Omwegen
iPieter de la Court nam
het er van - bij z'n
erste huwelijk in 1657
Aanbod van vacatures op
ongeëvenaard dieptepunt
PA
WD/REGIO
LEIDSE COURANT
DINSDAG 14 SEPTEMBER 1982 PAGINA S
PfeiEV HAPSNAP UIT HET LEIDS JAARBOEKJE 1982
ele
chil 'elkenmale vind ik het door-
we/ laderen van het Leids Jaar-
ev< oekje een beslist aangename
t te ezigheid. Je wordt er niet
tgei !oe van, want het werkje is
vooi andzaam en zelden lijvig en
De inhoud, echter,
eeds weer de moeite van het
teli laderen, lezen en bekijken
Jc/i/k,aard. Ook nu weer, met het
Jaarboekje 1982, uitgekomen
igen de tijd dat de natuur op-
ieuw op vallen staat. Een
loment was ik bang dat de
ost wat zwaar op de maag
ou komen te liggen. Dat was
ien ik het voorwoord
.W.F. las. C.W.F. (die behal
doctor ook
egstlen mevrouw is, C.Willemijn
D öck heet en bovendien, sinds
3, voorzitter is van de com
\alf lissie voor de redactie van
ia/liet Leids Jaarboekje; ze kan
?ev Dg verdraaid leuk fotografe-
itin, tn ook) schreef daarin, onder
'k, i leer: „zelden heeft het stads
de Jeeld van Leiden zo'n chaoti
fac :he en omwoelde aanblik ge-
tven door de omvangrijke
ersfoleringswerkzaamheden en
vernieuwingen van kade
turen en bruggen door de
ele stad als in het afgelo
jaar".
En het einde van deze werk
lamheden is nog niet in
'ees cht", schreef ze ook nog.
3X Qaarom sloeg me de schrik
r ^iren om het hart. Deze jaar-
3nse ang zou weieens doorploegd
nI unnen zijn met graven en
dist (jtten in de ellende die de
?n eggebruiker in Leiden aan
'r d eft, vreesde ik. Ten onrech
Het blijkt namelijk, dat het
eids Jaarboekje daar ver bo
en staat. Graaf- en spitwerk
enoeg in aflevering '82, het
ierenzeventigste deel in een
ostelijke reeks, maar dan
an een hoogstaand gehalte.
P niveau dus.
ret
ii tg
looi reep
fa.
eiden leefde en leeft. Een
loppend hart in een Rijn-
ndse context. Daarvan ge-
ligt, in deze bode voor ge-
ihiedenis en oudheidkunde
Leiden en Omstreken, de
oeveelheid verhalende ar-
eid die een aantal auteurs
ch getroost heeft. Ik heb er
in greep in gedaan. Het
ordt niet het relaas van ex-
B.N.Leverland over de
itoors van de Onze Lieve
Irouwekerk Leverland
n onder zijn wenkbrauwen
rbij z'n pretoogjes laten
inkelen, alsof hij al die „cq-
:iten" persoonlijk thuis op de
irrel heeft gehad maar ik
>s, met voorbijgaan van de
Ivertenties, voor C.W.F.'s
irgave van Het eerste hu-
elijk van Pieter de la Court
1657. Een vrij korte histo-
ie, want het huwelijk duurde
echts een jaar, beëindigd
oor het vroegtijdig overlij-
en van de jonge bruid Elisa-
leth in het kraambed, teza-
len met pas geboren dochter-
e Johanna.
ieter de la Court, stammend
an Vlaamse immigranten,
as echt een jongen van Jan
tavast de Witt. Johan de
/itt, de staatse republikein
i voornaamste provo in de
ouden Eeuw, mikpunt van
i Oranjeklanten die zó goed
likten dat Johan het alle-
laal niet meer heeft kunnen
avertellen. Pieter de la
iurt was ook, meen ik, als
inhanger van een redelijk
Iternatief evenzeer behoor-
jk bemiddeld. Bij deze Leid-
e laken- en greinreder, eco-
oom, politicus en publicist,
"as armoe verre van troef.
lij had een betere Leidse
L 'raat verdiend om er zijn
|H|aam aan te geven. Een jaar
|»Khts mocht hij het genoe-
Wmen smaken van een echt met
iiffou'
Manh
nlter
Het voorsnijden van een pastei, waarbij de deksel als een kroon wordt overeind
gezet. Een afbeelding van een „cierlycke Voorsnydinge aller tafel-gerechten",
1664.
Elisabeth Tollenaar, dochter
uit een Leidse vroedschapsfa
milie. Dat had niets met
vroedvrouwen te maken,
maar alles met gemeentebe
stuur. Het huwelijk wag een
mooie stap voor de textielhan
delaar in bonis. Zodoende, im
mers, kreeg hij een entree in
Leidse regeringskringen.
Zelfs kreeg hij een burge
meester als zwager, zwager
Eleman, die hij, als kind van
zijn tijd, waardig met UE aan
sprak. Pieter ende Eleman, U
Edele.
Self made men
Dr. Willemijn Fock geeft een
nonchalante kijk op de finan
ciële draagkracht van De la
Court, nouveau riche. Pieters
ontplooiing loopt parallel met,
in onze dagen, de ontwikke
ling van sommige succesvolle
aannemers tot self made men.
Aan tafel en in bed. En be
schaafd hè, en universitair.
De la Court, die later wegens
zijn staatse activiteiten met de
karos van Leiden naar Am
sterdam uitweek, woonde des
tijds met zijn Lijsbeth o
kortstondig geluk aan het
Steenschuur. In het huis ,,'t
Keijzerhof". Als hij daar zo'n
150 jaar later had gewoond,
was hij waarschijnlijk in de
lucht gesprongen, tegelijk met
het kruitschip in 1807. Want
zijn huis lag precies bij de
plek waar de buskruitramp
ontstak. Een portret (door ar-
chivarische scherpslijper Rudi
Ekkart aan Godaert Kamper
toegeschreven) van Pieter en
Elisabeth laat een gelukkig
echtpaar zien, met de attribu
ten die niemand in opspraak
kunnen brengen: de vrouw
met hét naaikussen op schoot,
de man in kamerrok, met les
senaar, zijn zegel en een paar
boeken. Een man van boeken
en rekeningen. Geen luxe
nog. Een houten vloer, een
planken plafond. Tien jaar la
ter, met tweede vrouw Trijn
tje van der Voort, was het al
heel anders: deftige kledij en
een groot borstbeeld van So
crates als toeziend voogd.
Maar eigenlijk gaat het me
daar allemaal niet om. Wat
ons het meest kan boeien is de
beschrijving die Willemijn
Fock geeft van het bruilofts
maal waarmee Pieter en Lijs
beth in 1657 hun verbintenis
naar buiten vierden. Amper
een jaar werd hun gegeven,
maar het begin was luisterrijk
en nauwelijks te verteren. De
rekeningen van de hapjes
werden onlangs in het ge
meentearchief aangetroffen.
Willemijn zegt: „De viering
was aanzienlijk, maar niet
overdreven extravagant voor
die tijd".
De ondertrouw werd al opge
luisterd met een grote hoe
veelheid banket en een slordi
ge 60 liter hippocras. Dat was
een gekruide wijn, getrokken
met o.a. kaneel, gember,
kruidnagelen en andere krui
derijen: een typische brui
loftsdrank. Geen bruidsui
kers, maar iedere gast kreeg
een fles hippocras aangereikt.
Dat deed men honderd jaar
later nog steeds. In een enkel
geval gingen bij een bruiloft
rond 1750 1006 flessen hippo
cras van de hand; soms van
huis tot huis in een straat Re
latiegeschenk van beteren
huize.
In 1657 liet Pieter in elk geval
de zaak flink en bezonnen
doorstromen; ook met Hoch-
heimer- en Moezelwijnen en,
toen veel goedkopere, Franse
wijnen. Net zoals op de „vro-
lijcke maeltijd" van de Leidse
Op mijn omwegen door stad en land I
kom ik graag mensen tegen. U kunt I
mij telefonisch of schriftelijk vertellen I
wie u graag in deze rubriek zou willen I
tegenkomen. Ik ben bereikbaar via 071 I
- 12-22 44 op toestel 10. I door Ton Pielcrs
burgemeesters op het stad
huis, twee dagen in het jaar.
Dat was in november, als de
burgemeesters gekozen wer
den.
Wildpastei
Maar laten we, aan de hand
van hooggeleerde Willemijn,
eens zien wat De la Court en
zijn veelbelovende bruid hun
gasten voorzetten op hun
bruiloft. Om die grote gebak
ken en vergulde wildpastei,
„venesoen" genoemd, konden
ze niet heen. Dat was een gel
dend voorschrift. De vene
soen, als een zoenoffer, werd
geflankeerd door kleinere
vleespasteien. Geen venesoen-
tjes maar roffiolen, gevolgd
door „versierde blomme".
Aanzien des persoons was er
wel. De gasten van Pieter
kregen een lamoenpastei (ci
troen) en twee queerenpastei-
en, en die bij de burgemees
ters vrolijke maaltijd werden
onthaald op drie oesterpastei
en. Hoenders, fazanten, patrij
zen, kalkoenen en houtsnip
pen waren zowel gestoofd als
gebraden en met spek gelar
deerd; grote hoeveelheden
leeuweriken (en volgens Le-
onhard Huizinga ook leeu-
winneriken) lagen in pirami
des op schotels opgetast.
Wildbraad. Het kon niet op.
Vooral hazen en een „gesult"
speenvarken, gekookte ton
gen en vergulde hammen. Ex
tra bij Piet: runderribben en
een schouder. Die ontbraken
op de stadhuistafel, bij de
nieuwe burgemeesters. Maar
geen vis op de dis. Of mis
schien is dat deel van de re
kening wel afgesneden. Jaja,
dan had je de amandeltaarten,
Italiaanse taarten, spritsen en
schotels blanemanger (gege
ten bij gevogelte en ook wel
bij vis), en sauzen of „sopies".
Leverancier van veel van dat
heerlijks was, bij de vrolijke
burgemeestersmaaltijden ten
minste, Willem Heerman, pas
teibakker aan de Mandema-
kersteeg. Ook zijn collega Jan
Brieff op de Breestraat kreeg
leuke orders. Wie bij De la
Court voor de hapjes zorgde is
niet bekend. Misschien wel ie
mand uit Den Haag, omdat
daar het huwelijk werd vol
trokken op die kille herfstdag
in november 1657.
Voorschriften
Willemijn Fock had sterk de
indruk, dat De la Court met
z'n prettige alternatief een
beetje gesjoemeld heeft met
de voorschriften. Volgens de
stadskeuren, voorschriften
Pieter en Elisabeth, poserend in 't Keijzerhof aan het Steenschuur. Godaert Kamper maakte volgens Ekkart
dit portret.
zeg maar, mocht een brui
loftsdis slechts uit twee gan
gen bestaan. Men was in veel
steden gekant tegen te grote
luxe. Een voor- en een nage
recht. Dat volstond. Waar
schijnlijk werden veel gangen
bij Pieter als één gang op de
rekening gezet. De tweede
gang was een banket dat de
maaltijd afsloot. Leverancier
was dan niet de pasteibakker,
maar de suiker- ofwel de ban
ketbakker. De burgemeesters
met hun vrolijke maaltijd
volgden een zelfde gedragsre
gel. Hier vaarde Nicolaes Chi-
maer wèl bij. Deze apotheker
en suikerbakker leverde voor
f 144-18-0 aan marsepein en
geconfijte vruchten als prui
men, sinaasappelen, perziken,
peren, appelen, kruisbessen,
noten, pistaches, amandelen,
cotroenbeschuit, olijven
(h)ansjovis en pasta de Genua
Alles versierd met grote en
kleine blommen van zijde.
Volgens dr. Willemijn waren
de kosten van een dergelijke
bruiloft „niet onaanzienlijk".
Maar Pieter en Lijsbeth
maakten het niet zo bont als.
bijvoorbeeld, Susanna Huy-
gens in 1660 (die in totaal 1
3644-6-8 betaalde), of Anna
Maes, die in '37 van die eeuw
f 3688-4-6 moest neerleggen.
Vraag me niet hoeveel dat al
lemaal is, want ik heb daar
geen notie van. Maar het was
wel even meer dan 3700 gul
den vandaag de dag. Overi
gens dat dient er wel bij
vermeld overigens moet u
bedenken, dat bij het totaalbe
drag een specificatie zat voor
de klederen, inclusief bruids
kroon, bediening (service) en
de huur van tin en andere be
nodigdheden voor de tafel en
zelfs de huur van tapijten ter
aankleding van de feestzaal.
Rekeningen
Maar Juffrouw Lacoert en si-
nieur Lackoert, alias men
heer Lakoert, konden het er
mee doen. En de E. Heeren
Burgemeesters een week of
twee eerder ook. Kijk maar
even op hun rekeningen, en
een ongekend aspect van de
vaderlandse geschiedenis
schiet wellicht in het verkeer
de keelgat. Maar geweldig
hoor! Góbewaarme. wat zul
len die patriotjes ervan ge
smuld hebben. Professor Wil
lemijn Fock heeft de moeite
genomen om hele rekeningen
als bijlagen in haar mededeel
zaamheid op te nemen. Vier
bladzijden vol. Dat was nog
eens wat anders dan een
„meeneem-pakket" aan de
boorden van een rijkssnelweg,
ad f 13.50.
Voordat Piet en kortstondige
Lijsje Lackoert zich tot hun
huwelijkssponde konden be
palen, hadden zij en hun uit
gelaten gasten op de „brul-
left" althans volgens smal
le bakkerkringen calkoe-
nen, haesen, paeterisen, leu-
wereken, poelsnippen, conien,
hoenderen, laemoen pasteij
gebacken, schootelen kerper
gestooft, riffejoelen, fesanten
gebraen, kuijkens, schoetels
blansee, amandeltoerten, It-
teljaense taertijs gebacken,
schotelen blamange en ge-
roockte tongen gesooden, pin
ten rosewater en nog veel
meer aerdigheden op de brue-
loft (een vaste spelling be
stond toen nog niet in ons Ne
derduitse vaderland) achter
de vermoeide kiezen. Wat mij
betreft: een venesoen gebac
ken en vergulden zal ik niet
meer vergeten. Al heb ik 't
nooit gegeten. Ik zal het met
een ingevoerde pizza moeten
doen.
•EN De werkloos-
el in Leiden en omlig-
- ide gemeenten is de af-
open maand, vooraf
Ier de vrouwen, be-
igrijk gestegen. Met
tie de schoolverlaters
ren hiervoor verant-
ordelijk. Het totaal
ital ingeschreven
hnJ|rkzoekenden bedraagt
ruim 7700. Het aanbod
1 vacatures daarente-
i bereikte in de maand
Justus een ongeëve-
d dieptepunt van 69.
aantal werkzoekende
iwen steeg met 121 en
am zodoende op 2287. Het
ital werkzoekende mannen
ïg met slechts 12 tot 5429.
0 personen van het totale
tal werklozen is jonger dan
r. Van deze groep komen
1100 zo van school af. In
Werkloosheid stijgt vooral onder vrouwen
alle categorieën deed zich de
grootste toename voor in de
sector kantoorpersoneel. Ook
bij het ingeschreven handels-
personeel deed zich een be
langrijke stijging voor. De
werkloosheid onder vrouwe
lijk onderwijspersoneel steeg
fors. Datzelfde was het geval
met de vrouwelijke ingeschre
venen in de verzorgende be
roepen. De daling van het aan
tal beschikbare banen deed
zich vooral voor in de onder-,
wijssector. Ook de vraag naar
metaalbewerkers en admini
stratief personeel nam fors af.
De grootste aantallen werk
zoekende jeugdigen doen zich
voor in de sectoren kantoor,
handel, algemene dienst en
bouw. Daartegenover blijkt de
interesse voor verkoopfuncties
te groeien. Een andere groep
jongeren die aanzienlijk is toe
genomen, is de groep jeugdige
metaalbewerkers. Het accent
ligt hierbij op auto- en electro-
monteurs. Het aantal meisjes
die een baan in het kappers
vak ambiëert, is het afgelopen
jaar gestegen met 60 procent.
Lisse
In tegenstelling tot in Leiden
is de werkloosheid in Lisse in
augustus gedaald. Stonden er
in de maand juli 1299 mannen
en 781 vrouwen als werkloos
ingeschreven, in augustus wa
ren die aantallen respectieve
lijk 1290 en 691. Het aantal va
catures daalde van 154 naar
89. Op dit moment is er geen
vraag naar jeugdigen. De
vraag naar part-timers is ge
daald van 23 naar 10. In de
sector landbouw daalde het
aantal werklozen fors met 88.
Dit wordt veroorzaakt door
het weer beginnen van de
scholen, waardoor de werkge
vers niet meer van scholieren
gebruik kunnen maken. Eind
augustus waren er in Lisse 405
mensen, die bij het arbeidsbu
reau stonden ingeschreven als
werkzoekenden. Voor Noord-
wijkerhout is dat aantal 304 en
voor Noordwijk 492. De aan
tallen van Sassenheim en
Voorhout zijn respectievelijk.
259 en 117.
In de gemeenten die onder het
GAB Leiden vallen was de
werkloosheid in de maand au
gustus als volgt:
Alkemade 186
Katwijk 534
Leiden 3617
Leiderdorp 325
Oegstgeest 178
Rijnsburg 105
Valkenburg 30
Voorschoten 273
Warmond 54
Zoeterwoude 99
Overige 28
Gemeente
raad laat
zich niet
betuttelen
LEIDEN Binnen de
Leidse gemeenteraad is
enige opschudding ont
staan rondom een brief
van gemeentesecretaris B.
Lodder aan alle raadsle
den. Lodder doet in zijn
brief een aantal zaken uit
de doeken waarvan hij
meent dat ze voor de pas
beëdigde gemeenteraads
leden van belang zijn. En
kele raadsleden menen
echter dat Lodder zich
met zaken heeft bemoeid
die hem niets aangaan.
Het is de eerste maal dat
raadsleden een dergelijke brief
krijgen. Lodder geeft in het
geschrift zijn visie op de rela
tie tussen gemeenteraadsleden
en ambtenaren en raadsleden
en burgerij. Daarbij geeft hij
verschillende suggesties hoe
men zich als gemeenteraadslid
tegenover een aantal zaken op
kan stellen. Zo schrijft hij dat
„het voor bestuurders (raadsle
den-red.) wel eens verleidelijk
is om meer tijd te besteden aan
ambtelijke zaken dan politiek
strikt noodzakelijk is" een re
gel die enkele raadsleden een
doorn in het oog is omdat ze
menen dat ze dat zelf wel uit
kunnen maken. Het raadslid
G. de Vries (VVD) heeft de
gemeentesecretaris op hoge
poten een brief teruggeschre
ven. „Misschien zijn er in de
vorige eeuw enkele kleinere
gemeenten geweest waarin het
functioneren van individuele
raadsleden deel uit maakt van
de onderwerpen tot welke de
bestuurlijke verantwoordelijk
heid van de gemeentesecreta
ris zich uitstrekte", aldus De
Vries: „Maar dat dit heden ten
dage in Leiden het geval zou
zijn. is mij niet bekend". Het
verontruste VVD-raadslid
meent uit het feit dat alle. en
niet alleen de nieuwe, raadsle
den de brief hebben gekregen,
te moeten afleiden dat Lodder
zich ongerust maakt over het
functioneren van de raad. De
Vries vraagt om uitleg. Ten
aanzien van de eerder geci
teerde, gewraakte, zin denkt
De Vries dat het de verant
woordelijkheid van raadsleden
is om zelfstandig te bepalen
wat politiek strikt nodig is.
Tenslotte wil de VVD-er we
ten of Lodder wel toestem
ming van de wethouders heeft
gehad om de brief te schrijven.
Veehouders
Rijndijk
willen
duidelijkheid
ALPHEN AAN DEN
RIJN De „verontruste
veehouders aan de Rijn
dijk" willen eindelijk eens
duidelijkheid over wat er
met de grond aan de Rijn
dijk gaat gebeuren. In een
brief aan Gedeputeerde
Staten (GS) schrijven zij,
dat zij een oplossing ver
wachten voor de al jaren
durende onzekerheid.
De oorzaken voor die onduide
lijkheid vormen de plannen
voor verdubbeling van de
spoorbaan Leiden-Alphen aan
den Rijn en de aanleg van de
rijksweg 11 van Bodegraven
naar Leiden. Daarnaast wordt
onzekerheid over hun bedrijfs
voering versterkt door de
Ruilverkaveling Rijnstreek-
Zuid. In dit plan ligt het voor
de hand dat bedrijven ver
plaatst moeten worden, maar
cmdat er de Nederlandse
Spoorwegen (NS) nog steeds
geen grond willen aankopen
voor de spoorverdubbeling en
Rijkswaterstaat dat nog niet
wil doen voor de aanleg van
de rijksweg, weten de betrok
ken veehouders nog steeds
niet wat hen te wachten staat
Beide overheidsinstanties heb
ben nog geen grondaankopen
gedaan omdat er nog planolo
gische haken en ogen aan de
uitvoering van hun plannen
zitten.
Tijdens de afgelopen vergade
ring van de streekcommissie
Alphen aan den Rijn brachten
de veehouders het probleem
nogmaals naar voren. De
streekcommissie hoopt nu door
de brief aan GS schot in de
zaak te krijgen. De NS en
Rijkswaterstaat wordt ge
vraagd samen te werken om
zodoende de grondaankopen te
bevorderen en ook wordt de
provincie verzocht betere con
tacten te leggen tussen de vee
houders en de instanties, die
zich met de ruilverkaveling
bezighouden.