De kunstenaars vlogen
ook in Leiden de
on ver be ter lijke pan ui t
Omwegen
DEEL 11 VAN HUTSPOT, HARING EN WITTEBROOD
*Hans Tönjann opent sterk op Roomburg
Twee weken Heisa
in Leidschendam
■GIO
LEIDSE COURANT
WOENSDAG 4 AUGUSTUS 1982 PAGINA S
Gunst, wat een kunst is
en wordt er in Leiden
beoefend. Maar een beet
je stad kan daar ook niet
van buiten. Laten we
eens zien nu subtropi
sche omstandigheden ons
naar een duik in het
koele sop of naar een
douche doen verlangen
wat Hutspot, Haring
en Wittebrood de be
langstellende lezers en
kijkers aan Leidse kunst
voorgeschoteld krijgen in
deel 11 van de reeks.
Terwijl ergens in
Leidens city, met z'n on
behouwen tranen, een
binnenstadsklok luidt ter
congregatie: „We komen
tezamen; laten we teza-
menkomen, onder star-
renblinken".
SZ "H«. is een bijzonder mooie
en fijne aflevering geworden,
weer met schitterende repro-
dukties. Na aanvankelijk wat
moeilijkheden met de binde-
rij", vertelde me gisteren
Wim Plasmeijer, superinten-
"e dant en spullebaas van boek-
en handel De Kier die met een
i zekere Waanders in het oos
ten des lands de uitgave van
mam deze opmerkelijke serie ver-
H zorgt. Zojuist was de wagon-
H lading met „Hutspot"- exem-
plaren aan de Nieuwe Rijn
gearriveerd, en de heer Plas-
H meijer wiste zich het voor-
hoofd alvorens er verder
geëxpedieerd kon worden.
Geen woord teveel: „Tien
eeuwen Leiden, Leienaars en
hun kunstenaars" ziet er su
perbe uit, met bijdragen van
de grage, punctuele schrij
vers D.E.H.de Boer, J.F.Héij-
broek en R.E.O.Ekkart, die,
De Visbrug en omgeving, volgens Jan Steen.
Lichtgevoelig
De „Leidse kunst" beweegt
zich van ambachtelijk bouw
werk, penselers en etsers, tot
aan een nieuwe vorm van
kunst: de fotografie; in het
midden der vorige eeuw zich
tussen de schilders wringend.
Aanschouwelijke kunst van
beschouwelijke kunstenaars.
De navolgers en verbeteraars
van Daguerre moeten in een
picturaal tijdperk, met hun
camera obscura en geheim
zinnigdoenerij, een soort
„pop"-effect teweeg hebben
gebracht. Maar men was er
snel aan gewend en liet zich
bij elke gelegenheid „fotogra
feren". Aan één van die
lichtgevoelige lieden hebben
wij ons „kiekje" te danken.
In de zeventiger jaren der
19e eeuw was het de sigaren
winkelier Israel David Kiek
semietischer kan het niet
die bosjes studenten in al
hun zorgeloosheid en onaf
hankelijke losheid en in
groepsverband in lichtdruk-
malen vastlegde. Lang, tot
voor kort, hebben we Israel
David's nagedachtenis geëerd
door het maken of laten ma
ken van „kiekjes". Dat zeg
acti Het beroemde drieluik van Lucas van Leyden, volgens het Laatste Oordeel, in De
w'-n Lakenhal.
gen we nu niet meer, sinds
het maken van foto's voor
velen van ons een soort quasi
professionele toestand is ge-,
worden.
En dan was Kiek niet eens
een meester in het kieken.
Hem werd de loef afgestoken
door parttime begrafenison
dernemer Jan Goedeljee, die
werkelijk knap vakwerk le
verde, tegen prachtige decors
en voor weinig geld. Zoals er
toen nog meer van die artis-
tiekelingen waren, ten bate
van veel Leidse familieal-
Figuur slaan
Maar laten we, aan de hand
van De Boer en co-auteurs,
naar een vroeger weleer
gaan. Tien eeuwen is een ruk
hoor. In langvervlogen dagen
trachtte men al de werkelijk
heid vast te leggen voor later.
Schilders, tekenaars, etsers,
houtsnijders, zilversmeden,
beeldhouwers (ik moet
opeens aan Bomans denken,
die één van die laatste cate
gorie laat zeggen: „ik houw
geen beeld, ik sla een fi
guur.."), borduurwerkers. En
dan te bedenken, dat je nog
meer artiesten hebt: rederij
kers, zangers, muzikanten,
architecten, dichters, hoteme
toten der Muzen. Noem maar
op. Kijk in De Lakenhal, en
je kunt er met stomheid wor
den geslagen. Zo mooi. Lei
den en kunst: we hebben niet
voor niets zo veel musea.
Maar De Lakenhal spant bin
nen het bestek van deel 11 de
kroon. Op de omslag is met
een al een Leidse meester ge
reproduceerd: Jan Steen, van
„het huishouden", met een
gezicht op de Visbrug. Koste
lijk; en je haalt er vandaag
Leiden nog meteen uit ook.
Goede tijden; en V&D be
stond nog lang niet. Maar de
vis lag er wel op de straatste
nen. Die Jan Steen toch, die
schilderdé pas naar het le
ven.
Museum: een beetje bezit van
iedereen, heet dat. Ook in
deel 11. Niemand kan meer
zo'n „Doek" kopen. Dat was
vroeger wel anders. Iemand
met wat geld kon zich een
portret aanschaffen dat een
paar eeuwen later als een on
betaalbaar meesterwerk as
tronomische bedragen vroeg.
Toentertijd bestelde je, als
„middenstander" of hand
werksman, voor een paar
gulden een ets van Rem
brandt, of een Steen, of een
Jan Lievens, of een Dou. „De
welgestelde Leidenaars be
kleedden de wanden van
hun herenhuizen met tiental
len, ja soms wel honderden
schilderijen, zonder daar echt
krom voor te hoeven liggen".
Voor een landschapje van
Jan van Goyen betaalde je
enkele guldens in de 17e
eeuw. Vandaag de dag zijn
die landschapjes tonnen
waard. En Van Goyen pro
duceerde „en masse": hij
schilderde enkele duizenden
doeken! Ook een Leienaar.
Rembrandt
Er is veel Leidse kunst uit
Leiden en de geschiedenis
verdwenen. Het had nog veel
mooier kunnen zijn. De mid
deleeuwers konden zulke
mooie verhalen onvoorstel
baar vertellen in steen en
met verf. Maar rond 1566
woedde ook hier de Beelden
storm als een „palingoproer".
De kunst ging teloor als paar-
len voor de zwijnen en voor
het losgeslagen „gemeen
dat niet alleen hongerde
maar ook het „rijke" paapse
leven beu was. Enfin, u kent
dat wel: al die misstanden en
„misverstanden". Maar we
hebben altijd nog een Rem
brandt en zijn school. Er wa
ren zelfs „scholieren" die de
meester naar de kroon kon
den steken. Maar Rembrandt
bleef de naam houden, met
z'n claire-obscure invalshoe
ken. Aan de Weddesteeg
werd zelfs zijn geboortehuis
gefixeerd. Maar dat bleek
een misrekening, en nu is
zelfs, bij alle „novatie", die
loze gevel uit de immer
voortgaande historie wegge
haald. Rest ons nog een
borstbeeld van onze „prins
der schilders", op de hoek
Witte Singel, Noordeinde;
terloops neergezet op een
harde sokkel en op een
strookje grasgrond met on
kruid, en besmeurd.
„Kunst voor kerk en burger"
heet een sub-hoofdstuk in
deel 11. We gaan, inderhaast,
voorbij aan kandelaars en
miskelken, kazuifels en an
dere misgewaden, waar
meestal nonnen goud bij
sponnen. Monnikenwerk
ook. Miniaturen, handschrif
ten op bestelling. God weet
nog slechts hoeveel toewij
ding daaraan besteed is. Maar
het waren allemaal mensen
die beschikten, en nauwelijks
wikten. Oorspronkelijk wa
ren de kunstenaars anoniem,
maar later werden ze zich
Op mijn omwegen door stad en land I
kom ik graag mensen tegen. U kunt I
mij telefonisch of schriftelijk vertellen JSÊ
wie u graag in deze rubriek zou willen I
tegenkomen. Ik ben bereikbaar via 071 ■MMK*
- 12-22 44 op toestel 10. door Ton Pieters
W V
Frans van Mieris de Oude zag een herberginterieur al
dus; gedetailleerd en bont en „helemaal". D'r is in drie
eeuwen nog niet zo veel veranderd'; en we zijn zo men
selijk gebleven „all the time"
van hun „skill" bewust en
gingen ze hun werk „onder
tekenen". Maar het bleef
prachtig en bezield. Gaat dat
dus zien; in De Lakenhal.
Daar kan geen fotograaf te
genaan. Ja, de Leidse kunste
naars hadden buiten hun
menselijke leven om weinig
anders te doen. Ze gingen in
een hete zomer niet naar het
strand, noch op vakantie.
Maar ze „zagen" iets en leg
den dat vast. En wisten ze
veel voor wie!
Eerste oordeel
Lucas van Leyden, de hoog-
geprezene: als je hem ziet
denk je aan Holbein, Luther
of Erasmus; dus allemaal cir
ca 1530. Zijn Laatste Oordeel
is voor velen een eerste oor
deel geworden, en er is nie
mand die Lucas' oordeel
zeker niet op een drieluik
ooit verbeterd heeft. Maar
de, sobere, nieuwe leer
kwam, de armoe groeide. En
al nam de lakenhandel nog
steeds een eerste plaats in, de
welvaart was op z'n retour en
de kunsten verwaterden tot
een „functioneel" oppervlak.
Toch heeft de „Gouden
Eeuw" een heel Leids schil
dersbestand opgeleverd, dat
in de internationale opwin
ding als „Leids" verdwenen
is. Kunstenaars zijn onbere
kenbare lieden, en je moet je
altijd maar weer afvragen
waar ze 't best zich tussen de
gang van zaken kunnen in
voegen. Dat was tijdens de
Republiek steevast Amster
dam. Daarom ook is Rem
brandt een Amsterdammer,
een exponent van het latere,
in germaanse ogen, „steenrij
ke Holland". En ik weet, ik
ken Duitsers, die Rembrandt
op schrift als Duitser geanne
xeerd hebben. Maar het was
„ook Leiden".
Jan Lievens; dat was er één.
Deel 11 kiest duidelijk zijn
partij, met hartroerende
voorbeelden. Waarom zou
Rembrandt nu per se zo veel
beter, zo meer geëerde zijn?
Ik hoor een suppoost van De
Lakenhal, pas nog geïnter
viewd in deze krant, een ge
tuigenis afleggen: „Ik sla Jan
Lievens hoger aan dan zijn
meester Rembrandt". Um-
wertung aller Werten. We
kunnen verstomd staan, of
zitten. Maar het is gezegd.
Door een suppoost, naar zijn
geweten.
De Leidse kunstenaars heb
ben nog bijna oneindig veel
te zeggen. Ook de niet te tor
pederen amateurs van die
exclusieve academie „Ars
Aemula Naturae", die sinds
jaar en dag (pas in een ver
nieuwd onderkomen aan de
Pieterskerkgracht) tekenen
naar „het gips" en naar het
levend model. Dan hebben
we het nog niet eens over de
„Bakker Korffjes", de laat
je eeuwse miniatuurtjes, die
Alexander Hugo Bakker
Korff z'n naam had ie in
elk geval al mee aangaan
de z'n zusters bij Ars rond
1860 in burgertafereeltje
vastlegde: oude dametjes „in
het licht van beter gesitueer
de Leidenaars". Schitterend:
Bakker Korff schilderde een
stijfdeftige Hollandse salon,
met spinet, en troep op de
vloer, onder een barokke
medaillon; heel romantisch.
Muziek tempel
En zo gaan we maar door.
Langs verre zwerftochten,
volgens de Leidse beeldende
geschiedenis. We komen dan
vanzelf bij Chris van der
Windt, een fenomeen die nu
in De Lakenhal hangt. Lei
den is niet zo simpel, als som
migen durven zeggen. En
dan is er de Leidse muziek-
tempël anno 1892: de Stads
gehoorzaal. Daar sleet Leiden
heel wat onvermoed cultu
reels, achter een neo-classis-
tisch front, dat nu amper de
culturele lading van een
kunstzinnig Leiden kan dek
ken. D'r moet geld bij. Maar
dat is in onze streken een
oud zeer...
Een groepsportret van een studentengezelschap,
kiekt door Kiek. Rond 1888.
°'leLEIDEN Hans Tönjann
ook het tennistoer-
™ognooi van Roomburg, na de
itiePistrictskampioenschap-
lijkpen en het Noordwijkse
dfcadgastentoernooi, op zijn
jchiJverlanglijstje te hebben
cungezet. Tönjann begon gis-
Éen in ieder geval sterk
de „Open Leidse".
rst werd Freek van der
pellen in de kwalifica-
eronde van het herenen-
;elspel A eenvoudig aan
Ie kant gezet (6-4, 6-0) en
ervolgens kwam de
idse districtskampioen
ardfvan '82 ook in de eerste
:chte A-ronde tegen Ste-
'ven van Erven nauwelijks
■—in de problemen: 6-2, 6-4.
Of de zonneklaar aanwe
zige motivatie Hans Tön
jann vandaag ook bij de
laatste acht A-heren zal
brengen, mag echter zeer
twijfelachtig worden ge
noemd. Tegenstander
Frits Don staat immers
niet voor niets, achter Mi-
chiel Schapers en Rob
Hak, als derde geplaatst
in dit hoofdnummer.
Het eigenlijke doel van Tön
jann - de B-titel op Roomburg
- lijkt daarentegen wat een
voudiger haalbaar te zijn ge
worden. De als tweede ge
plaatste Tönjann zag in zijn
onderste helft van het speel
schema de drie andere ge
plaatste spelers reeds uit het
toernooi verdwijnen. Jos Koe
mans (drie) komt deze week
niet in Leiden in actie, zeven
de geplaatste Herman van der
Capetien werd een dag eerder
al uitgeschakeld en gisteren
sneuvelde ook de nummer zes,
Henny Koemans. Max Holder-
busch liet zich na een simpel
begin (6-0) de tweede set dan
nog wel afsnoepen (6-7), de
derde werd aangegrepen om
het aanwezige krachtsverschil
alsnog duidelijk in de score uit
te drukken 6-2. Een in feite
vrije gemakkelijke overwin
ning die voor Holderbusch na
afloop de reden vormde te
stellen dat de tegenwoordig zo
verdedigend spelende Henny
„vroeger goed tenniste"... Ove
rigens bereikte Holderbusch
de A-poule niet. In zijn kwali
ficatiepartij tegen gespannen
Marco Winter kwam Holder
busch wel tot een setpunt,
maar niet tot een set: 4-6, 5-7.
De in B als eerste geplaatste
Winter ontmoette in die cate
gorie tot nu toe geen hinder
nissen van betekenis. Aris
Harmsen werd met 6-0, 6-0 ge
klopt, Joost van Leeuwen wel
haast even eenvoudig met
tweemaal 6-1; overwinningen
die Winter als eerste bij de
laatste acht brachten. Marinus
Brooshooft en Marcel van Rijn
hadden beide drie sets nodig
om de derde ronde in B te ha
len. Brooshooft begon tegen
Melchior ter Reegen met het
verliezen van de eerste set (4-
6) om vervolgens ook in de
tweede bij een 4-5 achterstand
een matchpoint tegen te krij
gen. Op karakter en met be
hulp van het op kritieke mo
menten onmisbare handdoekje
overleefde Brooshooft niet al
leen dat, maar ook de twee
daaropvolgende wedstrijdpun-
ten in de tiebreak, om de be
slissende set uiteindelijk met
6-3 te pakken. Marcel van Rijn
behoefde in zijn partij tegen
Gjalt Lucassen „slechts" een
matchpoint weg te werken: 6-
3, 4-6, 7-5.
Bij de dames in B (het hoofd
nummer gaat pas donderdag
van start) zijn de meeste
kwartfinalistes bekend. Onder
hen verrassend Liselotte van
der Bijl en Joke van Mastrigt.
Liselotte van der Bijl liet ster
ke Marjolein Visser slechts
twee games, terwijl Joke van
Mastrigt Annette van der Mey
in een marathonpartij voor
bleef: 6-3, 6-7, 4-6. Juliëtte
Grimbergen deed het opmer
kelijk aardig tegen Jacqueline
van Wijk (4-6, 3-6), terwijl de
later door Annelies van Osna-
brugge geklopte Maureen
Meyer, C-topper Karin Roo
sendaal duidelijk maakte dat
de bal in B wat vaker terugge
slagen placht te worden: 6-2,
6-3.
Mare Mellema kwalificeerde,
zich bij de heren in C voor de
kwartfinales. Jarige Harold
van Ommeren kon na de 1-6,
3-6 nederlaag weer terug naar
het feest. Tennissende voetbal
trainer Mattie Kantebeen liet
nummer zes geplaatste Dave
Willemse een set uitrazen, om
daarna op de hem bekende
wijze alsnog toe te slaan: 1-6,
6-2, 6-4.
Herman Faess tenslotte, vierde
gisteravond een kortstondige
rentree op de tennisbaan. Met
partner Anita Koelman diende
Faess de overmacht van het
koppel Willemse/Van Bek-
kum overtuigend te erkennen:
2-6, 0-6.
GERT-JAN ONVLEE
Hans Tönjann lijkt na de districtskampioenschappen en
Noordwijk, ook Roomburg op zijn verlanglijstje te heb
ben gezet.
LEIDSCHENDAM De Leidschendamse jeugd zal de
laatste twee weken van de vakantieperiode weer kun
nen déelnemen aan het Jeugd Vakantie Festival dat
als „Heisa 82" van maandag 9 tot en met vrijdag 20 au
gustus wordt gehouden. In vijf centra (drie scholen, het
Tolhuis en Freddy's Hoeve) zijn mogelijkheden tot
creatief bezig zijn: boetseren, linosnijden, schilderen,
naaldwerk, macramé, wol appliceren, wandkleden,
vliegers, maskers en kijkdozen maken, batikken,
emailleren, solderen.
Iedereen kan in eigen tempo en op eigen niveau werken en,
klaar of niet klaar, zijn werkstuk meenemen. In de Zuivelkeu-
ken in Leidsenhage worden weer kookcursussen gehouden en in
het Paus Johannes Centrum is dinsdag 10 augustus de film
„Gullivers Reizen) te Zien en donderdag 12 augustus de film
„Laat het maar aan ons over", met vier komedianten die een
kleine winkelier helpen in de concurrentiestrijd tegen een su
permarkt.
Verder mini-trips naar het Dierenpark in Wassenaar en een
kinderboerderij in Delft. In de tweede week mini-zeskampen,
een hengelwedstnjd, races op luchtbedden of autobanden en een
straattekenwedstrijd. De alleriongsten kunnen in de bibliothe
ken als vanouds weer lekker lachen bij de poppenkast. Vrijdag
20 augustus wordt voor het eerst ook een stripverhalenbeurs ge
houden waar de kinderen hun stripboeken kunnen ruilen Het
slotfeest wordt weer in de sporthal „De Fluit" gehouden. Eerst
de film „De Linkshandige Uitzendkracht" met Jerry Lewis en
daarna een optreden van de komiek Bueno de Mesquita. Voor
de muziek zorgt de Leidschendamse Showgroep The Blue Stars.
Kinderen in Stompwijk hebben hun creatieve bezigheden in het
Dorpshuis maar ze kunnen uiteraard ook deelnemen aan alle
aciviteiten in de overige centra.