Kees van der Ven ook crossvedette LE r% IK ïerre van de Akker had willen doorgaan Cruijffen de sluitlipjes ZATERDAG 28 AUGUSTUS 1982 ®8a&. !IST Veel liefhebbers het Nederlands voetbal- jtal zullen zich Pierre van Akker van de tv-beelden herinneren; gespannen in dug-out naast de onver- orbare Rinus Michels als eskens vlak voor zijn neus jut wordt geschopt door de iziliaan Perreira. Minuten :r schreeuwend en sprin- id voor de dug-out, dan de juichende Rinus Michels de armen vallend. Beelden ens en na de WK-wedstrijd izilië-Nederland, 1974 in rtmund. Oranje in de fina- „Wat gingen we tekeer in dug-out. Ongelooflijk, zo ik het nog nooit meege- akt. Bij het minste of ge- gste sprongen zelfs de wis- ipelers van de bank. Dat 3 tekenend voor de sfeer in dagen". Aan het woord is irre van de Akker, dertig r verzorger bij de KNVB, ar voor de aanstaande in land van woensdag tegen land niet meer aanwezig op bank. Rinus Michels, Cor van der Hart. de inmiddels overleden langs zette Van de Akker bij het eiken van de 65-jarige leeftijd er punt achter. Noodgedwongen, it: „Ik ben nog gezond. Ik had t door willen gaan. Snappen doe iet niet, dat ik moet stoppen. Als iuder bent, worden je beslissin- en handelingen tenslotte doel- 'uster. Ruim zeventienhonderd irnationale wedstrijden met inje en allerlei jeugdteams heb neegemaakt. Dat heeft niemand ers gepresteerd. Dat is toch een k ervaring". 1 Nederland zich toch geplaatst r het wereldkampioenschap in nje, dan was Pierre van de Ak in elk geval nog meegegaan, verzorger". Oranje was echter jrote afwezige na tweemaal fi st te zijn geweest. Pierre van de eer kan zich de beslissende Istrijd tegen Frankrijk in Parijs opperbest herinneren. „Het is naderhand net alsof je failliet jt gegaan. Alles ineens afgelo- j, geen wereldkampioenschap, 'er realiseerde ik me pas, dat 8 echt m'n laatste WK was ge est". En doelend op de treffer de vrije trap van Platini op die jremberavond, die mogelijk te ten was aan een misverstand in efensie: „Achteraf zijn er geen rijten gemaakt", ir zijn samenwerking met grote lers als Michels, Happel en Rij- (Van de Akker: „Als ik met Imensen werk, zijn er nooit pro blemen") is de verzorger ook tac tisch aardig geschoold. „Het valt me op. dat trainers er niet meer in slagen in de pauze hun concept te veranderen. Dat zag je bijvoorbeeld al in de openingswedstrijd van het WK. De Belgen speelden vanuit een gegroepeerde defensie, maar Maradona en Kempes bleven vol harden in solo's door het centrum. Als Meootti een goede trainer ge weest was had-ie in de rust moeten zeggen, dat de spelers het spel bre der moesten maken. Hetzelfde zag je bij Duitsland tegen Algerije. Die Duitsers bleven ook maar volhar den in hetzelfde speltype. Maar ik ben natuurlijk geen trainer". Adviezen Hij pakt de draad op bij Michels, een andere trainer. „Michels gaf al tijd goede adviezen in de rust. Hij stipte vier of vijf belangrijke pun ten aan". En dan over de histori sche finale tegen de Westduitsers: „Schön was ook een goeie. Die had dat buitenspel zetten van ons goed door. Hij liet steeds een man jagen. Ik blijf trouwens volhouden dat scheidsrechter Taylor ons toen op het middenveld heeft kapotgeflo- ten. In de tweede helft waren de jongens natuurlijk wel behoorlijk aan het schaven, maar het was niet te hard". „Ja, we hadden toen heel West- Duitsland tegen op de tribunes. Ik herinner me nog wat Herman Kuiphof na die tweede Duitse goal zei: daar tuinen we er toch nog in. Veel van de spelers zijn er heel lang kapot van geweest. En nou nog. Die beelden van die wedstrijd wil ik nooit meer zien. Dat zou ik niet kunnen verwerken". „Toch hebben we het gemaakt, die WK. De band onderling was fan tastisch en dat was heel belangrijk, "foen die jongens na een wedstrijd in het hotel een pintje gingen drin ken, ging Michels naar bed. Dan zei-ie tegen mij: zorg jij dat ze er om half twee in liggen. En als ik dan om half twee zei: hé jongens, opstappen, dan gingen ze ook stuk voor stuk. Ze wilden mij niet in moeilijkheden brengen. Dat was weer zo'n slimme zet van Michels. Die onderlinge band, hè". Dollen „In Argentinië was de sfeer net zo goed als in West-Duitsland. Bijna dezelfde spelers waren er toen. Het was alleen jammer dat Willem van Hanegem toen niet mee ging. Hij is nog steeds een van mijn beste vrienden. Altijd aan het dollen. Willem kon net als Suurbier, vlak voor een belangrijke wedstrijd, in de kleedkamer nog een mop vertel len. Anderen zaten dan met hun hoofd in hun handen. Ik kan me nog herinneren, dat Jan van Beve- ren voor de wedstrijd altijd lijk bleek werd. Ik weet ook nog goed dat ik in de tijd van Kessler als bondscoach, naast Van Hanegem op de bank zat. Kessler zat aan de an dere kant. Willem wist dat ik Pali Mali-sigaretten rookte, en dan zat- ie stiekem te paffen. Kessler dacht dan dat ik rookte". Van de Akker gaat verder over de wereldkampioenschappen. „In Ar gentinië was de ploeg natuurlijk minder dan in '74. Vandaar dat ik van die verloren finale ook lang niet zo kapot ben geweest. Nee, in West-Duitsland was het echte we reldklasse. Daar hadden we dan ook de trainer op Het veld lopen; Cruijff. De beste wedstrijd voor mij op dat wereldkampioenschap in '74 blijft die tegen de Zweden, die in 0- 0 eindigde. Dat was de wedstrijd voor Willem Rijsbergen. Na die be renpartij kwamen we in ons hotel, Hiltrup. Alle spelers heel somber, omdat we gelijkgespeeld hadden. Maar het was een fantastische wed strijd geweest, dus ik zei, hé, kom nou jongens, we zitten hier niet bij een begrafenis. Michels liet toen wijn aanrukken". In orde „Wij hadden de beste verzorging van de wereld", zegt Pierre van de Akker. „Als je eens wist wat voor apparatuur we meenamen. Niet dat dat zo'n kunst is, maar het was bij ons prima in orde". Het was hard werken geblazen voor Pierre en zijn collega's in die Oranje WK-da- gen. „Op zo'n WK werk je dag en nacht, vooral vlak voor een wed strijd. Michels heeft me wel eens naar bed moeten schoppen. Als je op die bank zit en je ziet een van de jongens onderuit geschopt wor den, dan denk je meteen: heb ik 'm over vier dagen weer klaar? In al die jaren is het voetbal trouwens niet gemener geworden. Kijk, er moet natuurlijk ook niet preuts worden gespeeld. Michels zei altijd: er wordt niet geschopt, maar we pakken ze wel aan. Een speler die bang is, krijgt meestal meer blessu res". En dan over het verschijnsel Nees- kens. ,(Nees kreeg altijd zwaardere blessures dan de anderen, omdat ie zich bij elke sliding helemaal gaf. Als hij ging, dan deed-ie het be wust. Hij wilde die bal echt te pak ken krijgen of wegkoppen. Na een blessure-behandeling wilde-ie er altijd weer in. Wel medisch verant woord, hoewel je op moest passen, dat ie er niet in bleef met een te zware blessure". Gips Zowel de finale in 1974 als in 1978 speelde een blessuregeval Oranje parten. In West-Duitsland moest Rensenbrink vlak voor de finale nog worden klaargestoomd, terwijl de in gips verpakte hand van René van de Kerkhof in Argentinië een bron van consternatie was. Pierre van de Akker: „Met Rensenbrink zijn we de ochtend voor de finale vanaf half acht bezig geweest. We hebben hem helemaal uitgetest. Hij kon alles. Maar toch was-ie niet echt fit. Koppie, koppie hè. Geeste lijk bleef die genezen blessure hem parten spelen". „Vlak voor die finale in Argentinië begonnen de Argentijnen bij de scheidsrechter te zeuren over de hand van René. Hij was te hard, vonden ze. Er werd een hoop heen en weer gekletst. Dat duurde wel een kwartier. Toen heb ik een stuk schuimrubber er omheen gedaan en het kon weer". Pierre van de Akker heeft inmid dels zo'n vijf of zes voetbalgenera ties als verzorger bij Oranje meege maakt. „Ik heb het hoogste gehaald en ben er dertig jaar gebleven. Van m'n hobby m'n werk gemaakt. Ik weet alleen niet, welke hobby ik nu moet gaan doen. Daarom had ik best door willen gaan". Velen zou den Pierre van de Akker nog wel een wereldkampioenschap hebben gegund. 1ST VAN KÖVY 4MERBY Zelden zal i Nederlandse motorcrosser j zijn toegejuicht als Kees der.Ven onlangs na zijn ^•winning in de Grand Prix de Verenigde Staten. In ladilla Valley hadden dui- kden motorsportliefhebbers minutenlange ovatie in 5 voor de verbaasde Neder- jder. Van der Ven (24), in perland al jarenlang een (olute topper in de 250 cc- schaarde zich mede £>r die prestatie én zijn man- )-zege van afgelopen vveek- ide in het Finse Hyvin- rS23ae definitief bij de absolu- crosstop. Van die top zal de kerikaan Danny Laporte irgen in het Deense Vim- ^Jrby de wereltitél waar- zeker stellen in de tste Grand Prix van het toen. Van der Ven is derde iter de Belg Jobe en heeft achterstand van 23 punten Laporte en acht op Jobe, lat de tweede plaats in het flklassement er nog in zit. I zijn prestatie in de Verenigde len werd Van der Ven een ^^svedette. De nationale titel pro- jeerde hij al drie keer en ook irnationaal werd hij gerekend de rijders die hun beroep ver- In, maar een echte grootheid hij tot voor kort nog niet. In reed Van der Ven zijn eerste jnd Prix en hij sprokkelde een r puntjes bij elkaar. De jaren - Jod werden dat er steeds meer, 'n 19*75) als vijfde te zijn ge- K**pigd in de strijd om het wereld kampioenschap, behaalde hij het daarop zowaar een tweede lts. Zijn prestaties werden daar- -natuurlijk nauwlettend gevolgd, en ach*t iedereen hoopte dat de vrien- i. ind#jke Noordbrabander zich daad- rker erkelijk zou gaan mengen in de om je wereldtitel. Het jaar Vaklui werc* echter afgesloten met ideaa derde plaats in de eindrang- jkking, wat voor menig buiten- ^xgtider betekende dat Kees van beneden de verwachtin- *9^ had gepresteerd. ^^Bts is minder waar", merkt Van Ven op. „Op papier mag dat zo lijken, maar wie weet met problemen ik te kampen heb i Jd, moet wel toegeven dat ik een goed seizoen heb gedraaid. ÜlISe eerste plaats begon ik vorig atie dus. Bovendien waren er nog enorm veel kinderziekten te over meesteren en dat alles gaat natuur lijk ten koste van de prestatie". Het vorig jaar moet dan ook als een aanloop gezien worden voor dit sei zoen, dat inderdaad succesvol blijkt. Van der Ven: „Natuurlijk blijven veranderingen steeds nood zaak en zo heb ik onlangs voor de races in Zwitserland de beschik king gehad over een nieuw motor blok, maar je hebt weinig tijd het uit te proberen. Bij de Japanners gaat dat heel anders. Daar wordt het materiaal eerst in eigen land zwaar aan de tand gevoeld en bij gebleken geschiktheid krijgen de fabrieksrijders het. En zelfs dan maken ze nog wel eens brokken. Maar over het geheel genomen hebben ze qua organisatie natuur lijk wel een voorsprong op ons". Straatlengte Kees van der Ven: ..Ik ben niet zo gecharmeerd van de 500 cc-klas- seizoen bij een nieuwe sponsor. De Oostenrijkse motorfabrikant KTM wilde zich beter gaan manifesteren in het crossgebeuren en daarvoor werden Gerard Rond. voor de 500 cc klasse, en ik aangetrokken. In Oostenrijk waren ze enorm fana tiek, maar er moest erg veel gebeu ren wilden ze het niveau van de Japanse merken bereiken. Gevolg was dat we steeds weer met nieuw materiaal moesten werken. Het hele seizoen hebben we onderdelen getest. Zo had ik eens voor een Grand Prix drie blokken tot mijn beschikking. En dan moet je even op de zaterdag voor de races uitzoe ken welk blok voor het betreffende circuit geschikt is. Geen ideale situ- Dat voordeel kwam in het vorige seizoen duidelijk tot uiting. We reldkampioen Neil Hudson uit En geland (op Yamaha) en nummer twee Georges Jobe uit België (op concurrent Suzuki) hadden een straatlengte voorsprong op Kees van der Ven. Het verschil bedroeg 75 punten. Van der Ven op zijn beurt had met zijn 159 punten weer ruim 50 punten voorsprong op nummer vier, de Westduitser Rolf Dieffenbach. Wereldkampioen Hudson kreeg van de fabriek de kans om zijn kwaliteiten dit seizoen uit te proberen in de 500 cc klasse, dus op papier zou Van der Ven in staat moeten zijn nu minimaal tweede te worden. „Het lijkt allemaal simpel", aldus de crosser uit Bakel, „maar vergeet niet dat de top in de 250 cc klasse veel breder is dan in de 500 cc. In die klasse zijn er steeds pak-weg vier. vijf rijders die helemaal voor aan zitten. Bij ons rijden elke wed strijd weer andere mensen voorin. Over het hele seizoen genomen wa ren Hudson en Jobe inderdaad de uitblinkers. De concurrentie daar achter is erg groot. De mensen die nu dachten dat ik meer kansen zou hebben voor het wereldkampioen schap omdat Hudson er niet meer bij is, kan ik zeggen, dat die titel niet voor het oprapen ligt. Dat blijkt ook wel uit de stand. Een makkie is het beslist niet". Met redelijk groot gemak manifes teerde Kees van der Ven zich, zoals gebruikelijk, wel in het voorseizoen in eigen land. Samen met andere grootheden heeft hij diverse wed strijden in de 500 cc klasse achter de rug en steeds met uitstekende resultaten. De vraag ligt dan ook voor de hand, waarom Van der Ven niet overstapt naar de ko ningsklasse, gezien het gemak waarmee hij daarin toch rondrijdt. „Je moet niet vergeten dat dit de echte zandwedstrijden zijn. Op de harde banen in het buitenland zul len die uitslagen van mij beslist wat minder zijn. Bovendien ben ik he lemaal niet zo gecharmeerd van de 500 cc klasse. Ja. ik kom er wel veel in uit, maar dat is alleen voor het publiek. Zelf geef ik echt de voorkeur aan de kwartliterklasse. Die ligt me gewoon veel beter. Bo vendien heb je voor de 500 cc een zwaarder postuur nodig en zo fors ben ik niet. Ach, de 500 cc wordt toch al in alles voorgetrokken. Laat mij* maar bij de 250 cc blijven, dan komt die ook nog een beetje in de publiciteit". Knieblessure Toch had Kees van der Ven wel in de strijd om de nationale titel in de halve-literklasse willen meedoen. Die mogelijkheid was echter niet aanwezig, omdat twee Grand Prix in de 250 cc samenvielen met de kampioenswedstrijden in de andere categorie. Zodoende zou Van der Ven dan vier manches missen, ter wijl de rijders er normaliter van uit gaan dat ze maximaal in één man che de eindstreep niet kunnen ha len. De volledige concentratie van Van der Ven was daardoor weer op de 250 cc klasse gevestigd. Te meer daar hij geen last meer ondervond van een knieblessure. „Tijdens een kampioensrit, afgelo pen seizoen, verdraaid^ ik mijn Op deze wijze was Kees van der Ven dit seizoen in actie te zien op de internationale pistes. knie, waardoor ik de Grote Prijs van de Sovjet-Unie niet kon rijden en voor de Grand Prix van Neder land net op tijd een beetje hersteld was. Na de races had ik steeds last van een dikke knie, waardoor ik daags na de wedstrijd niet in staat was iets te doen. Langzaam maar zeker is die vochtophoping in de knie steeds minder geworden. Ik moet er alleen voor zorgen dat ik de knie niet weer verdraai". Morgen start Kees van der Ven voor zijn laatste twee manches in de wereldtitelstrijd in het Zweedse Vimmerby. Doel: toch nog tweede worden in het klassement en zich dus weer een plaats verbeteren ten opzichte van vorig seizoen. HENNIE BOEVINK Ik zet het televisietoestel er niet speciaal voor aan, maar is het ap paraat toch ingeschakeld dan mag ik gaarne kennis nemen van de hersenspinsels van onze vader landse reclamejongens. Het is dan elke keer weer een teleurstelling als ik die zelfde reeks overbeken de beelden aan mij zie voorbij trekken, van hondebrokken waarmee je moet rammelen om ze Hector lekker te laten vinden, van die boenwas die ïichzelf op de keukenkastjes aanbrengt en die spiegels in huis overbodig maakt en van dat chocolade snoepwerk waardoor je je ver plicht voelt in korte broek op een racefiets te gaan zitten om de door die vette waar aangelegde ring van welbehagen rond de heupen weg te trimmen. Die geestesprodukten van de als snelle jongens te boek staande re- clameurs vermogen mijn verbijs tering over de geringe inventivi teit van die branche nog niet tot zo'n grote hoogte op te stuwen als bij wat wordt gepresteerd op het gebied van de wasmiddelen. In deze categorie wordt bijna een strijd op leven en dood geleverd over de vraag wie de linnenkast „witter dan wit" maakt. En dat dan bovendien nog door een reeks van produkten die uit dezelfde fa briek stromen. Het is mij nog steeds een raadsel waarom de Rooie Vrouwen en de vereniging Man-Vrouw-Maatschappij, en wat er zoal nog meer aan organisaties voorhanden is om de „onderdruk te" vrouw in onze maatschappij gelijk te schakelen, zich niet dik ker maken om het uiterst stupide beeld van de huisvrouw die een kreetje van verrukking slaakt als zij haar witte was na een zestig graden-beurt vetvrij uit de oven haalt. Maar zo af en toe komt een was middelenfabrikant toch nog wel eens met wat aardigs, althans af wijkends. Zoals bijvoorbeeld het bekende merk Tuut de tweede u is bewust aangebracht in de naam van het prod uk t, want anders zou de aanduiding van hoe een recla mejongen over een huisvrouw denkt wel érg nadrukkelijk aan het licht treden. Tuut heeft Johan Cruijff voor het karretje gespan nen en dan zit je natuurlijk al gauw goed. Cruijff is altijd goed voor een portie extra attentie- waarde en als de niet van com mercieel instinct gespeende voet baller er zelf ook flink wat wijzer van kan worden is het pact snel gesloten. Wat nu is de bedoelingTuut fa briceert de komende tijd pakken wasmiddel waaraan een sluitlipje zit en om dat sluitlipje zo roept Cruijff ons vanuit een mij dezer dagen onder ogen gekomen folder toe gaat het. Want dat sluitlipje is geld waard. Twee gulden om precies te zijn. Maar dat is nog niet alles. En daar komt het com merciële instinct van Cruijff om de hoek kijken. Want honderd sluitlipjes zijn een trainingspak waard van het merk, waarvoor de Ajacied sinds zijn rentree bij zijn huidige club zo nadrukkelijk re clame maakt. Het is de beloning voor het clublid dat het meest ac tief op pad gaat om sluitlipjes te verzamelen. Als u dus één dezer dagen uit uw door de met het con currerende merk Ultra gewassen lakens bedekte bed wordt gebeld en er staat een jongetje van zeven voor de deur die vraagt of u mis schien nog een sluitlipje voor hem hebt, bent u tenminste op de hoogte. Tuut is dus bepaald geen ho, eer der hoera. Ieder lid van een sport club dringt er vanaf nu bij zijn vrouw of moeder nadrukkelijk op aan om Tuut te gebruiken, want elk sluitlipje levert twee gulden op. Stel club X heeft duizend le den, komend uit 600 gezinnen. Dat betekent 600 pakken Tuut in de maand. De actie duurt tot 1 ja nuari 1983, dus er kunnen in club X nog 2400 sluitlipjes worden ver zameld. Kassa: 4800 gulden. Maar sommige leden zijn niet kinder achtig, ze kopen rustig vier, vijl pakken extra. Kassa: weer 1200 gulden. Maar nu komt het, even belangrijk voor erg grote clubs in ons sportbestel. Er mogen per ver eniging niet meer dan 5000 sluit lipjes worden ingestuurd, dus een maximaal bedrag van 10.000 gul den. Een mooi bedrag daar niet van, maar waar speculeert Tuut nu op: Op een grote binding van een sporter bij zijn club.' Maar is die nu wel zo grootIk denk het niet Ik denk dat Tuut het veel slim mer zou hebben aangepakt als van elke verdiende gulden pak weg een kwartje naar de verza melaar zou gaan. Niets werkt na melijk zo stimulerend als je voor je eigen portemonnee bezig bent. Het is natuurlijk leuk als je club de kantine van een vers verfje voorziet, maar daar gaat de bier- pomp niet van open en het fri tuurvet niet van aan. Bovendien slechts één trainingspak met het vignet Cruijff er op per club maakt de kans op zo n outfit ook niet zo bijster groot. Maar ja, zo 'n pak kost toch (volgens de folder) maximaal 129 gulden. En Cruijff wil best meewerken aan deze ac tie. Hoe meer van zijn trainings pakken er circuleren in de vader landse sportwereld hoe aangena mer hem dat is. En Tuut betaalt, dus dat is geen probleem. Ik ben benieuwd hoe de schappen met Tuut bij de supermarkten er de komende maanden uitzien. En hoeveel Cruijff- trai n ingspakken straks opduiken. Eén ding weet ik zeker: ik heb al een trainingspak TINUS L. BUYS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1982 | | pagina 17