Man en vrouw De Wit
howen hun wederzijdse
beademende99 kunst
WISSELING ZIEN WE NOG IETS TRILLEND" NA TUURLIJKS
'4
wumm
renigingen voldoende
de hoogte van subsidies
Zoeterwoude wil aan redelijke
wensen agrariërs tegemoet komen
derb
Op mijn omwegen door stad en land
kóm ik graag mensen tegen. U kunt
mij telefonisch of schriftelijk vertellen
wie u graag in deze rubriek zou willen
tegenkomen. Ik ben bereikbaar via OJl
- 12-22 44 op toestel 10.
rs
t halvi
van
oudt
organA
'zen, vf-ard de Wit kan er
van. Hij sleept zich
onbekommerd
rt; in de geur van
tverf, uitzichtloos
>pend in de tredmo-
van de contrapresta-
elnemen de zoveel-komma-
>uden]eel-regeling. Hij is
man van status en
ft een eigenzinnige,
mberende kijk op het
en. Bij De Wit zit een
geportret-
desnoods in de
emering, maar toch
jd ook in het licht. En
een beschouwende
A naar zo'n geëxpo-
....js ^oek en de
'r'den skens bijna toeknijpt,
die ontvangenis
wijze van spreken
beeldhouwer P. de
ci uoi*n Amstelveen
schoc emaal aanwezig in
Zeven atelier zitten. Daar is
Monchy. Kan alleen
ar De Monchy zijn, en
linker brilleglas lijkt
ïstig beslagen. Dat is
terie, evenwel. Of-
oon zijn gele over-
ofieüH aan a^e aardsheid
óesüjstëgen lijkt. De Mon-
komt er karaktervol
markant heet dat,
allend levendig in
rusthouding, geschil-
d door een conformis
me maar ook wereldse
nnik die De Wit is, in-
eerd „lezend" in zijn
en getijdenboek.
ir Gerard de Wit, kerse
kunstenaar in Oegst-
st, kan er nog meer van.
vivant met een in om-
g toenemende snor en
grijs aureool rond de
rgondische kop. Een
■t Philips de Goede (van
een optimist die zegt:
is leeftijd?) zonder uit
gesproken dynastie die,
zonder alle schaapjes op het
droge te hebben, zich niet
de kaas van de boterham
laat eten. Bij hem in de
straat woont een bevriende
brood- en banketbakker die
in alle eeuwigheid amen
niet meer bij de schilder is
weg te slaan sinds beiden
zich aan elkaar verbonden
hebben, via een paar zoete
broodjes. Bij de bakker
(wiens grote naamgenoot in
de 17e eeuw een escapade
in een boekenkist onder
nam), bij die Hugo dan staat
in diens verkoopruimte een
schilderij met drie gebakjes.
Door Gerard en een Haagse
kunstbroeder geconterfeit.
De duurste gebakjes van
Nederland, ja op deze aarde
zelfs. Drie gebakjes a 1000
gulden per stuk. Ontgoo
cheling bij de Haagse
kunstbroeder: „Had ik er
maar vier geschilderd..."
Maar nee; de gebakjes wer
den om niet afgestaan aan
goede kennis Hugo om ze in
zijn winkel op te hangen.
En Hugo legde in alle on
schuld, in een spontaan op
gekomen gevoel van warm
te, een dure tijdelijke gelof
te af. Vanaf nu kan het ge
zin De Wit van z'n leven
lang gratis gebakjes bij deze
bakker komen halen. Mag
natuurlijk ook wel, voor
een schildering van drie
rooie ruggen. Misschien ook
had Hugo het idee: dat hou
den ze hooguit drie, vier
jaar uit, en daarna zijn de
De Witten aan een overdo
sis overleden.
„Nou, nee hoor", zegt van
daag Gerard de Wit veront
schuldigend, vanachter alle
stoppels die er op z'n niette
min geschoren gezicht te
vinden zijn: „we doen niet
aan vriendelijke chantage.
Ik zal geen rticksichtlos ge
bruik van de aanbieding
gaan maken. Hooguit eens
per maand, of als er vrien
den komen die wel een ge-
De heer en mevrouw De Wit.
bakje blieven". Zoals van
daag. Op een wat katterige
maandag na de Kerst. Bij
het interview. Na een laat
stukje kerstkrans. Ik heb
Hugo weer eens geproefd.
Met schuim en vrucht. Hoe
een mens voor de kunst
door de knieën kan gaan!
Dubbel
Overigens zijn we toe aan
een dubbele tentoonstelling
van het echtpaar De Wit in
een prachtig gerestaureerd
gebouw van Ars Aemula
zullei
olieverfportret „Tanja" van da heer de Wit.
Naturae. Gewoon „Ars",
aan de Pieterskerkgracht.
Een kunstcentrum, dat bij
na onhollands aandoet om
dat er zoveel subsidiërende
aandacht aan is besteed.
Neem me niet kwalijk;
maar als je ziet hoe de
Vlaamse Belgen hun cul
tuur in de vette watten leg
gen ben je wel eens bang
voor de noordnederlandse
consequenties van een
kunstzinbesef. Ars is kunst,
en één van de meest eer
biedwaardige tekenacade
mies in onze lage landen.
Uitnemende gelegenheid
om er met allerlei innerlij
ke roerselen, die uiterlijk
zijn geworden, terecht te
kunnen. Nu nog die drie
roestende platen van de
binnenplaats verwijderd en
je kunt er weer vrij ademen
in een niet opgedrongen
sfeer-van-vandaag.
Gerard de Wit, Hagenaar,
gegradueerd aan de Haagse
academie, koninklijk, voor
Beeldende Kunsten. Veel
belovend kunstenaar die al
tientallen jaren gehono
reerd wordt. Geeft nog
steeds drie dagen in de
week les aan een chr. scho
lengemeenschap aan de Ka-
gerstraat in Leiden. Ook
om den belegden brode.
Zag 't liefst het rooster te
ruggedraaid tot twee dagen;
tot één. Maar De Witten
(met drie hooggewassen
zoons en dochter) hebben
die bron nog nodig. Win
naar van de Willink van
Collenprijs (van Ars).
Wiens doeken tot in de Ver.
Staten zijn terug te vinden.
En er zijn niet te tellen be
zitters van zijn doeken in
de particuliere sfeer, in bin
nen- en buitenland. Begon
in de Betuwe als tekenle
raar. Trok naar Leiden, en
betrok 15 jaar geleden het
voormalige optrekje van
het Groene Kruis in Oegst-
geest. De verbouwing daar
van (begeleid door einde
loos getimmer en inspiratie)
kostte hem jaren en grijze
haren. Maar nu zie je achter
een pittoresk front, in een
setting van wild groen, een
doorloop-carrière van de
hal via de keuken en de
woonstee naar de atelier
ruimten. Klagers hebben
geen nood. Maar De Witten
klagen niet.
Toen Gerard de Wit in Den
Haag z'n eindexamen deed,
sprong Erika Pruimers nog
touwtje. Zij is van '41. Ge
rard hield zin eerste exposi
tie rond '56. Begeestering.
Ook bij Erika, die haar pap-
Eenheimer toen al enigszins
ende. Het meisje Pruimers
trad vervolgens in het hu
welijk met Gerrit en offer
de haar aanleg op aan gezin
en huiselijke beslommerin
gen. Erika, het gelovige
maar niet gekke heide
bloempje, was een leerlinge
van Henk Raab, die in Den
Haag aan haar z'n eerste
lesjes gaf. Later volgden de
academie en het huwelijk.
Voor haar werden het
voornamelijk aquarellen.
Waterverf; in de goede zin
des woords. Dat was haar
aanleg. Daar voelde Erika
zich het prettigst bij. Nu
vertelt ze me: „Bij het aqua
relleren beleef ik de dingen
op een nieuwere manier
dan vroeger. Ik voel me rij
per, meer doordrongen in
m'n kunst. Ook ben ik
technisch stukken verbe
terd. Zeker".
En dan krijg je het. Er is
een wisselwerking tussen
Gerard en Erika. Er zijn
raakpunten. Ze beïnvloe
den elkaar. Het licht in hun
schilderijen is niet decora
tief. Beslist niet. Er is, sinds
hun eenheid in leven, een
gemeenschappelijke ver
worvenheid, komend uit
een atelier waarin ze alle
twee werken, in een zelfde
ruimte. Een samengebalde
ontroering, veelal, en ge
voel voor schoonheid van
de voorwerpen die ze wil
len doorgeven. Zij met haar
stillevens; hij met voorna
melijk landschappen en
portretten. Gerard en Erika
zitten elkaar niet in de weg,
op dit gebied. Erika: „Ik
werk in de ochtenduren, als
iedereen weg is. Het is fijn
om alleen te werken". Ge
rard is het met haar eens:
„Anders verdring je elkaar
een beetje".
Doorbraak
Erika is nu doorgebroken,
bij Ars, met een eigen expo
sitie, in combinatie met Ge
rard. Nu zijn er al... Nou,
over die verkochte stuks
hebben we het maar niet.
Gerard zegt ook: „Enfin,
het gaat erg goed; de be
langstelling is groot. Ook in
deze tijd. Dat is juist 't bij
zondere, dat het toch aan
sluiting vindt bij veel men
sen. Het is iets nieuws bren
gen, voortbordurend op een
traditie". Beiden vinden,
dat ze niets nieuws maken,
„niets terwille van het
nieuwe; want daar breng je
de kunst niet verder mee".
Abstract, met fijnschilde
ren, met andere „ismen",
daar voelen de twee De
Witten niets voor. Zij: „Ik
geef me over aan m'n on
derwerp, waarin ik me ver
lies, totdat er iets komt. Zo
als je met woorden een ge
dicht maakt. Ik ben geboeid
door het licht".
Dat is Gerard ook. Man en
vrouw De Wit doen geen
enkele concessie om „iets
mooi te maken". „Kijk",
zegt Gerard en „kijk" zeg
gen ze allemaal, bij een on
dervraging), „kijk; als je
koopt, vraag je je niet af: is
het nou modern? Nee, je
koopt omdat je iets mooi
vindt". Vooral Gerard de
Wit gelooft in een kenners-
en liefhebberspubliek, „dat
er heus wel kijk op heeft,
op deze schilderkunst".
Ach, laat ze maar schuiven,
Erika en Gerard de Wit; in
en rondom Oegsteest. Ze
bewijzen zichzelf. Dat heb
ik tenminste bemerkt bij
Ars. Gerard mag weieens
gedurende tien minuten z'n
bril kwijtzijn, ietwat ver
strooid doen. Ongetwijfeld
zet hij een enkele keer kof
fiewater op, in stede van
theewater. Maar de olie
verfgetuigenissen en aqua
relzienswijzen zijn glorieuze
neerslagen van een doorge
geven overlevering. Ge
boeid, gepakt door het licht.
Clair-obscur. Bij Gerard, bij
de herstelwerkzaamheden
aan een Leidse wallekant.
Bij Erika, de doorbloeiende,
een stilleven met doorzich
tig, gerubriceerd glaswerk.
Het breekbare; dat er des
ondanks stevig genoeg uit
ziet, in alle herkenbare pro
porties. Plusminus 70 wer
ken, beneden en boven, bij
Ars. Tot en met 8 januari
van het komend jaar des
Heren en van de „christelij
ke" wereld. Een knots van
een tentoonstelling, die
door Gerard en Erika ge
koesterd wordt. Ze slaan
geen kruisje, maar de Ma
donna en haar Eerstgebore
ne zijn, uitgebeeld, als kin
deren aan huis. Wat mij be
treft heeft Calvijn, in elk
geval hier, de plank misge
slagen. En wat ik op de ex
positie hoorde, gisteren, van
een potentieel schilderende
liefhebster: „Goh; ik wou
dat ik zó kon schilderen...
De aquarel „De Werktafel" van mevrouw de Wit.
'AGIlJIO LEIDSE COURANT DINSDAG 28 DECEMBER 1982 PAGINA 5
ge
*r i SCHOTEN WIJST VERWIJTEN VAN DE HAND
a-ge i
paste
eder
>en< SCHOTEN Het
zorg gingsleven in Voor-
s* a n dat mee wil delen
D gemeentelijke subsi-
Jn V0 r/,1 /IrtAr. 4 A MM /-I
PvdA/PPR-raadslid Both
tegen de werkwijze van
de gemeente terzijde
schuift.
voldoende op de Both verwijt het college van
van de mogelijkhe- burgemeester en wethouders
dat te weinig openbaarheid is
gegeven aan de eis dat vereni
gingen alleen voor subsidie in
aanmerking komen als ze aan
geven aan welke activiteiten
ze het geld willen besteden.
rddide daarvoor zijn. Dat
lans de mening van
:k r emeentebestuur van
>r™ :hoten., dat daarmee
ezwaren van het
Een verwijt dat onlangs door
de gehele gemeenteraad terzij
de werd geschoven, omdat
Voorschoten voor het sociaal-
cultureel plan alle verenigin
gen heeft aangeschreven. Bo
vendien zijn er allerlei hoor
zittingen gehouden voor dat
plan, waardoor iedere secreta
ris van de Voorschotsense ver
eniging zo langzamerhand
weet hoe de subsidie verkre
gen kan worden.
Both is overigens uiterst onte
vreden over dat sociaal-cultu
reel plan. Hij vindt dat de ge
meente zelf meer actief moet
zijn met het aanbieden van
subsdidies, waardoor vereni
gingen worden gestimuleerd
tot het organiseren van allerlei
activiteiten. De gemeente
maakt zich er te makkelijk
van af met het inzamelen van
aanmeldingen voor. subsidie,
zo vindt het raadslid.
De verantwoordelijke wethou
der voor welzijnszaken, de
heer L. Marselis (CDA) vindt
dat de gemeente er genoeg aan
doet de verenigingen te wijzen
op het feit dat een goed be
leidsplan en een subsidie-aan
vraag over het algemeen vol
doende zijn om in aanmerking
te komen voor subsidie, als de
gemeente daar de juiste in
stantie voor is.
ZOETERWOUDE Het
agrarische karakter van
Zoeterwoude dient nu en
in de toekomst verzekerd
te zijn. Daarom moeten de
bedrijven binnen het
raam van de bestem
mingsplannen voldoende
ruimte krijgen voor een
gezonde bedrijfsvoering.
Dat is een van de punten
van het beleidsplan van
Zoeterwoude voor de pe
riode 1982-1986.
Om de agrarische sektor vol
doende kansen te geven zul
len bij toekomstige bestem
mingsplan-herzieningen in
overleg met de agrariërs aan
redelijke verlangens tege
moet gekomen worden. Met
een dergelijke opzet kan het
landelijke karakter in de toe
komst mogelijk behouden
blijven. Ook voor bestem
mingsplannen die niet het
landelijk gebied betreffen
streeft het gemeentebestuur
naar versoepelingen.
Getracht zal worden bij de
opstelling van bestemmings
plannen ruimte in te bouwen
waardoor de procedures voor
het realiseren van kleine
veranderingen aan woningen
en bedrijven worden vereen
voudigd. Zonodig zullen be
stemmingsplanvoorschriften
en tekeningen worden aan
gepast. Voorts zullen voor
stellen worden ontwikkeld
welke ertoe leiden dat - voor
zover op gemeentenivo beïn
vloedbaar - procedures zo
eenvoudig en de behande-
lingsduur zo kort mogelijk
worden.
Boete voor
dodelijke aanrijding
LEIDEN/KATWIJK Een
31-jarige man uit Hazerswoude
is gisteren door kantonrechter
Morshuis veroordeeld tot een
boete van 300 gulden. De Ha-
zerswoudenaar veroorzaakte
op 2 juli 1981 in Katwijk een
aanrijding waarbij de 60-jarige
Katwijker J. Langmuur om
het leven kwam.
De man, die een vrachtwagen
bestuurde, reed op de Boule
vard en wilde linksaf de Voor
straat inrijden. Hij verleende
daarbij geen voorrang aan de
fietsende heer Langmuur, die
rechtdoor reed. Het slachtoffer
overleed in het AZL. De heer
Langmuur was lid van de Kat-
wijkse milieu-politie.