Samuel Pepys ongecensureerd
^Afranselen van gevangenen
was specialiteit van Barbie"
Tunnel behoedt Australiërs voor dood in vuur
PIKANT DAGBOEK VOLTOOID
OTTLIEB FUCHS, TOLK VAN DE „BEUL VAN LYON":
ttS
gi! BUITENLAND
Ccidóc Sou/tont
VRIJDAG 18 FEBRUARI 1983 PAGINA 9
en°„1ll
volg van voorpagina)
[ELBOURNE Een
auwe vloedwatertunnel
PARjjan een grote dam in Au-
ralië heeft de levens ge-
sd van 83 mensen, die
Henegn dag lang door de bos-
randen in Zuid-Australië
bedreigd werden. De Au
stralische brandweer ver
telde vanmorgen dat de
groep, onder wie vrouwen
in verwachting en kleine
kinderen, in de 30 meter
lange tunnel in de bergen
boven Melbourne kropen,
toen de brand gisteren
hun dorpje McMahons
Creek bereikte.
De vlammen kwamen tot op
minder dan 300 meter van de
tunnelingang toen de wind
omsloeg en ze in andere rich
ting draaide. Na 24 uur in de
tunnel van ongeveer ander
halve meter hoog en nog geen
meter breed te hebben geze
ten, kwamen de 83 dorpelin
gen vanmorgen naar buiten:
uitgeput maar ongedeerd. „Het
is een wonder dat ze 't over
leefd hebben", zei iemand van
de brandweer. „Het is een van
de hartverwarmende hoofd
stukken in een verhaal van
verwoesting en wanhoop".
Volgens professor Ian Fergu
son van de bosbouwfaculteit
van de universiteit van Mel
bourne is de hitte van de bos
branden enorm geweest. „Er is
zeker overeenkomst met de
bom die boven Hirosjima werd
afgeworpen".
Ooggetuigen hebben verteld
over enorme witgloeiende bal
len van vuur die als treinen
door de straten denderden en
alles verkoolden wat ze tegen
kwamen. De beelden die de
Australische kranten en tele
visie van de vernielingen to
nen, doen denken aan een
landschap dat door een atoom-
bombardement is kaalgescho
ren. Straten met huizen zijn
met de grond gelijkgemaakt
en alleen hier en daar staat
een stenen schoorsteenmantel
overeind of accentueert een
onaangetaste schoorsteen het
desolate karakter van het ter
rein.
Volgens de Nederlandse con
sul-generaal in Melbourne wo
nen er niet veel Nederlanders
in het rampgebied. Diegenen
die er wel wonen zijn opgeroe
pen eventuele slachtoffers of
schade te melden bij het con
sulaat-generaal.
Overigens is de kans dat de
branden weer oplaaien erg
groot. Voor het komende
weekeinde is ih het getroffen
gebied een nieuwe hittegolf
voorspeld. „Het blijft een
kruitvat", aldus de de Neder
landse consul-generaal in Mel
bourne, dr. J. de Jong.
Mei
v«
:es
>NDEN De dramatische
neelstukken van William
lakespeare en het nogal pi-
ante Dagboek van Samuel
elke epys (uitgesproken: pieps)
\rmèn als het ware de
skstenen van de Engelse
>ratuur. Hoewel hij niet zo
langrijk was als Shake-
fare, komt Pepys volgens
Britten onder de auteurs
tweede plaats toe.
\muel Pepys (1633-1703)
as een Engelse ambtenaar
e als secretaris van Admi-
liteit (wat ongeveer neer-
fint op het ministerie van
marine) grote hervormin-
n doorvoerde in de admi-
stratie van de Britse oor-
qsvloot. Hij speelde een be-
ngrijke rol in het politieke
ven van de Restauratie, de
riode van het herstel van
Engelse monarchie in
60 door de troonsbestijging
in Charles II, na de periode
.3 1 n Cromwell.
1690 publiceerde Pepys
lemoires met betrekking
de Koninklijke Marine",
fel meer bekend is zijn
agboek, dat hij van 1660 tot
69 schreef in een geheim
ort steno, waarvan later de
\tcijfering geen gemakkelij-
opgave bleek. Dit Dag-
ek van 1.250.000 woorden
vat uitvoerige beschrijvin-
n van het privé- en open-
re leven van de auteur en
ens medemensen. Samuel
1pys zette alles wat hij zelf
daan had of aan de weet
komen was trouw op pa-
er. Zijn Dagboek is een le-
ndig verslag van wat er
en in Engeland omging.
Jepys studeerde aan het be-
emde Magdalene College
de universiteit van Cam-
Jdge. In 1724 kwam dit col-
%e niet alleen in het bezit
n zijn Dagboek en het per-
mlijk door hem genoteer-
i verhaal van koning Char-
is II over diens ontsnapping
a de Slag van Worcester,
•aar de vorst zich in een eik
trstopt had, maar ook van
)00 waardevolle delen,
\ndschriften en marinedo-
Imenten, afkomstig uit de
dmiraliteit. Ze waren door
muel Pepys gegapt toen hij
cretaris van het departe-
ent van de marine was.
1825 ging het Magdalene
fllege voor het eerst over
de publikatie van onge-
t de helft van het Dag-
'k van Samuel Pepys. Vol
tige uitgave werd niet mo-
tijk geacht, omdat men
"htsvervolging vreesde
ïgens de immorele inhoud
in het werk. Een nieuwe
ft inzake onzedelijke publi
shes, daterend van 1959 en
iunend op een ontwerp
In Roy Jenkins, de huidige
PP-leider die toen lid was
de labourpartij, maakte
het echter mogelijk de com
plete inhoud van Pepys Dag
boek ongecensureerd van de
pers te laten komen.
HOOFDVERHAAL
Het eerste boekdeel van
Samuel Pepys' ongecensu
reerde dagboek verscheen
in 1970. Sedertdien wer
den nog acht delen gepu
bliceerd. De laatste twee,
die de serie zullen voltooi
en, komen op 23 februari,
precies 350 jaar na de ge
boorte van Samuel Pepys,
in de Britse boekwinkels.
Het voorlaatste boek be
vat biografieën, landkaar
ten, stambomen en veel
boeiende informatie, die
tot nu toe geheim geble
ven was, over het leven
van Pepys en zijn tijdge
noten. Het laatste deel is
de index van de hele se-
Dit boek alleen heeft Ro
bert Latham, onder wiens
leiding en algemene re
dactie de nieuwe en volle
dige Pepys-uitgave sa
mengesteld werd, vieren
half jaar werk gekost.
Robert Latham (70) is een
„don" (gegradueerde met toe
lage voor onderzoek) van het
Magdalene College in Cam
bridge. Afgelopen jaar was hij
daar trouwens nog hoofd van
de Pepys-bibliotheek. Bij de
samenstelling van de nieuwe
en volledige uitgave van Pe
pys' Dagboek, dat eigenlijk
een hele serie dagboeken is,
werd hij geholpen door allerlei
experts, die ondermeer goed
op de hoogte waren van we
tenschappelijke instrumenten,
taalgebruik, kleding en de bar
re winters uit de tijd van Sa
muel Pepys. De Theems be
vroor toen geregeld. In 1665
werd Londen op rampzalige
wijze geteisterd door de „Great
Plague" (pest), waaraan een
kwart van de bevolking ge
storven is.
Op Robert Latham werd in
1950 door uitgever George Bell
voor het eerst een beroep ge
daan om te werken aan een
nieuwe, ongecensureerde uit
gave van het Dagboek. Bell
ViAf;4\V.r ";K,.fv^-
n u 1
"••7 1
De laatste bladzijde uit het originele Dagboek van Pe
pys: 31 mei 1669.
Pepys omstreeks 1695, een portret van J. Closterman.
Interieur van een Londens koffiehuis uit 1690. Veel na
speuringen in oude huizen waren nodig om het dagboek
te kunnen ontcijferen.
was al sedert 1926 van plan de
geschriften van Pepys geheel
herzien op de markt te bren
gen. De toenmalige bibliothe
caris van de Pepys-bibliotheek
in Cambridge, die hij opgedra
gen had deze monumentale
uitgave samen te stellen, bleek
op een gegeven moment bijna
17 jaar achterstand opgelopen
te hebben.
Snelschrift
Latham moest zich haasten.
Met de goedkeuring van zijn
uitgever riep hij de hulp in
van prof. William Matthews,
een befaamd taalkundige en
expert inzake 17e eeuwse ta
chygrafie. Het snel- of kort
schrift, dat door Pepys ge
bruikt werd, was namelijk nog
moeilijker te ontcijferen, om
dat hij het telkens zelf extra
verkortte door bijvoorbeeld al
leen de eerste letter van een
woord of alleen de eerste let
tergreep neer te schrijven.
Zo kon een gewone hoofdlet
ter X evengoed „exchange" als
„exchequer" (rekenkamer-
schatkist) betekenen. Soms
had prof. Matthews iemand
nodig, die hem vertelde wat
Pepys precies bedoelde. Dan
speelde Robert Latham de rol
van geschiedkundige. Meestal
kon hij de betekenis- afleiden
uit het zinsverband, want hij is
goed op de hoogte van wat Sa
muel Pepys in zijn tijd alle
maal uitvoerde. Niemand ver
baast zich er trouwens over,
dat Pepys voor het schrijven
van zijn Dagboek in zekere zin
een soort geheimschrift ge
bruikte. Zijn gedetailleerde be
handeling van zelf beleefde of
verzonnen seksuele avonturen
en zijn informatie over het im
morele gedrag van belangrijke
tijdgenoten, mocht niet door
anderen gelezen worden.
Prof. Matthews stierf terwijl
de delen 10 en 11 van Pepys
Dagboek in voorbereiding wa
ren. Hij was een Engelsman,
die een baan gevonden had
aan de universiteit van Cali-
fornië. In 1960 zette hij het
hele Dagboek op microfilm.
Prof. Matthews kon verba
zingwekkend snel typen (hij
had in zijn jeugd de nationale
prijs machineschrijven gewon
nen); terwijl hij elke pagina
van het Dagboek voor zich
projecteerde, tikte hij op de
schrijfmachine de tekst over
in gewoon schrift. Zijn vrouw
las iedere avond het resultaat
van zijn nijvere werkzaamhe
den hardop voor, terwijl prof.
Matthews nauwgezet de oor
spronkelijke tekst van Samuel
Pepys in kortschrift volgde. Zo
controleerde hij of zijn over
zetting helemaal klopte. „Het
spreekt vanzelf", zegt Robert
Latham, „dat Bill Matthews en
zijn lieve echtgenote een fles
champagne opentrokken toen
ze de laatste regel en het laat
ste van de een en een kwart
miljoen woorden bereikt had
den".
Wijlen prof. Matthews deed
zelfs proeven om te kunnen
bepalen in hoeveel tijd Pepys
zijn Dagboek geschreven had.
De eminente taalkundige pen
de uit het hoofd allerlei tek
sten van Samuel Pepys in
diens kortschrift neer, en con
cludeerde, dat Pepys een taaie
man was, die veel geestelijke
discipline aan de dag legde.
De werken van Shakespeare
worden steeds opnieuw uitge
geven, vergezeld van diverse
toelichtingen en herziene opi
nies. De universiteit van Ox
ford publiceert zelfs een eigen
Shakespeare waarmee ze wil
concurreren tegen de Shake
speare van Cambridge. Maar
het Dagboek van Samuel Pe
pys dat eindelijk volledig en
ongekuist in normale tekst
omgezet is, voorzien van de
nodige voetnoten en andere
toelichtingen, hoeft nooit meer
opnieuw bewerkt te worden.
Zelfs de Londense Observer is
diep onder de indruk. „Tot
aan het einde der dagen zal de
Latham-uitgave van Pepys
Dagboeken gelezen worden",
schreef dit Londens blad een
poosje geleden.
Robert Latham, de man die al
les weet van Samuel Pepys, is
van oordeel dat Engelands be
roemdste dagboekschrijver
veel zin voor humor had. „Ik
denk dat als hij nu leefde, ik
hem wel graag zou mogen",
zegt Latham. „Maar hij was
erg zelfzuchtig ten aanzien'
van zijn vrouw. Zijn levens
wijze kan je niet goedkeuren.
Overigens had zijn karakter
iets aanmatigends, dat hij vaak
gebruikte om marine-officie
ren, die over de schreef ge
gaan waren, op hun nummer
te zetten".
Winkeliers
Voor de laatste twee delen van
de Pepys-reeks deed Latham
veel naspeuringen in Londen.
„Pepys vermeldt talrijke klei
ne winkeliers", zegt hij, „en
die moesten allemaS geïdenti
ficeerd worden. Daarvoor
doorzocht ik parochiale en an
dere archieven".
Andere naspeuringen deed hij
in het Instituut voor Historisch
Onderzoek, gelegen aan Lon
dens Russell Square. „Daar
hebben ze niet alleen een pri
ma bibliotheek, maar ook een
gezellige tearoom, twee dingen
die onontbeerlijk zijn om his
torisch speurwerk te kunnen
doeti", lacht Latham.
Sinds afgelopen jaar is Robert
Latham niet langer meer het
hoofd van de Pepys-biblio
theek van Cambridge. In de
komende vier of vijf jaar zal
hij evenwel de complete in
houd daarvan catalogiseren.
Wanneer hij die taak achter de
rug heeft, is Latham 75 jaar.
Maar voor deze stille Engelse
„don" speelt leeftijd geen rol
meer. Zijn ongecensureerde
uitgave van „Het Dagboek van
Samuel Pepys" heeft hem im
mers bijna letterlijk onsterfe
lijk gemaakt.
ROGER SIMONS
(Van onze correspkndent)
VN KT GALLEN Bij
>ttlieb Fuchs in de Oost-
'itserse stad Sankt Gal-
1 rinkelt vrijwel onop-
ludelijk de telefoon.
'Ie tientallen malen per
g. Het rustige leven dat
ze 80-jarige Zwitser de
(elopen tientallen jaren
nen met zijn vrouw
eft geleid, lijkt voor-
ed verleden tijd, sinds
onlangs bekend maak-
dat hij in Lyon de tolk
n Klaus Barbie is ge
test.
'ttlieb Fuchs, die zichzelf
ïrigens liever op z'n Frans
eophil laat noemen, was
1 1942 tot 1943 „Generaldol-
tscher" (algemeen tolk) van
beul van Lyon. Naar eigen
!gen was hij bovendien dub-
^pion. Herr Fuchs wordt in
ankrijk beschouwd als een
zeer belangrijke schakel in het
komende proces tegen oorlogs
misdadiger Barbie, want de
man uit Sankt Gallen is een
van de weinige nog in leven
zijnde ooggetuigen van de gru
weldaden van de SS-Haupt-
sturmführer Barbie.
Toch zegt Fuchs niet veel over
zijn oorlogsjaren, want hij
heeft „zijn verhaal" juist dezer
dagen voor een ongetwijfeld
aantrekkelijke prijs verkocht
aan het Westduitse weekblad
Der Stern. Over de Neder
landse periode van Klaus Bar
bie kan hij niets vertellen, om
de eenvoudige reden, dat de
„oorlogsmisdadiger Barbie
nooit iets verteld heeft over
zijn bezigheden, voorafgaande
aan zijn komst naar Frank
rijk".
In zijn eenvoudige rijtjeswo
ning in Sankt Gallen bereidt
Fuchs zich rustig voor op het
proces tegen Barbie. Dat wil
overigens niet zeggen dat hij
daarvoor ook te zijner tijd
naar Frankrijk zal vertrekken.
Hij voelt zich niet fit genoeg.
„Ik ga niet naar Frankrijk, ik
ben te ziek. Als ze wat van me
willen weten, komen ze maar
hierheen", stelde hij gisteren.
Rode kruis
Gottlieb Fuchs was eigenlijk
schoenmaker. Maar in 1935,
hij was toen 32 jaar oud, ver
trok hij naar Zuid-Frankrijk
om zich bij het Duitse Rode
Kruis aan te melden als tolk.
„Het Rode Kruis was een ver
kapte voorpost van de Gesta
po", herinnert Fuchs zich. In
1942 werd hij overgeplaatst
naar afdeling IV van de vei
ligheidsdienst van de Gestapo
in Lyon. De tweetalige Zwit
ser maakte snel carrière en
werd de persoonlijke vertaler
van Klaus Barbie.
„Barbie was niet erg intelli
gent, maar des te brutaler",
zegt Gottlieb Fuchs. Dat is
overigens geheel in tegenstel
ling tot de conclusie van de
Boliviaanse journalist, die tij
dens de vliegreis van La Paz
naar Lyón een interview met
de oorlogsmisdadiger had en
hem kenschetste als een intel
ligent, maar labiel man.
Hij was een halve kop kleiner
dan ik, maar zo breed als een
bulldozer. Het afranselen van
de gevangenen is, volgens
Fuchs, de specialiteit van Bar
bie geweest. Met zijn blote
vuisten of met knuppels zou
hij verscheidene weerloze kin
deren en volwassenen hebben
toegetakeld. Barbie moet, zoals
bekend in Frankrijk terecht
staan wegens moord op vele
duizenden slachtoffers.
Dubbelrol
Naar eigen zeggen heeft Gott
lieb Fuchs van het begin af
aan een dubbelrol gespeeld in
Lyon. Met name het Franse
verzet heeft daarvan, naar zijn
zeggen, geprofiteerd. Zo zou
hij „la résistance" talrijke
waarschuwingen hebben gege
ven, waardoor leden van het
verzet uit handen van de be
zetters konden blijven. Het feit
dat de leider van het Franse
ondergrondse verzet, Jean
Moulin, pas op 21 juni 1943
werd gearresteerd en niet al
veel eerder, is volgens Gottlieb
Fuchs te danken aan zijn acti
viteiten achter de schermen.
Tegenover een verslaggever
van de Baseier Zeitung ver
klaarde Fuchs deze week: „Ik
was erbij toen Barbie Jean
Moulin verhoorde. In zijn kan
toor sloeg hij Moulin met een
gummiknuppel in elkaar; hij
bloedde verschrikkelijk. Ver
volgens pakte hij (Barbie) de
geboeide Moulin bij de voeten
en sleepte hem vier trappen af
naar de kelder". Volgens
Fuchs is Moulin de dag daarop
in gevangenis 'aan zijn ver
wondingen overleden. Niet,
zoals de officiële lezing van
destijds luidde, aan hartstil
stand.
Kort na de dood van Moulin
werd Gottlieb Fuchs overge
plaatst naar Genève. Daar
werd hij belast met de inkoop
van levensmiddelen voor de
Duitse troepen. Maar ook in
Genève speelde hij, naar eigen
zeggen, weer de rol van dub
belagent. Zo zou hij talrijke
documenten hebben vervalst
en de vrijlating van 28 gevan
genen hebben bewerkstelligd.
In december 1943 werd hij
door de Gestapo gearresteerd
en later ter dood veroordeeld.
Maar het was uitgerekend
Klaus Barbie, die gedaan wist
te krijgen dat zijn oorspronke
lijke straf omgezet werd in le
venslang. Tot 15 april 1945, de
dag dat Engelse troepen hem
bevrijdden, zat hij zijn straf uit
in achtereenvolgens de con
centratiekampen Buchenwald,
Harzungen, Dora-Nordhausen
en Bergen-Belsen.
Na afloop van de Tweede We
reldoorlog veroordeelde de
Zwitserse justitie hem tot 28
dagen celstraf. De reden daar
van is nooit helemaal duidelijk
geworden. Was het misschien
vanwege schending van de
Zwitserse neutraliteit?
„Ja, dat zegt men. De Zwitsers
zijn soms over-neutraal", zo
vertelde Fuchs ons gisteren.
Gottlieb Fuchs, tolk van Barbie