IJf Blokker: de artiest zon der beroep BINNENLAND Nederlandse Vrijgezellenbond op weg naar nieuw elan Het kneedbc recht in Italië CeidaeSou/uwit DINSDAG 8 MAART 1983 Pt HILVERSUM Ooit verrijk te hij de Nederlandse taal met het onnavolgbare „pollens". Een krachtterm die zich ver der niet laat omschrijven, maar die in het midden van de jaren zeventig veelvuldig werd gebruikt. Hij kwam uit de mond van IJf Blokker die gestalte gaf aan het verschijn sel Barend Servet. De „Servet" van toen is inmiddels een tafellaken in omroepland. Blokker deed mee aan „de Taai- straat" en beleeft een rentree als presentator van „Puur Natuur". Daarnaast vertolkt hij een rol in de serie „Een man alleen" en of dat nog niet genoeg is staat hij dage lijks op de planken in „De Jantjes", dat momenteel volle zalen trekt. Tussen de bedrijven door tekent hij strips en portretten. Zo nu en dan werpt hij zich voorts op enig recla- mewerk en als het tijd is om stoom af te blazen stapt hij op de racefiets. Een druk bezet man, die IJf Blok ker, die ondanks zijn 52 jaar een bijzonder jonge indruk maakt. Als we hem bij het foto's nemen vragen om karakteristiek op zijn hoofd te krabben, weigert hij reso luut. „Nee, daar begin ik niet meer aan. Dat doet me te veel aan Servet denken en dat moet nu maar eens afgelopen zijn. Laten we het over het heden en de toekomst hebben". Barend Servet is dood, leve IJf Blokker. „Ach, ik weet het best, ik heb veel aan die rol te danken. Het heeft deuren geopend die mis schien wel gesloten zouden zijn ge bleven. Maar ik heb het toch ook niet meer over mijn leven als be roepsmuzikant. Ik heb alle facetten van dat vak gedaan en in '73 het slagwerk definitief ingepakt. Moet er niet meer aan denken om die boel weer uit te pakken. Altijd al een hekel aan gehad. Ik ben best een beetje lui, maar niet in mijn werk. Dat neem ik serieus. In mijn werk wil ik ook serieus worden ge nomen. Daarom ben ik ook blij met hetgeen ik op het ogenblik doe. Neem nu zo'n rol als Ruiter in „Een man alleen". Daarin speel ik gewoon IJf Blokker en dat is hele maal geen lolbroek. Wat Van Duin en Kraaykamp hebben, dat heb ik niet. Ben niet zo komisch. Heb wel een komische uitstraling. Dat zegt men tenminste". „Zou ook niet durven om de lol broek uit te hangen. Als ik ergens binnenkom en men denkt dat is la chen geblazen, dan klap ik dicht. Drempel In m'n eentje een vreemde kroeg binnenlopen durf ik niet. Kom die drempel niet over. In Amsterdam zijn twee kroegen waar ze me ken nen. Daar kom ik zo nu en dan al ben ik geen kroegloper. Voel me so-wie-so niet thuis waar veel men sen bij elkaar zijn. Boodschappen doen, daar heb ik een verschrikke lijke hekel aan. Druk verkeer, een ramp. Winkelcentra mijd ik als de pest. Ben nu eenmaal geen groeps- mens. Als kind was ik dat al niet. En dat heeft niets te maken met het feit dat ik wel eens herkend zou kunnen worden. Zolang ik her kend word, lig ik goed in de markt zeg ik altijd maar. Het is wel lastig, maar het hoort er nu eenmaal bij. Je moet aan je eigen winkeltje den ken, nietwaar. Maar zomaar als vreemde ergens naar binnenstap pen, nee. Dan weet ik geen hou ding te bepalen". „Als je op het toneel staat of een winkelcentrum opent, dan is het wat anders. Dan ben je aan het werk. Volle zalen, geen problemen. Ben niet anders gewend. Als muzi kant bij Snip en Snap en later bij Ted de Braak. En ook nu weer met de Janljes. Al is dat aan de andere kant een nieuwe ervaring voor me. Nog nooit heb ik in een toneelstuk gestaan. Nooys Volkstheater is mijn debuut. Speel Ome Gerrit, de pen sionhouder. We hebben ontzettend veel publiek. Geen krant die er be roerd over geschreven heeft en dat is te merken. Opvallend veel jonge mensen gaan er naar toe. De Jan tjes doodgespeeld? Nee hoor, Sha kespeare wordt toch ook nog steeds opgevoerd. Het loopt lekker. Voel me ook veilig in dat gezelschap. Moet er bijvoorbeeld niet aan den ken om in m'n eentje of met een paar man voor militairen op te tre den. Hou niet van die strijd met het publiek. Ik ben niet iemand die zegt, ik zal ze krijgen, de zaal moet plat". Subsidie „Dat neemt niet weg dat ik elke avond een bepaalde prestatie wil leveren. Ben erg plichtsgetrouw en zal er nooit met de pet naar gooien. Ik ben voor iets ingehuurd en doe het dan ook. Met de Jantjes gaan we in elk geval een half jaar door. Misschien wel langer, maar het punt is dat je hier met een vrije produktie te maken hebt. Geen cent subsidie. De zaal moet elke keer vol zitten willen de gebroe- I ders Nooy quitte spelen. Wil het echt winstgevend zijn dan zouden ze het dubbele voor een kaartje moeten vragen. Gaan we volgend jaar door dan is subsidie noodzake lijk en je weet hoe het tegenwoor dig met subsidie is". Toneelspelen betekent reizen. Is dat te combineren met tv-werk? „Natuurlijk wel. Ik ben gewend hard te werken. Als artiest geluk kig altijd veel werk gehad. Neem nu vandaag. Straks gaan we weer door met opnamen voor „Een man alleen" en daarna rij ik meteen door naar Motel Bunnik waar de bus me oppikt, 's Avonds weer te rug naar huis. Waar je ook bent in Nederland, later dan half twee ben ik niet thuis. En ik sta altijd voor achten op. Vanochtend ben ik-om kwart voor zéven opgestaan. De hele ochtend is dan voor mij. Over nachten buitenshuis doe ik zelden of nooit. Voel me ontheemd. Moet er niet aan denken. Dat vroege op staan is geen probleem. Weet ge woon niet beter. Heb net twee maanden repeteren achter de rug. Prima toch. Nooit te klagen gehad. Altijd van het een in het ander ge rold. Ben daar zeer blij mee". „Door dat vele werk kan ik het me permitteren wat selectief te werk te gaan. Heb rollen geweigerd. Ook bepaalde reclames weiger ik. In '57 j ben ik gestopt met roken en ik kan moeilijk reclame gaan maken voor sigaretten. Ik moet er wel achter kunnen staan. Maar ik zal niemand er kwaad op aankijken die het wel doet. Maar god zij dank ben ik in de gelukkige omstandigheid dat ik nee kan zeggen. Als de nood aan de man komt zou ik best wel een spot je willen doen. Stel je voor, dat je erg hard geld nodig hebt. Dan moet je wel. Zo principieel ben ik nu ook weer niet". Blokker: „Ik heet IJf, net als mijn vader. Voor zover ik weet ben ik de enige IJf in Nederland". Gek op taal „Doe ook wel reclamefilms die be drijven voor intern gebruik laten maken. Verder ben ik gek op taal. Heb ooit een cursus bargoens voor beginners geschreven. Aan poëzie heb ik altijd al gedaan. Ook voor dat ik bekend werd. Maar door dat bekend zijn werd ik eerder geac cepteerd. Maar om nu te zeggen dat ik een dichter ben, nee. Dat gaat me te ver. Ik schrijf gewoon op wat me te binnen schiet. Noem het maar rijmelarij". Onlangs trakteerde Blokker de kij kers van Puur Natuur nog op één van zijn verzen. „Een geintje. Had eigenlijk niets met het programma te maken, maar grappig was het wel. Het gedicht De Dood. „De Dood. Niks aan te doen". Simpeler kan het niet, hè. Maar om dit nu echte poëzie te noemen. Ik weet het niet. Hetzelfde geldt voor to neelspelen, maar dat wil nog niet zeggen dat ik een echte acteur ben. Ik houd me bezig met amusement. Laten we het daar maar op hou den". Een geheel andere bezigheid van Blokker speelt zich op de fiets af. Al fietsend bevindt hij zich dan in een zeer select gezelschap. Dries van Agt, Tonny Eijck en Fred Os- ter maken deel uit van Blokkers rijwielmakkers. „Door al die druk ke werkzaamheden heb ik twee maanden praktisch niet kunnen fietsen. Maar normaal fiets ik vijf tig tot zestig kilometer per dag. En prestatiegericht. Hoewel ik geen li centie heb, rijd ik wel in wedstrij den mee-en daarin wil ik goed voor de dag komen. Aan de andere kant is het pure ontspanning. Heb ik het heel druk gehad en is mijn humeur niet wat het wezen moet, dan stuurt mijn vrouw me wel eens de straat op. Ga maar lekker fietsen, zegt ze dan". „In de maanden april tot en met september komen we eenmaal per maand bij elkaar om een toertocht te rijden. Over onze beroepen pra ten we dan vrijwel niet. Het moet ontspanning blijven. Zo'n man als Van Agt bijvoorbeeld had het ontstellend druk. Hij had veel verantwoordelijker werk dan ik. Kan heel goed begrijpen dat hij het nu rustiger aan wil doen. Voor me zelf gaat dat niet op. Ik vind het heerlijk om druk bezig te zijn. Maar wat ik nu precies van beroep ben, dat weet ik niet. Een tijdje ge leden moest ik mijn belastingfor mulieren invullen. Het stippellijn tje achter het woord beroep heb ik maar opengelaten. Heus, ik zou niet weten wat ik daar neer had moeten zetten". DAVID LEVIE JUBILERENDE ORGANISATIE WIL DRAAGVLAK VERBREDEN DEN HAAG De tijden veran derd? De tolerantie toegenomen ten aanzien van pak-weg: andere huidskleur, afwijkend gedrag, ei genzinnige levensstijl? „Vrijgezel len merken er weinig van", rea geert een oudere ongetrouwde dame die liever anoniem wil blij ven. „Iemand die als alleenstaande de vijftig begint te naderen nooit getrouwd geweest en ook niet samenwonend wordt daar vandaag de dag nog steeds op aan gekeken. Zeker een vrouwelijke vrijgezel krijgt heel gemakkelijk een tweederangs status aangewre- De Vrijgezellenbond werd in 1953 opgericht om de materiële achterstelling van vrijgezellen te bestrijden. Lenie de Zwaan (links) en Maria Olsthoorn schudden zo een ris voorbeelden uit de mouw om duidelijk te maken dat ongehuwden nog steeds gediscrimineerd worden. ven. Een man, zeker een die in een nerveus pak en een snelle BMW van feest naar feest scheurt, kan tot op betrekkelijk hoge leeftijd de bon-vivant uithangen. Maar een al leenstaande vrouw van tegen de vijftig wordt bijna altijd geëtiket teerd als „overgeschoten" en „onaf". Omdat, aldus het misver stand, een mens alleen in een blij vende relatie met één bepaalde an der tot volle ontplooiing zou kun nen komen". Binnen de Vrijgezellenbond wil hoofdbestuurster mevrouw Lenie de Zwaan (49) de komende tijd pro beren een paar aanzetten te geven om alleenstaanden die daaraan be hoefte hebben beter te wapenen te gen het image dat de maatschappij hun opdringt. Het initiatief van deze sociaal-psychologe is een on derdeel van het proces van verjon ging dat op gang is gekomen bin nen de bond die nu dertig jaar be staat. Andere onderdelen van dit proces: een betere coördinatie van het landelijk en het plaatselijk be- stuurswerk, een modernisering van het maandblad „Ongehuwden Be langen" en vooral: verbreding van het draagvlak van de circa 7000 le den tellende organisatie door meer jongeren aan te trekken en meer vertegenwoordigers van de lagere inkomensgroepen. Maria Olst hoorn, sinds 14 jaar voorzitter van de afdeling Den Haag/Leiden: „Van oudsher zijn de hogere inko mens in onze bond oververtegen woordigd. Terwijl onze acties in de praktijk juist vaak vooral aan de lagere inkomens ten goede komen. Dat de gemiddelde leeftijd van de leden ook wat aan de hoge kant ligt, heeft hiermee te maken". De geringe maatschappelijke waar dering die vrijgezellen in onze sa menleving oogsten komt ook, be klemtoont Lenie de Zwaan, in het materiële vlak tot uitdrukking. Be strijding van die materiële achter stelling was in 1953 het motief om de bond op te richten. De woning nood was destijds nog nijpender dan nu en vrijgezellen werden he lemaal onderaan op de wachtlijst geplaatst. Als ze er al op werden gezet. Van kinderen die niet trouwden en ook niet voor kerk of klooster kozen, werd eigenlijk ver wacht dat ze bij hun ouders bleven. Anno 1983 schijnt een dergelijke opvatting heel raar. Maar dat dat zo is moet mede met de activiteiten van de Vrijgezellenbond in ver band. worden gebracht die veel energie investeerde in het beplei ten van zelfstandige woonruimte voor de niet-trouwers. Ook in an dere opzichten boekte de bond wel successen, zij het toch doorgaans van incidentele aard. „Van een werkelijk gelijkwaardige behande ling van gehuwden en vrijgezellen is nog geen sprake", aldus Lenie de Zwaan. „Noch op huisvestingsge- bied, noch in de sfeer van belas ting, premieheffing en verzeke ring". Ze noemt een paar voorbeel den: vrijgezellen met lage inkomens betalen mee aan de kinderbijslag voor gehuwden met hoge inko mens; vrijgezellen met lage inkomens betalen een ziekenfondspremie die gelijk is aan een premie voor een gezin van vier personen; vrijgezellen betalen wel het volle pond aan aow-premie, maar ze ont vangen slechts 70 procent van de uitkering die een gehuwde aow'er krijgt; vrijgezellen betalen evenveel pensioenpremie als gehuwden, ter wijl ze in tegenstelling tot deze ca tegorie hun pensioen niet aan ie mand kunnen nalaten. Reactie van de doorsnee gehuwde op deze opsomming: „Maar gezin nen hebben toch ook veel hogere lasten dan alleenstaanden? Maria Olsthoorn: „Onzin. Heel veel uitga venposten liggen voor een vrijgezel relatief hoger dan voor iemand die deel uitmaakt van een gezin. Ik denk bijvoorbeeld aan huur en aan stookkosten. Maar ook een maaltijd die je voor twee of meer mensen kookt is per persoon gerekend een stuk goedkoper dan een maaltijd voor iemand alleen. Verder komt iemand die een volle baan heeft veel meer in de verleiding om 's een keer uit eten te gaan dan een man voor wie de echtgenote elke dag een potje kookt. Zo kun je haast eindeloos veel andere voor beelden geven. Alles bij elkaar komt het erop neer, zo heeft een officiële interdepartementale com missie een paar jaar geleden er kend, dat een alleenstaande aan le vensonderhoud net zoveel kwijt is als een gehuwd echtpaar zonder kinderen. Als je dat in aanmerking neemt en je kijkt dan naar de per centages die vrijgezellen in de be lasting-, premie- en tarievensfeer extra moeten betalen vergeleken met gehuwden, dan kun je niet an ders dan tot de conclusie komen dat wij ernstig worden gediscrimi neerd. Er is sprake van een duide lijke inkomensoverdracht van vrij gezellen naar gehuwden". Lenie de Zwaan situeert het ont staan van de achterstelling van on gehuwden in de tijd van de indus triële revolutie: „Daarvóór leefden de mensen samen in uitgebreide fa milies die uit drie, soms wel vier! generaties bestonden. In dat grote geheel namen de ongehuwden een positie in die gelijkwaardig was aan die van de getrouwden. De indus triële revolutie met zijn vergaande werkverdeling maakte een eind aan het bestaan van die uitgebreide families. Ze vielen uiteen in gezin netjes van het type vader-moeder- kinderen. Daarmee kwamen de vrijgezellen min of meer buiten spel te staan en werd de basis voor hun achterstelling gelegd". Lenie de Zwaan en Maria Olst hoorn zijn bang dat de noodzaak tot vermindering van de overheidsuit gaven de komende tijd opnieuw ernstig ten koste zal gaan van de positie van vrijgezellen. Naar de Tweede Kamer is inmiddels een protest-brief gestuurd naar aanlei ding van de plannen om vrijgezel len die ouder zijn dan 35 jaar en geen kind te verzorgen hebben, niet langer in aanmerking te laten komen voor een minimum-uitke ring in het kader van de ww, de wwv en de wao. Lenie de Zwaan: „Als vrijgezel moet je staan voor je zaak. Vechten voor het behoud van jouw levens stijl. Laat je dat na, dan neemt de maatschappij je niet serieus. Draag je met volharding de waarden en normen van de ongehuwde staat uit, dan zien ze je wèl voor vol ROME Italië is een bot voor de liefhebbers van recht. Elke dag levert i vloed van juridische licht den op die soms ontstel praktisch altijd vermaker liaanse recht lijkt op een 1 seerklei die iedereen in van zijn eigen gading kaï Vandaar wellicht ook dat voor zovele Italianen (adv delinquenten) werkge creëert. Een jurist is dezer dagen geworden. Hij was lid var Raad, ook in Italië de rechtsprekende instantie, dan tien jaar bestonden t« ernstige verdenkingen: h zijn hoge positie de maffi stig gezind zijn geweest nauwe betrekkingen hel derhouden met de misda Frank Coppola. Deze besc gen hebben nu pas gelei< veroordeling en verwijdi zijn ambt. Jarenlang is dus tussen recht en onrecht g door iemand die zelf voll< de schreef was gegaan. Maar het kwaad schuilt ni in de toga, ook in het habij litie van Napels heeft een priester opgesloten wegens king van oplichting van De man combineerde zijn ze vertrouwensfunctie met wereldlijke baantje van van een opleidingsinstitc het arme zuiden. De maakte geregeld geld ni over voor de organisatie opleidingen voor werkloz ren en de priester zond ijv diemateriaal, cursusove docenten- en cursistenlij: tour, om te laten zien da flink tegenaan ging. Maar sen werden er niet gegt geen enkele werkloze jong» ook maar iets wijzer. Wat ter met de ongeveer 2 overheidssubsidie heeft moet nog worden uitgezocl aan zijn bedrevenheid in gaan met (andermans) g» niet worden getwijfeld, had zich in de hele streek a naam „de Marcinkus van nia" verworven. De justitie ook over dit geval ontfermi over al die andere zeer g kwesties: Het onderzoek voort, net zolang tot iem geld heeft teruggestort en d citeit andere, interessanter gevonden heeft. Juridisch en publicitair int ter is nu al het geval van spelige conciërge. Deze co Mirella geheten, een volj descriptie „mooie, rijpe vrc 38" zou het volgens de vol van het Noord-Italiaanse st negliano hebben aangelegd hoofd der school. De eel van Mirella hoorde wat de kletsten, maar was gelukkif stom om de schande op i welddadige manier te wil wissen. Hij is transporteur roep en omdat zijn enige b» gen aan vervanging toe v sloot hij de aanschaf van ee we op eenvoudige wijze te fi ren. Hij ging naar de minn zijn vrouw en deed hem ee stel: Jij betaalt mij twintigi gulden (de prijs van een niei voermiddel) en ik zal verc ingaan op de geruchten. B niet, dan zal ik overal ron» len dat de geruchten en c praatjes over jouw relatie m vrouw waar zijn. Het ho< school ging akkoord, maar ondertussen wel de politie de transporteur arresteerde moment waarop deze zijn 1 duizend incasseerde. De aai luidt chantage, maar dat ont bedrogen echtgenoot. Volge: gaat het hier om een gewor merciële overeenkomst tusst partijen, zonder enige dw dwaling aangegaan. Ik heb c naar van mijn vrouw niet be zegt hij. Ik heb alleen gezegc die kletspraatjes in de bar en dorpsplein niet zou ontkennt zij de ander mij zou helpen financiering van een nieu' stelauto. De officier van heeft de vindingrijke zak moeten laten gaan en het waarschijnlijk dat het ooit i een proces zal komen. Vast staat wel dat er een stt volgt tegen de man die in ee bij Udine in Noord-Italië d< naar van zijn vrouw poede de straat op stuurde. Deze m werd door de wettige echtgei het echtelijke bed aangetrof gezelschap van zijn vrouw. 1 drogen echtgenoot trok zijn wapen (dat iedere Italiaan deze gelegenheid bij zich sch dragen) en joeg de minna, bed uit, de straat op. Om h straffen bleef hij hem, nog onder bedreiging van het vu pen achtervolgen, het hele door. Het was zeer vroeg in d tend en het publiek dus scha« enige ronden rond het dorf stak de bedrogen echtgeno) pistool in zijn zak en wandeld tig naar huis, de minnaar na) verkleumd op de openbare achterlatend. De politie heeft niets gezien, I gehoord wat er gebeurd is. de bedrogen echtgenoot (in hj zit van een geldige wapenvt ning) kan pas juridische actrt den ondernomen als er ieman klacht indient en die is va naakte minnaar in elk geval j verwachten. CEES MAN!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 14