male £eidóc0otucmt „ZOLANG IK LEEF BEN IK AL EEN OPEN BOEK" Willeke Alberti: „Als artiest kun je niks beginnen tegen de zachte terreur der disc- jockeys" ZATERDAG 11 DECEMBER 198?: Alberti, de „zingende tuinkabouter", maakte al schoffelend voor enige op 3 februari 1945 geboren dochter Willy Albertlna het pad de roem op hoogst bekwame wijze egaal. Vader en dochter druk voor een tv-optreden van Willeke In 1960. Na haar triomfen In „De kleine waarheid" excelleerde Willeke In ver schillende films, zoals ir^,,Rooie Slen". „Begrl|p |e nu waarom Ik me zo lekker voel?". Een vraag die zowel door Willeke (kapsel Intussen veranderd) als door de poes gesteld kan worden. SSUM Op het leitje naast haar kleedkamer is met hanige krijtletters ge reven: „WILLEKE". „Meer is niet nodig", zal de toneelknecht van het Bus- dose Spant Theater gedacht hebben. En vervolgens heeft hij zich wijselijk de eite bespaard om er een achternaam aan toe te voegen. Dit in de veilige tenschap, dat hij daarmee alleen op hinderlijke wijze een open deur zou in- ppen. Het kan ook eigenlijk niet missen. In de vaderlandse showbizz, dat feuze reservaat, waar de muze haar pappenheimers het gras voor eikaars iten laat wegvreten, heeft in de laatste kwart eeuw immers slechts één Wil le haar mond wagenwijd open gedaan: het blonde zondagskind van de pseu- iNapolitaanse mini-bard Willy Alberti. Deze meer dan volle neef van de rme smartlappenbakker Johnny Jordaan, die van zijn fans indertijd als )snaam „de zingende tuinkabouter" heeft gekregen, maakte al schoffelend ir zijn enige, op 3 februari 1945 geboren dochter Willy Albertina het pad ir de roem op hoogst bekwame wijze keurig egaal. En daarmee bereikte hij, ze reeds op 11-jarige leeftijd haar eerste troetelschijf met verfrissend blaat- rk mocht vol zingen en drie jaar later haar televisiedebuut kon maken in i show van Corrie Brokken. Dat ben ik „Ik leid nu een vrij truttig, maar gezond en gelukkig leven", laat ze nierbij aantekenen, „en gelukkig is daar voor persmuskieten geen eer aan te behalen. Als ik zeg: ik zwem veel, drink niet en lig elke dag vóór twaalven in bed, is dat voor Henk van der Meyden te weinig om er een lekker, smeuitg verhaal van te bakken. Je wordt voor hem pas interessant, als je je eigen doch ter verstoot of elke nacht bont en blauw wordt geslagen door ie vriend. Het is spiitig voor Henk. Maar dat zit er toen echt niet in". Wat er wél in zat en er ook prompt uitkwam is haar nieuwe elpee „WILLEKE ALBERTI. DAT BEN IK", waarmee ze haar zilveren ju bileum als zangeres een feestelijk klankdécor heeft gegeven. Tussen deze puntgave langspeelplaat en haar voorlaatste gaapt een kloof van zeven jaar: het werk van haar vorige platenmaatschappij Phono gram, die in het midden van de ja ren zeventig van oordeel was, dat Willeke Alberti te weinig talenten in huis had om een elpee succesvol te vullen. Zachte terreur „Philips", constateert ze met lichte wrevel, „wenste op een gegeven moment niet meer in mij te inves teren en bracht alleen nog oud re pertoire van me op de markt. En een paar singeltjes, waaronder „Ca- rolien". Omdat ik op dat moment privé te veel problemen had, heb ik helaas verzuimd om terug te vechten en keiharde eisen bij de heren op tafel te leggen. Maar eer lijk gezegd was ik af lang blij, dat ik na jaren weer eens in de scha duw mocht leven. Ik kon de schijn werpers van de publiciteit opeens niet goed meer verdragen". Met „WILLEKE ALBERTI. DAT BEN IK" is ze nu weer terug aan de top van het Nederlandse amuse ment. „Het is alleen spijtig", zegt ze, „dat de discjockeys weigeren om nummers van mijn nieuwe elpee in hun programma's te draaien. Het is een zachte terreur, waar je als ari- tiest niets tegen kunt doen. Als een discjockey roept: „Ik vind jou niet interessant genoeg" of toevallig niet van Ajax houdt, kun je de goe de verkoopresultaten van je plaat verder wel vergeten. De pest is na melijk, dat je die heren nodig hebt om in de tipparade te komen. Mijn elpee is in één week vier keer ge draaid op Hilversum 3. En dat is te weinig om op de play-list te komen'. En als je niet op de play-list staat, kom je automatisch ook niet in de tipparade. Zo simpel werkt dat in de platenindustrie „Jan Rietman van de NCRV is tot nog toe de enige discjockey ge weest, die nummers van mijn nieu we langspeelplaat heeft gedraaid. De rest heeft me stelselmatig ge boycot- En dat ondanks het feit, dat ik op mijn nieuwe elpee beter zing dan ooit tevoren. Dat is geen wijs- neuzerige opmerking van mij, maar het oordeel van mensen die ver stand hebben van muziek. Die we ten wat zingen is". „Vervelend?. Uiteraard. Frustreert het me? Integendeel. Ik weet on derhand echt wel, wat ik kan en niet kan. En dat is voor mij vol doende. Ik weet bijvoorbeeld, dat ik geen artieste ben, die met een veer in d'r achterste van een showtrap moet komen. Daar ben ik namelijk het type niet voor. Ik am bieer ook geen one woman-show. Want ook daar heb ik net te weinig artistieke bagage voor". „Maar zingen kan ik wel. En dat probeer ik te bewijzen op mijn jubi leum-elpee, die zonder de hulp van discjockeys nu toch op de 17e plaats staat Als de heren me een handje hadden geholpen, stond ie nu mis schien al op 10. Of nog hoger". „Het zij zo. Ik heb de discjockeys niet nodig om gelukkig te zijn. Daar ben ik ondertussen achterge komen. En neem van mij aan, dat het een hele opluchting is. Ik zing voor mijn publiek. Niet voor een handjevol over het paard getilde blaaskaken in Hilversum". „En als puntje bij paaltje kwam heeft het publiek me nooit in de steek gelaten". „Begrijp je nu, waarom ik me zo lekker voel?". LEO THURING. |)70 plaatste ze tussentijds de ende kanttekening bij haar on- broken reeks van overdonde- ie successen: „Ik ben wel voor mezelf. Het gaat me alle- I te gesmeerd. Ik ben al vanaf geboorte dat kleine, gelukkige je. Ik heb nooit tegenslagen enige betekenis gehad. Weet je, rijding Fets doodenS is- Als 6oed s steeds bereikt, wat je ga je vanzelf uitkijken naar J moment, dat er klappen val- irdaad kende in die tijd haar geen grenzen. De schnabbel- jeres van grijsgedraaide toppers „Spiegelbeeld", „Hé, niet zoe- op het zebrapad" en „Morgen ik de bruid", was inmiddels regisseur Willy van Hemert ^undig opgebouwd tot Marleen irgaren en spuide schijnbaar iteloos in de televisieserie „De J ie waarheid" de volkse wijshe id die de schrijver Jan Mens haar e mond had gelegd. Van de 26 zendtijd, die de NCRV daar- a raison van twee miljoen gul- vulde, was ze 25 uur in beeld im in die zee van tijd niet met mond vol tanden te staan had pvenjonderd dichtbedrukte pa- s tekst uit haar hoofd geleerd, ferie scoorde een kijkdichtheid n 68 procent en kreeg een waar- ,n pgscijfer van 81. Voorwaar een a :e binnenkomer voor een gras- n ne debutante, die, niet gehin- I door enige toneelopleiding, van de lever opereerde tussen loor fijnmazige theaterwol ge- de giganten. en Van Hemert me vroeg voor s [hoofdrol in „De kleine waar- I", herinnert ze zich, „was psbang, dat de echte acteurs r zouden accepteren. Later hoor- jk pas, dat de acteurs diezelfde |caan tegen mij hadden. Die nt bten, dat ik een kapsonesmeid L die van verwaandheid buiten t schoenen liep", pteraf is het gelukkig allemaal [gevallen. De sfeer was vanaf irste opnamedag geweldig. En 3 name Van Hemert sloofde zich m uit om van mij een echte te maken. Guus Oster had trouwens al gezegd: „Willeke een hele bruikbare actrice den, als ze zich maar laat coa- door een goede regisseur". weet ik, dat er over Van He- t in de loop der jaren heel wat felende dingen zijn gezegd. Ir ik ga voor die man nog steeds r het vuur. Het succes van „De lll'.Q ne waarheid" is ook duidelijk I" een groot deel aan hem te |sen geweest. Die man is grieze- 'embef,reat'e* en heeft daarbij ook nog engelengeduld. En dat is voor beginnende actrice een zegen". haar triomfen in „De kleine Leidstrheid", waarvoor ze in 1971 met bereijTelevizier-ring werd onder- behajj(jent kreeg ze in verblijdend tsen q tempo belangrijke rollen in de Tol erjjdvuliende publiekstrekkers 9' Jipers", „Twee op de wip" en èbelei". Ook excelleerde ze in televisieproduktie „Kiss me i je" en in de films „Oom Ferdi- jd" en „Rooie Sien". Tevens I 20 I ze als razend actieve klusjes- i 31 iiw op naast Seth Gaaikema in ïs cabaretprogramma „Tien ERQ joen geboden". 'ookjescarrière die komeetachtige sprookjes- IJ,<ière kwam in het midden van Om zichzelf en haar dierbaren te beschermen houdt ze nu de journa listen en fotografen verre van haar riante huis met zwembad en ten nisbaan in het Gooise Huizen. Die ondoordringbare privacy vindt ze een absolute noodzaak voor zich zelf, haar kinderen Daniëlle en John Carel en haar vriend, de Deense knoertenkoning Soren Ler- by, die ze elk weekend vanaf een tribune luide aanmoedigt als hij voor ziin club Ajax weer ziin geraf fineerde drietrapsraketten lanceert. Regisseur Willy van Hemert bouwde de zangeres van grijsgedraaide top pers als „Spiegelbeeld" en „Mor gen ben ik de bruid" vakkundig om tot Marleen Spaargaren, In Jan Mens „De kleine waarheid", waarin de grasgroene debutante, niet ge hinderd door enige toneelopleiding, fris van de lever opereerde tussen door de wol geverfde theatergigan ten. Voor haar rol kreeg Willeke In 1971 de gouden Televizierring. de jaren zeventig om onnaspeurlij ke redenen een vrij abrupt einde. Er kwamen opeens geen aanbiedin gen meer. En voor de kersverse Nederlandse toneelster leek daar mee het doek voortijdig te zijn ge vallen. „Ik kan ook alleen maar gissen naar de redenen daarvan", bekent ze blijmoedig in haar kleedkamer, die ze eerlijk deelt met een ver vaarlijke, helblauwe weekendtas, tot aan de randen gevuld met geva rieerd schoeisel. Tussen foto's met handtekening, die ze altijd bij zich heeft om opdringende fans mild te stemmen, liggen goudkleurige laar zen naast zwarte pumps met super hoge hakken. Hierdoor krijgt de bezoeker al gauw het bange ver moeden, dat de zangeres uit geld nood in de voorgaande uren nog even gauw als winkeldievegge een geslaagde ronde langs de Bussumse schoennenmagazijnen heeft ge maakt. „Weet je wat het is", veronderstel' ze, „ik ben nooit een streber ge weest. En als je in mijn vak de top wilt bereiken, moet je dat juist wél zijn. Dat is zelfs een eerste vereis te". „Ik heb daar geen zin in. Ik wacht liever totdat het succes me komt aanwaaien. En tot nog toe is dat nog steeds gebeurd. Ik weet onder tussen dondersgoed, dat er met ge mak honderd meiden in dit land te vinden zijn, die een betere stem hebben en beter toneel spelen dan ik. Maar het gaat toevallig ook nog een keer om de persoonlijkheid. Je moet een podium kunnen vullen. En dat is de reden, waarom het pu bliek dingen van mij accepteert, die ze van een echte zangeres en een echte actrice niet pikken". Theaterkluiven Ze noemt ook nog een tweede re den, waarom ze in de afgelopen ja ren niet ademloos op de vette thea terkluiven heeft geaasd. „Na mijn mislukte huwelijken met Joop Oonk en John de Mol jr. wilde ik eerst in mijn eigen leven orde op zaken stellen. Het is afschuwelijk als je twee keer tot de ontdekking komt, dat je niet verder kunt leven met de man van wie je eens hebt gehouden. De wereld, waarin je ge lukkig was en waarin je je veilig waande, stort dan reddeloos in el kaar. En helaas heb ik te weinig eelt op mijn ziel om achteloos aan zulke rampen voorbij te gaan". „Ik ben in de afgelopen jaren door een diep dal gegaan. Daar maak ik geen geheim van. Ik zou het trou wens niet kunnen. Want zolang ik leef ben ik al een open boek. En al les wat ik tot nog toe gedaan heb, is gebeurd met hart en ziel. Ik wés dat meisje uit het dagboek, waaro ver ik zong. Ik was ook de gelukki ge bruid. En omdat ik weiger om te huichelen, net te doen alsof, was ik een te gemakkelijke prooi voor de roddelbladen". „De storm is nu weer wat geluwd. Maar wat er ooit over mij is ge schreven in Privé en in Story is voor mij een langdurige nachtmer rie geweest. Ik las daarin leugens die het publiek voor zoete koek slikte. Ik zou een keiharde carriè revrouw zijn, die mensen manipu leerde en als oud vuil weggooide op het moment, dat ik ze niet meer nodig had. Je leest zulke teksten en denkt: waarom doen ze dat nou? Privacy Waarom probeerden die bladen een wig te drijven tussen mijn vader en mij? Er werd gesuggereerd, dat we slaande ruzie hadden, dat we el kaar constant ontweken. En dat, terwiil ik alles wat ik in mijn leven bereikt heb, mede aan hem te dan ken heb. Mijn vader en moeder zijn tot op de dag van vandaag gouden mensen, die ik koester. Dat is de enige waarheid".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1982 | | pagina 13