tü3ÜUil3 ündermode geïmpiree^ oi^ volwassenen MA DONDERDAG 17 MAART 1983 rajasje op ja van (te katoen en iem in [rasterend jt-wit leer. Het wen hemd [open aan de j(Corneliani). De kleurige vrijetijdskleding „Bugatti" is uitgevoerd in diverse vrolijke tinten, Als er dit lente- en komend zo merseizoen voor de man al van een „pak" sprake is, dan is dat van een superelegant model. Er horen chique accessoires bij: een gouden of zilveren „boord- speld", pochettes, zelfs man chetknopen. Het totaalbeeld is „af" Er wordt heel veel met kleur gewerkt. Truien, hemden, colberts en (losse) broeken zijn vrolijk getint of juist bleek, maar dan zit er ergens wel een fel gekleurd accent. Enerzijds heeft de man anno 1983 te ma ken met het „lichte beeld", bij voorbeeld wit met (licht)blauw of rood. Maar daarnaast winnen de zogenaamde „summerdarks" (donkere zomerkleuren) veld. Hierbij zijn veel keramiek- en aardekleuren, maar ook „aange brande" tinten: roest tot diep terracotta. Combinaties horen er nog zeker bij, maar niet meer altijd „kleur op kleur" (ton sur ton). Eerder pakt men één kleur van het col bert op, waarin de pantalon wordt uitgevoerd. De materia len geven deze trend al aan, want er zijn veel stofmixen. De schouderlijn van het colbert is natuurlijk, alleen de revers heb ben een langere „spiegel" (de inkeping die een revers in tweeén deelt). Behalve de ge mixte stoffen zal de man ko mend seizoen veel effen, twee kleurige of gestreepte katoenen spullen dragen, whipcord en canvas. In de sportieve sector zien we minder dandy-achtige kleren: shirts met open hals, stoere -Clark-Gableblousons. Fred-Astairebroeken met zwab- berpijpen en dwars gestreepte T-shirts. Uitbundig van kleur. Kortom: in de herenmode be halve het mooie pak van de tv- omroeper, de succesvolle zaken man of winkelier, vrijheid blij heid voor de man die (zoge naamd) onverschillig staat te genover de mode, maar toch op zijn tellen past Vrijetijdshemd met smalle revers en brede strepen (65 procent polyester, 35 procent katoen) in blauw-groen-wit, marine-rood-wit, donker- en lichtblauw-wit (Schiesser). Mac.Gregor- ensemble, bestaande uit lichtgewicht jasje op verticaal gestreept hemd van kaasdoek. Jeans „Sevilla" bestaande uit twee derde polyester en een derde katoen. Er hoort een strohoed bij met breed zijden lint. Meneer rechts gaat een balletje slaan en de vriendin kijkt toe. Leuke kleding voor de kinderen als ze mee naar de tennisbaan mogen. Kleuter jeanspak met grote appliquaties en schoteltjes- knopen. Elastiek in de broekspijpen (C A). lenomen van pa en ma: asymmetrische sluitingen in de shirts en zak- rking in de pantalons. Dit is ook handig. Zo stop je nog eens een je weg... Twee modellen uit de showroom van de firma Nelissen, "tiecentrum Amsterdam. De jeugd zal er in de komen de lente en zomer weer fleu rig en kleurig bij kunnen lo pen. Naast de spullen van spijkergoed, niet weg te den ken uit de kindermode, gaan kleine meisjes er meer dan ooit uitzien als kleine dame tjes. De jurkjes worden weer mode. En de nieuwe japonne tjes kunnen voor de weer in zwang komende kinderpartij tjes gebruikt worden. Frankrijk brengt een fijn kleurengamma met veel tur- qoise, diepgeel en vrolijk roze. Veel stoffen bestaan uit drie kwart katoen en een kwart polyester. De tailles zijn ver laagd en het bovenstukje wordt vaak gerimpeld aan een pas gezet. Strepen in ver schillende breedtes zijn ge liefd voor jongens-(shirtjes) en meisjeskleding. De kleine ke reltjes dragen veel bermuda's of lange jeansbroeken, met in drukwekkende bretels. Zowel voor de kleintjes als de gro ten: blousons; vijf- tot achtja rigen dragen vaak pakjes met omgeslagen broekspijpen; hoogste klassertjes basisschool sweatshirts in twee hoofd kleuren. Blousons zijn er voor alle leef tijden. Voor zonnige dagen schattige prints bij zonnejurk- jes van honderd procent ka toen imprimé veelal in ge bleekte pastels. Kindermode laat zich altijd inspireren door de mode voor volwassenen. Zo moeder, zo dochter; zo va der, zo zoon. Fijne zomerkleren voor kinde ren van 3-16 jaar. Het korte salopetje (geheel rechts) is ge maakt uit katoenen „Irretrex". De schoenmode loopt parallel met de kle- dingmode. In de „neuzen" is niet veel verandering gekomen, die mogen de vorm hebben van een ei, een eendesnavel of een halfvolle maan; het nieuws zit in de hak. Hierin is keuze tussen zeven cen timeter hoog en smal („queenie"), of plat als de zool van een babyschoen. Noem ze ballerina's in alternatieve variaties. Soms hebben ze rubberen zolen of worden leren banden over de wreef gecombineerd met rubber. De hielen zijn open of dicht.Ver schillende materialen worden nogal eens samengevoegd, zoals nylon met linnen en touw met leer. Tot een belangrijke groep hoort de pump; pumps hebben een nieuwe hol-bol-hak. maar dit is ellendig lopen, zodat men daarvan wel zal terugkomen Hij heet „banaan" en ziet er ook zo uit. Romeins aandoende sandalen zijn er veel, maar ze zijn niet direct nieuw. Ze zijn wel elegan ter dan vroeger en er bestaan nogal wat variaties in: de ene sandaal is de andere niet. Ze stiefelen door het stadsverkeer, over de sportvelden, zijn chique met hoge re hakken of zijn toegerust met de oude, vertrouwde sleehak. De lange afstand tus sen stadsmode en sportieve mode is over-" brugd door het zuivere sportieve schoeisel- baseball. tennis) al zijn die modellen waC rustiger geworden. Veel combinaties in dit schoeisel van zwart met wit. Laarzen ko men ook voor in de zomerbagage als en~-I kellaarsjes in nylon met open teen en* neus (serveersterslaarzen, steungevend en" toch koel). De zomerlaarzen zijn in het dragen na tuurlijk warmer dan een open sandaletje.1 maar om hier iets aan te doen maakt de" schoenontwerper ze van grove textiel als^ jute, denim, tentdoek. De kleuren zijn uit=. bundigEen waar scala van pasteltinten - voor wat teerdere schoentjes; verder veel" zwart, geel, violet, purper en groen voor" de avant-garde. Of twee van deze kleuren gecombineerd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 31