TAFEL
Bisschoppen Brazilië kiezen
vooruitstrevende leiders
CeidócSoma,
BTTïïTl
Is echtscheiding modeverschijnsel?
kerk
wereld
Braziliaanse bisschop
helpt doodseskaders
te bestrijden
KORTE METTEN
Kwalijke actie
ACHTERGROND
£eidóc8omant
VRIJDAG 15 APRIL 1983
De bisschoppen in Brazi
lië hebben bisschop Ivo
Lorscheiter van Santa
Maria herkozen als voor
zitter van de Braziliaanse
bisschoppenconferentie
(CNBB). Ook de secreta
ris, bisschop Luciano
Mendes, hulpbisschop
van Sao Paulo, is herko
zen. Verder werd bis
schop Benedito Ulhoa
Vieira gekozen tot vice-
-voorzitter.
Daarmee blijft de leiding van
het grootste episcopaat van
Latijns-Amerika de komende
vier jaar, voor de vierde ach
tereenvolgende maal, in han
den van progressieve bis
schoppen. De behoudende
stroming heeft nu laten we
ten, dat zij de steun van het
Vaticaan gaat zoeken om een
eind te maken aan „gevaarlij
ke ontwikkelingen" binnen
het episcopaat. Lorscheiter
haalde in de eerste ronde 150
van de 257 stemmen, terwijl
de conservatieve tegenkandi
daat, kardinaal Eugenio Sales
van Rio de Janeiro, 103 stem
men behaalde. Daarop trok
deze zich terug.
Vlak voor de bijeenkomst had
kardinaal Sales in een uitvoe
rig document kritiek geuit op
het beleid van de CNBB, met
name de keuze voor de ar
men. Volgens hem moeten
ook de rijken die afgedwaald
zijn van God, als armen wor
den beschouwd. De voorkeur
voor de armen moet in meer
spiritualistische en minder in
sociologische zin worden uit
gelegd. Hij waarschuwde te
gen „de ideologische gedach-
tengang met marxistische in
vloeden" in het ontwerpdocu
ment, dat de CNBB-leiding
voor de vergadering had
voorbereid.
De conservatieve bisschop
Luciano Cabral Duarte van
Aracaju verklaarde, dat de
kerk van Brazilië onder de
huidige leiding hard op weg is
„een nieuwe kerk te vor
men". Volgens hem heeft de
paus tijdens zijn recente be
zoek aan Midden-Amerika
deze „volkskerk" of „parallel
le kerk" veroordeeld. De situ
atie in de Braziliaanse kerk is
„al veel te ernstig" en „het is.
de hoogste tijd dat Rome
wordt ingeschakeld", aldus
deze bisschop.
De uitlatingen van Cabral
Duarte deden aanvankelijk
vrezen, dat de Braziliaanse
bisschoppenconferentie op het
punt stond uiteen te vallen.
Tijdens de verkiezingen be
haalde de conservatieve bis
schop evenwel slechts twee
stemmen. Zelfs zijn behou
dende collega's lieten hem in
de steek, niet zozeer, omdat zij
het oneens waren met hem,
alswel over de wijze waarop
hij de kerkelijke onenigheid
in het openbaar had gebracht.
De primaat van Brazilië, de
behoudende kardinaal Avelar
Brandao Vilela van Bahia,
nam tijdens een persconferen
tie duidelijk afstand van zijn
collega, die volgens hem een
persoonlijke mening had ver
kondigd. De volkskerk is vol
gens hem alleen te veroorde
len als het gaat om een kerk
die zonder banden met de
paus en de bisschoppen oprijst-
uit het volk.
Iets anders is het als het gaat
om een kerk waarin de pries
ters, zonder anderen uit te
sluiten, hun voorkeur voor de
armen uitdragen en waar zij
aan de kant van het volk
staan. Om vergissingen te
vermijden is het dan evenwel
beter de naam „volkskerk"
niet te gebruiken, aldus de
kardinaal.
De succesrijke bestrijding van de beruchte doodseskaders, die
momenteel in de Braziliaanse staat Rio de Janeiro gaande is,
blijkt mogelijk te zijn gemaakt door Don Adriano Hypolito,
bisschop van Nova Iguazu, in de staat Rio de Janeiro. Mgr.
Hypolito, die in het verleden herhaaldelijk met de dood is be
dreigd en zelfs een keer is ontvoerd en mishandeld, speelt nu
een belangrijke rol als bemiddelaar tussen een officiële com
missie van onderzoek en getuigen van de moordpartijen, die
in de afgelopen vijftien jaar in Brazilië aan drie vierduizend
personen het leven hebben gekost.
Don Adriano werd vorig jaar december benaderd door een
politiefunctionaris. Deze kende de namen van een groot aan
tal agenten, die deel van de doodseskaders uitmaakten. Men
hield die informatie geheim, totdat in maart jongstleden de
gekozen sociaal-democraat Leonel Brizola het gouverneur
schap overnam. Sindsdien zijn tien leden van de doodseska
ders gearresteerd. Vele anderen zullen in de komende dagen
worden opgepakt.
In alle gevallen zijn de verdachten leden van de militaire po
litie die onder het mom van bestrijding van de kleine mis
daad in hun vrije tijd eigen rechter speelden, maar dikwijls
ook werkten in opdracht van bijvoorbeeld handelaars in ver
dovende middelen en souteneurs. Met hulp van bisschop Hy
polito heeft de commissie talrijke getuigen van de moordpar
tijen kunnen verhoren. Deze durfden vroeger nooit hun
mond open te doen uit angst ook vermoord te worden. De bis
schop heeft nu met steun van de regering van Rio de Janeiro
de getuigen bescherming en geheimhouding beloofd.
Paus Johannes Paulus II zal
op zijn komende reis naar Po
len de Poolse pater karmeliet
Josef Kalinowski (1835 - 1907)
zalig spreken. Pater Kali
nowski is de beschermheilige
van degenen die verbannen
en geëmigreerd zijn. Hij leid
de in 1863 de mislukte op
stand van de Polen tegen de
Russen, waaraan ook een deel
van de Litouwse bevolking
deelnam. Nadat de opstand
was neergeslagen, werd hij
voor drie jaar naar Siberië
verbannen. Daarna mocht hij
niet direct naar Polen terug
keren. Hij week uit naar Oos
tenrijk, waar hij bijdroeg tot
de opbloei van de orde der
ongeschoeide karmelieten. Na
zijn terugkeer in Polen sticht
te hij een karmelietenklooster
in Wadowice, de geboorte
plaats van Karol Wojtyla, de
huidige paus.
De in de Tweede Wereld
oorlog zwaar beschadigde Au
gustijnenkerk te Erfurt, een
plaats in de DDR met veel
herinneringen aan Luther, is
weer opgebouwd en zal op 7
mei worden ingewijd. Dezelf
de dag worden ook de nog
bruikbare delen van het her
bouwde' Augustijnenklooster
voor het publiek opengesteld.
Dan gaat daar ook de perma
nente Luther-tentoonstelling
open. Omdat in dit Lutherjaar
zeer veel pelgrims langs Lu-
therplaatsen in Erfurt worden
verwacht, zijn voorzieningen
getroffen om elk uur een
rondleiding door het hele
complex te maken met naar
keuze een Duits of Engels
sprekende gids. Het klooster
blijft voor bezoek gesloten tij
dens het zesde internationale
congres voor onderzoek naar
Luther van 14 tot 21 augustus
en tijdens de Erfurter Luther-
dagen van 31 oktober tot 10
november van dit jaar. Dan
zijn er nog van 13 tot 16 juni
oecumenische ontmoetingsda
gen.
Tot voorzitter van „Wilde
Ganzen" is als opvolger van
de heer J. F. Samsom uit
Noordwijk benoemd de heer
J. van Ós van den Abeelen.
De heer Van Os is voorzitter
geweest van het college van
bestuur van de Erasmus-uni
versiteit te Rotterdam en be
kleedt diverse functies op het
terrein van kerkelijke en so
ciale arbeid, waaronder het
voorzitterschap van de cen
trale kerkeraad van de her
vormde gemeente te Rotter
dam. De heer Samsom is van
af 1978 voorzitter geweest en
nam afscheid wegens zijn
leeftijd. „Wilde Ganzen" is
een breed oecumenisch opge-
zette particuliere stichting, die
in de Derde Wereld eenmalig
financiële hulp verleent in
acute noodgevallen. Zij krijgt
haar inkomsten via een door
de radio georganiseerde col
lecte aan het eind van uitzen
dingen van de Interkerkelijke
Omroep Nederland IKON op
zondag.
Op een in Bari gehouden
congres heeft de voorzitter
van het pauselijke instituut
voor huwelijk en gezin, mgr
Carlo Caffara, nog eens dui
delijk onderstreept, dat het
ongeoorloofd is voor rooms-
-katholieken, over te gaan tot
kunstmatige bevruchting „in
de reageerbuis". Caffara
sprak tot rond vierhonderd
gynaecologen en vroedvrou
wen uit verscheidene landen.
Hij zei, dat alleen het ge
slachtsverkeer binnen een
huwelijk ethisch gezien als
geoorloofd kan worden be
schouwd om menselijk leven
te verwekken.
Bisschop
Michigan kiest
letterlijk voor
kerk onderweg
De rooms-katholieke bis
schop Kenneth e. Untener
(45) van Saginaw in de Ame
rikaanse staat Michigan, is
een gelukkig mens. Met al
zijn aardse bezittingen ver
pakt in drie reistassen en een
plunjezak, trekt hij al twee
jaar van pastorie naar pasto
rie in zijn bisdom. Hij heeft
geen huis, zelfs geen heel
klein, alleen een werkkamer
met wat boeken. Het grote
herenhuis waar hij voorheen
woonde en dat drieëntwintig
kamers telt, wordt opgeknapt
en staat te koop voor een half
miljoen gulden.
De bisschop zegt, dat hij in de
twintig jaar van zijn priester
schap nog nooit een besluit
heeft genomen, waarop zo
overweldigend veel positieve
reacties zijn gekomen. „Hoe
langer ik rondtrek, hoe meer
ik de overtuiging krijg dat ik
daarmee zal doorgaan", zegt
hij. Als geweldig voordeel
van zijn zwervend bestaan
ziet bisschop Untener, dat hij
veel nauwer bij de specifieke
problemen van een parochie
wordt betrokken dan anders
ooit mogelijk zou zijn ge
weest. De tijd die met reizen
verstrijkt gebruikt hij, om uit
de auto met zijn secretaris te
telefoneren of het dicteerap-
paraat te gebruiken. „Soms
verzet ik dan meer werk dan
in een werkkamer mogelijk
zou zijn", verklaart bisschop
Untener.
Als allergrootste voordeel
van zijn leefwijze ziet de bis
schop het feit, dat hij zijn
pastoors goed leert kennen
met hun sterke en zwakke
punten. En bovendien is het
dagelijkse menselijke contact
veel gemakkelijker te leggen.
De bisschop had eerst ge
dacht, dat het vervoeren van
zijn bagage het moeilijkste
deel van het trekkersleven
zou zijn. „Maar ik heb ge
leerd, dat ik veel dingen kan
missen en omdat ik zelf de
was doe, hoef ik ook niet
veel verschoningen mee te
nemen". Hij gelooft niet, dat
andere bisschoppen zijn
voorbeeld zullen volgen.
„Trouwens", zegt hij, „als je
in een vreemd bed maar ligt
te woelen moet je er nooit
aan beginnen".
leeft
erinj
VlA het (bij eerdere gelegenheden) tenten opsla jdsn
omspitten van voortuintjes van ministers, zijn jeugd itrag
voerders inmiddels beland bij het bekladden van Jroor
het inslaan van een ruitje en het binnendringen vaP^ *s
ning om de koelkast te plunderen. Er zijn weinigf^
voor nodig om een standpunt in te nemen: zo'n „buif ^ee
mentaire actie" gaat uiteraard alle perken te buitenflage
scherp veroordeeld te worden. nten
Dat vinden wij uiteraard niet omdat het nu toet
de woning van een hard werkende en sociaal zeer"
minister gaat. Geen enkele bewindsman, van welk
dan ook, mag het slachtoffer worden van dit soort
dige pesterijen. Dat geldt evenzeer voor kamerlei
welke partij dan ook), gemeentebestuurders, vakb
sen, enzovoort. In een rechtsstaat als de onze staan
andere wegen open om tegen vermeend onrecht 1
maken. De rechter zal dat de bij de rel in Voorsclj
trokken jongelui ook wel duidelijk maken.
Het is daarnaast zinvol zich af te vragen hoe jon
zo'n, wellicht wat uit de hand gelopen actie komenl
leen de afschuwelijke jeugdwerkloosheid en in het
de moeilijke economische omstandigheden spelen da
rol, maar ongetwijfeld ook de manier waarop somir
nen daarop te moeten inhaken. De betrokken jonge!
gaandeweg wellicht tot de conclusie zijn gekomei.
„voor een dubbeltje zijn geboren, maar voor een k\T
pakt". Als niet duidelijk „nee" gezegd wordt tegen c
vormen van burgerlijke ongehoorzaamheid, dan
moeilijk ergens een grens te trekken.
Maar evenzeer zal een gouden handdruk voor
directielid van een bedrijf, waar velen zonder meerl
moeten worden gezet, een ról spelen bij de oordeel
van talrijke landgenoten, die in de huidige barre oi
heden in grote moeilijkheden komen te verkeren,
ook voor het zwarte geld, dat na de acties van de
nu in een verontrustend groot aantal briefjes van di
grens overgaat naar voor dit kwalijke doel veilige^
in het buitenland. In deze zin ligt de medeverantwi
heid voor een kwalijke actie zoals die in Voorsch<
verspreid. Die vormt echter niet meer dan een v<
geen excuus.
I
Met de volgende schepen kan zee
post worden verzonden. De data,
waarop de correspondentie uiterlijk
per post moet zijn bezorgd, staan
achter de naam van het schip ver-
Argentlnlë ms. „Alhena" 20 april
Australië ms „Flinders Bay" 22 april
Brazilië ms „Alhena" 20 april
Canada wekelijkse afvaart
Irsraël ms „Raqefet" 20 april
|ipe
par
)WOi
lans
jke
larv
Japan ms „Kowloon Bay"t®*
Kenya, Oeganda, Tanzanlr ®n'
21 april de
Ned. Antillen ms „Authcjinm
stad. Oranjestad f hi
Nleuw-Zeeland ms „Mairainn
19 april
Verenigde Staten van Anfen
lantlc Saga" rege
Zuld-Afrika (Rep.) „S.A. Sf val
20 april (aar
ZONNIG
LENTE
De Bilt-KNMI Hf
morgen droog t
Een krachtig hogedrii
dat vandaag ten wesl
Frankrijk lag trekt
zuidoosten, richting Ié
wind, die matig is dra
het zuiden en voert lij,
waarin de middagtemi
het binnenland p|
tot 19 graden kan stijg^N
Door de aanvoer van j®8.1*
over het koude water® 's
Waddenzee, wordt he->en
Wadden-eilanden
warmer dan 12 gradenpd<
heldere hemel en weiiFJ*1
daalt de temperatuur \fen
tot ongeveer 4 graden.'
Amsterdam zw.bew.
Eelde regen
Spinazie-
aardappelsoep met
kaas en brood
russische bergen
vegetarisch
Voor twee personen hebt u
nodig: 0,5 kg aardappelen,
7,5 dl water, 1 groente
bouillontablet, 1 grote ui,
25 g boter, 500 g spinazie, 1
(liefst rode) paprika, zout,
peper, ketjap asin of tama-
ri, 100 g kaas (soort naar
smaak), volkorenbrood;
6 lange vingers, jam, paar
lepels rum of marasquin
(of met water verdunde es
sence), 0,5 liter melk, 1 ei
erdooier, 20 g suiker, 20 g
maizena, pakje vanillesui
ker, 1 eiwit, 25 g suiker,
wat kleurig taartgarne-
ringstrooisel of vruchten-
hagelslag.
Kook de wat kleiner gesneden
aardappelen gaar in het water
met het bouillontablet en
stamp ze fijn. Fruit in een rui
me braadpan de fijngesneden
ui goudgeel in de boter. Bak de
goed uitgelekte en wat kleiner
gesneden spinazie mee tot ze
geslonken is. Doe er dan de
aardappel bouillon bij met de
kleingesneden paprika. Laat
de soep alleen nog maar aan
de kook komen en maak haar
op smaak met zout, peper, ket
jap asin of tamari. Zet voor ie
der op tafel een schaaltje met
kleine blokjes (of geraspte)
kaas en presenteer er vers of
geroosterd brood bij.
Breek de biscuits een keer
door, smeer er wat jam op,
maak er twee ruwe stapeltjes
van en sprenkel daarover wat
rum of marasquin. Zet de helft
van de melk op, roer de eier
dooier stevig met de suiker,
voeg maizena en weinig koude
melk toe en schenk bij dit pap-,
je wat hete melk, doe dit
mengsel in de pan en laat het
al roerende even doorkoken.
Voeg van het vuur de overige
koude melk en vanillesuiker
toe. Schenk de afgekoelde vla
over de biscuits, garneer het
met suiker stijfgeslagen eiwit
en strooi daarover iets strooisel
of hagelslag.
JEANNE
DEN HAAG Het is een bekend feit, dat het aan
tal echtscheidingen hand over hand toeneemt. We
zien dat niet alleen in onze eigen omgeving, maar
de statistieken wijzen het ook heel duidelijk uit. In
zijn boekje „Scheiden en begeleiden" geeft prof.dr.
Coert H. Lindijer er de volgende cijfers per 10.000
bestaande huwelijken:
1919
13,1
1959
21,9
1974
58
1929
18,8
1969
29,9
1975
60,1
1939
18,6
1970
33,2
1976
61,9
1945
24,3
1971
36,5
1977
63,4
1946
52,9
1972
46,3
1978
65,4
1949
33,6
1973
54,8
1979
69,5
(Opvallend zijn de „sprongen" in 1946 en 1972, maar deze
zijn wel te verklaren; 1946 is het eerste volle jaar naar de
Tweede Wereldoorlog. Veel huwelijken bleken de crisis van
de oorlog niet te kunnen overleven. 1972 Is zo hoog, omdat
we in 1971 een verruiming in de echtscheidingsgronden kre
gen).
Nu lijken deze cijfers zo op het eerste oog helemaal niet zo
erg hoog. Maar dan vergeten we dat deze cijfers gezien wor
den tegen de achtergrond van (alle) bestaande huwelijken.
Het plaatje wordt heel anders, als we het aantal echtschei
dingen en huwelijkssluitingen in hetzelfde jaar naast elkaar
zetten.
jaar: huwelijken: scheidingen:
1976 97.041 20.889
1977 93.280 21.483
1978 89.090 22.257
1979 85.648 23.748
Het plaatje is inderdaad heel anders. Terwijl in 1976 één of
elke vijf gesloten huwelijken stuk breekt, is dat in 1979 al
meer dan één op elke vier. (In Amerika is het al één op elke
twee en in Californië bijna één op één).
Hoe moeten we deze toename zien? Is het alleen maar een
modeverschijnsel, dat vanzelf wel weer zal verdwijnen?
Onderzoek
Kort geleden zijn de resultaten bekend geworden van een
onderzoek, dat de Wageningse sociologe dr. Weeda in de af
gelopen jaren heeft verricht in opdracht van het voormalige
ministerie van CRM, Het onderzoek was niet gebaseerd op
allerlei statistische gegevens, maar ze heeft gesprekken ge
voerd met 167 gescheiden mensen, onder wie 62 ex-echtpa
ren. Haar conclusie is: echtscheiding is niet een modever
schijnsel, maar het ligt verankerd in onze moderne samenle
ving. Anders gezegd: het wordt door de samenleving als een
„normaal" verschijnsel geaccepteerd, het hoort erbij.
Vroeger was dat heel anders. In de jaren tot aan de Tweede
Wereldoorlog was echtscheiding iets, dat algemeen door de
samenleving veroordeeld werd. Het was niet alleen een
schande, maar ook een maatschappelijke, burgerlijke „zon
de". Wie scheidde, ging daarmee in tegen de algemeen aan
vaarde moraal en werd dan ook feitelijk als een paria be
schouwd en behandeld.
In de periode na de laatste oorlog is dat langer hoe sneller
veranderd. Dr. Weeda noemt in haar verslag verschillende
oorzaken: de groeiende veelzijdigheid in waardestelsels, de
materiële welvaart, de sociale voorzieningen, de toenemen
de waardering voor het individu en de aanwezigheid van al
ternatieven voor het huwelijk. Ook in andere studies komt
men deze zelfde faktoren tegen.
Dr. Lindijer noemt bijvoorbeeld ook de welvaart. Hij citeert
predikanten, die hem bij een onderzoek meedeelden, dat de
maatschappelijke welstand partners over het hoofd groeit en
dat mensen vaak meer willen en doen dan haalbaar is: de
vrouw jaagt haar man op; deze verwaarloost zijn vrouw om
door dag en nacht te werken steeds meer te verwerven.
Een bijzonder sterke factor blijkt in verschillende studies de
toenemende zucht naar eigen ontplooiing. Met name veel
Prof. K. Runia
vrouwen willen, onder invloed van de algemene emancipa
tiedrang, niet meer genoegen nemen met een functie in het
gezin alleen, maar zoeken mogelijkheden van zelfontplooi
ing. Veel huwelijken kunnen deze spanning niet verdragen
en breken er op stuk.
Andere visie
Een van de belangrijkste oorzaken kon wel eens zijn dat ve
len een andere visie op het huwelijk hebben. Men is in het
algemeen veel kritischer ten opzichte van het zgn. traditio
nele huwelijk geworden. Aan de ene kant verwacht men er
veel meer van. Men zoekt er een bijna ideaal partnerschap
in, waarbij de een de ander aanvult en waarbij tegelijk veel
ruimte blijft voor eigen ontplooiing. Aan de andere kant
staan we voor het feit dat, wanneer deze verwachtingen niet
vervuld worden, de teleurstelling des te groter is en men
vrij snel geneigd is om de band te verbreken en nieuwe mo
gelijkheden te zoeken.
Met opzet schrijf ik van nieuwe mogelijkheden in het meer
voud. Er zijn immers allerlei andere relaties naast het huwe
lijk. Het huwelijk is voor velen maar „een" mogelijkheid ge
worden, waarbij het nog helemaal niet vast staat of het wel
de beste mogelijkheid is. Waarom zou je bijv. eerst niet gaan
samenleven, om eens uit te proberen of je wel werkelijk bij
elkaar past? Er is ook de mogelijkheid van de zgn. LAT-re-
latie. Die uitdrukking komt uit de Engelse tall: living apart
together, d.w.z. je woont afzonderlijk, hebt elk je eigen huis,
maar komt zo nu en dan eens een avond en nacht samen om
van elkaar aanwezigheid te genieten. Ook hier speelt in de
regel de gedachte van eigen vrijheid en eigen mogelijkheid
tot ontplooiing de beslissende rol.
In ieder geval is het huwelijk voor velen niet meer een god
delijke instelling, maar eerder een maatschappelijk contract,
dat twee mensen afsluiten. Voldoet het goed, dan blijf je bij
elkaar. Voldoet het niet, dan is er de mogelijkheid om het
contract te verbreken en in vrijheid te zoeken naar andere
oplossingen.
Op grond van deze gegevens vrees ik dat dr. Weeda gelijk
heeft, wanneer ze zegt dat echtscheiding niet een modever
schijnsel is, dat vanzelf wel weer verdwijnen zal. Het is eer
der een cultuurverschijnsel. Het is een vast onderdeel van
onze westerse cultuur geworden, een onderdeel dat eerder
zal toenemen dan afnemen.
Helaas komt ook onder christenen in toenemende mate het
verschijnsel van echtscheiding voor. De statistieken laten
ook dit duidelijk zien. In het geval dat beide echtgenoten
hervormd waren is er in de periode van 19651979 een ver
dubbeling opgetreden; in het geval van de gereformeerden
en rooms-katholieken bijna een verviervoudiging! (Dat laat
ste vindt zijn oorzaak in het feit, dat onder gereformeerden
en rooms-katholieken jarenlang de traditionele visie op het
huwelijk een groter tegenwicht heeft gevormd. Maar ze zijn
de laatste jaren druk bezig de „schade" in te halen).
Wel is het zo dat de toename bij onkerkelijken nog veel
sneller gaat (in dezelfde periode een vervijfvoudiging), maar
het is duidelijk dat de tendens onder christenen dezelfde is
als overal elders: er komen hoe langer hoe meer gevallen
van echtscheiding voor. Wat vooral ook opvalt in de laatste
jaren is, dat zoveel predikanten bij echtscheiding betrokken
zijn. Ongetwijfeld hangt dit samen met het feit, dat juist in
onze tijd het predikantswerk geweldig moeilijk is en vaak
een zware druk op het gezin en op het huwelijk van de pre
dikant uitoefent.
Toch denk ik dat we helemaal fout zouden gaan wanneer
we als gelovigen echtscheiding ook maar als een nu eenmaal
bestaand cultuurverschijnsel gaan aanvaarden. Als gelovi
gen zullen we nooit mogen vergeten dat de Schrift echt
scheiding duidelijk afwijst. Niemand heeft dat scherper ge
daan dan onze Heer Jezus Christus. Nadrukkelijk heeft Hij
gezegd, dat echtscheiding helemaal tegen Gods bedoeling
met het huwelijk ingaat. Tegenover het beroep van de Fari
zeeën op de echtscheidingsmogelijkheden die de wet van
Mozes bood, zei Hij: „van den beginne is het niet zo ge
weest".
Uiteraard wil ik hiermee niet zeggen dat gelovigen onder
geen enkele omstandigheid mogen scheiden. Er kunnen (he
laas) situaties zijn dat het beter is dat mensen elkaar verla
ten, omdat het bij elkaar blijven grotere zonde meebrengt
dan het elkaar verlaten. Maar als christenen kunnen we ons
er nooit bij neerleggen als een aanvaardbaar cultuurver
schijnsel. Daarvoor is het huwelijk een te kostbaar geschenk
van God. Juist christenen zullen daar zuinig op willen zijn.
K. RUNIA
(Prof. dr K. Runia is hoogleraar aan de theologische hoge
school voor de Gereformeerde Kerken in Kampen)
"W
'es
Barcelona
Berlijn
Frankfort
Genêve
Helsinki
Innsbruck
Klagenfurt h.bew.
Kopenhagen regen
Londen
Luxemburg
BIJLAGE BIJ UW KRANTPpr
INFORMATIE OVER FILMS.lk.
THEATER. RECREATIE. EXPlfcyir
EN EEN COMPLETE AGE*,1