BENNINK TENNIS Een WaarBorg voor het Beste. IEDERE LES, EEN SMASH...... HAN LACOURT „Eerste klasse haalbaar, hoofdklasse nog ver weg" Importeur: Piet Vëentjer Sport bv.-Noordwijk ZH-telefoon 01719-16600 JAQUEUNE V. WIJK KATWIJK AAN ZEE BAHLMANN SPORT 98.- 39.- BAHLMANN SPORT Welk belang Unicum dient, is me een raadsel" JW 17*1 ivy avyjrtr^ voor normaal, midsize en oversize tennisrackets in kunststof, metaal en natuurlijk hout. Kampioene; Match masters '82 Houdster van de; Jaap Noordmanschaal Zegt over Autorijschool ff HAN LACOURT In één keer behaalde ik op 21-2-83 m'n rijbewijs BE in slechts 18 rijlessen. Ik durf te stellen dat dit voornamelijk is te danken aan hun vakkundige en prettige rijopleiding. En om in tennistermen te blijven, bij Han Lacourt is; Jaq van Wijk JJ De enige In Lelden ANWB erkende Auto- en Motorrijschool Maresingel 56 - Tel. 212902 - Leiden autorijschool Voor aanleg en Onderhoud Tennisbanen. Levering Inrichting en Onderhoudsmaterialen. Reparatie en Vernieuwing Hekwerk. Verbouwingsmaterialen alsmede plavuizen. Tegels enz. voor Kantines. Hoofdstraat 130, Leiderdorp. Tel.: 071-895420/411269. Lawn Tennis Club „ZEE EN DUIN" Op korte afstand gelegen van het strand en de duinen ligt het tennispark „Duinlust' aan de Sportlaan te Katwijk aan Zee. Voor een gering aantal tennisliefhebbers (senioren - c.q. junioren) is er nog de mogelijkheid om zich op te geven als lid voor het zomerseizoen. Snel opgeven bij J. Groeneveld, Postbus 52 222G AB Katwijk aan Zee. Tel 01718-22655. Interessante mogelijkheden voor tennis- lessen bij onze tennisleraar Ton Luykx. Kies prijsbewust voor kwaliteit SNAUWAERT Snauwaert Mld Een .Mid'-racket van Snauwaert voor een ongelooflijk lage prijs... en dat inklusief de hoesl Exklusief voor Sportpoint. Racket met hoes: van 169.- Grote sortering in tennisrackets in de merken: SNAUWAERT DUNLOP FISHER. VOLKL SLAZENGER v Komplete kolleklie tenniskleding, merken: Robey RucanorFlla Elease La Coq Sportit jAdidaa in alle prijsklaaaen. Pieter Doelmanstraat 4-6 - Alphen aan den Rijn Telefoon 01720-72152 uitschakeling in de halve eindstrijd of, heel misschien, een verrassende tweede plek, zat er voor beiden toch niet in. Jacqueline van Wijk mocht zich dan twee weken uiterst consciëntieus op het alles afsluitende gebeuren op Unicum hebben voorbereid, de kans dat de Voorschotense scholiere Ingelise Driehuis en (vooral) Miriam de Groot zou kunnen voorblijven, diende toch als uiterst miniem te worden In Jacqueline van Wijk en Herman van der Capellen mocht het tennisdistrict Leiden vorig jaar twee opmerkelijke ,,Masterplayers" begroeten. Natuurlijk: Jacqueline van Wijk en de middelste van de tennissende Van der Capellen-broeders werden vooraf door alle zichzelf insiders noemende tennisliefhebbers in actie verwacht op de finaledag. Maar meer dan een eervolle ingeschat. Zoèis ook Herman van der Capellen, ondanks zijn Masters-titel in 1980, de alles beslissende eindfase zeker niet als de grote favoriet zou aanvangen. Hans Tönjann was daarvoor op de belangrijke momenten (Districtstitelstrijd, Noordwijk, Roomburg) te nadrukkelijk aanwezig geweest, terwijl nationale Ei- toppers als Jos Koemans en Marco Winter in de prognoses eveneens hoger waren ingeschaald. Omdat Jacqueline van Wijk echter juist die zondag de beste partijen ,,die ik ooit heb PAGINA 3 VRIJDAG 15 APRIL 1983 gespeeld" afwerkte en Herman van der Capellen door de voorrondezege op Frans Grimbergen zijn zelfvertrouwen hervond om ,,drie uur lang geconcentreerd het goede spelletje" te spelen, belandden beide titels bij het (op dat moment nog) voor Forescate spelende tweetal. Het winnen van de Match/Masters is een van de redenen waarom in deze tenniskrant uitgebreid aandacht wordt besteed aan dit duo, de overgang van Forescate naar Unicum, een tweede, minstens even belangrijke. DE „MASTERS" EN DE OVERGANG: „Of we zouden met z'n tweeën bij .Forescate blijven, of we zouden met z'n tweeën op stappen. In ieder geval wilden we weer samen de competitie in". LEIDEN Jacqueline van Wijk en Herman van der Capellen bleven ook na het veroveren van de Masterstitels immers in het tennisnieuws. Een maand nadat de begeerde eerste plaatsen een feit waren geworden, werd officieel bekend dat Jacqueline van Wijk en Herman van der Capellen komend seizoen niet meer voor forescate, maar voor Unicum zullen uitkomen. Een overgang die niet van de ene op de andere dag een feit was, vertelt Van der Capellen. „Wij wilden in principe helemaal niet bij Forescate weg, we wilden alleen maar proberen een team bij elkaar te krijgen dat de eerste klasse zou kunnen halen. Om dat doel te bereiken, zijn we op zoek gegaan naar een sterke dame en een sterke heer. Jammer genoeg kregen we die niet naar Forescate toe". Nadat ook gesprekken tussen de besturen van Forescate en Unicum, waarin de mogelijkheid van een samenwerkingsverband werd besproken, niets hadden opgeleverd, besloot het tweetal tot de overgang naar de zo aan de weg timmerende Leidse vereniging. Een beslissing waar Jacqueline van Wijk geen spijt van heeft, al was het dan een moeilijk besluit. „Ik ben vanaf m'n negende lid geweest van Forescate, zo'n overstap is dan niet niets. Aan de andere kant wilde ik graag proberen om in competitieverband wat hoger op te komen en met Unicum lijkt dat dit seizoen mogelijk". Dat de stap gezamenlijk werd gezet, is geen toeval. «Herman: „Of we zouden met z'n tweeën bij Forescate blijven, of we zouden met z'n tweeën opstappen. In ieder geval wilden we weer samen de competitie in". Om aan die doelstelling te kunnen voldoen, diende Jacqueline van Wijk overigens een hoofdklasse-aanbod van Racketeers naast zich neer te leggen. „Maar dat kostte me toch niet zoveel moeite. Behalve hoog spelen, wil ik beslist ook in een team spelen waarin plaats is voor gezelligheid. Nu, met Herman, bij Unicum moet het in principe mogelijk zijn op een gezellige manier zo goed mogelijk te presteren". Een optimistische toekomstvisie die niet wegneemt dat de Voorschotense, die op haar negende met tennissen begon, wel degelijk de aan de overstap verbonden negatieve kanten onderkent. Waar de tweevoudige Masters-winnaar voornamelijk voordelen ziet („Veel sterke spelers op hetzelfde park betekent dat je gemakkelijker een gelijkwaardige tegenstander vindt om mee te trainen"), stelt zij het niet alleen voor Forescate jammer te vinden dat het zo is gelopen. „De top bij de dames wordt nu vrijwel volledig door speelsters van Unicum gevormd, waardoor de onderlinge competitie binnen het district eigenlijk niet meer aanwezig is. Daarbij hoeft het naar mijn idee niet uitsluitend voordelig te zijn dat alle goede speelsters bij dezelfde club zijn verzameld. Je ziet elkaar dan het hele seizoen door. Eerst op de club, dan in de competitie en daarna nog eens op de toernooien, waarbij je dan weer eikaars tegenstandster bent. Maar begrijp me niet verkeerd hoor, het zijn geen onoverkomenlijke bezwaren. Daarbij trekt het idee me bijzonder dat er in Leiden een echte topclub zou kunnen ontstaan". Of Unicum inderdaad ook tot een topclub zal uitgroeien, is voor beiden nog een vraag. Jacqueline van Wijk spreekt over een proefjaar („Van een vijfjarenplan of zo is geen sprake"), terwijl Van der Capellen betwijfelt of Unicum met het huidige spelersmateriaal de hoofdklasse zal kunnen bereiken: „Zeker als het team een echt team blijkt te zijn, is de eerste klasse beslist haalbaar. Maar of we met dezelfde ploeg dan ook nog eens de hoofdklasse zouden kunnen bereiken, vraag ik me toch af. Op dit moment lijken de heren me daar in ieder geval nog niet sterk genoeg voor". Districtstitel Behalve de met Ingelise Driehuis, Hans Tönjann en Freek van der Capellen te bewerkstelligen promotie naar de eerste klasse, heeft met name de nu weer op het oude Unicum-nest teruggekeerde Van der Capellen, nog wel degelijk individuele tennisdoelen op het oog. „Ik wil", zo stelt hij, „nu eindelijk wel eens een keer districtskampioen worden. Ik ben nu twee keer Master geweest, heb vorig jaar een absoluut topjaar gedraaid, maar dat toernooi heb ik nog nooit gewonnen. Ik hoop dat die titel er dit keer nu wel inzit, ook al omdat de winnaar door het district wordt uitgezonden naar de nationale B- kampioenschappen. Dat is een ervaring die ik graag nog een keer wil meemaken". In tegenstelling tot de nu 27-jarige Van der Capellen, heeft de dit jaar (door haar leeftijd) uit fase vier gerolde Jacqueline van Wijk, niet direct een individueel doel voor ogen. Op de tennisbaan tenminste niet. „Ik zou best wel eens willen proberen op nationaal niveau aardig te gaan meedraaien. Maar om dat doel te bereiken, zal ik nogal wat uren in het tennis moeten gaan stoppen. Op zich heb ik daar geen problemen mee, maar op dit moment zit dat er door mijn school gewoon niet in. Ik moet volgend jaar eindexamen Gymnasium doen en omdat ik geen acht jaar op die school wil doorbrengen, zal dat papiertje voor '84 mijn hoofddoel zijn. En om er dan nu keihard tegenaan te gaan op de tennisbaan, om van de winter weer bijna niets te doen, dat zie ik niet zo zitten. Is naar mijn idee tamelijk zinloos. Al betekent dat voor de komende zomer beslist niet dat ik uitsluitend voor m'n lol ga tennissen. Die extra-uren mogen er dan dit seizoen misschien nog niet inzitten, de gebruikelijke uren zal ik zeker maken. Ik moet ook wel. Als ik drie dagen geen racket in mijn handen heb gehad, hou ik het niet meer..." Een instelling die ook mede- Master Herman van der Capellen typeert. Het mag dan ook geen boude veronderstelling heten te beweren dat beide „meesters" ook komend seizoen weer nadrukkelijk aanwezig zullen zijn. In de singles, maar zeker ook in de mixed. „Want", sluit Van der Capellen, namens het nu vier jaar samen dubbelende tweetal af, ,lk ben ervan overtuigd dat we op dat onderdeel in de nationale B-top thuishoren. Dan is het eigenlijk toch te gek dat we in de mixed nog nooit een groot toernooi hebben gewonnen?" Waarvan acte. RIK MEYER, VICE-VOORZITTER VAN „LEEGGELOPEN" FORESCATE: Rik Meyer: „Ik ben optimistich van aard, i nu zie ik het somber i VOORSCHOTEN De Masters" zijn bij Forescate weg en In Voorschoten is men daar niet blij mee. Voorat omdat nu, met het vorig jaar gekroonde koppel, ook Bub van der Zee (naar Roomburg) en Bob van O ver bee ke (te druk met z'n werk) niet op overgangsklasse A niveau zullen uitkomen, de Voorschotense vereniging zonder spelers voor het eerste team zit. De in de loop van afgelopen jaar onder meer door vice- voorzitter Rik Meyer („Ik ben optimistisch van aard, maar nu zie ik het toch somber in") ondernomen pogingen om een samenwerking met Unicum op te bouwen, zijn gestrand. De Forescate- bestuurder:,,Toen die spelers weggingen voorzagen wij problemen om het team op te vullen. Wij hebben toen contact opgenomen met de technische commissie van Unicum. Het was vervelend, dat alles zich op Unicum concentreerde. Ons idee was te zoeken naar een opzet, waarin het aanwezige spelersmateriaal over beide verenigingen zou worden verdeeld, zodat ook Forescate zich zou kunnen handhaven op overgangsklasse A niveau. Wij hebben met Lodewijk Kallenberg gesproken. In eerste instantie zag het er goed uit, maar het is toch misgelopen. Kennelijk heeft het bestuur van Unicum de zaak afgewezen". „Er gaat een enorme aantrekkingskracht van Unicum uit, daarbij staat men er daar zeker niet afwijzend tegenover, wanneer mensen zich aanmelden. Het is opvallend, dat iedere jeugdige speler die vooruit gaat, zich bij Unicum aanmeldt. Het is een ontwikkeling, die Unicum eerder moet tegengaan dan bevorderen. Er ontstaat zo een enorme concentratie van topspelers, welk belang ze er mee dienen, Js me een raadsel. Wanneer ze zouden zeggen, laten we er naar streven in Leiden één eredivisieplaats te bereiken, heb ik er vrede mee, maar wanneer het gaat om o vergangs A niveau, zie ik het niet zitten". „We voelen er weinig voor om met een te zwak team aan de competitie te beginnen. Dat is voor de spelers van ons en die van de tegenpartij niet leuk. Aan de andere kant houden we na degradatie wei overgangsklasse B niveau over en daar hebben we wel spelers voor".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 26