Mijn ideaal blijft het rijden van de enige echte Elfstedentocht" „Leidse" veldrijders kansrijk bij nationale titelstrijd fieidóeSou/icmt LENIE VAN DER HOORN VOOR ZEVENDE KEER NAAR ALTERNATIEVE ELFSTEDENTOCHT MAAR: T>!> SPORT ZATERDAG 29 JANUARI 1983 PAG] TER AAR De meeste mensen worden alleen bij het dénken aan een schaatstocht over 200 kilo meter al moe. Eén keer per jaar, als de omstandig heden dat tenminste toe laten, een plassentocht, dat gaat nog wel. Maar tweehonderd kilometer, nee. In het geval van Ter Aarse Lenie van der Hoorn ligt dat heel an ders. De 34-jarige tuin dersvrouw is een uitge-, sproken liefhebster van het lange afstandswerk op de gladde ijzers. Zo één, die steeds weer droomt van een echte Elfsteden tocht en bij het uitblijven van een strenge winter uitwijkt naar koudere oor den om daar net te doen alsof er van Leeuwarden naar Leeuwarden wordt gereden. Al zesmaal nam zij deel aan zo'n alterna tieve elfstedentocht. Ook dit jaar, als de colonne schaatsfanatici naar Ame rika overvliegt, is zij van de partij om op het Memp- hremagog Meer 200 kilo meter lang af te zien. Van New Port tot Quebec. Ook al had zij zich al eens voorgenomen niet meer te gaan. „Maar ja, als het winter wordt en gaat trai nen krijg je weer zo'n zin". Die voorliefde voor het lange- afstandsschaatsen heeft de op 20-jarige leeftijd serieus met schaatsen begonnen (op maat 41, terwijl ze 36 heeft) Lenie van der Hoorn-Langelaan's ei genlijk altijd wel gehad. Ook toen ze als 24-jarige op de „geijkte onderdelen" kam pioen van Zuid Holland werd. Bovendien werd haar keuze vereenvoudigd, doordat de toenmalige coach, Jan de Vries, haar de weg naar de baanselectie versperde. „De Vries vond mij te oud. Ik was getrouwd, had een kind, dus dat kon nooit wat worden, zal hij gedacht hebben. Het eigen aardige is alleen, dat diezelfde Jan de Vries nu trainer is van Ineke Kooiman, die negenen twintig is en in de kernploeg zit. Het kan dus toch. -Maar denk niet dat ik er ooit spijt van gehad heb hoor. Ik had toen al meer belangstelling voor het lange-afstandswerk", zegt Lenie, terwijl haar echt genoot Jan, eveneens fanatiek marathonschaatser (B-rijder) de kamer binnenkomt en zich al spoedig in het gesprek mengt. Hij heeft ook zo zijn vi sie op het schaatsgebeuren en die blijkt doorgaans afwijkend van die van zijn vrouw. Bo vendien heeft hij van dat vrouwenschaatsen niet zo'n hoge pet op, al legt hij zijn ega niets in de weg om haar sport te bedrijven. „Op het moment train ik vrij veel. Zo'n vier keer in de week, drie keer per week schaatsen en een keer fietsen. En daarnaast nog vaak Lenie van der Hoorn, reist medio februari af naar Ame rika om voor de zevende keer aan de alternatieve Elfs tedentocht deel te nemen. in de schuur, waar een schaatsplank en een fiets-rol- lenbank staan. Allemaal voor de alternatieve Elfsteden tocht". Marathon Afgezien daarvan traint Lenie van der Hoorn voor de baan- wedstrijden, want zij draait mee in het marathoncircuit. Met nog zo'n vijf wedstrijden voor de boeg („zes of zeven", meent haar man) staat ze vier de op de ranglijst. „Winnen zal ik het wel nooit. Daar ben ik te makkelijk voor. Ik kan niet, zoals de anderen in de laatste ronde wel doen, trekken en duwen om in een betere posi tie te komen. En ik kan ook niets verrassends ondernemen tijdens een wedstrijd, een de marrage plaatsen of zo. Daar voor mis ik basissnelheid. Ik ben nou eenmaal niet zo'n snelheidswonder. Lang en ver dat wel, maar sprinten, nee hoor („maar je schaatst wel be ter", meent hij). Afgelopen weekeinde tijdens de Neder landse Kampioenschappen in Alkmaar bleek dat weer eens. Kom ik in een groepje van vier op de meet aan en dan moet ik het afleggen. Elfde ge worden, terwijl er een zevende plaats had ingezeten. Volgens mij komt dat omdat ik kracht tekort kom („nee hoor", zegt hij). Nou heb ik weieens krachttraining gedaan, maar dat is 'me helemaal niet beval len. Als ik thuis was, zat ik nog na te trillen en tijdens het schaatsen zat ik een vast, voel de me niet soepel genoeg". Fanaat Ook al noemt Lenie Van der Hoorn zich geen winnaar, er staan de nodige trofeëen in haar woning. Eén daarvan herinnert aan het wereld-uur record, dat zij vier jaar lang in haar bezit had en inmiddels op naam staat van Ineke Kooi man, de rijdster die aanvanke lijk ook naar Amerika zou gaan om de tiende alternatieve Elfstedentocht te rijden. Maar Kooiman gaat niet, omdat ze inmiddels deel uitmaakt van de kernploeg. Van der Hoorn wel, omdat ze nu eenmaal fa naat is. In 1973 nam ze voor het eerst deel aan de tocht, die toen nog in het Noorse Lille- hammer werd gehouden. Daarna reisde ze nog twee maal naar Noorwegen. Eén keer leek ze voor niets naar Scandinavië te zijn gegaan. De organisatie durfde het niet aan om de rijders van start te laten gaan en annuleerde de mon sterwedstrijd. Gelukkig voor Lenie van der Hoorn waren er anderen, die de verantwoorde lijkheid wel aandurfden. Ook al waren de omstandigheden niet ideaal. In Finland, waar Lenie van der Hoorn ook drie maal voor een alternatieve Elfstedentocht was, was dat ei genlijk ook nooit het geval. Maar koude, wind en sneeuw weerhielden haar er niet van de tocht uit te rijden. In 1980 en 1982 (in '81 moest zij ver stek laten gaan omdat ze net een kindje had gekregen) fi nishte zij zelfs als eerste vrou welijk deelnemer. „Ik vond dat een hele prestatie, vooral als je nagaat dat ik vrijwel de hele tocht alleen heb afgelegd. Maar geloof maar niet dat ik er iets van op televisie heb te ruggezien. De AVRO filmde alleen de eerst aankomende heren en deelnemers met een fraaie ijsbaard". „Ik weet niet hoelang ik nog blijf schaatsen of hoe veel keer ik nog aan zo'n alternatieve Elfstedentocht blijf meedoen. Na iedere tocht denk ik: Nog één keer en dan stop ik („Ja, ja"). Nou ja, ik sta nu voor m'n zevende, dus dat klopt niet he lemaal. Bovendien, Atje Keu len-Deelstra was veertig toen ze nog reed, ik ben nu 34 dus wat dat betreft... Trouwens zonder sport kan ik niet. Als ik zomers veertien dagen ach tereen niets heb gedaan, moet er uit, even fietsen. Anderhalf uur of zo. Nee, zonder sport kan ik niet", zegt Lenie van der Hoorn beslist en zelfs haar man is het deze keer met haar eens. MAARTEN NOOTER Kees van de Wereld mag van de veldrijders uit de Leidse regio de grootste kans een ereplaats tijdens de Nederlandse kampioenschappen worden toegedacht. Od00 amateur John Kuyvenhoven, junioren Martin Overdevest en veteraan Cock van d| Hulst zijn morgen evenwel zeker niet bij voorbaat kansloos. [00 c25 LEIDEN Als morgen om tien uur 's ochtends op de Wissengracht in Huls berg (Zuid-Limburg) voor de eerste maal het start schot klinkt voor één van de zes nationale titels vel drijden, is een ongemeen spannend dagje veldrijden over een zwaar, heuvel achtig löss-parcours van start gegaan. Zelden leken de verschillen tussen de diverse kanshebbers in de zes categorieën zó klein. Ook uit Leiden en omstre ken hopen verschillende veldrijders op een goede klassering, een médaille en misschien wel de titel. Eigenlijk bevinden zich alleen bij de liefhebbers met zeker heid geen kandidaten die zich wellicht naar het erepodium zouden kunnen rijden. De eer ste man die daarvoor wél in aanmerking komt is de voor zitter van Swift, Cock van der Hulst. De Zoeterwoudse aan nemer, die men zo'n beetje als de nestor van het Nederlandse veldrijden mag beschouwen, reed dit jaar nauwelijks open koersen, en trainde in vergelij king met zijn naaste concur renten weinig. Toen hij twee weken geleden bovendien een spiertje in zijn rechter boven been scheurde, leken zijn kan sen verkeken. Hij bleek vorige week echter alweer hersteld, en hoopt met zijn ervaring nogmaals toe te kunnen slaan. Katwijker Eddy Kouiss (De Kampioen) en Swiftrenners René Guyt en Hans Kolen brander zijn allen talentvolle nieuwelingen. Vooral Kouiss reed dit seizoen erg sterk, maar hij werd de laatste we ken geplaagd door ziekte. Mis schien komt hij op het podium. De twee anderen lukt dat wel licht als zij een bijzonder goede dag kennen, en de concurren ten een mindere. Dat laatste geldt ook voor Lei- denaar Martin Overdevest. De in zijn nieuwelingenperiode als een pijl omhoog geschoten junior blonk dit seizoen veel minder uit, wat echter ook zijn voordelen kan hebben. Om mee te mogen naar het WK in Birmingham zal hij alles op al les moeten zetten voor een goede notering op dit kampi oenschap. Als laatsten vertrekken om half drie de amateurs en profs. Bij de amateurs is een nogal grote groep gelijkwaardige renners, met Hermans (Dru- nen) en Snoeyink als koplo pers. Dicht achter beide favo rieten bevinden zich ook Lei- denaar John Kuyvenhoven (22) en de uit Noordwijkerhout afkomstige Hans Steekers (1 De eerste stelt zich voorzien op, en "zou wel willen teken voor een vijfde plaats", ml denkt aan de andere ka[ „Als ik een superdag hj word ik misschien wel tw de". De tien jaar oudere St kers, schijnbaar onverslijtba^o schat zichzelf in tussen de v de en achtste positie. Tenslotte de profs. Hierom1 bevindt zich wellicht de gre ste kanshebber van allem; Kees van de Wereld uit 2C phen a/d Rijn. Terwijl ied een zijn ogen uitkeek naar qj in het oog vallende presta van Stamsnijder en Groen g daal, heeft hij zich gede| 40 voorbereid in zware Belgis<45 veldritten, waarin hij vierm als eerste de meet passeei Momenteel is zijn vorm i ook optimaal, en hij ho evenals in 1980 als derde h< 31 het been te kunnen grijpen de twee genoemde favorie g| in het verwachte topduel n g schien wel laten liggen. In genstelling tot de meeste an re favorieten maakt hij vandaag de lange autorit m het zuiden. >Elf voorgaa kampioenschappen heb hem geleerd dat dat lang noeg van tevoren is. Misscb dat die lange ervaring hem nieuw de titel bezorgt, als rc net als in 1980 weer vriestL PIETER EVELtfH Kanaries Valken '68-8 - Oegstgeest 11, Oegstgeest 11 n.o. Een simpele mededeling in de afdelingsuitslagen van afgelopen weekeinde. Geen enkele reden voor de redac tie van deze rubriek dieper op de materie in te gaan. Dus gingen we juist op jacht. In eerste instantie, zo leer den wij van Hutspo(r)t al snel, was er geen sprake van niet opkomen. Ak koord, het elfde team van Oegstgeest bleek zaterdag in Valkenburg verre van compleet. Maar het aantal van acht geelzwarten dat wel acte de précense gaf, zou officieel wel voldoende zijn geweest. Het werd na tuurlijk allemaal wat min ÜF Emill Hagens: praatjes. der op het moment dat twee spelers van dat achttal besloten maar te vertrek ken, „dat was immers geen voetballen meer". Inder daad: met z'n zessen kan je het ook officieel vergeten, dat had dat tweetal heel knap bekeken. Kanaries (2) Desondanks werd er nog gevoetbald, daar in Valken burg. De Valken zelf wil den graag een balletje trap pen, de zes dappere Oegst- geestenaren eveneens. Dus werden er vier vogels ge strikt en kon de partij - tien tegen tien - alsnog plaats vinden. Nu, de vier overge vlogen Valken die zich in een geel shirt hadden gehe sen, weerden zich alsof er echt nog wat op het spel stond. En aangezien de he ren van Oegstgeest 11 zich zelf stuk voor stuk over troffen, kwam er een ge- lijkopgaande strijd, die uit eindelijk door Oegstgeest met 3-4 werd gewonnen. Eén treffer kwam op naam van een heuse Oegstgeeste- naar, de overige drie wer den door tijdelijk kanarie geworden valken gescoord. De moraal? Beter vier Valken in het veld dan vijf Kanaries in Oegstgeest. A ch thonderdtien Wij van Hutspo(r)t hebben zo de indruk dat Woubrug- ge met een probleem kampt. De gehele voetbal vereniging Woubrugge, om precies te zijn. Want hoewel het gegeven in feite slechts het eerste elftal raakt (het in de zaterdagse vierde klasse varende vlaggeschip) denken wij de plank niet ver mis.te slaan met de stel ling dat de gehele Wou- brugse voetbalgemeenschap er ernstig onder lijdt. Het betreft hier - insiders zullen dit al hebben ver moed, het betreft hier het spitsenprobleem. Een pro bleem dat zich, we geven het onmiddellijk toe, beslist niet alleen in Woubrugge voordoet. Maar de mate waarin het gegeven op dit moment in het Woubrugse speelt, de snelheid waarmee de haren in deze kleine, vroeger zo vrolijke gemeen schap vergrijzen, dat is - ze ker in onze regio - toch be slist uniek te noemen. Achthonderdtien (2) Inderdaad, we spreken hier over een droevig, ja intriest record. Want, het ploegje van trainer Ab Kolkman mag dan zo aardig zijn be gonnen dit seizoen (2-2 ge lijk tegen Jodan Boys, 3-0 winst op Hazerswoudse Boys, Leo van der Laar met drie treffers even topscorer van de Rijn- en Veen- streek), daarna was de doel- puntenkoek toch wel mooi op, daar in het Woubrugse. Negen keer nog, verscheen de hoofdmacht van Wou brugge na die flitsende start in het veld, 810 (achthon derdtien) minuten - zonder de blessuretijd te hebben meegerekend - kreeg Wou brugge één nog de kans treffers aan het totaal van vijf toe te voegen. En negen keer ook, faalde de groen witte vierdeklasser, negen maal bleef de teller op nul steken. U begrijpt dat het feit dat er tegen Zevenho ven nog wel een keertje ge lijk werd gespeeld (nul-nul, juist) de zo droevige ge meenschap beslist niet in Plet Buter: topscorer. Achthonderdtien (3) De schuldigen, de diepere oorzaken achter het pro bleem? De technische staf van Woubrugge is er nog niet in geslaagd ze te ach terhalen. Natuurlijk, de op lossing is simpel: die bal moet er immers gewoon in- geschopt worden, dan is er niets aan de hand. Maar als een ploeg niet draait, pech en het houtwerk treffers in de weg staan, die bal er dus gewoon niet in wil, wat dan? Met de Woubrugse staf stonden ook Wij van Hutspo(r)t met de handen in het haar. Totdat de sup portersvereniging van Woubrugge (verenigd on der de naam „F-side", maar merk waardig genoeg gar an t staand voor zéér gezellige feestavonden) dé oplossing aandroeg. Na van de spits- spelers te hebben vernomen dat het niet hun schuld was - „Wij houden de nul wel vast, alleen achterin ver draaien ze het" - is trainer Ab Kolkman de suggestie gedaan beide linies maar te verwisselen. „De nul achter staat dan bij voorbaat vast en met zo'n achterhoede komen doelpunten vóór vanzelf". Het zou ook ons, met de brainstormers binnen de „F-side", verbazen als deze oplossing niet zou functio neren. Het tot op dit moment be grijpelijk vol zelfvertrou wen naar de wedstrijd te gen Woubrugge toelevende Rohda '76 is derhalve ge waarschuwd. Beloning Trainer Piet Buter vertrekt bij Noordwijk, de ruim twee jaar terug al afgevuur de kogel is dan eindelijk door de kerk. Over het waarom blijft Bu ter een beetje vaag. Maar bekend mag worden veron dersteld dat de verstand houding tussen Noordwijk en Piet Buter in de afgelo pen tweeëneenhalf jaar niet altijd optimaal, misschien zelfs wel nooit optimaal is geweest. Ook al omdat Bu ter vanaf het eerste mo ment aan de erfenis van zijn succesvolle voorganger John Eelman is gaan knut selen, konden interne wrij vingen niet uitblijven. Zoals Buter daarbij ook van de regionale pers regelmatig, al dan niet geschreven, kri tische opmerkingen naar het geplaagde hoofd kreeg. Desondanks, zullen wij van Hutspo(r)t hem missen in het Noordwijkse. Niet al leen omdat hij bij Noord wijk, blijkbaar terecht, te gen alle stromingen in zwemmend die tot nu toe zo succesvolle verjonging heeft doorgevoerd, maar vooral omdat hij die twee keer dat hij meespeelde in het traditionele treffen tus sen Leidse sportpers en voetbaltrainers, zo'n sterke indruk maakte. En zich nu zelfs topscorer mag noemen van dat selecte team. Daarom, bij deze reeds onze beloning: De eerstkomende drie jaar mag-ie nog ge woon meedoen... Discussie Wij van Hutspo(r)t bevon den ons maandagavond even in de Vijf MeihalJ Even kijken naar de trai\ ning van Elm ex Leiden j Om bij te blijven. Maar nog, voor we echt in de zaat stonden kregen we al een vreemd gevoel over onsjt Het was namelijk doodstil* in de Vijf Meihal, geen stui terende ballen, geen aan wijzingen schreeuwende Kinsbergen, niets. Om uit lachen te voorkomen ever het zaalrooster van de Vijl Meihal nagegaan. Gelukkig deelde dat onze mening maandagavond van kwa, over zes tot kwart voor ach\ training Elmex Leiden ei omdat het pas kwart ovel zeven was, konden wij vo\ zelfvertrouwen de zaal bin nenstappen. Eenmaal binnen toch weel, die twijfel. Goed, er stom een basket opgesteld en el, liepen drie spelers in sport- kledij, maar om nou re spreken van een training nee. Coach Kinsbergen ei zijn assistent Kroppf discus sierden met de in burgerg; kleding gehulde aanvoerde Emill Hagens, Jan Ooster huis en Roland van dei Bergh wisselden op eei bank langs de kant wa woorden, Wilson Washing ton was al vertrokken ei Mike Wiley liep tussen bei de groepjes heen en weei En dat allemaal omdat ei twee dagen eerder was ver loren van hekkesluiter Am sterdam. Alsof dat geen re\ den zou zijn om er hard te< genaan te gaan, een vol' waardige training af werken. Juist de LTBC immers, zoi beter moeten weten. Ho was het ook al weer „Praatjes vullen geen gaat jës?" K(I)apstuk Kees: „Fusie tussen VN/, Leidse Boys en Oranj Groen: zijn die clubs d nieuwe competitie-opze dan nu al zat?"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 12