J Omwegen Duizend jaar vol geschiedenis en overgeleverde Leidse dwalingen'''' Mooï Ja ™jEGIO I UTSPOT, HARINGEN WITTEBROOD IS NU HELEMAAL ROND: DEEL 13. vv u mecgeno J- S'ËeidócSowuwt Zoeterwoudse missionarissen krijgen ieder 4000 gulden Bureau Gezondheidsvoorlichting brengt LOCO-boekje op de markt APPARTEMENT EVEN GEKRAAKT LEIDSE COURANT WOENSDAG 6 OKTOBER 1982 PAGINA 5 Op mijn omwegen door stad en land I kom ik graag mensen tegen. U kunt mij telefonisch of schriftelijk vertellen wie u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Ik ben bereikbaar via 071 - 12 -22 44 op toestel 10. door Ton Pieters Het zit erop. De zaak is nu helemaal rond. In een jaar tijd zijn Tien eeuwen Leiden en Leidenaars in prachtige kleuren en verhalen nog eens over de tong gegaan in de se rie Hutspot, Haring en Wittebrood. De Kler- Waanders, aanstichters van zo veel schoons, heb ben nu deel 13 aan het gretige publiek aangebo den. Hun duizendjarige rijk is voltooid en nu kan de pracht-verzamelband (ad 14,95) eromheen. Deel 13, dat de deur dicht doet, is gewijd aan Leidens „geschiedenis", wat wil zeggen, dat alles nog eens dunnetjes wordt overgedaan wat in de vorige afleveringen werd opgediend. Nog één keer zien we het donke re zwerk boven de oude stad in bar mooie repro- dukties, de groene bo men die de waterwegen stoffeerden, de platte gronden waarvan je zegt: hoe kwamen ze erop, zo'n eeuw of drie, vier geleden Zoals Johannes Blaeu, bijvoorbeeld, die rond 1649 de Leidse stadskaart maakte. Gooi de hij er wellicht een beetje met de pet naar, of niet? Ik kom daar straks op terug, om te constate ren (aan de hand van vele onthullingen in deel 13 natuurlijk), dat Blaeu er zich hier en daar met een Jantje van Leiden heeft afgemaakt. Voor de laatste keer pakt het inmiddels traditioneel gewor den schrijvende drieman schap De Boer, Ekkart en Van Maanen nog even flink Otto van Veen (19 iaar oud toen) schilderde in 1575 de uitdeling van haring en wittebrood langs de Vliet, in een entourage die aan een Parijse voorstad doet denken. uit, terzijde gestaan met bij dragen (die er waarschijnlijk niet om liegen) van ter zake kundige lieden als Van der Geest, Heijbroek, Suurmond- van Leeuwen en Versprille. Men biedt ons deel 13 aan als „de lijm tussen de twaalf ver schillende thema's die hier vóór aan bod zijn gekomen". Die lijm bestaat, visueel, in hoofdzaak uit een aantal ont maskerende, prettig leesbare colleges, voorzien van oude foto's en schilderijen. Im mers, aan schilders heeft het in 't Leiden van toen en tot nu toe niet ontbroken. Zoals vroeger een goede biechtvader resumerend de penitent opwekte: „Sluiten we alles nog eens hierbij in...", zo nodigen de invullers van Tien eeuwen Leiden en Leidenaars ons uit tot een veelomvattende kijk op wat eens een „ingedommeld pro vinciestadje" was. Maar dan zonder ons de penitentie van een rozenhoedje op te leggen. Niet omdat het al erg genoeg was, dat lezen van dertien af leveringen van zo veel „Lei den, Leider, Leidst". Inte gendeel: de reeks werd een hartelijk welkom bereid. Maar rozenhoedjes worden niet meer gebeden, in Lei den. En eigenlijk had dat in deel 10, over „Ziel en zalig heid" aan het licht gebracht moeten worden. Men heeft dit verzuimd te doen, en daarom sluiten wij, al lezen de en kijkende, alles nog eens in en laten de rozen krans in de zak. Het enige echt opvallende in deze laatste aflevering is, dat aangetoond wordt dat in dui zend jaar Leiden nogal eens loopjes zijn genomen met de werkelijkheid. Soms werd de geschiedenis iets verwrongen door wat men „Leidse dwa lingen" noemt. De auteurs ÖS-j.—jfT it V.' BURGUS, ENG1STI(UT CREDITUR OPUS. ie Burcht, op een fantastische berg, gezien in 1625. van Hutspot, Haring en Wit tebrood rekenen nu met har de hand af. Op sommige pun ten zijn wij, als liefhebbers van Leiden en derzelver his torie, lelijk voor aap gezet door onze voorvaderen. En nu komt de waarheid des te harder aan. Neem slechts de ontluistering van het stedelijk symbool bij uitstek: de Hutspot. De hut spot is er wel geweest, op 3 oktober 1574, maar de vinder was niet Cornelis Joppens- zoon, die als spichtige, uitge mergelde beeltenis bij het Lammenschansstation zich al 21 jaar lang aan een loodzwa re hutspot staat te vertillen. Het was zelfs geen weesjon gen die de verkondiging van de eerste 3 oktoberviering op z'n naam bracht. Nee, Corne lis had bij zijn verhaal alleen maar veel fantasie gebruikt. En de hutspot had hij nooit gezien. Het was een harde werker, Cornelis Ghijsberts- zoon geheten, die in het huis ,,'t Schaeck" woonde en op 3 oktober vroeg als schutter met zijn vrijbuiter-collega's naar de schans te Lammen trok en daar de vijand gevlo gen vond, waarna hij een ge vulde hutspot mee naar huis bracht. Daar gaan we met onze weesjongen, die maar bij het station blijft staan; an ders kun je de ganse geschie denis wel van een hernieuw de uitgave gaan voorzien. Leiden kan dus met Cor Jop- penszoon op het dak gaan zit ten. Maar ook de „geheime gangen", die eens de stad on dermijnden, hebben nooit be staan. Als monsters van Loch Ness, en niet eens in de kom kommertijd, doken ze her haaldelijk op: gezichtsbedrog van een volks bijgeloof dat vluchtgangen zag die zelfs paters en zusters onder gronds met elkander verbon den. De spoken bleken door gaans overkluisde waterlo pen te zijn, of gemetselde rioolbuizen, of waterreserva ten. En De Burchtheuvel werd graag hoger getekend; soms als een hooglandse berg. Of er was een Hooglandse kerk op een geschilderde verhe venheid. Het leek erop, cfat ook Leiden op zeven heuve len was gebouwd. Van de naam Lugdunum Batavorum klopt ook niets, althans dat is nooit Leiden geworden. Wel nieuw voor mij en vele ande ren is, dat 300 jaar voor Chr. mensen hun dagelijks eten verbouwden op een droge plek waar nu de Vivaldi- straat is. We moeten ons, onder ande re op gezag van Hutspot, Ha ring en Wittebrood, van on nodige historische ballast ontdoen. Burgemeester Van der Werff kreeg een park of schoon hij zijn lijf, in fluweel verpakt, nooit aan de burge rij ter consumptie heeft aan geboden. Lariekoek. Trou wens, er waren in die sombe re dagen van 1574 wel grote re helden die Leiden zo'n faam hebben geschonken: Boisot, de grote Geus die ha ring en wittebrood op plat boomde schuitjes liet binnen varen; Jan van Hout ook, de secretaris die niet van wijken wist. Een schilderij (1575; vervaardigd in Antwerpen) van zekere Otto van Veen laat die scheepjes zien in de Vliet, waar ze een volksop loop veroorzaakten in een entourage die aan een Parijse voorstad doet denken. Hen drik Ringeling schilderde in 1852 het interieur van de Hooglandse kerk die hij van een fantastische hoogbouw voorzag. Picturale klets. Tekenaar Johannes Blaeu was een Pietje Precies met zijn gedetaillleerde „stads plan" van 1649, maar hij ver giste zich zo nu en dan en maakte het te bont. Hetgeen hem moge worden vergeven, want hij kon niet beschikken over een goede 1 luchtfoto. Een anonieme tekenaar vond het St. Annahofje bij de Hooigracht zo mooi, dat hij Blaeu's onjuiste blik overnam en nog eens aandikte. Het mag allemaal de pret van Hutspot. Haring en Witte brood niet drukken. Deel 13 onderstreept en vult aan. Grote geschiedwerken en vi sies over Leiden komen aan bod: verhandelingen van Or- lers, Van Leeuwen, Fruin, Blok, Van Mieris en Van Al phen. De les van Tien eeuwen Lei den en Leidenaars we moeten nog steeds Leienaars zeggen eindigt bij het stre ven naar een Leefbaar Lei den, dat toekomst heeft en toch meer en meer aandacht krijgt voor nog bestaande stukjes van een Leids verle den. Men heeft Leiden groot willen maken. Zoals de Leid se Courant, die op 1 oktober Kort Rapenburg, gezien richting Rapenburg, rond de eeuwwisseling. Vandaag overkluisd. 1959 onbezonnen voorspelde dat de stad in het jaar 2009 „misschien wel 300.000 inwo ners zou tellen". Het zijn er 100.000, en er zullen niet zo erg veel meer bijkomen. Het zag er trouwens ooit naar uit, dat Leiden wel kon inpak ken. In 1669 stond de stad op een hoogtepunt met 70.000 zielen. Toen sloeg de pest nog één keer toe; de „concurren tie" trof Leiden en het scheen gedaan. Willem de Clercq (De Vlercq, had ik bij na geschreven) beweerde in de vorige eeuw, dat Leiden alleen dankzij de universiteit nog een beetje op de been bleef; de Leidenaars zouden, volgens hem, in hun kerken gebeden hebben voor de uni versiteit, „als laatste strohalm voor een stervende stad". Dit is ook Leidse geschiedenis: een rij studenten in onvaste ganzenmars verlaat in 1917 café-restaurant Zomerzorg aan de Stationsweg. B.J.van Hove schilderde in 1847 de Hooglandse kerk, te hoog oprijzend boven een te lage Burcht. Decorstuk voor de opera Het beleg van Leiden („Le siège de Leyde") van Lucas en Vogel. Toen had de revolutie kunnen uitbreken. wori t kadi enfei tekei tot z< taan o De kleine moeite van het opgeven n 14-In een nieuwe abonnee wordt ieu re 'Jaag beloond met deze 24 ttraats vergulde miniatuur lalpen, die gehangen is aan1 een sierlijk kettinkje vi van de Leidse Courant _als nieuwe abonnee fsuclPostcode/Plaats enigif Betaald wordt per maand (met automatische afschrijving) >ostd li per kwartaal ^fig! jstuur een miniatuur balpen naar: nu hiNaam t Jar vorde1 is vi uitbrt Hai Adres Plaats/Postcode, Telefoon Stuur deze bon in open envelop - geen postzegel plakken - naar: Leidse Courant, Antwoordnümmer 10070, «f2300 VB Leiden. dat won aardr ZOETERWOUDE Nu de meeste activiteiten in het kader van de week voor de Zoeterwoudse missionarissen achter de rug zijn, heeft de werk groep missie- en ontwik keling de balans opge maakt. Hoewel de totale opbrengst iets lager is dan vorig jaar, heerst er toch een tevreden stemming want aan ieder van de 14 missiegebieden kan bin nenkort een bedrag van 4000 gulden worden over gemaakt. De totale opbrengst van de aktie in 1982 bedraagt 60.000 gulden waarvan bijna 51.000 gulden bijeen is gebracht tij dens de veiling. Door alle missiegebieden 4000 gulden te schenken blijft hetzelfde bedrag nog over in de kas., Dat is noodzakelijk omdat missionarissen bij terugkeer naar Nederland voor vakan tie altijd wat zakgeld krijgen, voorts wordt aandacht ge schonken aan jubilea en kan de werkgroep in bijzondere gevallen besluiten een extra bedrag naar een bepaald ge bied te zenden. Ook voor het zogenaamde Veilingfonds is een nodig een reserve aan te houden. Overigens zijn het gehele jaar doof bedragen welkom in dat veilingfonds. Een bedrag van 4000 gulden gaat naar de volgende gebie den: pater B. van der Ham, Temanggung, Indonesia; pa ter A. Vaneman, Sargodha, Pakistan; pater J. Vaneman, Marubi-Èaram, Maleisië; pa ter H. Vaneman, Bosulwe- Tororo, Uganda; pater J. Re kelhof, Victoria, Cameroon; pater J. van der Salm, Sabah, Maleisië; pater W. van der Salm, Keningau, Maleisië; pater J. Schyur. Sao Paulo, Brazilië; sister E. van Grie ken, Lubwe, Zambia; zuster De Koning, Mwamza, Tanza nia; voormalig missiegebied pater L. van der Salm, Mba- la, Uganda; voormalig mis siegebied pater J. Bosman, Bandung, Indonesia; voor malig missiegebied pater S. Mulder. Kipelion, Kenya: voormalig missiegebied pater C. Boer, Irian Jaya, Indone- LEIDEN Het Leidse bureau voor gezondheids voorlichting brengt in sa menwerking met uitgeve rij Dijkstra uit Groningen een nieuwe serie LOCO-, boekjes over gezondheids zorg, milieu en hygiëne uit. Het eerste exemplaar van deze serie wordt don derdag 14 oktober aan wethouder P. Schoute overhandigd. LOCO is een afkorting van Leren, Oefenen, Controleren en Ordenen. Het is een spel- leersysteem, dat bestaat uit „hardware" en „software". Het eerste is een doos met daarin 24 genummerde vier kante blokjes. In de bodem van de doos zit een vakinde ling van 24 vakjes. De „soft ware" is een serie boekjes met lessen over verschillende on derwerpen. Elke les wordt ge volgd door 24 vragen. De be doeling is. dat dé kinderen het blokje met daarop het nummer van de vraag op het goede ant woordnummer in de bodem van de doos leggen. Als de op gave af is, dan moet de doos worden omgedraaid en als alle vragen goed beantwoord zijn, dan verschijnt een drietal ge lijkvormige figuren. Het Bureau Gezondsheids- voorlichting informeerde in 1979 bij uitgeverij Dijkstra of er belangstelling bestond voor het maken van een serie boek jes over het onderwerp ge zondheidszorg. Het idee werd uitgewerkt en het resultaat was een een boekje, dat ge schikt is voor leerlingen van de derde klas van het basison derwijs. Tevens zijn drie boek jes gemaakt voor de klassen vier, vijf en zes. Voordeel voor Leiden is, dat het bureau als honorarium een flinke hoe veelheid van deze boekjes kos teloos krijgt, zodat de Leidse scholen ruim kunnen worden bevoorraad. LEIDERDORP Een lu xueus appartement aan de Waterbieskreek in Leiderdorp is het afgelopen weekeinde een tijdje gekraakt geweest. Zondagavond verschaften twee jeugdige woningzoeken den zich toegang tot de wo ning. Op maandagochtend ar riveerde een aantal werklie den om de laatste hand aan het appartement te leggen. De nieuwe bewoners lieten de bouwvakkers hun gang gaan maar bleven in het apparte ment. De aannemer en de ei genaar schakelden de politie in die maandagmiddag arri veerde en de krakers verzocht de woning weer te verlaten. Die gaven aan dat verzoek ge hoor en werden meegenomen naar het politiebureau, waar hen vernieling ten laste werd gelegd omdat zij een ruit had den ingeslagen teneinde zich toegang te verschaffen Na verhoor zijn de krakers heen gezonden. Het gekraakte ap partement maakt deel uit van een serie van vijf appartemen ten. De woningen zijn ge bouwd door de Stichting Z 16 en staan al geruime tijd te koop. Eén van de appartemen ten wordt bewoond.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1982 | | pagina 5