|Na de instant-koffie en -soep
willen we ook instant-dokters'
IS?
iabinet-Lubbers moet ijzelen en strooien tegelijk
ritensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnen
hofb
ofb
ofb
PROF. DR. VAN ANDEL:
Politiek
Partij
Parlement
IG1NA;HTERGR0ND
LEIDSE COURANT
ZATERDAG 4 DECEMBER 1982 PAGINA 7
TERKLAAS
Iheim is aan het Binnen
val geen lang leven
■n. Het is dan ook op-
Jijk te noemen als een
i in het kleine wereldje
'jvnd de Tweede Kamer
lang in een beperkte
van ingewijden gekoes-
|fan blijven. Afgelopen
aan hdag organiseerde de per-
idwerKgvereniging van de
at noofe Kamer weer het tra
de Sinterklaasfeest, een
gebeurtenis waarbij iede-
een Kamerlid als Goed-
'erpleehan optreedt. Vorig jaar
•orgt de VVD'er Joekes,
ne ma$ór de PvdA 'er Vellenga
ensen nigeen vroeg zich na
meneik af, welke volks rerte-
niet aordiger zich déze maal
kan iberd en baard zou hul
de lat $en brandende vraag,
gbehafcer antwoord bleef tot op
ie Baljatsfe moment voor de
dat hu^ wandelgangers een
vertro\geheim.
taaltje waar het feest
kofljgevierd was afgeladen,
werksters, koks, obers,
kamerleden, bewindslieden en
journalisten keken hun ogen
uit toen de hoogbejaarde bis
schop de ruimte betrad. Dat
profiel, dat smalle toetje, die
ogenWas dat niet.Een
luide kreet van verrassing en
herkenning steeg op toen de
Goedheiligman in zijn zetel
had plaatsgenomen en zijn
mond opende. Achter de rode
mantel, de baard en de laag
witte schmink verborg zich
Dolman, de kamervoorzitter in
eigen persoon.
DE VRIES
Na een enkel inleidend woord
richtte de heilige Nicolaas zich
tot zijn Piet en vroeg: „Piet,
wie zijn hier momenteel eigen
lijk aan de macht?". „De libe
ralen en de christen-democra
ten, Sinterklaas", antwoordde
de knecht. „Ah, zijn de chris
tenen hier aan de macht.' Zo
hoort het ook! Dat doet mijn
bisschopshart goed", repliceer
de de Sint. „Het is hier dus be
ter dan in Spanje, want daar
zijn de roden aan de macht. Ik
denk dat ik hier maar blijf".
Even later was er echter toch
weer enige aarzeling in dit
voornemen te bespeuren. „De
kans is natuurlijk groot", aldus
de Sint, „dat het Nederlandse
kabinet weer gauw valt, want
de laatste tijd leven die kabi
netten hier niet zo lang".
Overeenkomstig het aloude ri
tueel riep de Sint vervolgens
een aantal aanwezigen bij zich
op het matje. „Ik wil hier om
te beginnen graag bij mij heb
ben het machtigste jongetje
van Nederland", zei Jiij. Nie
mand reageerde. „Er zijn hier
waarschijnlijk verschillende
mensen in de zaal die denken
dat ze het machtigste jongetje
van Nederland zijn. Maar nie
mand durft er kennelijk voor
uit te komen. Laat ik het dan
maar zeggen: ik bedoel de
fractieleider van het CDA,
Bertje de Vries.
De opgeroepene begaf zich
enigszins schuchter naar het
podium waar de zetel van de
goedheiligman stond, gaf Sin-
g'ng
terklaas een hand
naast hem op een stoel zitten.
„Je maakt een ernstige fout
Bertje!", sprak Sint Dolman
streng. „Het is duidelijk dat Jij
van protestantsen huize bent,
want je weet niet hoe je bis
schoppen moet begroeten. Is
hier een katholiek aanwezig
die dat even kan vóórzeggen?"
Achterin de zaal klonk de
stem van CDA-kamerlid Dien
Cornelissen. „Hij moet knie
len!", riep ze lachend. „Goedzo
meisje", knikte Sinterklaas
waarderend. En zich tot De
Vries richtend: „Kniel jij dus
nog maar eens netjes voor mij
neer, jongeman". Onder luid
keels gelach verrichtte de
kersverse CDA-fractieleider
alsnog de verlangde hande
ling, waarbij de Sint hem zelfs
zo ver wist te krijgen, de bis
schoppelijke ring aan zijn uit
gestoken witgehandschoende
hand te kussen.
Tussen de goedheiligman en
het machtigste jongetje van
Nederland ontwikkelde zich al
spoedig een geanimeerd ge
sprek. „Jij houdt van schaken
en badminton, is het niet?". De
Vries beaamde dat dit zijn gro
te hobby's waren. „Denk je dat
je dit met je huidige functie
nog kunt volhouden?" „Jaze
ker, Sinterklaas", antwoordde
De Vries stellig. „Juist ja, dan
valt het kabinet dus nóg eer
der", concludeerde Sint Dol
man ad rem.
PLOEG
Helaas hadden alle ministers
op het feest verstek laten
gaan. Staatssecretarissen wa
ren er echter wel. De VVD'er
Ad Ploeg bijvoorbeeld. „Wat
doe jij zoal voor de kost,
Adje?'informeerde de bis
schop. nadat hij de bewinds
man bij zich had geroepen. „Ik
ben staatssecretaris van land
bouw en visserij, Sinterklaas",
luidde het antwoord. „Zo zo,
ook nog van visserij", zei de
Sint. „Da's heel wat'. „Zeker",
antwoordde Ploeg. „En ik zou
het ontzettend leuk vinden om
met uw boot mee naar Spanje
terug te varen zodat we dan
eens lekker samen zouden
kunnen gaan vissen". De Sint
knikte nadenkend en opeens
was hij weer even helemaal
Dolman. „Daar komt niks van
in", sprak hij met opgeheven
vinger, „want jij géét helemaal
niet over de zeevisserij. Dat
behoort tot de taak van jouw
minister. Jij mag je als staats
secretaris alleen met de visse
rij op de binnenwateren be-
Ook VVD-staatssecretaris Jaap
Scherpenhuizen (Verkeer en
Waterstaatwerd door de Sint
aan een vraaggesprek onder
worpen. „Dag jongen. Kun jij
me misschien zeggen, waarom
hier geen enkele minister uit
het kabinet is?". Jaap dacht
even na en improviseerde: „Ik
denk, dat zij er allemaal van
uit gingen dat u op 5 decem
ber, uw verjaardag, hier zou
komen. En het is vandaag pas
1 december, zoals u weet".
„Nee Jaap, dat lijkt me geen
goed antwoord", corrigeerde
Sint Dolman. Volgens mij zijn
de ministers van het huidige
kabinet er van uit gegaan Jat
het hier nóóit meer Sinter
klaas zou worden".
DRANK
Denk nou niet, dat het alleen
politici vergund was, de zetel
van Sint Nicolaas te naderen.
Terecht besteedde de Goedhei
ligman ook veel aandacht aan
de leden van het kamerperso-
neel, de mensen die nooit pon
tificaal in de krant of op de te
levisie komen en die naamloos
voor de grote buitenwereld da
gelijks in touw zijn om het po
litieke bedrijf op rolletjes te la-
verlopen. Zo'n vijfhonderd
nsen zijn dat bij elkaar.
Tien van hen haalde de Sint
voor het voetlicht en hij be
dacht ze elk met een cadeautje.
Aan het slot van zijn bezoek
richtte St. Dolman zich nog
éénmaal tot alle aanwezigen.
„Ik heb u nog een ernstige
vraag te stellen zei hij. Wil
len al degenen die vanavond
minstens één alcoholische con
sumptie hebben gebruikt even
opstaan?". Driekwart van de
feestgangers verhief zich van
zijn stoel, grinnikend en hin-
nekend, want men begreep dat
Dolman dit niet zomaar vroeg.
Het nieuws over VVD-Kamer-
lid Erica Terpstra. die in be
hoorlijk geschuffelde staat een
geparkeerde auto een deuk
had bezorgd, lag nog vers in
het geheugen.
„Degenen die het bij één glas
hebben gelaten, mogen gaan
zitten", riep Sinterklaas, en
vervolgens maakte hij er een
ware afvalrace van. „De men
sen die er twee op hebben,
mogen ook gaan zitten. En nu
degenen met drie glazen op....,
vier glazenvijf glazen
Een groep van rond de 25 per
sonen bleef nog altijd staan.
„Deze mensen hebben dus
meer dan vijf glazen op", oor
deelde de heilige. „Die mogen
straks van mij niet meer in
een auto stappen. Is dat begre
pen? Goedzo, dan ga ik maar".
En waardig schreed hij de zaal
uit.
DICK VAN RIETSCHOTEN
indelij
ie gv°i. o
>gedaa!'t
opmerkelijke berich-
de medische wereld
n oud£n afgelopen weken
irt vefant-
d. VefJschappelijke mede-
e ve*rs aan de Rotterdamse
artsenus Universiteit meid-
Jat d*en doorbraak in het on-
tek naar de oorzaken
het ontstaan van kan-
Balf
symposium over ver-
'v^^Tingen in de gezond-
luitenF01^ maakte Prof- dr- H-
tot zt n sckatt^n8 dat
et ver e klachten, waarmee
h dand bij zijn (huis)arts
iet wj» 20 n tachtig procent
oodza
fper;
id perj
de pj
geen lichamelijke oorzaak
heeft.
Twee berichten die meer
met elkaar te maken hebben
dan men op het eerste ge
zicht zou denken.
De doorbraak in het kanker
onderzoek heeft te maken
met verplaatsingen van „ge
nen", de dragers van onze
erfelijke eigenschappen, die
in sliertvorm liggen opgesla
gen in elke cel van ons li
chaam. Enkele van deze ge
nen, zogeheten „onco-ge-
nen", spelen een rol bij de
celdeling, maar kunnen on
der invloeden van buitenaf
„op hol slaan" en de cel aan
zetten tot een ongeremde
groei: kanker. Roken kan
bijvoorbeeld één van die in
vloeden van buitenaf zijn.
Met andere woorden: ieder
mens draagt in elk van zijn
miljoenen lichaamscellen een
deel van de oorzaak van
kanker met zich mee. Of die
potentie om kanker te ver
oorzaken ook daadwerkelijk
omgezet wordt in een reali
teit hangt ten nauwste samen
met wat we doen, onze ma
nier van leven.
Nog algemener gezegd: ge
zondheid is geen absoluut ge
geven, ziekte geen struikro
ver die her en der langs ons
levenspad op de loer ligt.
Ziekte en gezondheid, leven
en dood zijn veel nauwer
met elkaar verweven dan de
meeste mensen aannemen.
Die verwevenheid lag ook
ten grondslag aan de toe
spraak van prof. Van Andel.
Volgens Van Andel ziet de
doorsnee-patiënt zijn ziekte
te weinig als onderdeel van
zijn levensloop. Ziekte en ge
zondheid grenzen niet nauw
aan elkaar, maar zijn ge
scheiden door een breed
overgangsgebied, waarin vol
gens Van Andel zo'n tachtig
procent te vinden is van alle
Klachten, waarmee iemand
bij zijn huisarts komt. Die
klachten kunnen worden
weggenomen door belang
stelling, warmte, meeleven
en rust. Ongeveer tien pro
cent van de klachten is onge
neeslijk en alleen de laatste
tien procent is te genezen
door de medische weten
schap.
Wat wij ziekte noemen is
volgens Van Andel vaak het
eind van een lange keten ge
beurtenissen die te maken
hebben met levensstijl, voe
ding en stress. Opvoeding in
de richting van zelfkennis en
zelfzorg is minstens zo be
langrijk als medische behan
deling. Aldus professor Van
Andel.
Wat betekent dit voor artsen
en ziekenhuizen, kortom: „de
medische macht". En wat
vraagt het voor veranderin
gen in het „verwachtingspa
troon" van „gewone men
sen" ten opzichte van die
•nedische macht. Van Andel:
,In zekere zin wordt aan een
ïeel volk gevraagd van ge
lachten te veranderen".
'egéli;
eghuii
i. He^jcHT in de loop der jaren zijn steeds meer officiële
:oPeikevers uit de maatschappij verdwenen. De dominee, het
or dty van de school, zijn veel minder belangrijk geworden, je
;kent|ieieden waren vroeger veel dichterbij. De mensen zijn
m "Is meer in het medische kanaal beland. De huisarts is eigen
de enige overgebleven raadgever. Bovendien: je betaalt er
'pnv' er reckt °P dat je h^dp krijgt.
.ERK Andel: „Maar ja, om nou naar je huisarts te gaan met de
pdeling dat je ruzie hebt met je man of vrouw en dat je
tl oor vaak hoofdpijn hebt, want dat levert zoveel spannin-
Dat gesprek komt vaak niet tot stand, omdat de pa-
■noeilijk vindt om erover te praten. Of hij heeft het zelf
n de gaten dat het dat is.
tal zal een huisarts dat wel herkennen, in die zin dat hij
149sjatiënten niet direkt doorstuurt naar een specialist. Maar als
ichten blijven, dan krijg je een situatie dat de huisdokter
de patiënt niet helemaal meer au serieux wordt genomen;
aagt dan of-ie ens naar een specialist mag. Ja, en dan be-
hiiian«het eigenlijk: die specialist móet op grond van zijn specialis-
4-zitsje deskundigheid een onderzoek gaan doen. De ellende is
tie oromgekeerd de patiënt dan gaat zeggen: „Gut, als er zoveel op
zaïenjnoet worden afgeschoten, dan zal er wel iets met me aan de
CuTi zijn. Anders deden ze dat niet". Zo werkt dat.
eg 8,
ft u een defiriitie geven van wat gezondheid en wat ziekte is?
denk niet dat gezondheid een statistisch gegeven is. Het is
zo dat je gezond bent als je hart goed is en jé longen in orde
Gezondheid is een soort ervaring. Je ervaart je gezond. Zo
dat mensen met vrij ernstige handicaps toch heel gezond
len leven
fwenning
£n een heleboel mensen zich afvragen hoe dat mogelijk is.
i Ik denk dat een heleboel mensen vinden dat, als ze ergens
'del i hebben of zich ongelukkig voelen, dat ze dan ongezond zijn.
teafl; heeft zeker te maken met een stuk verwenning in onze
ltschappij. Aan iedere behoefte kan, bij wijze van s'preken,
fden voldaan. Dus: als ik pijn heb, moet ik er ook meteen
1 S^iaf. We hebben instant-koffie, instant-soep, we willen ook in-
it-dokters om ons direkt van onze ellende af te helpen. En
dat niet gebeurt worden we ongeduldig.
hbn denk dat veel mensen als volgt redeneren: gezondheid is een
prij3ftand van algeheel welbevinden en als ik die toestand niet
370-.
iets aan mij. Terwijl een ratuur in het ziekenhuis zijn maar enkele van de vaak
ethische vragen die met de regelmaat van de klok gesteld
worden. Het resultaat
Prof. Van Andel: „Ik denk dat het wel bezig is te groeien, maar
niet dat het al veel effect heeft gehad wat betreft de consumptie
van wat de medische wetenschap aanbiedt. Bij dokters zelf ook
nog niet zoveel.
Het is belangrijk dat we elkaar, artsen en patiënten, steeds weer
moeten confronteren met de vraag: wat was het resultaat nou
eigenlijk, wat is er nou eigenlijk beter geworden Of is er mis
schien nauwelijks iets beter geworden Ik verwacht dat daar
door zowel de consumptie als het aanbod zullen afnemen. Maar
dat is totnutoe nog zeer weinig gebeurd".
Dan is er zo'n woord als groeipijn.
„Ja, of je bent af en toe eens verdrietig over dingen, je hebt een
rotdag of soms een paar weken dat je je niet helemaal happy
voelt. Dan ben je toch niet ziek. Dan hoef ie toch niet naar de
dokter om te zeggen dat er iets aan je mankeert".
„Ik denk wel dat er vaak té weinig medemensen in je omgeving
zijn tegen wie je dat eens zeggen kan, dat je je niet lekker voelt.
Mensen willen van de dokter pillen, terwijl wat ze in feite nodig
hebben is dat ze zich weer ingebed voelen in dat sociale bestaan,
dat ze zich niet meer zo allenig voelen. Dat soort dingen, die
spelen in onze maatschappij een geweldig belangrijke rol".
Mensen willen graag hom of kuit: nou ben ik óf ziek óf gezond. Heroïsch
„Dat is nou net het punt. Tussen ziek en gezond ligt zo'n breed
scala van grenssituatiesDaar herstellen we gewoon weer
van. Ik denk dat we ons steeds weer moeten realiseren dat ons
lichaam en onze geest streven naar gezondheid.
Duizelingwekkend
Al tientallen jaren lang worden er, zowel binnen als buiten de
medische wereld, kritische kanttekeningen geplaatst bij de dui
zelingwekkende ontwikkelingen in de medische wetenschap.
Een ontwikkeling die zo snel gegaan is dat binnen één generatie
talloze ziekten van onvermijdelijke doodvonnissen getemd kon
den worden tot eenvoudig te behandelen kwalen.
De onlangs overleden internist dr. L. Schalm publiceerde vorig
jaar in het gedenkboek van de Nederlandse Internisten Vereni
ging een stuk uit zijn doktersdagboek van 1940. Hij beschrijft
zijn zaalvisite bij kinderen met difterie en roodvonk, ziekten
met dodelijke complicaties, zijn bezoek aan jonge mensen met
ernstige tuberculose, longontsteking en ontsteking aan de hart
kleppen. Zijn polikliniek is gevuld met mensen met kwaadaar
dige lymfeklierziekten of afwijkingen van de lichaamsslagader.
Aan het einde van de dag verzucht hij dat het gegaan is, zoals zo
dikwijls in de interne geneeskunde: er is niets aan te doen. Vrij
wel alle door dr. Schalm beschreven ziekten en gebreken zijn
nu, net 40 jaar later, te genezen of in ieder geval te behandelen.
„Specialisten behandelen teveel de ziekte in plaats van de zieke"
en „Is het niet beter een goede dood te sterven dan het leven
nog een paar maanden te rekken dankzij allerlei medische appa-
„Door de heroïsche geneeskunde een nieuwe hartklep inzet
ten etcetera blijft het beeld onderhouden van een medische
wetenschap die alles kan. En niet alleen alles kan, maar ook al
les móet doen. „Als het mogelijk is zo'n nieuwe klep in te zetten,
dan moet het toch mogelijk zijn mij van mijn pijn af te hel
pen
„Ik denk ook dat een medicus heel veel kan. Ook op het ogen
blik. Hij is óók nodig als praatpaal, want er is geen ander die die
taak van hem overneemt. Je kunt niet zeggen: al die mensen
hoeven niet naar de dokter. Nee, principiëel gezien niet, maar
op dit moment is er niemand anders.
„Ik vind dat ook in de medische opleiding hier te weinig aan
dacht aan besteed wordt, dat de meeste klachten geen direkte
lichamelijke oorzaak hebben. Het hele beeld, dat studenten van
patiënten krijgen is nog erg sterk gericht op het vinden van dui
delijke lichamelijke oorzaken voor kwalen. Dat is ook één van
de dingen die je later als arts vaak dwars zitten. Bijvoorbeeld:
iemand komt bij ie met erge hoofdpijn, maar je kunt niks vinden
en hij blijft zijn Klachten houden, komt terug en je vindt weer
niks. Ook als dokter ga je dan twijfelen: het bestaat toch niet dat
ik een tumor-diagnose mis
Tegenkrachten
Toch i
maatschappij
allerlei tegenkrachten ontstaan tegen de
ring. De minister-president had het laatst
samenleving". Een samenleving, waarin de mensen toch weer
bereid zijn om voor elkaar te zorgen. Als er meer arbeidstijdver
korting komt, ontstaat dat misschien ook wel als vanzelf, want je
kunt niet continu voor de beeldbuis zitten.
„Als die ontwikkeling zich dóórzet, dan denk ik dat ook van de
arts steeds meer dat zorgende gedrag zal worden gevraagd. De
vraag naar puur lichamelijke hulpverlening zou dan best eens
kunnen afnemen".
Ons land is danig aan ht vergrijzen: bejaarden gaan een steeds
groter gedeelte van de totale bevolking uitmaken. Hoe moet de
medische wetenschap daarop inspringen?
„Als die zorgende samenleving niet ontstaat, dan zal die verou
derende bevolking voor een erg grote druk zorgen op ziekenhui
zen en andere instellingen. Dan zou het best wel eens zo kunnen
zijn dat we de ziekenhuisbedden, die we nu schrappen (8000
moeten er volgens „Den Haag" verdwijnen, CdG), over vijf of
tien jaar weer ontzettend hard nodig hebben".
Die beddenvermindering neemt eigenlijk een voorschot op een
mentaliteitsverandering in de samenleving.
„Nou, die beddenvermindering is helemaal niet door gezond-
heidszorg-idealen ingegeven, die is primair bedoeld om de kos
ten te drukken.
„Er zit wel een groot risico in. Het risico dat niet zo snel een
omslag in de maatschappij plaatsvindt die zich daaraan aanpast.
Als die aanpassing niet komt, dan zou je nogal wat nare toestan
den kunnen krijgen: mensen die thuis blijven, want ze kunnen
niet worden opgenomen, maar daar aan hun lot worden overge
laten".
Moet er binnen de ziekenhuizen ook wat veranderen?
„De verpleegduur wordt steeds korter en ziekenhuizen worden
dus steeds meer een fabriek, waar je als patiënt zo snel mogelijk
doorheen gedraaid wordt. Thuis moet je dan maar verder beter
worden. Het zorgende element is eigenlijk volledig aan het ver
dwijnen".
„Of je dat kunt veranderen? Je zit met die hoge technologie en
al die dure apparaten die nu eenmaal gebruikt moeten wor
den Je ziet wel interessante initiatieven om naast dat hoge
technische gebeuren een soort „hotel" te doen ontstaan. Een ge
deelte van het ziekenhuis, waar de verzorging centraal staat en
dat eigenlijk de overgang moet vormen van ht „technische" zie
kenhuis naar de samenleving"..
„zorgende CAREL DE GOEIJ
N HAAG Wie zich bij
horen of lezen van de re-
ngsverklaring heeft afge-
agd, waarom premier
)bers voortdurend win-
taferelen schilderde,
inmiddels duidelijk
woord gekregen. Het ka-
et is van plan het zo hard
aten vriezen dat alleen de
die voldoende ver
gend zijn om sneeuwket-
;en of spijkerbanden te
•en, overeind kunnen blij-
i. De minder bedeelden
ïn een groot risico enor-
schuivers te maken. On-
die laatste categorie val-
in elk geval de meeste
keringstrekkers, de mini-
mloners en de werkloze
geren. Ten aanzien van
inkomens gebruikt het
Jinet overigens alwéér
n winters woord: bevrie-
Daarmee vertelt het
erigens niet de gehele
arheid, want uit de toe-
Uingen op de diverse be
ffende wetsontwerpen
jkt dat er zelfs sprake is
een achteruitgang van
de bedoelde inkomens. Dat
komt doordat per 1 januari
een aantal sociale premies
wordt verhoogd, waardoor
de genoemde groeperingen
weliswaar bruto gelijk blij
ven maar netto zeker niet.
Vooral de arbeidsongeschik
ten zullen dat merken. Voor
hen is een koopkrachtverlies
berekend variërend van 4,5
tot 11 procent.
Het zijn deze beijzelde feiten,
die de CDA-fractie in actie
hebben gebracht. Voorzitter
Bert de Vries, geholpen door
zijn secondanten Steef Weij-
ers en Gerrit Gerritse, heeft
de aslade van de kachel om
gekeerd en de inhoud aan
Lubbers aangeboden om uit
te strooien over de straks be
vroren straten. En Ruud
Lubbers zou Ruud Lubbers
niet zijn als hijzelf ook niet
nog een groot aantal sintels
en slakken zou hebben we
ten te vinden voor hetzelfde
doel. Daar komt het onge
veer op neer, wanneer het
CDA zegt zijn „sociale ge
zicht" te laten zien.
Toch is nu al bekend dat al
die maatregelen bij lange
niet toereikend zijn om de
minimuminkomens overeind
te houden. Daarbij moeten
we wel een uitzondering ma
ken voor de zogeheten echte
minima, de mensen met de
laagste inkomens die ook nog
anderen moeten onderhou
den. Voor deze groep wil het
kabinet wel voldoende geld
uittrekken om hun koop
kracht intact te laten. Maar
de overige sociaal zwakke
ren, zoals de vele bejaarden
met naast hun AOW nog een
klein pensioentje, doen er
goed aan vast wat pannes
ponsjes klaar te leggen om
straks onder hun schoenen te
kunnen binden.
Coalitiepartner
In het jongste nummer van
het CDA-weekblad ,,CD-Ac-
tueel" is Bert de Vries nogal
eerlijk over de oorzaak van
deze voor de christen-demo
craten zo moeilijk verteerba
re situatie. „Rekening diende
te worden gehouden met het
feit dat sommige instrumen-
ten tot bijstelling van het in
komensplaatje bij de coalitie
partner moeilijk liggen". In
gewoon Nederlands betekent
dit dat de VVD slechts met
de allergrootste moeite over
te halen was althans iets te
doen voor de „minimumlij
ders".
Daarmee wil overigens niet
gezegd zijn dat de liberalen
asociaal bezig zijn. Hun filo
sofie is dat de overheid al
leen de sociale plicht heeft,
die mensen te beschermen,
die anders onder de armoe
degrens komen: de echte mi
nima dus. Alle anderen,
vooral als zij uit de staatsruif
eten, moeten inleveren. Al
leen op die manier, meent de
VVD, is het mogelijk de di
recte en indirecte uitgaven
van de overheid zover te be
teugelen, dat er weer ruimte
komt voor het bedrijfsleven.
Uit al het voorgaande blijkt
dan tevens het belangrijkste
VVD. Beide zijn het ero
ver eens dat de overheid op
veel te grote voet leeft en dat
er een herbezinning nodig is,
vooral op de verzorgings
staat. Maar waar daarmee
voor de VVD de kous af ls,
raakt het CDA in beroering.
„Bij die herbezinning moeten
voor ons de christen-demo
cratische uitgangspunten lei
draad zijn", aldus Bert de
Vries. Volgens ingewijden is
men binnen zijn fractie toch
wat bleek om de neus gewor
den, toen de eerste stroom
bezuinigingsplannen van So
ciale Zaken loskwam.
Spanning
Betrekt men daarbij ook de
problematiek van d^ kern
wapens, dan is het span
ningsveld tussen de coalitie
partners compleet. Want al
roept het CDA het niet van
de daken, deze partij is on
miskenbaar aan het verande
ren sinds 13 oktober, de dag
dat Dries van Agt besloot in
herfstnevelen te verdwijnen.
De ex-leider moge er dan in
geslaagd zijn CDA en VVD
weer bijeen te brengen, hij
heeft zijn partij niet in die
mate kunnen verrechtsen als
velen waren gaan denken.
Daar komt bij dat de CDA-
fractie wederom een aantal
mensen telt, dat liever een
andere coalitie had gezien.
Sommigen van deze neo-loy-
alisten sluiten zelfs niet uit
dat zij hun partij zullen ver
laten, als het regeringsbeleid
teveel VVD-achtige trekken
gaat vertonen, vooral waar
het de kernraketten betreft.
Met een PvdA, die er voort
durend op gespitst zal zijn
deze omstandigheid uit te
buiten, is het niet geheel
denkbeeldig dat de Tweede
Kamer weer tonelen als tij
dens het eerste kabinet-Van
Agt te zien zal geven. Laten
we De Vries nog even aan
het woord: „Hoe kunnen we
voorkomen dat de oppositie
de kernwapenproblematiek
steeds voor partijpolitieke
doeleinden gebruikt, zonder
dat collega's uit onze fractie,
die zich daarvoor niet willen
laten misbruiken maar
wel zeer grote problemen
met de materie hebben
zichzelf moeten verlooche
nen?" Komende dinsdag,
wanneer de Kamer gaat
stemmen over de opvatting
van Nederland ten aanzien
van een resolutie in de Vere
nigde Natiès, waarin de be
vriezing van de kernwape
narsenalen wordt bepleit, zal
dit probleem wederom aan
het daglicht komen. Want
hier gaat het voor de veran
dering eens over een winters
gebeuren (immers ook be
vriezing), waar het kabinet
tegen is.
Complicatie
Dat er nu reeds
wordt aan de poten van het
kabinet, zal vele aanhangers
van CDA en VVD in toorn
doen ontsteken. Daarbij
dient echter wel te worden
bedacht dat het CDA in een
coalitie met de VVD wel
naar links móét gaan han
gen. Het is de vaste overtui
ging van de huidige CDA-
leiders dat de partij zich, op
straffe van nog verdere af
kalving, veel meer dan on
der Van Agt moet profileren
als een hoofdstroming in de
politiek met een duidelijke
identiteit. Daarom is Lubbers
niet geheel en al ongelukkig
jnet de aanwezigheid van
mensen als Jan Nico Schol
ten en Stef Dijkman in de
CDA-fractie. Hoe harder zij
roepen dat bepaalde zaken
voor hen belangrijker zijn
dan het voortbestaan van het
kabinet, des te gemakkelij
ker het voor de premier zal
zijn de collega's van de VVD
ervan te overtuigen dat op
beijzelde wegen gestrooid
dient te worden.
RIK IN T HOUT