 1.20 Hoogwertf-Eikelenboom 1.10 Kodak (Select Print) f 1.20 Lux Color (Kollbrl) 0.95 Quelle 1.00 Starprint 1.20 Superfoto's Express 0.89 Tiptop Color 0.85 V&D/Vendet f 0.90 Via de postbode Beopost 0.79 Colorado 1.50 Fotohome 2000 f 0.59 Kampioentoto 0.99 Klekiek o.90 Quick Home 1.25 TrMca1.15* Printshops Den Haag Foto Prlnthouse0,95 Fotomobiel0,95 weinig mensen en dan is het logisch dat als het een keer wat drukker is, er minder aan dacht aan de kwa liteit van de pro- dukten besteed kan worden", zo stelt hij. De prijs per af- drukje ligt bij de meeste printshops rond de gulden. De prijzen zullen niet veel lager ko men te liggen, om dat de aanschaf van redelijke ap paratuur al gauw drie a vier ton kost. Het kan wel voor minder, maar dan is de kans groot dat de kwa liteit te lijden heeft. Ook de kwaliteit van het werk dat de grotere ontwikkelcentrales leve ren is volgens Van der Kolk niet altijd even goed. „Maar daar is", zo zegt hij, „het niveau van wat men levert wat constanter; er zitten minder positieve of nega tieve uitschieters in". Vorig jaar werden 325 miljoen kleurenfoto's ontwikkeld en af gedrukt. Tot 1981 beleefden de fotohandel en de ontwikkelcen trales gouden tijden. Het aantal afdrukken groeide jaarlijks met tien procent, nu blijft dat nage noeg gelijk. De meeste filmpjes (68 procent) gaan via de speci aalzaak naar de ontwikkelcen trales. De rest loopt via de wa renhuizen en de postorderbedrij ven. Woordvoerder J. van der Wees van de ontwikkelcentrale Lux Color in Rijswijk twijfelt eraan of de investeerders in printshops op langere termijn hun geld wel goed besteden. Met een stagne rende markt en de grote investe ringen die het opzetten van een printshop vergt voorziet hij nog grote moeilijkheden voor nieuwe ondernemers. „De consument heeft nu eenmaal minder te be steden, terwijl zo'n zaak met dergelijk hoge investeringen niet met spotgoedkope aanbiedingen zal kunnen komen. Als dan de kwaliteit van het geleverde werk ook nog tegenvalt, is de „Uw fotorolletje klaar terwijl u wacht". Nog even en het is zo ver. Was het vroeger zo dat de klant bijna altijd een volle week moest wachten voordat zijn va kantiekiekjes bij de fotograaf konden worden opgehaald, nu is er een alternatief. Wie zijn foto rolletje naar een zogeheten „printshop" brengt, kan de foto's soms binnen een uurtje terug hebben. Deze mini-loot aan de grote boom van ontwikkelcen trales maakt een bijna niet te stuiten opgang. Bijna elke week wordt er wel een nieuwe geo pend. De Randstad heeft al ruim tachtig van dergelijke kleine fo tolaboratoria. Dat wekt enige be vreemding, want de groei van de markt voor amateurfotografie is er wel enigszins uit. Bovendien laat volgens de Consumen tenbond de kwaliteit van het geleverde werk vaak te wensen De snelheid waarmee de klant bij deze „fotolabs" z'n kiekjes krijgt, is de belangrijkste factor in de reclame van de printshops. Die varieert in de regel van één uur tot een dag, wat mogelijk is doordat het ontwikkelen en het afdrukken van de foto's in de winkel ?elf plaatsvinden. De Consumenten bond onderzoekt momenteel de kwaliteit en de prijzen van de printshops. Onder zoeker A. J. van der Kolk van de Consumentenbond licht alvast wat van de sluier op: „Per dag leveren de printshops vaak wisselende kwaliteit. Deze za ken werken met Boven: Vorig jaar werden 325 miljoen kleurenfoto's ontwikkeld en afgedrukt. Links: Kwaliteit gaat op den duur meer tellen dan snelheid. klant gauw gevlogen", beweert Van der Wees. Intussen vaart Kodak Nederland in Rijswijk wel bij de opkomst van de printshops. Dit bedrijf le vert behalve fotopapier en che micaliën onder meer ook com plete ontwikkelcentrales. PR- man C. J. van Leeuwen deelt de mening van Van der Wees dat kwaliteit op den duur meer gaat tellen dan snelheid. „Ik geloof echter wel dat het wisselende ni veau van het afgeleverde werk van de printshops slechts een aanloopprobleem is", tekent hij daarbij aan. Van Leeuwen ver wacht na een zich voortzettende groei na twee jaar een stabilise ring van het aantal „mini-labs",

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 19