ma
Is
Zeilende
avonturiers
in kielzog
van Hudson
en
Peter
Stuyvesant
fanse
iJpelettes
Boeten
ionel t veld
urnen
)or
irtugezen
LEIDSE COURANT
ZATERDAG 15 MEI 1982 PAGINA 19
1Rotterdamse Leuvehaven is
jeze dagen een drukte van
1jr. Temidden van tientallen
lm vaartschepen liggen acht-
jnoderne, zeewaardige zeil
en. Aan boord worden de
e voorbereidingen getroffen
de „Rotterdam Transatlantic
een zeilcruise en -wedstrijd
Rotterdam naar New York,
Ispectievelijk morgen en ko-
\e donderdag (Hemelvaarts-
\ran start gaan.
prdam Transatlantic 200"
geheel in het teken van de
Mennial, de viering van 200
Onafgebroken diplomatieke
handelsbetrekkingen tussen
pid en de Verenigde Staten,
deelnemers, zowel aan de
als aan de wedstrijd, heb-
Wfun schepen moeten onder
en aan een intensieve con-
I De jachten moeten aan zo-
orwaarden voldoen bij
een dik boek vol dat de
fye-officials van het Ko-
ijk Nederlands Watersport
\>nd niet meer dan twee bo
er dag konden afwerken.
krdam Transatlantic 200" is
Janiseerd door de Stichting
Wkyije" Race, die in 1980 ook
twoordelijk was voor de
van de voortaan elke vier
terugkerende Specerijen -
van Jakarta naar Am-
mochtend is eerst de beurt
\e cruisers, die overigens
zij een financiële bijdrage
en Schiedamse distilleerde-
•t alle kosten van de over-
zelf hoeven te dragen. De
deelnemers zijn van ver-
mde pluimage. Onder hen
jloemenexporteur uit Lei-
^en»en loods uit Rotterdam, een
-vo,nbouwer uit Medemblik,
thefysiotherapeut uit Limburg
>n zakenman uit Krimpen
Ie IJssel. Vanavond liggen
•hepen in Delf shaven, dat
geschiedenis van de Neder-
zeilvaart naar de Verenig-
ten een belangrijke plaats
11 (zie bijgaand verhaal),
mochtend om tien uur
t daar het vertreksignaal. In
zijiooi varen de jachten de
jrotöve Waterweg af om buiten-
t na]elk hun eigen weg te kiezen
st-Ejng Azoren, Bermuda
vraf- tussenstops worden ge
len it en New York.
iet "vertrek van de westrijdzei-
ziJ" bp Hemelvaartsdag belooft
W veel groter en kleurrij-
4200pektakel te worden. Onder
celnemers bekende namen
lirk en Sjoerd Nauta en
■da/i van Stolk. 's Ochtends
en uur vertrekken zij vanuit
i sciDommelhaven (Europoort)
[st. \de startplaats voor de kop
'angde Maasvlakte. Om precies
gev<|f uur wordt aan boord van
'r h* Filips van Almonde, een
:an neter lang fregat van de Ko-
weyjke Marine het startschot
;ot De wedstrijdzeilers zullen
vele tientallen boten en
Bwafs uitgdeide worden gedaan.
verlf start wac^t hun het lange
1 enbeslist niet ongevaarlijke
\t over de Noordatlantische
vesfi naar New York, waar zij
rerkp met de cruisers tegen het
et b| van de volgende maand
p> hie/ï verwacht.
iredïef vertrek van de zeilcruise
memgen ogen wil gaan zien kan
ijn, (en terecht langs de hele
varve waterweg, van de Park-
sverj/j bij Delfshaven tot en met
duLr van Hoek van Holland.
iaaringewezen plaats om de start
ntejde wedstrijd te bekijken is
'Putrand op de kop van de
te hereiken via de
mntfOnt 'n Maassluis of de Bene-
ndeinnel' Maastunnel en Brie-
it^rprdbrug in Rotterdam. Wie
le h dichter bij huis wil blijven
zijn toevlucht nemen tot de
volgen Hoek van Holland, van-
feif bij goed zicht en met een
d pikijker het vertrek van de
■hroizeiljachten naar New York
oor pens is te volgen.
Zelf!
1 ga<
ROTTERDAM De achttien zeil
jachten die morgen en donderdag'
(Hemelvaartsdag) de Nieuwe Wa
terweg uitvaren en koers zetten
naar New York, wekken herinne
ringen op aan de duizenden Neder
landers die in de voorbije 350 jaar
de steven van „hun" schip west
waarts richtten. De een ging han
deldrijven in Amerika, de ander op
zoek naar een beter bestaan in de
Nieuwe Wereld; sporen van de
Hollandse aanwezigheid zijn in tal
rijke Amerikaanse namen terug te'
vinden.
Lang voordat de banden tussen de
Republiek der Zeven Verenigde
•Nederlanden en de Verenigde Sta
ten in 1782 officieel werden be
krachtigd, bestonden er al (han
delscontacten met de in 1492 ont
dekte Nieuwe Wereld. Honderden
jaren lang verzorgden zeilschepen
de verbinding tussen kolonie en
moederland; voor de in Rotterdam
zetelende Stichting Specerijen Race
aanleiding om in net Bicentennial-
jaar, samen met het gemeentebe
stuur van de Maasstad en het mi
nisterie van CRM, de oude zeilver-
binding Nederland-Amerika nog
één maal in aan de tijd aange
paste luister te herstellen.
„Halve Maen"
In 1609 was „De Halve Maen", een
zeilschip van de Verenigde Oostin-
dische Compagnie, het eerste Hol
landse schip dat de Amerikaanse
oostkust bereikte. Kapitein Henry
Hudson, een Brit, was op zoek naar
een doorgang naar Indië. Even
dacht hij die gevonden te hebben,
maar spoedig werd duidelijk dat
wat nu de rivier de Hudsoiï^ heet
niet naar Indië leidde. Hudsori gaf
zijn missie op en keerde naar huis
terug.
Van de Hollandse schepen die in de
eerste jaren daarna Amerika be
voeren is alleen het lot van de „Tij
ger" in de boeken terug te vinden.
Nadat de „Tijger" in 1613 op de
Hudson in vlammen was opgegaan
moesten, kapitein Adriaen Block en
zijn mannen de winter aan de Hud
son doorbrengen. Zij waren de eer
ste Hollanders die zich, zij het tijde
lijk, op Amerikaanse bodem vestig
den. Aan hun verblijf herinnert
Block Island, ten noordoosten van
Long Island.
In de eerste jaren van de zeven
tiende eeuw was Nieuw-Nederland,
zoals het gebied aan de andere kant
van de oceaan was gedoopt, vooral
van belang voor de Hollandse han
del. Met de oprichting in 1621 van
de Westindische Compagnie, die
het monopolie kreeg voor de han
del op het westelijk halfrond, werd
de eerste stoot gegeven voor een
meer systematische kolonisatie. Op
31 maart van dat jaar vertrokken
vanuit Amsterdam dertig gezinnen
richting Amerika. Zij landden op
wat nu Manhattan is en bouwden
daar Fort Oranje. Rond het fort
ontstond Nieuw-Amsterdam, in
korte tijd het centrum van de kolo
nie en de eerste aanzet tot New
York City. Om de Indianen weg te
houden werd aan de noordgrens
van Nieuw-Amsterdam een wal op
geworpen. Op die plaats vindt men
tegenwoordig Wall Street, het fi
nanciële hart van de Verenigde
Staten.
Deze emigranten waren echter niet
de eerste mensen die zich vanuit
Nederland in Amerika vestigden.
Een klein jaar tevoren, op 20 juli
1620, waren vanuit Rotterdam-
Delfshaven de Pilgrim Fathers
vertrokken. In Groot-Brittannië
vervolgd om hun Presbyteriaanse
geloof waren zij in 1608 naar Hol
land uitgeweken. Maar ook hier
beviel het hun niet, waarna zij de
wijk namen naar het Nfeuwe Land
om daar in volledige vrijheid een
eigen gemeenschap op te bouwen.
In Delfshaven herinnert de Oude
Kerk, ook bekend als de Pilgrim
Father's Church, aan hun vertrek.
Voor de Amerikanen is het een eer
een Pilgrim-voorvader te hebben.
Zij worden beschouwd als een soort
„Vaderen des Vaderlands".
Brooklyn was Breukelen
Onder het bestuur van Peter Stuy
vesant, die in 1647 gouverneur
werd van Nieuw-Nederland, maak
te Nieuw-Amsterdam een gestage
groei door: van een paar honderd
inwoners in 1647 naar 1.500 in 1664.
Het stadje telde 'toen 350 huizen,
twee windmolens, een kerk en veel
kroegen. De bevolking was een
even gemêleerd geheel als die van
het tegenwoordige New York. In
die jaren-werden rond Nieuw-Am
sterdam tal van nieuwe Nederland
se nederzettingen gevestigd. In la
ter tijd zijn sommige uitgegroeid tot
heuse Amerikaanse steden. Bever-
wyck werd het tegenwoordige Al
bany, Jersey City heette vroeger
Bergen en Breukelen, dat in 1661
ruim honderd inwoners telde, is
uitgegroeid tot de Newyorkse wijk
Brooklyn met ruim twee miljoen
inwoners.
Aan het Hollandse bestuur over de
door Britse kolonies omgeven
Amerikaanse kuststrook kwam in
1664 een eind. Nieuw-Nederland en
het door de Britten veroverde Suri
name wisselden van eigenaar.
Nieuw-Amsterdam werd New
York. Negen jaar later werd de
stad opnieuw Nederlands bezit en
de naam veranderd in Nieuw-
Oranje. Maar nog geen jaar later
werd de Hollandse driekleur defi
nitief gestreken en verscheen de
Union Jack weer in top.
Gedurende de daarop volgende an
derhalve eeuw kwam de Neder
landse emigratie naar Amerika tot
staan. Het contact tussen Holland
en de vroegere kolonie verwaterde,
ondanks het feit dat de Republiek
in 1782 het tweede-land was dat be
trekkingen aanknoopte met de in
1776 gestichte Verenigde Staten.
Stijgende lijn
Tijdens de regeerperiode van ko
ning Willem I vertoonde het aantal
emigranten opnieuw een stijgende
lijn. In de Nederlahden, eeuwen
lang een toevluchtsoord voor Euro
pa's verschoppelingen, bleek geen
plaats voor orthodox-protestanten,
die zich verzetten tegen de toenma
lige onverschilligheid in de geloofs
beleving. Een van de vertegen
woordigers van deze stroming, do
minee Albert van Raalte, vertrok
in 1846 met een groep volgelingen
vanuit Rotterdam naar de Ameri
kaanse staat Michigan. Daar sticht
te hij het plaatsje Holland (een van
de z^s plaatsjes met die naam in de
VS), dat is opgenomen in het reis
programma van koningin Beatrix,
De Oude Kerk aan de kade in Delfshaven. Vanaf deze plaats vertrokken in
1620 de Pilgrim Fathers naar Amerika.
wanneer zij in juni haar tweede be
zoek aan de Verenigde Staten
brengt. De kosten van een geheel
verzorgde overtocht bedroegen in
1846 ongeveer 22 dollar. Een jaar
later vertrok dominee Hendrik P.
Scholte naar de staat Iowa, waar
Marion County tot Pella werd om
gedoopt en in enkele jaren uitgroei
de tot een handels- en religieus
centrum.
Holland-Amerika-Lijn
Tussen 1820 en 1920 verhuisden
meer dan 200.000 Nederlanders
naar de overzijde van de oceaan.
Aart het eind van de negentiende
eeuw gebeurde dat met de stoom
schepen van de in 1872 opgerichte
„Nederlandsch-Amerikaansche
Stoomvaart Maatschappij"
(N.A.S.M.): de Rotterdam, de Maas
dam, de Edam, de eerste Nieuw-
Amsterdam, de W.A. Scholten en
de P. Caland. Hoewel motorisch
aangedreven namen deze schepen
veiligheidshalve ook zeilvoorzie-
ningen mee. Hoe nuttig dat was
bleek in 1901, toen de Edam mid
den op de oceaan met motorpech
kreeg te kampen. De zeilen werden
tevoorschijn gehaald en zonder al
te veel problemen bereikte het
schip zijn bestemming. Bij het 25-
jarig bestaan van de N.A.S.M. in
1897 maakte de directie bekend dat
in de voorbije jaren 1.300 overste
ken met in totaal 490.000 passagiers
waren gemaakt.
Na de Tweede Wereldoorlog brak
voor de inmiddels tot Holland-
Amerika Lijn (H.A.L.) omgebouw
de maatschappij een bloeiperiode
aan. In de periode tussen 1946 en
1979 zijn in totaal 87.909 Nederlan
ders naar de VS geëmigreerd, van
wie zeer velen in de eerste tien na
oorlogse jaren door de H.A.L. wer
den overgezet. Voor de transatlan
tische route werden nieuwe sche
pen gebouwd: de Rijndam, de twee
de Nieuw Amsterdam, de Staten
dam, de Maasdam en de Rotterdam.
Tot aan het begin van de jaren zes
tig ging het de H.A.L. voor de
wind, daarna nam het moderne
luchtverkeer bezit van de transat
lantische route. In 1971 viel het
doek voor de overtochten van de
H.A.L.. Het hoofdkwartier werd
overgeplaatst van Rotterdam naar
New York en de maatschappij ging
zich toeleggen op vooral op de
Amerikaanse markt gerichte crui
ses. Op dit moment worden voor de
H.A.L. in Frankrijk twee nieuwe
cruiseschepen gebouwd, die in
maart volgend jaar en januari 1984
in de vaart komen.
Jarenlang heeft de emigratie, voor
al door de hoge welvaart in eigen
land, op een laag pitje gestaan. Bo
vendien gingen landen als de Vere
nigde Staten paal en perk stellen
aan de massale immigratie. Maar
sinds de economische crisis in de
westerse wereld steeds verder om
zich heen grijpt, is de belangstelling
voor het vertrek naar den vreemde
weer toegenomen. Het kleine
groepje Nederlanders dat tegen
woordig naar de VS vertrekt (320
in 1979) staat echter in geen ver
houding met de enorme aantallen
landgenoten die in het verleden
hun toekomst hebben gezocht in de
Nieuwe Wereld.
De „Royal Scheepjeswol", eigendom van de Limburgse fysiotherapeut
Verschuur (aan boord rechts), neemt deel aan de cruise. Het is een veer
tien meter lange, in 1976 gebouwde clipper. Voor Verschuur en zijn vijf
bemanningsleden is het de eerste maal dat een transatlantische oversteek
wordt gemaakt.
Foto: Cees Verkerk.
De Wilhelminakade op de zuidelijke Maasoever in, Rotterdam: jarenlang de
vertrekplaats van de schepen van de Holland-Amerika Lijn. Op deze foto
op de voorgrond de Rotterdam, op de achtergrond de Nieuw-Amsterdam.
ijkhf
PARIJS Sedert de keuze van
Francois Mitterrand tot president
van de republiek en het aan het be
wind komen van het socialisme
spreekt Frankrijk onophoudelijk
van „le changement", de verande
ring. En er is op menig gebied iets
veranderd. Er zijn veranderingen,
die in het alledaagse leven van de
Fransman en meer in het bijzon
der van de Parijzenaar meer in
grijpen dan de verandering van re
gime, veranderingen dus die met
de politiek niets te maken hebben,
maar sociologisch van niet-te on
derschatten belang zijn. Een daar
van is het feit dat het bewind, of
noem het de dictatuur van de le
gendarische Parijse concierge (de
man, of doorgaans de vrouw, belast
met het „dagelijkse onderhoud"
van huurhuizen en flatgebouwen)
ten einde loopt.
De traditionele concierge woont ge
lijkvloers in zijn of haar „loge", een
klein, „strategisch" gelegen wo
ninkje, waar iedereen, die naar een
van de appartementen gaat, langs
moet. De taak van de concierge be
staat uit het schoonhouden van
hall, trappenhuis en overlopen; het
innen van de huur; het uitdelen
van de post (die gewoonlijk door de
postbode aan de „loge" afgegeven
wordt); het waken over de veilig
heid van de bewoners; het toezien
op het regelmatig en behoorlijk
werken van de verwarmingsinstal
latie; het ontbieden van loodgieters,
electriciens en andere handwerks
lieden (doorgaans tegen een kleine
commissie, naar het heet); het we
ren van bedelaars, venters en col
porteurs; het schoonhouden van de
stoep. Volgens velen bestaat de
voornaamste taak van de concierge
in het opstrijken van de gratifica
ties ter gelegenheid van de jaarwis
seling en daarvoor bestaan bepaal
de tarieven.
Dit alles maakte de concierge tot
een soort alwetendheid wat haar
domein betreft: zij kende de eigen
heden en gebruiken en gewoonten
van al de huisbewoners, was vrij
wel altijd in staat te zeggen waar
een bepaalde huurder heenging (af-
voor degenen die deze inlichtingen
wisten te waarderen. Dit gaf haar
een zeer aanzienlijke macht, want
een ontevreden concierge kon elke
reputatie met enkele goedgekozen
woorden voorgoed verbrijzelen. De
veelal Scherpe en kwaadaardige
tong van de persoon werd alge
meen gevreesd en men had er be
lang bij op goede voet met de „Cer
berus" te blijven, hetgeen niet altijd
eenvoudig was en soms kwamen er
kleine schandalen van afpersing en
chantage aan het licht
Portugezen
Sedert enkele jaren evenwel begint
de macht (of tyrannie) van de tra
ditionele Parijse concierge te tanen.
Elektronische apparatuur kan een
deel van zijn taak overnemen (een
systeem van individuele bellen' en
vaak daaraan verbonden een code,
die men via een toetsenbord naast
de deur moet vormen; uitbreiding
van de deurtelefoons, etc.), maar
niet het geheel. Niettemin functio
neren steeds meer flatgebouwen en
huurwoningen zonder concierge,
maar de grote ingrijpende verande
ring is gekopien door de „Portuge
se invasie".
De Portugezen in Frankrijk (wier
taal, als gevolg van hun grote aan
tal de tweede van het land is) vor
men de meest gewaardeerde immi
granten. Ze zijn over het algemeen
werkzaam, discreet, leren verbijste
rend snel goed Frans, en passen
zich zeer snel aan de gewoonten en
gebruiken van hun „gastland" aan.
Omdat de meeste concierges hun
vak als een „bijbaan" aitoefenen
(de man oefent een beroep uit en
de vrouw is concierge), en de Por
tugezen als gastarbeiders veelal be
scheiden inkomens hebben, zijn
hun vrouwen naar bijverdiensten
gaan zoeken. En zij blijken onver
moede gaven te hebben om ideale
concierges te zijn. Hun reputatie is
in enkele jaren onaantastbaar ge
worden, niet in het minst als ge
volg van hun bescheidenheid en
discretie. Deze bescheidenheid
heeft' evenwel zijn grenzen in zo
verre de Portugese vrouwen geor
ganiseerd hele straten en soms wij
ken van Parijs zijn beginnen over
te nemen, en nagenoeg overal waar
een „traditionele concierge" weg
gaat, wordt een Portugese be
noemd. Hun reputatie is van dien
aard dat in advertenties soms „Por
tugese nationaliteit of herkomst"
geëist wordt
De verandering die dit met zich
meegebracht heeft, laat de veelge
noemde politieke verandering ver
achter zich. Een klessebes wordt
sinds enige tijd nauwelijks nog met
de scheldnaam „concierge" of „pi-
pelette" gekenschetst („Pipelette" is
de vrouwelijke verbastering van
„Pipeiet", een legendarische con-
cierge-figuur, beroemd gemaakt in
„Les Mystères, de Paris" van Eugè-
ne Sue). Waar Portugese (of Spaan
se) concierges de scepter zwaaien
blijkt alles veel soepeler en doel
treffender te gaan: er wordt min
der gekletst, het huis is schoner, de
diensten worden snel en vooral
vriendelijk verricht en de nieuwe
generatie van Iberische concierges
stelt zich tevreden met minder
krasse jaargratificaties.
Kortom, de „Portugese invasie",
die uiteraard bij de oorspronkelijke
Franse concierges op verzet gestuit
is heeft een ommekeer in een deel
van het Parijse bestaan veroor
zaakt. Dit neemt niet weg dat ook
deze „invasie" haar schaduwzijde
heeft, en er wordt gewag gemaakt
van een zekere terreur die de Por
tugese en Spaanse concierges uitoe
fenen om een soort monopolie in
sommige straten en wijken te krij
gen. Er wordt, als gevolg van de
banden tussen deze diverse nieuwe
concierges, gesproken over een Ibe-
risering van de straat en vooral bij
de Parijse gegadigden voor een loge
heeft dit tot een soort racisme ge
leid.
De ongunstige, kleinerende term
„concierge" en „pipelette" lijkt uit
de Franse woordenschat te gaan
verdwijnen, evenals een zekere
vorm van „speciale romantiek" die
altijd aanhangers en rouwdragers
heeft, zodra zij tot het verleden
dreigt te gaan behoren.
JAN DRUMMEN*