'olitiek drukte zwaar -tempel op de muziek imon Garfunkel winnen ederlands Kamerkoor magnifiek Lamentatio van Krenek makkelijk in de Kuip 5 DE MEER PIANO'S HOE BETER Frank Berendes naar Fiks ^JNST LEIDSE COURANT MAANDAG 14 JUNI 1982 PAGINA 9' Z3 i muziek in de jaren '20 en '30 -V Radio Filharmonisch Or- o.l.*. Fernand Terby. Solist de list Vladimir Mendelssohn.' M Festival-concert in het Con- tbouw te Amsterdam. veroordeling uit de van Goebbels „Mis- lydn,Jenden Dissonanzen ei- musikalischen Nicht- ïnens" was voor tal componisten het sein Duitsland te verlaten. Duitse muziek uit de gelfï 20 en 30 kan men ook niet los zien van >olitieke ontwikkelin- In het kader van het project „Berlijn/Amster dam ,1920-1940" werd za terdagavond in het Am sterdamse Concertgebouw door het Radio Filharmo nisch Orkest een concert gegeven met werken van Dessau, Hindemith, Weill en Schreker.' Met uitzon dering van Schreker, die in 1934 overleed, overleef den zij de tweede wereld oorlog. De periode van vlak na de eerste wereldoorlog tot aan de voorbereiding voor de tweede was voor het Duitse muziekle ven van betekenis mede dank zij de komst naar Berlijn van Schönberg. Meerdere compo nisten vonden onderdak in het gastvrije Duitsland van die da gen, de actualisering van de muziek kon gestalte gegeven worden. Wel is het geheel doortrokken van politieke te genstellingen en ontwikkelin gen tot aan het moment, het fatale moment van 1933 waar na Hitier en zijn trawanten uitmaken wat cultuur is en wat niet. Ook Paul Dessau nam in 1933 de wijk naar Amerika, in Hol lywood schreef hij filmmuziek aan de lopende band. Het Hol land Festivalprogramma van zaterdagavond, met akelig veel lege stoelen in het Con certgebouw, werd geopend met de in 1934 te Parijs ge componeerde tweede symfonie van Dessau, een man die na 1948 kans zag eerste componist van Oost-Duitsland te worden. Brallerig is zijn uitspraak: „Alle diese Arbeiten sind der DDR gewidmet", brallerig ook is zijn symfonie Naar de idee van de barokke soloconcerten schreef Hinde mith meerdere Kammermusi- ken, nr. 5 is geschreven voor altviool met orkest waarin de violen ontbreken. Vladimir Mendelssohn leverde een for midabele prestatie, zijn spel onderstreepte de vitaliteit van dit werk. Als 21-jarige schreef Kurt Weill zijn eerste symfonie op de grens van laat-romantiek na, W voor 4 piano's in een te «I landgoed Frankendael lrar Mam. val HollMid Festivallei- %an liet bij het concert vier piano's zaterdag- hel( nd in een tent in het eer iterdamse Franken- .Jü nog al wat steken pn. Velen kwamen om uur voor niets omdat irstefoncert pas om elf uur te beginnen en de 'e5|rammatoelichting was telijk volstrekt ontoe- end. Gelukkig viel er zonder te weten wie e. 1 'U precies speelde en KI r het allemaal om ging ook veel te genieten. Geopend werd met Peter Schat's stuk „To you" voor 4 vleugels, 2 elektrische orgels, sopraan, 3 basgitaren en 6 ge wone en nog vier grote brom tollen. Eigenlijk moesten dat er zes zijn, maar twee bleken stuk. Volgens mij was een van de vier, gezien bijgeluiden ook nog verre van gezond, maar daarover niei getreurd, want het totaal leed er niet noe menswaard onder. Terecht is dit concert onder de groep „Muziektheater" concer ten ingedeeld. Sopraan Lucia Meeuwsen stond op een verho ging boven de spelers, met achter haar, nog hoger de bontste van de vier tollen. To you, een protest aftel vers naar aanleiding van onder meer de vele door de politie in het be gin van de zeventiger jaren in Amsterdam in beslag genomen gitaren. Zesmaal eindigt de so praan een onderdeel met „Ik ben bang om gek te worden", waarna de bromtollers hun tollen beginnen op te pompen - nog heel ongelijk mogelijk gezien verschillen in spier kracht, die daarna brommend hun song zingen. Alles wordt per instrument elektronisch versterkt, waarbij naar mijn smaak de basgitaren wel wat teruggenomen hadden mogen worden. Een fascinerend stuk muziektheater, zeker in deze door windvlagen geteisterde en akoustisch zeer rijke tent. Over het stuk Display voor zes vleugels en pianostemmer Dis play IV van Maarten Bon schreef ik kortgeleden reeds naar aanleiding van een uit voering in het Koninklijk Conservatorium. De vleugels stonden ditmaal niet in een halve cirkel maar in een z- vormig blok. Door de rijkere akoustiek en door de herken ning was het plezier in de in genieuze muziek ditmaal wat mij betreft nog groter. Bon is nu eenmaal dol op de piano en maakte ook een versie van Strawinsky's Sacre du Prin- temps voor vier piano's. Uit voerenden waren het echtpaar Bon, Gerrit Hommerson en Ronald Brautigam. Strawinsky maakte naast de orkestpartij een pianouittreksel voor twee piano's voor instudeerdoelein- den. Bon zag kans om de hele complexe orkestrijkdom terug vaart en elders biedt zij haar publiek suikerzoete romantiek met een Schla ger als „Ich ktlsse Ihre Hand, Madam", stam mend uit de vrolijke 20-er jaren, toen de vreugde niet op kon, maar even zeer de tegenhanger „Der Brand von Berlin" na de komst van Hitier en de nog altijd even mysterieu ze Rijksdagbrand. Dit al les gistermiddag in lunc htijd. Liggen Gerrie de satanisch-sa- tirische en decadente liedjes erg goed, gehoord haar zwoele stembanden, Dorine beschikt over een kernachtig geluid, in zijn soort minstens zo gaaf. Zij schuwt een romantisch lied niet gelijk „Wein' ich, lach' ich, das gibt's nur einmal", maar werpt er ferm gezongen waarschuwingen doorheen: „Nimm dich in Acht vor blon den Frau'n". Zij licht haar liedjes inhoudelijk toe met conferences over de geest en de geschiedenis van die tijd, niet minder met grapjes. Zo diende de korte rokkenmode in die dagen om te bewijzen, dat de vrouw op eigen benen kon staan. Violist Hub Mathijsen en pia nist Tom Lowenthal verleen den dit optreden niet alleen melodische glitter. Zij strooi den ook hier en daar met een dissonant als een wrang lied er om vroeg, zoals in Brecht-Eis- ler's „Ballade von der Juden- hure" en ook van Brecht „Ftirchte dich nicht". Zo ver gleed de romantiek van '20 in de sociale ellende van '30 en ging ijle zang geleidelijk over in schrijnend vibrato. Met als markeringspunt voelbaar Mar iene Dietrich's verzuchting „Ich bin von Kopf bis Fusz auf Liebe eingestellt, das ist meine Welt", waarbij Dorine zich vo caal-kermend neervlijde in de welving van de vleugel. Maar sociaal leed of frivoliteit, er bestond een band tussen de mensen. Het wemelt in dat re pertoire van de weerzienlied jes. Dorine besluit met een Sehnsuckt-potpourri, de zucht naar het weerzien. TON OLIEMULLER te brengen tot acht handen op vier piano's waarvan een nog ontstemd wegens Display!, zonder verlies aan kwaliteit. Weliswaar zou bijvoorbeeld een laaiend Pina Bausch ballet hier onvoldoende dynamische ondersteuning aan kunnen ontlenen, maar in deze bewer king kwamen nieuwe aspec ten, zoals sterk repetitieve ele menten a la Reich ineens veel sterker naar voren, omdat de basis structuur veel zichtbaar der werd. De vier pianisten, Maarten Bon als leider voorop verdienen voor hun feilloze samenspel een groot kompli- ment. BESIER NOORDWIJK Twee Zaan dammers, van 18 en 21 jaar, zijn vrijdagnacht door de Noord wijkse politie op het strand aangehouden wegens diefstal van surfplanken. Het tweetal reed met een jeep met vier zeilplanken, vijf mas ten en twee gieken op het strand. Bij de achtervolging door de politie probeerden zij nog de spullen weg te gooien, maar dat mocht niet meer ba ten. De surfbenodigdheden bleken te zijn gestolen bij het clubhuis van de Surfvereni- ging Noordwijk aan de Kon. Astrid Boulevard. Geen krant ontvangen? Bel tussen 18.00 en 19.00 uur, za terdags tussen 14.00 en 15.00 uur, nummer 071-122248 en uw krant wordt nog dezelfde avond nabezorgd. Holland Festival in de Nieuwe Kerk. Het Nederlands Kamerkoor o.l.v. Eric Ericson in „Lamentatio Jere- miae Prophetae" opus 98 van Ernst I Dorine v.d. Klei en de zucht naar van de twin- eeuw is voor menig luisteraar een warwinkel van op zichzelf staande en gebeurtenissen, betrekkelijk kort zijn er immers in gang hun eigen consequen- of ver met historisch vernieu- vinden we compo- die hun bijzondere aan een al dan niet ver verleden ontle nen, of uitingen die niet- westerse en/of populaire, dan wel folkloristische elementen bevatten - om maar te zwijgen van staal tjes van haast schaamte loos modernisme. Wie echter zaterdagavond voor het eerst de schier onuit voerbare partituur van La mentatio Jeremiae van de Amerikaans-Oostenrijkse com ponist Ernst Krenek heeft ho ren klinken, is -ten volle be wust - getuige geweest van een in alle opzichten belangrijke gebeurtenis. In de jaren 1941 '42 geschreven en 12 jaar later in Kassei door het toen malige NCRV-vocaal ensem ble o.l.v. Marinus Voorberg ten doop gehouden, is dit werk voor koor-a capella een van die schitterende (vocale) hoog tepunten uit de muziek van deze eeuw. Modern van toon (want het is 12-toons muziek) past deze Lamentatio zowel in de beste tradities van de nieuwste geschiedenis, als in die van de Renaissance -al thans waar het om de compo sitie-techniek gaat. Het is een toonbeeld van het brede-histo- rische-perspectief dat de be langrijkste hedendaagse wer ken eigen is. De belangstelling van compo nisten voor de ontwikkeling van de meerstemmige muziek vanaf het Gregoriaans t/m de 16de eeuw stamt uit de begin jaren van deze eeuw. De vo- caalpolyfonie van Zuid-Neder landse origine, m.n. die van' Dufay, Ockeghem, des Prez en ook Isaac, is van grote beteke nis geweest voor de ontwikke ling van een nieuwe muzikale taal. Van Anton Webern is bijv. bekend, dat hij zijn reek sen van 12 tonen, symmetrisch gegroepeerd, heeft gemodel leerd naar de wijze waarop o.a. Heinrich Isaac (1450-1517) zijn melodieën heeft geschreven. Stravinsky heeft zich in zijn Mis (1948) op zijn eigen eerst intensief beziggehouden met Machaut (1300-1377) en Dufay (1400-1474). Krenek heeft zich voor zijn Lamenta tio Jeremiae op zijn beurt geo riënteerd op het aloude Grego riaans en op Ockeghem (1420- 1495), maar tevens op de dode- cafonie (12-toons muziek). Aanvankelijk een uitstekende leerling en dus in een roman tische stijl schrijvend, heeft Krenek (1900) vrijwel alle stij len in de hedendaagse muziek beproefd, voordat hij zich eerst werkelijk van de mogelijkhe den van de dodecafonie be wust werd. Even voor zijn vlucht naar de Verenigde Sta ten in 1938 is die verandering in zijn muziek merkbaar. La mentatio Jeremiae is overigens niet aleen het resultaat van zijn bekering tot het Rooms Katholieke geloof; het is te vens een intense, maar be heerste klaagzang op de in oorlog gedompelde Oude We reld. Het werk bestaat uit drie de len (Witte Donderdag, Goede Vrijdag, Paaszaterdag), elk be staande uit drie lessen die alle eindigen met: „Jerusalem, Je rusalem, bekeer U tot den Heer Uw God". Vooral in deze telkens weerkerende regel is de ontwikkeling voelbaar; eerst is de toon tamelijk objec tief, sterk aan het Gregoriaans verwant. Later, na het mid dendeel, heerst een meer emo tionele sfeer, naar het lijkt vooral door toedoen van de vrouwenstemmen. Het geheel vergt ruim een uur op de opperste concentratie, daarvan was het Nederlands Kamerkoor zich ten volle be wust. O.l.v. de Zweedse diri gent Eric Ericson heeft dit en semble een onvergetelijke daad verricht. Ik denk dat het haast onmogelijk is te noemen waarom precies. Vrijwel per fect van toon en dictie bewees het zoveel soeplesse en gevoel voor vorm, dat alle superlatie ven overbodig zijn. Ik heb me verwonderd over het ideale gevoel voor tempi, dan weer versnellend, dan weer heel elastisch inhoudend; over de glasheldere klankkleuren. Er is nauwelijks een koor denk baar, dat zich zo veelzijdig toont. O.l.v. een fenomeen als Ericson haalt het Nederlands Kamerkoor met groot gemak wereldniveau. LUC. KNOLDER het weerzien Voorstelling: „Weln' ich, lach' ich". Door Dorine v.d. Klei. Muziek: Piano Tom Löwenthal, viool Hub Mathij sen. Theater: Meervaart te Amster dam. Herhaling: Blijft op program- Toen de zusjes Gerrie en Dorine v.d. Klei afhaak ten van het duo „The Sis-, sies" en elk een eigen weg ging, bleven zij voorkeur voor hetzelfde genre hou den: Het Berlijnse lied uit de jaren '20-'30. Gerrie kwam ermee in de Nelson Revue, waarover we dezer dagen al schreven, en Do rine sloot zich bij de Ber lijn- Amsterdammanifestatie als Holland Festivalge- beuren aan met een eigen roezig liedjesprogramma. In de Amsterdamse Meer- Zoals het alle maal begon: twee stemmen en een gitaar. en Neue Sachlichkeit. Het werk staat bol van gezwollen muzikale taal en er valt nog weinig te bespeuren van de componist die ondermeer de Dreigroschenoper op zijn naam bracht. Uit één van zijn succesopera's, „Die Gezeichneten" stelde Franz Schreker een suite sa men en in de behandeling van het groot orkest met een geraf fineerde instrumentatie is de invloed van Richard Strauss onmiskenbaar. Dit concert werd geleid door Fernand Terby, een dirigent die kennelijk in deze muziek gelooft, doch die dat geloof niet op het publiek kon over brengen. De synchrone bewe gingen van linker- en rechter hand droegen er niet toe bij, dat deze orkestleider veel in druk naliet. ADR. HAGER LEIDEN De korfbaltrainers- markt is momenteel buitenge woon actief. De Oegstgeester tweedeklasser Fiks contrac teerde Frank Berendes als de nieuwe trainer/coach. De bij HKV korfballende Hagenaar was al eerder in de Leidse re gio werkzaam. In 1979 was hij als trainer verantwoordelijk voor de promotie van Zuider kwartier naar de promotieklas se, waarna hij overstapte naar het Leidschendamse SEV. Bij Fiks volgt hij interim-coach Pe er Ciggaar op met de op- Jracht vanuit het bestuur door :e gaan met het prestatieve oeleid in de breedte, hoewel ook een promotie van het eerste team uit de derde klas se van de zaalcompetitie een hoe prioriteit zal krijgen. Fluks, na twee jaar volgend seizoen weer terug in de derde klasse, verzekerde zich van de diensten van Kees van Vliet. Evenals zijn nieuwe vereniging debuteert Van Vliet in het dis tricts seniorenkorfbal. Wel is de oud-TOP-speler jarenlang jeugdtrainer geweest bij TOP, De Danaïden en Velocitas. In Noordwijk is Kees van Vliet de opvolger van Wim van Huis, die naar DKC uit Delft vertrok. Ook Tempo heeft volgend sei zoen een totaal nieuwe techni sche man langs de lijn als op volger van Hans van Zonne veld, wiens contract om finan ciële redenen niet verlengd werd. Het is de van KNS af komstige Henk Roedoe, die kortgeleden de korfbaltrainers- cursus van het KNKV met suc ces afrondde. Het inmiddels naar de afdeling gedegradeer de KNS wordt komend seizoen getraind door Lenie Slegten- Surfplankdieven aangehouden horst, afkomstig van De Alge mene. De coaching zal weer worden verzorgd door Jan Hartevelt, enige maanden gele den nog samen met trainer Gé Eegdeman opgestapt na een conflict met de selectie van de Oegstgeester vereniging. LEEGLOOP Kampioensploeg De Danaïden heeft aan het einde van het seizoen nog een forse aderla ting ondergaan. Nadat, na een mislukt zaalseizoen Bea Schra- ma en Janet Smit uit de selec tie verdwenen, stoppen nu ook jeugdspeelster Yvonne Peters. Ruud Visscher en Hennie Devi- lee, waarvan laatstgenoemde wellicht voor slechts een sei zoen. Simon verschool zich het hele concert achter zijn gitaar en microfoon. Verder zong Gar funkel natuurlijk weer zo he mels als een groot gegroeide koorknaap, daarbij vakkundig geruggesteund door een tien koppige begeleidingsgroep waarin ook de gerenommeer de sessiedrummer Steve Gadd meespeelde. Naast oude successen kreeg ook het solomateriaal uit de periode na de samenwerking van beide zangers veel aan dacht. Daarbij won Art Gar funkel op punten van zijn te genpool. Doorslaggevend was zijn vertolking van de mon sterhit Bright Eyes die een groot deel van de naar schat ting vijftigduizend toeschou wers het kippevel op de armen bracht. De kien opgebouwde spanning zakte echter bij voortduring als een kaarten huisje in elkaar. Oorzaak daar van waren met name de latere composities van Paul Simon (Still Crazy After All These Years, Fifty Ways To Leave Your Lover) die in de soft-jazz hoek zitten. Prima muziek voor in een roodbelichte nachtclub, maar in een sport stadion komt het absoluut niet tot z'n recht. Het venijn zat 'm bij Simon Garfunkel in de staart. Met het prachtig tweestemmig ge zongen American Tune (al- Simon Garfunkel, Feyenoordata- dion Rotterdam met Paul Simon (gi taar/zang), Art Garfunkel (zang), Steve Gadd (drums) en George Wa- denius (gitaar). weer kippevel), het swingende Late In The Evening en Ko- dachrome en natuurlijk de classic Bridge Over Troubled Water. Met The Boxer als ab solute climax werd de set afge sloten en dwong het publiek met het scanderen van het overbekende „olé, olé" twee toegiften af. De overige muzi kanten bleven in de kleedka mer achter terwijl Paul Simon en Art Garfunkel nog één keer terugkwamen om de Sound Of Silence in te zetten, enkel begeleid door Paul's gi taar. Precies zoals het bijna twintig jaar geleden was be gonnen. De avond viel, hier en daar werd een sterreregen ontsto ken en een refrein zachtjes meegezongen. „Wat een prachtig vak is dit"," liet Art Garfunkel weten maar die op merking leek niet uit sponta niteit geboren. Daarvoor was de krap twee uur durende show te gladjes verlopen, te uitgekiend. Zelfs de stortbui die nog geen halve minuut na de laatste klanken losbrak en het om „we want more" schreeuwende publiek uit het stadion dreef, leek besteld. NICO MOKVELD Derdeklasser Velocitas raakte twee dames kwijt uit haar eers te team. Marjolein Zaagman- Verbeek liet zich overschrijven naar Fides Pacta, terwijl Carla an Evert zullen overstappen naar Pernix. ROTTERDAM Zeven dagen na de Rolling Sto nes zat het Feyenoordsta- dion afgelopen zaterdag opnieuw bomvol, ditmaal voor een optreden van het legendarische zangduo Si mon Garfunkel. Tien jaar geleden zette dit tweetal een punt achter hun glansrijke carrière. Een liefdadigheidsconcert in het Central Park heeft Paul Simon en Art Gar funkel vorig jaar weer tot elkaar gebracht. Dat op treden in New York trok maar liefst een half mil joen toeschouwers. Maar ook Nederland is Simon Garfunkel nog niet verge ten. Al bij de eerste klan ken van het stokoude Mrs. Robinson klom het pu bliek enthousiast op de kuipstoeltjes. Een visueel spektakel zoals bij de Rolling Stones was het op treden van Simon Garfun kel beslist niet. Art Garfunkel stond twee uur lang, met de pinken door de lusjes van z'n spijkerbroek, de zwaarbewolk te hemel af te turen. En de kleine, ietwat verlegen Paul

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1982 | | pagina 9